Gemengd
er krachtig tegenop als z. i. onwaardig,
dat een Regeering 2200, zegge 2200
man niet zou durven oproepen zonder
vooraf het buitenland als het ware naar
de oogen te zien.
De Regeering opene de nieuwe regee-
ringsaera niet door deze zaak op de spits
te drijven, maar zorge, door het conflict
te verwijderen, dat dit wetsontwerp met
groote meerderheid zal kunnen worden
aangenomen. Zij behoeft daardoor voor
de toekomst niets te praejudicieeren,
doch zou uitsluitend een eervolle trans
actie aanvaarden.
De heer Thomson zette als griet uit
een tegen dit wetsontwerp, dat het den
weg opgaat van het schenden van ver
kregen rechten. Het vormt daardoor
een zwarte bladzijde in ons staatsrecht.
En nu moge een minister van oorlog er
zich op beroepen, dat het land na 27
Maart in gevaar is en daardoor aan alle
andere overwegingen het zwijgen moet
worden opgelegd.
Spr kwam er breedvoerig tegen op,
dat de Regeering het schrikbeeld der
mobilisatie bezigt voor den onderhavi-
gen maatregel, waar toch en hier
beriep hij zich op verschillende deskun
digen niet het blijvend gedeelte, doch
de landweer de aangewezen troep tot
dekking van de mobilisatie is. En zelfs
met de tegenwoordige, zelfs nog niet
geheel op sterkte gebrachte landweer,
acht spreker dekking van mobilisatie be
ter uitvoerbaar dan wanneer men aan
die landweer toevoegt het blijvend ge
deelte, welker rol zich tot niets anders
zal bepalen bij die mobilisatie dan tot
het doen van extra-corvéediensten.
En die extra-diensten zullen het land
bijna Va millioen gulden moeten kos
ten Sprekers conclusie was, dat het
stelsel om het blijvend gedeelte te
belasten met de zorg voor het verloop
de mobilisatie nadeelig is voor de lands
verdediging en afbreuk doet aan de ons
ook in het buitenland toegekende ge-
vechtswaarde. Voorts laat de wijze waar
op de Regeering haar doel wil bereiken
reageert tegen het begrip dat ieder ge
lijkelijk verplicht is om tot de lands
verdediging mede te werken.
De heer Duymaer verdedigde de in
diening van het ontwerp als iets van
zelf sprekend. Spreker betoogde de nood
zakelijkheid van het blijvend gedeelte
als integreerend deel van ons legersys-
teem.
De heer Ter Laan bstreed het ont
werp, dat ingaat tegen de idee van een
volksleger en betoogde, dat de regee
ring met haar koopsysteem speculeert
op den bestaanden nood wegens de heer-
schende werkloosheid. Spreker noemt
het eenvoudig bespottelijk ons volk wijs
te maken, dat onze mobilisatie wel in
orde is met de gevraagde 2200 man en
anders niet.
De heeren Nolens en Lobman ver
den kin, gaf aan het benedengedeelte
van haar gelaat eene uitdrukking van
mannelijke vastheid, die in tegenspraak
was met de geheel vrouwelijke bevallig
heid van hare vormen. Hare wangen
hadden de frischheid der jeugdzij
bloosde en verbleekte spoedig. Hare
armen waren sterk en eindigden in
schoon gevormde handen en dunne vin
gers.
(Wordt vervolgd.)
klaarden zich voorstanders van de nood
wet, terwijl de minister het ontwerp
natuurlijk verdedigde.
In eene geheime zitting heeft hij na
der al de inlichtingen verstrekt die hij
in het openbaar niet kon doen.
Inmiddels is het ontwerp aangenomen
met 54 tegen 41 stemmen.
ÖRESKENS, 27 Maart 1908.
De opzichter van den rijks-waterstaat
J. L. Bootsgezel is met ingang van 1
Mei verplaatst van Delfzijl naar Rijssen.
Het blijkt ons, dat het schrijven
in zake de Ambachtschool te Oostburg
niet juist is opgevat.
We willen er daaram no. -eens uit
drukkelijk op wijzen, dat ws -.,o oorzaak
der aanhouding van de g inning niet
vermoedden om haar te verleonen aan
een plaatselijk ingezetene, maar aan een
districts-ingezetene, om zoodoende de
district-genooten, voor zoover dat mo
gelijk is, te laten profiteeren van wat
er te profiteeren valt. Dat nu de voor
laagste inschrijver toevallig een Oost
burger is, doet aan zoo'n beginsel, waar
van we zeiden dat er vee! voor te zeg
gen was, niets af. En de bemerking
gold dan ook niet de omstandigheid dat
het iemand uit Oostburg was, maar,
zeiden we, als ons vermoeden in dezen
juist is, dan brengt de consequentie
mee om ook in andere takken, voor zoo
ver dat mogelijk is, dat beginsel door
te voeren, juist omdat het oen districts
zaak is. Persoonlijke steun doet daar
aan weinig af of toe, te minder als de
gemeenschap waartoe men behoort voor
haar doen al heel aardig in de beurs
tast.
De marechaussee v. d. B., die op
17 Maart naar België deserteerde en al
daar zijn paard te gelde maakte, heeft
zich door geldnood gedwongen, bij de
brigade marechaussee te Roosendaal aan
gemeld en is weer naar zijn vorige
standplaats teruggeleid. Het door hem
verkochte paard is door het Rijk terug
gekocht, zoodat man en paard zich we
der in hun oude tehuis bevinden.
Ook te Sluis is een rijks-telefoon
dienst ingericht, die met 1 April wordt
opengesteld.
Bij het op 25 dezer te 's Graven-
hage gehouden examen voor candidaat
Gemeente-Secretaris (theoretisch gedeel
te) slaagden o. m. de heeren J. Maarle-
veld te Biervliet en H. F. van Leeuwe
te Steenbergen, geb. a Aardenburg.
De „Vereeniging van Gemeente-
Veldwachters in Zeeland" heeft te To-
len een algemeene ledenvergadering ge
houden, onder voorzitterschap van den
heer A. Bastiaanse, uit Bruinisse.
Tot bestuurslid werd gekozen de heer
J. Blaas, te Brouwershaven.
Een voorstel van drie leden om aan
te sluiten bij den „Bond van Gemeen-
te-Politibeambten in Nederland", werd
verworpen.
Besloten werd een adres te richten
aan Gedep. Staten van Zeeland, verzoe
kende te willen bewerken dat de aan-
vangstraktementen van gemeente-veld
wachters in Zeeland niet minder mogen
bedragen dan ƒ500 per jaar, met vier
5-jaarlijksche verhoogingen van ƒ50.
De wakkere wagenbestuurder, de
heer C. Reder, te 's Gravenhage, die
door zijn oplettendheid een ernstig on
geval,'dat het Koninklijk Echtpaar in
de Parkstraat aldaar, heeft bedreigd,
wist te voorkomen, heeft Woensdag
middag uit de handen van den Minister
van Landbouw het hem door H. M. de
de Koningin toegekende ridderkruis van
de Orde van Oranje-Nassau ontvangen.
De Minister hiejd daarbij een harte
lijke toespraak, er op wijzende, dat het
aan. de oplettendheid van Reder te dan
ken was, dat de Koningin en Prins Hen
drik gespaard zijn gebleven.
Bovendien ontving hij nog van de
Haagsche tram, die hem reeds eon gra
tificatie van ƒ25 schonk, een gouden
horloge met de inscriptie„Ter herin
nering aan 2tj Februari 1908".
Het geschil tusschen den Rijksdag
afgevaardigde Gröber en de verslagge
vers in Berlijn is opgelost. De afge-
vaardigdo legde in de vergadering eene
verklaring af, waarbij hij om verschoo
ning vroeg, indien hij zijne ontstemming
over het gelach op de. perstribune had
lucht gegeven met eene onparlementai
re uitdrukking.
Deze week kwam bij den heer J.
A. Van Krimpen, landbouwer te Krim
pen a. d. Lek, eon kip, die hij sinds en
kele weken kwijt was, van den stroo-
zolder af en bracht 17 flinke kuikens
mee.
De 19jarige echtgenoote van een offi
cier to Weenen eerst sedpi t drie weken
gehuwd, werd het slachtoffer van een
ernstig ongeluk. Zij wiesch de haren
met benzine, terwijl op haar waschta-
fol een kaars stond te branden, met het
noodlottig gevolg, dat het haar in brand
geraakte.
Op haar angstgeschreeuw snelde de
oppasser toe, die haar een deken over
het geheel in vlammen gehulde hoofd
wierp en zoodoende het vuur doofde,
doch de dame heeft zoo ernstige brand
wonden bekomen, dat rnen voor haar
leven vreest.
Een 19-jarige kleermaker, Gaston
Colla, te Bergen (Ilenogouwen) was ver
liefd geworden op eene mede daar woon
achtige naaister, Jeanne Paternoster,
genaamd.
Zij was reeds gehuwd geweest, maar
gescheiden van haar man, die nu te Pa-
woont.
Gaston had gevraagd of zij met hem
wilde trouwen, maar zij weigerde, om
dat hij haar te jong was, want zij tel
de 25 jaren.
Meermalen herhaalde dringend hij
zijn verzoek, maar telkens werd hij af
gewezen.
Zondagmorgen kwam hij weer aan
haar woning, maar zij weigerde open te
doen, toen zij hoorde, dat hij er was.
Hij wachtte daarom in de gang, tot
zij uitging, en toen vuurde hij drie re
volverschoten op haar af.
Een kogel trof haar in het hoofd en
deed haar neerstorten, waarop hij haar
in de borst schoot en het hart raakte,
zoodat zij bijna dadelijk dood was.
Hij vluchtte, toen de buren op het
schieten kwamen toegesneld, maar later
op den dag stelde hij zich vrijwillig ter
beschikking van de justitie.
Zondagmorgen werd te Zierikzee
de heer Theeuwis, muziekonderwijzer
aldaar, op straat lastig gevallen door
een jong sigarenmaker, zekeren J. V.,
die, naar men gelooft, sedert eenigen
tijd vertoont van minder toerekenbaar
te zijn.
Op den middag evenwel, toen genoem
de heer zich uit de sociëteit naar huis
begaf', werd hij. op 't Havenplein door
donzelfden persoon met een mes in den
rug gestoken. Dr Regensburg, die in
de onmiddellijke nabijheid woont, onder
zocht en verbond de wond, waarna do
heer Theeuwis zich onder geleide naar
huis kon begeven.
De dader was na zijn aanslag de so
ciëteit „Concordia" binnen gegaan, waar
de politie hem spoedig arresteerde.
Gelukkig is de verwonding niet levens-
lijk.
Op het Ratzeburger meer is een
motorboot gezonken. Van de veertien
passagiers zijn er maar vier gered.
De overigen zijn vermoedelijk ver
dronken.
De inktwerper uit de buurt van
het Concertgebouw te Amsterdam is
weder aan de gang geweest met zijn
onedel bedrijf.
Ditmaal werd een dame, op den Kr-
ninginneweg aldaar woonachtig, zijn
slachtoffer. Op weg naar de tram werd
zij door een onbekende achtervolgd, die
haar meer dan eens op verdachte wijze
passeerde.
Bij het instappen van de tram be
merkte de dame, dat haar geheele ja
pon mot inkt bespat was.
De dader was een als heer gekleed
jongmensch van ongeveer 20-jarigen
leeftijd.
Zondagavond heeft nabij het Bel
gische station Avelgem een treinbotsing
plaats gehad.
De schok was uiterst geweldig. De
trein van Oudenaarde liep met geweld
op dien van Kortrijk. De machine en
de beide eerste waggons van den eer
sten trein, die uit de rails gesprongen
zijn, om zoo te zeggen, letterlijk in el
kander gedrongen.
Een der verwrongen buffers lag op
den grond en de platformen der wag
gons werden geheel in stukken getrok
ken. Gelukkig bevond zich daar geen
enkele reiziger.
Een groote paniek maakte zich mees
ter van de reizigers en allen, door schrik
bevangen, sprongen uit de compartimen
ten, waarin zij gezeten waren.
Men stelde met een wezenlijke ver
lichting vast., dat, indien er talrijke per
sonen gekwetst waren, er toch geen en
kel doodelijk ongeluk had plaats gehad.
Onmiddellijk werd er hulp ingericht
en de slachtoffers, die in het bureel van
het station werden gebracht, ontvingen
er do zorgen van den heer Debrue, bij
gestaan door het personeel van het sta
tion.
De reizigers en inwoners snelden ter
hulp, toen zij do tyding van het onge
luk vernomen hadden en men moest een
ordedienst inrichten om den omtrek van
het station te ontruimen. De gendar
men van Avelgem hadden moeite om