Binnenland. nog Wat te redden geweest. Niet zonder moeite zijn er sub-comi- té's gevormd voor kinderspi-len en al- gemeene versiering, punten, die wel voor openbaarheid bestemd kunnen ge acht worden, zonder de kans te loopen dat we iets aan de verrassing voor H. M. zullen ontnemen. Men kent thans onze opinie, eene opi nie die door velen, ook buiten de ge meente wordt gedeeld. Men mag echter ons standpunt niet beschouwen als eene tegenwerking ten opzichte van wat men hier wil op touw zetten. Maar men kan toch iets maar niet goedkeuren, als men meent dat het niet goed is, zonder van het tegendeel te zijn overtuigd. Als men van Breskens den indruk mocht krjjgen, dat het ten deele onver schillig mocht staan tegenover het Ko ninklijk bezoek, zij hieraan toegevoegd, dat dit slechts schijn is en geenszins de schuld dier middenstof. We hadden gaarne gezien en we weten zeker, met ons de gansche ge meente, dat als er feest gevierd werd, het zoo glorieus mogelijk werd gedaan. Thans is daar een kentering waar neembaar, die verdeelt. Aan den anderen kant is, als we 't zoo mogen noemen, een nieuw element in de voorbereiding gebracht. Men laat namelijk meisjes met de lijsten circuleeren. Het zal niet behoeven te verwonde ren als Breskens in dezen wèl gelijk op zal gaan met de andere gemeenten. En het kan een goede gedachte zijn, als dat bedoeld is voor een liefdadig doel, maar of het in de gegeven om standigheden weinig anders zou zijn dan een op zich laden van den schijn, dat de commissie voor zoo'n rondgang wat huiverig is, is een andere vraag. We hebben gemeend, onze stem, als die der publieke opinie, te moeten doen hooren, om te voorkomen dat er fiasco werd gemaakt. Leidt het toch daar toe, welnu, dan is 't niet onze schuld. In vervolg op het kort resumé van de Statenzitting van j.l. Vrijdog, diene dat zij werd bijgewoond door 35 leden. O. m. waren afwezie uit bet district Sluis de heeren mr. P. C. J. Hennequin en W. C. de Smidt. Behalve de vermelde punten kwamen o.a. nog in behandeling voorstel van Ged. Staten tot afwijzen de beschikking op een verzoek der af- deeling „Zeeland" van de Yereeniging tot bevordering van de pluimveehoude rij en tamme konijnenteelt in Neder land om een jaarlijksche subsidie van ƒ100. Door den heer G. A. Vorsterman van Oyen werd voorgesteld voor een jaar een krediet van ƒ100 toe te staan. Dit werd verworpen met 20 tegen 15 stemmenvoor stemden o. m. de hee ren Van Dam, Erasmus en Van Oyen tegen de heer Hammacher. Daarna werd het voorstel van Ged. St. zonder hoofd, stemming aangenomen. Voorts werden subsidies verleend van ƒ200 aan het bestuur der Vereeniging Vereenigde Handswerklieden te Neuzen, voor de onder zijn beheer staande avond vakschool, van f500 aan de Vereeni ging De Ambachtsschool te Middelburg. Voorgesteld werd een subsidie te ver- leenen van f3700 's jaars aan de Ver eeniging Zeevaartschool te Vlissingen voor het tijdvak van 1 Jan. 1908 tot en met 31 Dec. 1912, welk subsidie wordt verhoogd met f860 per jaar, te rekenen van den eersten dag der maand waarin het aan den Boulevard Bankert te stichten gebouw in gebruik zal wor den genomen. Wat dit laatste voorstel betreft, was in de afdeelingen nogal gediscussieerd. In eene afdeeling werd de wensch besproken om ook de jongens van Bel gische ouders, die te Vlissingen wonen en een belangrijk deel in gemeente- en rijksbelastingen bijdragen, tot de school toe te laten. In verband daarmede werd in eene andere afdeeling het denkbeeld aange geven, aan kinderen van inwoners der inwoners der provincie voorkeur te ge ven, boven kinderen van elders wonen den, waarbij dan steeds jongens van Nederlandsche ouders in de eerste plaats in aanmerking zouden komen. Van andere zijde werd daartegen aan gevoerd, dat aan de toelating der jon gelui verschillende bezwaren waren ver bonden, inzonderheid directe uitbrei ding van het getal leeraren en leermid delen, benevens andere regeling van het onderwijs, met het oog op taal en ver ders, dan inwoners der provincie niet- Nederlanders en eindelijk inwoners van buiten de provincie zullen worden toe gelaten. liet voorstel van Ged. Staten werd daarna aangenomen zonder hoofdelijke stemming. Een langdurige laat ons zeggen een beginselrakende discussie werd gevoerd over het voorstel van Ged. Sta ten tot wijziging van de vroegere be sluiten der Staten hou dende toekening van subsidie voor den aanleg en de ex ploitatie van een stoomtramweg van Middelbiug naar Domburg met een zij tak van Koudekerke naar Vlissingen, van Hontenisse tot de Belgische grens in de richting van Selzaete, van Borse- len naar Wolfaartsdijk en van Brou wershaven naar Burgh. In de voorwaarden dier subsidie-toe- kenningen is bepaald, dat o.m. de dienst regelingen, ook die voor het personeel, zijn onderworpen aen de goedkeuring van Ged. Staten terwijl in die voor waarden reeds is nedergelegd de waar borging van 26 vrije Zondagen voor het personeel. De minister van Binnenlandsche za ken heeft aan Ged. Staten te kennen gegeven, dat deze voorwaarden niet be- hooren tot de competentie van de Pro vinciale Staten, en die bevoegdheid dus uit de voorwaarden moet worden gelicht, op straffe dat anders het toegezegd en reeds verleend rijks-subsidie wordt in getrokken. Van anti-rev. zijde werd hier ten zeerste opgekomen, vooral wat betreft de gedeeltelijke Zondagsrust voor het personeel. Bij de stemming over het voorstel van Ged. Staten, werd dit aangenomen met 18 tegen 17 stemmen. Met de 16 aanwezige anti-rev. stemde alleen de heer Hombach (kath.) tegen. Terwijl de overige 5 katholieke leden Fruijtier, van Rompu, van Waesberghe, Dumoleijn en IJsebaert met de 13 aan wezige liberalen vóór stemden. Eigenaardig, dat bij deze beginsel stemming weer zoo opvallend weinig bleek van de overeenstemming tusschen de coalitia-vrienden, waarbij men zich onwillekeurig afvraagt wat toch wel het punt van aanraking tnsschen beide partijen is. Het voorstel van Ged. Staten tot vaststelling van regelen omtrent het wariflfinen vanwege de provincie van verlichten van hot havenhoofd te Bres kens is te kostbaar. Het personeel is evenwel opgedragen de passagiers zoo veel mogelijk te helpen. Wat de .aansluiting in den winter be treft voor den trein van 3.16 te Vlis singen blijkt, dat het vorige jaar deze aansluiting slechts eenmaal gemist is. deze aansluiting slechts eenmaal gemist. De heer Vorsterman zal later op de ze zaak terugkomen. Verder werd door den heer Dekker eene opmerking gemaakt omtrent het binnenkomen der haven te Breskens, dat z. i. niet van gevaar ontbloot is hij vroeg naar de mogelijkheid van uit breiding van het reddingsmateriaal daar éen vlet voor slechts 12 personen stel lig veel te weinig is, daar soms wel 500 passagiers (in een zeer exeptioneel geval. Red.) worden vervoerd. Ged. Staten zullen hierop in eene volgende vergadering antwoorden. Daarna werd de zomerzitting geslo ten. BRESKENS, 16 Juli 1907. Blijkens achterstaande advertentie zal de heer J. A. de Zwaan, leeraar aan het Koninklijk Conservatorium voor Muziek te 's Gravenhage, met mede werking van Mej. Henriette Arntzenius een orgelconcert geven op Zondag 4 Augs. a.s. in de N. H. kerk te Schoon- dijke. De heer De Zwaan heeft een goeden naam als toonkunstenaar, terwijl Mej. Arntzenius beschikt over een heerlijke altstem. Voorzeker zullen deze musici den hoorders veel te genieten geven. De toegangsprijs is laag gesteld, opdat ie der in de gelegenheid kan zijn zich dit muzikale genot te verschaffen. Het concert kan evenwel alleen doorgaan, wanneer een voldoend aantal toegangs kaarten zijn genomen. Dewijl we in deze streek zoo zelden het voorrecht hebben kunstenaars te hooren en van hunne gaven te genieten, wekken we de inwoners van Schoondij- ke en omstreken gaarne op, deze gele genheid om iets waarlijk schoons te hoo ren niet ongebruikt te laten voorbij gaan. Te Aardenburg ontdekte Zondag morgen de landbouwer Matthijs dat des nachts op het in de weide loopend vee is geschoten, waarbij 1 paard van den brouwer Haverland en 3 koeien zijn ge-

Krantenbank Zeeland

Breskensche Courant | 1907 | | pagina 2