ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR HET VOORMALIG 4E DISTRICT. li ratal lit lusiscl-PolH. No. 1337. Zaterdag 29 Augustus 1908. 17* Jaarg. FEUILLETON. BRESKENSCRE COURANT. Abonnement per 3 maanden 0.50, franco per post door het geheele rijk 0.55, voor België ƒ0.625 en voor Amerika 0.825 bij vooruitbetaling. Abonnementen worden bij boekhandelaren en brieven gaarders aangenomen. Advertentién van 1 tot en met 5 regels 25 cents, elke gewone regel meer 5 cents. Groote letters naar plaats ruimte. Bij abonnement lager tarief. Advertentiën worden ingewacht tot Dinsdag- en Vrijdag middag te twee ure. Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond by den uitgever C. DIELEMAiV' te Breskens. Gelijk men weet is het begin der moeilijkheden en de republiek Venezue la te vinden in de opgevatte beleediging die de Nederlandsche minister-resident de Reus der republiek zou hebben aan gedaan. In een zeer uitvoerig schrijven van den minister van buitenlandsche zaken van Venezuela aan onze regeering wordt dit offlciëöl bevestigd, onder mededee- ling, dat de genomen maatregel om den heer de Reus zijn paspoort te geven, slechts betrekking had op den persoon van den heer de Reus en in geenen deele op de goede vriendschap van beide landen. Maar sedert, zegt de nota, zijn nieuwe ncidenten voorgevallen, die aan de be- ;eekenis van den minister de Reus eene reel ernstiger beteekenis geven. En ze noemt dan het niet salueeren loor Hr Ms kruiser „Gelderland" van Ie Venezolaansche vlag, bij de aankomst n de territoriale wateren der republiek, ip de reede van Puerto Cabello en La luyara, terwjjl bij het bezoek van de ïederlandsche consuls te dier plaatsen loor den Commandant van het schip rerd gesalueerd met zeven kanonscho en. Zeer uitvoerig staat de nota stil bij e manifestatiën schandelijke aanval oemt de minister haar gepleegd tgen de residentie van den consul van 'enezuela op Curagao, door een gedeel- i van het gemeen, aangestookt door irsonen, die reeds gedurende eenigen jd door middel van door de autoritei- in van dat eiland toegelaten geschrif- in, de vijandschap van het eiland tegen enezuela en hare Regeering hadden ingezet. Op Zaterdagavond, den 25 dezer, werd de woning van den consul door eene menigte aangevallen, die steenen naar binnen wierp, de vensters verbrijzelde en op het bureau het wapenschild van het Consulaat naar beneden wierp. Daar het leven van den consul en van zijne echtgenoote en kinderen be dreigd werd door dezen aanval, die de beschaving van een volk zoozeer weer spreekt, bleek het den voornoemden consul uit de onmacht van de autoritei ten, of hunne nalatigheid in de bescher ming van den consul eener bevriende natie en zijne familie, dat zijn leven en dat der zjjnen aan de genade van de misdadige aanstokers van het oproer was overgeleverd. Hij dacht toen aan de redding zijner familie door ze met de Amerikaansche boot, die den volgenden dag te Curagao aankwam, naar Venezuela te zenden en toen de procureur van het eiland hem des Zondagsmorgens bezocht, om hem te verzekeren dat zijne afwezigheid van de stad den vorigen avond die aanslag mogelijk gemaakt had, daar hij anders wel maatregelen ter vermijding daarvan getroffen zou hebben, gaf hij den consul te kennen, dat hij het zenden der fa milie naar Venezuela voorzichtig achtte om haar voor verdere aanvallen te be schermen. Ten einde dit voorstel uit te voeren begaf de heer Lopez zich naar het Agentschap der „Red D" stoomvaartlijrf en toen hij daar was, bemerkten de personen die hij ontmoette, dat zich opnieuw oproerige lieden in de straat verzamelden, die scheldwoorden uitten tegen den consul, tegen Venezuela en tegen haar president, generaal Castro. In deze omstandigheden kwamen eeni- ge politieagenten te hulp, die trachtten de samenscholingen uiteen te drijven, maar zonder resultaat, daar deze zich snel uitbreidden, doordat er lieden uit de buurt bijkwamen, waaruit bleek, dat hier een georganiseerd plan bestond om een aanslag te plegen op het leven van den consul. Er kwam toen een afdee- ling van de gewapende macht te hulp om den consul naar zijne woning te geleiden en op zijn tocht door de stra ten, welke hij passeeren moest, werd hij met verscheidene steenen geworpen waarvan eenige hem kwetsten. Ofschoon de politie en de gewapende macht schijnbaar trachtten te verhin deren, dat de consul door dit verwoede gepeupel vermoord werd, werden er geen krachtige voorzorgsmaatregelen genomen om de veiligheid van den consulairen beambte te verzekeren. Onder deze omstandigheden thuis ge komen zijnde, besloot de consul, met het oog op de onmacht der autoriteiten om hem te handhaven in de uitoefening zijner functies met de garantie, de ze kerheid en den eerbied, die men zeer in het bijzonder verplicht was, hem te be wijzen, het archief van het consulaat en de meubelen zijner woning aan de zorg van den Duitschen consul op ge noemd eiland toe te vertrouwen en zich met zijne familie op de Amerikaansche stoomboot, die denzelfden namiddag ver wacht werd, in te schepen. In deze oogenblikken duurden in de straten rondom het huis van den consul de de monstration van het gepeupel voort, met moordkreten tegen den consul, de Venezolanen en generaal Castro. Vervolgens meldde de adjudant van den gouverneur zich aan, die in last had, den consul te zeggeD, uit naam van genoemde autoriteit, dat hij, daar het aantal der oproerlingen gedurig grooter werd door toevloed van buiten de stad, diens persoon niet langer veilig achtte, tenzij hij in het fort een schuil plaats zocht. De consul kwam met den genoemden adjudant van den gouver neur overeen, dat hij, indien zijne over brenging en die zijner familie noodig geacht werd, geneigd was, hiertoe over te gaan, terwijl zijne inscheping be werkstelligd werd. Korten tijd daarna kwam de procureur-generaal den heer Lopez verwittigen, dat de stoomboot Maracaibo in zicht was, waarom hij de aangeboden toevlucht nog niot noodza kelijk oordeelde, wij] hij het vertrek van hem en zijne familie regelen kon, zoodra het schip aan de kade aangeko men was, hetgeen plaats vond, terwijl de consul en zijne familie nauwelijks de beschikbare kleedingstukken konden me- de-nemeri. Toen deze oplossing met den procureur der kolonie was overeengekomen, met het oog op de onmacht van de autori teiten van het eiland om het oproer te beteugelen, den aan den persoon van den consul en aan zijne familie ver- schuldigden eerbied en zekerheid te handhaven en eene zoodanige beleedi ging onverwijld en streng te straffen, werden maatregelen getroffen om den consul en zijne familie aan boord van het stoomschip te voeren, begeleid door politie agenten on soldaten op hun weg door de straten en over het kanaal, totdat zij aan do aanlegplaats van het schip gekomen waren. Op dezen tocht duurden de scheld woorden en aanvallen met steenen voort, waarvan zelfs eenige den procureur-gene raal verwondden. Nog bij het doorvaren van de stoom boot door het kanaal duurden de on welluidende kreten van de oproerige menigte voort, waaruit men eenige hun ner aanstokers en opruiers herkennen kon, die reeds door hunne aanvallen in de bladen en andere geschriften, door de koloniale autoriteiten toegelaten, be kend waren. Het slot der nota zegt, dat de regee- -l-o-t- D' 'e dag was dus gevallen en, daar 'Wno op tachtig mijlen afstands van t kasteel was gelegen, zou zij boven in genoodzaakt zijn, dien geheelen, igen, treurigen dag alleen de plicht- gingen te vervullen tegenover haar iten en de ceremoniën van een for el dinér in vollen omgang te door ratelen - Arme Etienne, fluisterde zij, ter- I het papier aan haar bevende hand glipte. lij gevoelde op dit oogenblik levendig bitterheid des doods, die haar ver- Iden echtgenoot moest hebben be ien, toen hij zijn beproevingstocht Rowno aanvaardde. II haar krachten verzamelende maak- tij qjch gereed, om den vijand van r ras te gaan ontmoeten. De ver- "ikte en bedremmelde gezichtsuit- cking harer bedienden versterkte haar nog meer in haar vermoeden, dat het geen was voorgevallen noodlottige ge volgen voor haar huis zou na zich sle pen. Nergens ter wereld laten de be dienden van het huis zich verschalken. Zij bloeien en groeien, wanneer de fortuin hun meesters begunstigt, doch gevoelen, als bij instinct, wanneer de zon van het huis gaat dalen. In het uiterlijk van den voornamen Russischen gast, die op hoofsche wijze den morgen groet zijner schoone gastvrouw had be antwoord, was echter schijn noch scha duw te bespeuren van het voorgevalle ne. Vassili Milutin was, als altijd, hof felijk als een Cesar Borghia. Hij ver stond het, zijn tijd af te wachten. Te zamen wandelden zij met langza- men tred door de groote hallen van het kasteel, welks koepel door galerijen ver bonden was met de zijvleugels. Het front was driehonderd voet breed en van massief metselwerk, terwijl de hoogte van het hoofdgebouw het dub bele bedroeg van die der vleugels. Van af het heerlijk plateau, dat het schoon aangelegde park, met zjjn lanen en dreven, boschjes en vijvers bevatte, was het uitzicht verrassend en schoon en aan den gezichteinder strekte zich mijlen en mijlen ver het donkere groen der bosschen uit. Aan den zuidkant had de bouwmees ter een statige zuilengang van massie ve Dorische kolommen ontworpen. Het inwendige was getooid met schatten van kunst, gedurende honderden van jaren bijeengebracht door de patriciërs, die dit heerlijk bouwwerk als hun stam slot bewoond hadden. De drie grootste zalende salon, receptie- en eetzaal vormden te zamen een feesthal van on- geëvenaarden rijkdom en enorme afme tingen, daar zij honderd bij vijftig voet groot was. Van uit de zuilengang had men het gezicht op het meer, met zijn schoon begroeid eiland en verder in de met wei den en kreupelhout bedekte vallei, die zich twintig mijlen ver uitstrekte. Het dichtstbijgelegen lijfeigenendorp, gelegen aan een naar het Oosten voerenden weg en doorsneden door den hoofdweg naar Moskou, kon men van het plateau af zien. Kudden paarden, groote troepen melkvee en schapen dwaalden door de met grasbloemen als bezaaide weiden. Zacht glooiende heuvels vertoonden zich ten Westen en boden allerwegeeen ruim en loonend arbeidsveld voor den nijve- ren arbeider. Terwijl generaal Milutin het schoone kasteel en zijn omgeving met aandach tig oog beschouwde, bemerkte hij te vens met grimmigen blik de oude R.- Katholieke kapel en het daarnaast ge legen kerkhof, als bezaaid met kruizen van groote afmetingen. Poolsche opschriften duidden aan wie de overledenen waren, die begraven lagen op dezen eenzamen en met zware boo- men begroeiden doodenakker. Op een geweerschot afstands daarvan verhieven zich de blauw en goud geschilderde koe pels der Grieksche kapel, het ijdele in glans en kleuren schitterende bedehuis der Orthodoxe geloovigen. Voorwaar, een tot nadenken stem mende tegenstelling 1 Het schijnt, dat wij tot zelfs in den dood gescheiden moeten zijn 1 merkte Vassili op, toen zijn schoone geleidster, de gedachten, die hem bezighielden, in zyn oogen scheen te lezen. (Vervolgd

Krantenbank Zeeland

Breskensche Courant | 1908 | | pagina 1