Binnenland. Gemengd zeer vermoedelijk naar Venezuela gedi rigeerd wordt en de „Gelderland" die reeds in de West-Indische wateren ver blijf houdt. Met het oog op mogelijke moeilijkhe den tusschen Nederland en Venezuela is men bezig met de installatie van een station voor draadlooze telegraphie te Willemstad. De kruiser „Gelderland" is naar het nabijgelegen eiland Aruba vertrokken met geweren en ammunitie voor de be woners, die feitelijk onbeschermd zijn. Een brief uit Maracaïbo deelt mede dat de Venezolaansche rivierstoomer „Fe lix" met troepen is vertrokken naar den ingang van de golf van Maracaïbo, naar men meent echter om eenige opstande lingen in bedwang te houden. 6RESKENS, 14 Aug. 1908. Door de Synode der Ned. Herv. kerk zijn voor 1908 uit de Generale Kas tot verhooging van het predikants traktement aan de gemeenten Hoofd plaat en Waterlandkerkje ieder ƒ100 toegekend. School- en Kerknieuws. Acte-examen. Geslaagd voor handteekenen de heer H. Willems te Oostburg. Benoemd tot onderwijzer in reke nen enz. aan de Ambachtsschool te Oost burg de heer A. Wisse te Schoondijke, en tot concierge H. de Koene te Oost burg. Een dame, die in de avenue de Iéna te Parijs wandelde, ontmoette een man met een poedel, dien hij haar te koop aanbood voor de.n luttelen prijs van 10 francs, omdat hij in geldverle genheid zat. Het was niet alleen een mooie hond, maar ook goed gedresseerd, hij kon allerlei kunstjes maken en was een vertrouwbare pakjesdrager, waarvan hij op staanden voet de bewijzen lever de. De dame liet zich overhalen, betaalde den man zijn tien francs en nam den hond mee, dien zij haar reticule liet dragen. Een tijdlang ging dit goed, de hond gehoorzaamde stipt zijn nieuwe meesteres maar eensklaps zette hij het met de reticule op een loopen. De verkooper liep het dier na, schijn baar om het op te vangen, maar man noch hond keerde terug en de dame was behalve haar tien francs ook haar reticule met haar portemonnaie kwijt. Een landlooper te Genesse nabij Parijs meldde zich bij de gendarmes aan en deelde mede dat hij zijn kameraad op een hoop stroo geworpen en levend verbrand had. Men wilde dit aanvankelijk niet ge- looven, maar hield den man toch in voorloopige bewaring, terwijl een onder zoek werd ingesteld. Dit toonde aan, dat het ongelooflijke verhaal toch waar was. Men vond den kameraad van den land looper in een greppel met brandwonden bedekt maar nog levend en hij deelde mee, dat zijn metgezel, met wien hij twist had gehad, hem eerst zoo hevig had geslagen, dat hij niet meer loopen kon, om hem vervolgens op een hoop hooi te werpen en dezen in brand te steken. Het was den ongelukkige nog gelukt weg te kruipen en in de greppel was hij neergestort. Hij is naar een hospitaal te Parijs ge bracht, terwijl de dader daar in de ge vangenis werd gezet. Een vreeselijke ontdekking is te Liverpool gedaan. Daar vond men op straat een zak, waarin het lijk van een meisje lag, dat reeds in vergevorderden staat van ont binding verkeerde. De zak lag in de nabijheid van eenige huizen, die als schadelijk voor de. ge zondheid waren afgekeurd en reeds ge durende 9 maanden leeg stonden. Men doorzocht die huizen nu en vond in den kelder van een daarvan meisjes- kleeren, blijkbaar dus die van het doode kind. Deze kleederen werden herkend door een in de buurt wonenden loodgieter, Kirby genaamd, als die van zijn 7-jarig dochtertje Margaret. Het kind werd sedert 6 Januari 1.1. vermist. Op dien dag speelde het met eenige schoolkameraadjes in een openbaren tuin nabij de ouderlijke woning, toen een vreemde heer haar aansprak en haar lekkernijen beloofde als zij met hem meeging. Zij deed het en haar jonger broertje keerde alleen huiswaarts om daar het gebeurde te vertellen. De vader deed terstond aangifte bij de politie, maar het kind werd niet teruggevonden. Alle maatregelen die men nam om het meisje op te sporen en het versprei den van haar portret in verscheidene bladen, bleven vruchteloos, zoodat de politie het ten slotte moest opgeven. De toestand waarin het lijk verkeert laat niet toe, om de doodsoorzaak vast te stellen, zoodat men niet weet wat er met het kind gebeurd is. Het lijk werd 's morgens in de vroegte gevonden en de zak, waarin het lag, was geheel droog, ofschoon het 's nachts .te voren had geregend, waaruit men dus opmaakt, dat de zak na het aanbreken van den dag daar moet zijn neerge legd. Het zal hoogst moeiljjk zijn de(n) dader(s) te ontdekken. De kinderen, die Margaret Kirby het laatst gezien hebben, kunnen weinig inlichtingen geven. Zij weten alleen, dat het meisje is meegegaan met een vreemden man, die als heer gekleed was. Een hevig onweer heeft in het Ertsgebergte, bij Karlsfeld, groote ver woestingen aangericht. Verscheidene huizen zijn door den bliksem getroffen of ingestort door de windvlagen. Het Wildendal is overstroomd door het ri viertje Bookan en do spoorlijn Karls feld— Wilzschhaus is gestremd, doordat een gedeelte van den spoordam is weg geslagen. Ook in Koburg hebben onweer en wolkbreuk ernstige schade aangericht. Voorts worden onweders gemeld uit Triest en IstriS, waar de prachtige tuin van het keizerlijk lustslot Miramar ge heel vernield is. Te Argenta, in de Italiaansche pro vincie Ferrara, werd het raadhuis door den bliksem getroffen, tengevolge waar van het geheel afbrandde, waarbij ver scheidene kostbare documenten verloren gingen. In Terni woedde een storm, die van hagelslag vergezeld ging. Een arbeiders woning stortte in, waarbij een kind omkwam. Aan het station San Zenone werd een trein door den wind uit de rails gewor pen, zoodat het verkeer belangrijke stoornis ondervond. Ten huize van den antiquair, den heer 3. E. Mossel te Amsterdam had een droevig ongeluk plaats. Sinds eeni ge dagen logeerde aldaar de 23jarige nicht van den heer M., mej. Marianne Simons. Gewoonlijk stond zij 's mor gens om half zeven op. Toen zij zich nu Dinsdagmorgen ten acht ure nog niet beneden bevond, begaf een der huisgenoo- ten zich naar boven om haar te wekken. Na herhaaldelijk kloppen kreeg men nog geen antwoord. Hierdoor ongerust werd na overleg het paneel der deur ingetrapt, De kamer binnenkomende, bespeurde men een sterke gaslucht, terwijl men in het ledikant mej. S. bewusteloos vond. Bij onderzoek bleek, dat men de gas kraan had laten openstaan Nadat de ramen der slaapkamer terstond waren opengeschoven, werd onmiddellijk een geneesheer ontboden. Deze trachtte de levensgeesten op te wekken, maar staak te na een uur zijn pogingen. Hij kon slechts den dood constateeren. De ver slagenheid der familie M. is groot, ter wijl de ouders van het meisje, die men van het geval in kennis stelde, trooste loos zijn. Men schrijft uit Haarlemmermeer het volgende Voor korten tijd vertoonden zich al hier gevallen van vlekziekte onder de varkens. Deze ziekte breidde zich snel uit en thans heerscht zij vooral in het Zuide lijk deel der gemeente vrij algemeen. Ter bestrijding dezer ziekte door in enting wordt nog niet veel gedaan. Al laten sommige veehouders en boeren zulks doen, de kleine man, de arbeider, die één of twee varkens teelt, wil hier in den regel nog niet aan. Trouwens over het resultaat dier in entingen hoort men ook zeer verschil lend oordeelen. De ziekte openbaart zich in den regel het eerst, doordat het zieke dier alle voedsel weigert. Het is voor den leek dan niet direct uit te maken, dat men met vlekziekte te doen heeft. Doch spoedig blijkt dit, doch dan is het meestal te laat en het beest sterft. Dat is vooral voor een arbeider een harde slagéén of meer varkens te moeten verliezen, die al zoo'n flink ge wicht kregen en een aardige waarde vertegenwoordigden 1 Niet alleen waren zij voor consump tie bestemd, doch de opbrengst in con tanten bij verkoop moest dienen om reeds gedane of noodzakelijke nog te doene uitgaven te dekken. Daarom wordt getracht er toch nog wat van te maken de aangetaste dieren worden voor „een prijsje" aan opkoopers of zoo men ze wel noemt „knorsen", verkocht. Deze koopen ze heusch niet om in den grond te stoppen. Ze worden geslacht (als het nog noo- dig isin stukken gesneden en ver voerd naar een der dichtsbijzijnde ste den Amsterdam, Haarlem of Leiden. In die steden zijn dan weer zooveel als „hoofd-importeurs", die het zieke vleesch in ontvangst nomen en wel ver der weten te transporteeren naar hun „afnemers" I Zoo maken de knorsen en opkoopers goede zaken en verdienen vaak grof geld, terwijl de arme man, die zijn varken verloor, treurt om zijn groote schade, welke hij leed. Hoe ze dat bedorven of liever zieke vleesch in de stad weten te krijgen Allerlei manieren worden hierop be dacht melkbussen, voertjes hooi, stroo, klaver, groente, allemaal heerlijk ver stopmateriaal och, een mensch is zoo slim 1 En vaak slecht 1 De verkoopers, zoowel als de afnemers, wagen er de gezondheid aan van de steedsche burgerij. Ondanks de ijverigste ambtenaren, de meest scherpe oontröle, weten zij hun waar wel binnen te krygen. Wie buiten woont en met de toe standen wat op de hoogte is, weet dat wel en men beklaagt de lui uit de stad, die dat te eten krijgen. Is daar dan niets aan te doen Is aan dergelijk iets, hetwelk de ge zondheid van zoovelen in gevaar brengt, geen paal en perk te stellen Voorshands niet, daar er buiten, al thans te Haarlemmermeer, geen alge- meene keuring bestaat op geslacht en dus ieder maar raak kan slachten, zoo hij wat te slachten heeft. De gemeentelijke verordening zwijgt over keuring van vleesch. En in dit opzicht staat Haarlemmer meer niet alleen, vermoeden we. Neen, zoolang de Rijkswet geen alge- meene keuring voorschrijft, zoolang er niet de minste voeling is in dit opzicht tusschen stad en buitengemeenten, bouw dan in de steden paleizen van abattoirs, neem alle mogelijke voorzorgen en ge hebt nóg niet de zekerheid, dat er alleen vleesch gegeten wordt, voor de consumptie geschikt. En die „smokkelarij" laten we het zoo maar noemen van ongekeurd vleesch is vrij beduidend. Zoo kochten twee opkoopers op één dag 16, zegge zestien in meer of min dere mate aangetaste dieren op. Deze gaan allemaal naar Leiden, Amsterdam of Haarlem, waar de hand langers er van te voren al een plaatsje voor weten. Wij vinden het bovenmedegedeelde van zoo groot belang voor de volksge zondheid in het algemeen, maar voor den stedeling in het bijzonder, dat wij meenden nog wel eens met nadruk op die toestanden te mogen wijzen. Laat men vooral aandringen op wet telijke regeling en voorschriften op het slachten van vee. Waar in zoovele gemeenten allo toe zicht ontbreekt, dient in het algemeen belang door de Regeering te worden ingegrepen 1 - Dinsdag is de 17jarige landbouwer Knuppe te Havelte, die zich met wagen en 2 paarden op weg bevond, door het onweder getroffen. Hij en de beide paarden werden onmiddellijk gedood. Bij de kermis te Sliedrecht, die overigens een zeer gewoon beloop had, deed zich een merkwaardig geval voor. Ongeveer 17 jaar geleden werd hier een 6jarig jongetje vermist, met name D. G. van wien men noode met zekerheid geweten heeft of hij verdronken of met een voorbijtrekkenden kermiswagen mee gevoerd was. Nu heeft een kermisrei ziger van ongeveer 23jarigen leeftijd merkwaardige gelijkenis met een paar zusters, te Sliedrecht woonachtig. Een paar kenteekenen werden ook bij hem gevonden. Daar de moeder bij de ver dwijning van hot knaapje weduwe, se dert gestorven is en de kermisreiziger geen bepaalde herinnering bewaard heeft, blijft de zaak zeer duister. In bijzonderheden meldt men hierom trent 13 jaar geleden werd van de weduwe Giltay—Schippers Bovenkerk een 6jari- ge jongen vermist, nadat hij met eeni ge grootere meisjes had gespeeld bij een paar spaanderschelven. In de rivier werden wel een paar klompjes opgevischt, doch deze werden door de moeder niet herkend. Het ver moeden won veld, dat het knaapje was meegevoerd door de bewoners van een doortrekkenden woonwagen. Doch of schoon de politie op onderzoek uitging, het knaapje werd niet gevonden, ook niet te water. Wie peilt de moeder smart en moederangst der zwaar be proefde vrouw Inmiddels ging de tijd door. De moe der stierf, doch de familieleden bleven de opgevatte meening getiouw en stel den alle pogingen te werk om den ver lorene te herwinnen tot zelfs de waar zegster werd geraadpleegd. Deze ver kondde, dat in 1908 op de kermis te Sliedrecht de verlorene zou teruggevon den wordeu. En zie, in een geëmploy eerde van het Amerikaansch Kunstka binet meende men hem te herkennen. De jonkman werd door de familiele den ondervraagd, door belangstellenden geïnterviewd, door honderden, duizenden nieuwsgierigen aangegaapt en aangewe zen. Allerlei fabeltjes en praatjes werden gretig verteld en aangehoord en verfraaid vergroot verder verspréid. Ieder moest er het zijne van hebben en de spul- lebaas maakte een goede Sliedrechtsche kermis. De jonkman is volgens zijne legitima tie-bewijzen geboortig van Uden, heeft vage herinneringen van een overleden moeder en bezit volgens zijn zeggen

Krantenbank Zeeland

Breskensche Courant | 1908 | | pagina 2