al zeer voorbarig. Zo was dat in elk geval. Het had den schijn alsof men wilde te kennen geven dat de strijd te gen iemand die reeds in de 70 is, min der moeilijk zou zijn, dan tegen een jnngere kracht. Gaat 't anderen als ons, dan zal aan de Zeeuwsche in de Midd. Crt. wei nig meer aandacht worden geschonken dan aan z.g. koffiepraatjes. Thans komt daarin een beschouwing voor over de late dienst van den prov. stoombootdienst, die zoo wat kant noch wal raakt en werkelijk niet onweerspro ken mag blijven. Ze vangt aan met de mededeeling, dat er rumor in cassa was over 't feit dat de boot van af Nieuwjaar ook 's avonds zou varen, hoewel van Vlaan deren iets vroeger dan 's zomers. Eerstens is dit geheel bezijden de wer kelijkheid, want van uit Vlaanderen vaart ze juist tenzelfden tijde als 's zo mers. Maar van Vlissingen gaat de boot naar Terneuzen vroeger, n.l. na aankomst van den sneltrein. Het was een opluchting voor velen, die de Zondag niet voor reizen bestemd willen zien, dat Ged. Staten op dien dag de boot in elk geval den keer min der lieten varen. Ook weer een abuisje. Wel vaart ze 's avonds niet, maar daarentegen is de rusttijd op den middag opgeheven voor de beide richtingen. We lezen verder, dat 't eigenlijk wel goed is, dat men van Breskens na 12 15 naar Holland komen kan. Alsof dat niet steeds zoo was. De schrijver is blijkbaar met de dienst allesbehalve goed op de hoogte. Niet waar, de z.g. 4 uur dienst van Breskens naar Vlissingen heeft toch ten allen tijde bestaan. Hij roemt ten slotte die avonddien sten. En het is een zegen, dat aan de booten geen onheil is overkomen. Want het ongeval met de „Westerschelde" is niet noemenswaard zegt hij. Of de be trokkenen dat met hem eens zullen zijn, voor zoover 't de opvatting van autori teiten aangaat, betwijfelen we. Maar dit daar gelaten. Als 't lichte maan is en als het stil weer is, dan gaat 't wel. Maar bij duis ternis en bij stormweer, zooals Zater dagavond, dan is 't heusch niet alles. De kloeke bemanning is werkelijk voor geen klein geruchtje vervaard, maar toen duifde zij de verantwoordelijkheid om hier binnen te komen, njet aan. Ook bij mistend weer, is behoedzaamheid een Law huurde dus, als gezegd, het ho. tel Soissons en daaraan belendde een zeer groote tuin, men mocht wel zeggen eene buitenplaats. De regeering gaf be vel, dat nergens anders dan in de tui nen van den huize Soissons het han delspapier van Law mocht worden ge kocht en verkocht, zoodat nu althans de straat vrij was. Maar elk vischt op zijn getij zoo begreep het ook de prins de Carignan, die wel het huis, maar niet het bijbehoorende lapje van eenige bunders groot aan Law had verhuurd. nam de vrijheid, waaraan hij ook groot gelijk had, om er een half dui zend tentjes te plaatsen, en de booze wereld wil, dat hij die zoo hoog ver huurde, dat hij maandelijks het niet on aardige sommetje van 250,000 livres op streek. (Wordt Vervolgd) goede deugd. We weten dat er veel te doen is ge weest over de late boot. En men mag niet zeggen dat Ged. Staten .n dezen wat roekeloos zijn geweest Want 't is niet de opzet van dit col ge, maar ze zijn daartoe gedwongen door de post. Het is dus hoofdzakelijk oen postboot 's avonds En dat nu vinden we te ver gedreven. Reeds lang is daarover gemopperd. De eene of andere Nurks die 's avonds onder een helder verlichte lamp, bij een warm haardvuur, in het genot van een geurige sigaar en mot een kopje thee of warme groc, betreurt dat hij dan z'n courant mist, heeft zoolaug de noodza kelijkheid van een avondpost betoogd, dat daartoe ten langen leste is overge gaan. En we vinden 't roekeloozer om, wanneer slechts uit dien hoofde om een avondpost is geroepen, die heusch niet zoo hoogst noodzakelijk is, zooveel op 't spel te zetten. In verband hiermede wijzen we op een in de „Tel." voorkomend ingezonden stuk van den heer B. H. Gregorius Donderdagavond, den 6deu dezer, be gaf ik mij te 5.35 aan boord van de „Zuid-Beveland" varende tussehen Vlis singen en Ter Neuzen, om laatstgenoem de plaats te bezoeken. Het was op dat oogenblik zéér mistig, waarom gewacht werd de reis te aanvaarden, tot het we der weer opgeklaard zou zijn. Een uur tje later was dit inderdaad het geval, en verliet de boot de haven, om een kwartier later, tengevolge van den in middels weder zwaar opkomenden mist, te stoppen, en voor anker te gaan lig gen. Nog een paar malen werd gepoogd zachtjes aan vooruit te komen, totdat eindelijk verder doorgaan beslist gevaar lijk zou geworden zijn, en opnieuw het anker uitgeworpen werd. Den volgen den morgen, toen het helder geworden was, stoomden wij voorwaarts; en toen de mist 'n oogenblik opgetrokken was, zoodat wij om ons heen konden zien, telden we zeker een tiental schepen om ons heen, waarvan er zelfs een op slechts een paar bootslengten van ons af, voor anker lag. Deze waarneming was ook slechts van korten duur, want wederom maakte de dikke mist alle uitzicht onmogelijk. Met veel moeite en waakzaamheid van kapitein en bemanning werd zonder on gelukken tegen kwart over éen de ha ven van Ter Neuzen bereikt, en een reis volbracht die anders in 50 minuten of een uur te maken is. Het schrille ge fluit en aanhoudende gebel der omrin gende schepen gedurende den ganschen langen nacht, deed mij toch denken, als wij eens overvaren werden, boe het met de reddingsmiddelen zou staan. Nu kan ik mijn geachten lezors daar omtrent het volgende mededeelen. Er was éen sloep, waarin een zestal perso nen kunnen plaats vinden en waarin zelfs de kapitein zich met 10 man niet gaarne zou willen inschepen wanneer het stormweer was. Tien man telt in ieder geval reeds de equipage. Verder waren er in de eer ste kajuit 6 en in de tweede kajuit 8 reddinggordels, terwijl de machinist er zelf éen te zijner dispositie heeft, alzoo te zamen 15 stuks geborgen op plaat sen, dat ik er naar zoeken moest. Neemt men aan, dat er in gewone omstandig heden gemiddeld 20 tot 30 personen de reis mee maken als passagierser zijn dagen in den zomer, dat er, naar ik ver nam, 4 tot 6 honderd personen worden vervoerd, dan zou bij een eventueel on geluk, met die geringe middelen aan red dingsmateriaal, al zeer weinig afdoende kunnen geholpen worden. Nu is mijne vraag, en ik hoop langs dezen weg een en ander onder de oogen te brengen van bevoegde autoriteiten, in dezen de Pro vinciale Staten van Zeeland, is hier vol doende gezorgd, dat bij eventueele ram pen het aantal ongelukken tot een mi nimum worde beperkt, en is het niet zéér noodzakelijk, dat, waar op de Zeeuw sche stroomen zoo vaak en aanhoudend met mist te kampen is, die voorzorgs maatregelen tegen ongelukken worden genomen, welke geëvenredigd zijn aan het gevaar, waaraan de passagiers en de bemanning zijn blootgesteld? Nog op eene zaak wil ik de aandacht vesti gen. De boeien hebben verschillende vormen en kleuren, maar ook nummers. Deze nummers zijn echter zoo klein, dat men ze bij nevelachtig weer moeilijk kan zien, en als het dan toch noodza kelijk is, voor den rechten koers zich van het nummer moet vergewissen, zou het dan geen aanbeveling verdienen, de nummers niet alleen veel grooter, maar zelfs aan weerszijden van de boeien aan te brengen. Ook moge het reizend publiek in ons waterland zich wel eens vergewissen, wat een reddinggordel is, hoe het ding er uitziet, bovenal, hoe hot in den kortst mogelijken tijd kan aangetrokken wor den, want werkelijk is het mij geble ken, dat daaromtrent nog bij menigeen de meest mogelijke onhekendheid heerscht Hoofdplaat De loop der bevolking de zer gemeente was over 1907 als volgt Op 31 December '06 bestond zij uit M. Vr. Totaal vermeerderd 687 674 1361 door vestiging met 39 29 68 door geboorte met 16 23 39 f5 52 107 Zij verminderde door vertrek met 50 45 95 overlijden met 9 6 15 59 51 110 en bestond alzoo op 31 Dec. 1907 uit 683 m. en 675 vr., samen 1358 en ver minderde alzoo met 4 m. en vermeer derd met 1 v. Schoondijke. De heer A. Merkeleijn, cand. te 's Gravenhage heeft het beroep naar de Geref. Kerk A alhier aangeno men. Oostburg. Het ten overstaan van no taris James en ten verzoeke der erven wed. de Ligny herveilde renteniershuis is aangekocht door het bestuur der school met den Bijbel ten behoeve van het hoofd dier school, voor ƒ3225. De concurrentie der beetenagenten in het land van Hulst en het is hier niet veel beter is buitengewoon groot. Ofschoon de contractprijs der fabrieken ƒ12.— per 1000 K. G. is, zoo wordt er toch veel gecontracteerd tegen oen hoo- geren prijs. Zoo heeft de beetenbond uit den Kruispolder onder Lamswaarde zijne circa 60 gemeten verkocht tegen ƒ12.625 aan de fabriek te Calloo, en is er zelfs aan landbouwers 12.75 gege ven. Ieder begint zich af te vragen, waar die opslag bij de ƒ12.— vandaan moet komen, en vooral doen dit agenten en fabrikanten. Deze hebben dan ook be sloten aan die concurrentie door opslag op den contractprijs zooveel mogelijk paal en perk te stellen. Daarom is door hen een vergadering gehouden te Hulst, waarin o. a. het voorstel is gedaan, dat geen der agenten meer zal mogen be steden dan den contractprijs der fabri- ken, en bij eventueele overtreding hier van de 250 zal verliezen, die hij als waarborg voor de naleving er van zal moeten deponeeren. Door dion maatregel hoopt men te vens het vormen van beetenbonden te voorkomen, die mede oorzaak zijn, dat er boven den fabrieksprijs gekocht wordt. Gisteren avond hield de afd. Bres kens van den Chr. Nat. Werkmansbond haar 2e jaarfeest. Do gewone administratieve werkzaam heden werden afgowisseld door voor drachten en een samenspraak. Op milde wijze werden ververschingen rondge deeld. Hoofdplaat. De storm van Zaterdag avond heeft een aanmerkelijke schade veroorzaakt aan het in aanbouw zijnd huis van Ch. Weijnen, dat on.Ier dak zijnde, gedeeltelijk instortte. Hoofdplaat. In den nacht van Zater dag op Zondag werd de familie Sturm wakker door het geblaf van den waak hond. Naar buiten kijkende zag men een persoon in den bloementuin wandelen. Dat nu, leek niet in orde. Men dacht terstond aan kwade bedoelingen en twee der zoons zouden den vreemden indrin ger beduiden, dat zulks niet te pas kwam. Het viel niet heel moeilijk de man te grijpen, want hij had dermate aan Bac chus geofferd, dat hij zelfs niet wist waar hij zich bevendhet bleek boven dien dat hij in den waterput was ver zeild geraakt, bij welke badkuur hij een zijner schoenen had verloren. Toen scheen hij bij de ontmoeting wel eenigszins ontnuchterd, want toen een der broeders zich verwijderde om den veldwachter te halen, wijl men met den persoon geen raad wist, achtte de ze het raadzamer het hazenpad te kie zen. Hoofdplaat. Het bestuur der muziek, vereeniging „Oefening baart kunst" heeft besloten het 10-jarig bestaan met een festival te gedenken, vermoedelijk den 9 Augustus e. k. Een gehouden vergadering van de in gezetenen was tamelijk bezocht en op de inteekenlijst werd een vrij goed be gin gemaakt. Men schrijft aan „De Tijd" uit Zuiddorpe Ons vreedzaam dorpje is sinds eeni- gen tijd in rep en roer. En de omstan digheden, welke tot dezen toestand heb ben geleid, zijn zóo origineel, dat zij der vermelding wel waard zijn. Ziehier de geschiedenis Op een goed ingerichte boerenhofste de woonde sinds eon aantal jaren een jong boerenpaar, waarvan zoowel man als vrouw uit ons dorp afkomstig wa ren. Scheen vroeger tussehen beiden

Krantenbank Zeeland

Breskensche Courant | 1908 | | pagina 2