ALGEMEEN NIEUWS- EH ADVERTENTIEBLAD VOOR HET VOORMALIG 4l DISTRICT. Sen beproefd vertrouwen. No. 1144. Woensdag 10 October 1906. 16e Jaarg. Buitenland. V E UIL L ETON. Binnenland. IS III. S k n M il i; COURANT, Abonnement per 3 maanden 0.50, franco per post door het geheele rijk 0.55, voor Belgie ƒ0.625 en voor Amerika 0.82:' bij vooruitbetaling. Abonnementen worden bij boekhandejaren en brieven gaarders aangenomen. Advertentiën van 1 tot en met 5 regels 25 cents, elke gewone regel meer 5 cents. Groote letters naar plaats ruimte. Bij abonnement lager tarief. Advertentiën worden ingewacht tot Dinsdag- en Vrijdag middag te twee ure. I)it blad verschijnt elkeu Dinsdag- en Vrijdagavond bij den uitgever C. DIELEHA\ te Breskeiis. (Slot van de Russische toestanden.) Een vermeldenswaardige bijzonderheid is ook, dat de Tsaar door den Rus nog steeds als een soort van heilige beschouwd wordt. Zoolang een revolutionair het volk spreekt over recht-voor-allen, vrij heid van denken, gelijkheid, verbetering van zijn lot en omverwerping der regee ring is alles goed, maar wanneer hij de onvoorzichtigheid heeft te zeggen„En dan zullen we den Tsaar afzetten", heeft hij bij het volk totaal afgedaan. De Tsaar is in de oogen van den recht- geaarden Rus onaantastbaar. Men zou, als men van de verschrik kelijke moordtooneelen en anarchistische daden in Polen hoort, geneigd zijn, de ze aan te zien voor uitingen van de beweerde algemeene revolutionaire be weging. Dit zou onjuist zijn. In Polen heerscht nl. een eigenaardige toestand. De Pool beschouwt zich als West-Eu ropeaan en ziet met groote minachting neer op den Rus, als zijnde van een an der ras. Zijn eenig ideaal is de auto nomie van Polen. Zijn revolutionaire beweging is dus als een onafhankelijkheidsoorlog te be schouwen. Evenwel, ook in deze be weging ontbreekt een fundamenteel sy steem, zoodat zij tot niets schijnt te zullen leiden. De Joden wakkeren deze beweging aan, die met groote hardnekkigheid nu reeds meer dan twee jaar lang wordt gevoerd. De gevolgen zijn dan ook niet uitgebleven. Lodz, Warschau en verder alle industrieplaatsen tot Graditz toe, zijn lieden ten dage geheel geruïneerd. Centraal-Rusland, dat een afnemer is van do Poolsche industrie, lijdt onder dezen toestand niet. Het stilliggen der Poolsche industrie kwam ten goede aan andere deelen van Rusland. Do industrieelen in Moskou en die in de bekende fabrieksplaats Ivannowo Wos- ilessensk bv., profiteerden er van door meederen afzet hunner producten. Dat de beweging in de Oostzee-pro- vincies eveneens een nationale onafhan kelijkheidsbeweging is, werd reeds meer malen in Het Vaderland betoogd. Do Baltische adel heerscht er nog op mid- deleeuwsch despotische wijze, vandaar de vaak bloedige oproeren der geknech te bevolking, die in de heerschende agi tatie een welkom voorwendsel ziet, zich van de gehate dwingelanden te ontdoen. Ook het godsdienstverschil de over- groote meerderheid der Letten en Est- hen is Luthersch en het taalverschil, zijn even gereede aanleidingen om het volk van de Russen te onderscheiden. Generaal Orlof heeft in die provincies op. wreedaardig afdoende wijze de rust hersteld. In de laatste jaren heeft de eertijds oppermachtige, en nog steeds op alles zwaar drukkende bureaucratie, veel van haar macht ingeboet. Slechts een con stitutioneel ministerie, zooals Rusland zal verkrijgen, kan aan dien door onge- zonden toestand een einde maken. Nog heden ten dage is het voor een hande laar of industrieel onmogelijk de ondenk baar langzaam werkende ambtenaron, van wie hij voorgeschreven paspoorten of' vergunningen moet ontvangen, tot meerderen spoed te bewegen, dan door discretelijk aangeboden geschenken, doch ook deze wantoestand is in het buiten land maar al te goed bekend. Een andere uiting van het verdorven ambtenaarselement zijn de „pogroms" of moordpartijen. Het zou echter ver keerd zijn te denken, dat deze door de regeering worden georganiseerd. In ver reweg de meeste gevallen is men tot de slotsom gekomen, dat het verschillende coteries van ambtenaren zijn, die, bui ten de regeering om, dergelijke gruwel daden op touw zetten. Na 30 October hielden de vooruitstre vende partijen in alle groote steden van Rusland, uit pure blijdschap over 't ma nifest van den Tsaar, processies met vlaggen en opschriften in de straten. De politie belette deze niet, doch zij organiseerde een contra-optocht met na tionale vlaggen en groote portretten van den Keizer. Ontmoetten die menschen- stouten elkaar waar het natuurlijk op aangelegd was, dan ontstond er botsing, er werd door iéinand geschoten en het sein voor den massa-moord was gegeven. in den laatsten tijd komen nog steeds pogroms voor, maar zij zijn dan gewoon lijk tegen de Joden gericht. De algemeene indruk van den tegen- woordigen toestand en de toekomst van het rijk kah als volgt worden geresu meerd Het kolossale, nog voor geen tiende deel geëxploiteerde Russische rijk, dat de enorme financieele verliezen van den Japan-oorlog en de ontzettende werksta king zoo goed heeft kunnen doorstaan, dat bijna geen faillissementen voorkwa men, waar handel en industrie tegen woordig weer groeien en bloeien als voorheen, dat land, waarvan de begroo ting loopt over een bedrag van twee milliard, heeft een zoo kolossale fiinan- cieelo draagkracht, dat een Staatsban kroet ondenkbaar moet worden geacht.. Wanneer de aanstaande volksvertegen woordiging de regeering bijstaat, om ge- stadig-aan verbetering te brengen in de dringend verbetering behoevende, amb- tenaarskaste en haar aandacht ijverig wijdt aan de noodzakelijke ontwikkeling van het volk, is er geen reden om aan te nemen, dat het Russische rijk niet een toestand van rijkdom en bloei tege- 16. Hij sprak zoo lang en drong zoo lan gen tijd aan, dat ik ten slotte werkelijk onderteekende. Maar ik geloof clocter dat ik u verveel, is het niet zoo?" „Integendeel", gaf Oppen ten ant woord „ik stei juist zeer groot belang in het verhaal waarde Pedrovertel verder Het eerste wat ik deed, toen ik een kleine som geld in handen had, was na tuurlijk, dat ik mijn zuster een gelde lijk bedrag voor de terugreis stuurde en mij toen met grooten ijver aan mijn kunst wijdde. Ik zou helaas maar kor ten tijd genieten, want ik werd het slachtoffer van een ongehoorde schur kenstreek. Op zekeren avond toen ik, van een kort uitstapje naar Callao terugkeorend, door een van de smalle straatjes der voorstad ging werd ik door een bende woestelingen aangevallen, ik kreeg een slag op liet hoofd, die mij bewusteloos deed neervallen waarvan ge de sporen nog zien kunt „Dat is ongehoord", riep de dokter; „ik vermoed reeds wat verder komt men bracht u aan boord van een schip en ge waart, gelijk men dat noemt, ge prest". „U heeft juist geraden. Toen ik den volgenden morgen met ontzettende hoofd pijn wakker werd, lag ik in oen donkere kooi, en een onophoudelijk geschommel deed mij spoedig begrijpen, dat ik op een vaartuig was, dat de reis had aan vaard. Het duurde dan ook niet lang of een luik ging open, ik werd door vier stevige armen beetgepakt en voor een man gebracht, die mij dadelijk als Al- fons Cobello aansprak en mij -vertelde, dat het niet meer moest voorkomen, dat ik zoo „stomdronken" was. Mijn te genspreken hielp niets en ik kreeg en kel spotternijen tot antwoord, ja de ka pitein liet mij zelfs een overeenkomst zien, die ik, de licht-matroos AlfonsCa- bello, heette onderteekend te hebben de schandelijke gezagvoerder van het schip moet zeker heel ruim betaald zijn geworden. Zoo kwam ik in Hamburg, waar u mij hebt leeron kennen in den meest ziekelijken toestand. V. De kapitein trad, nadat hot stoom schip was binnongeloopen, op de jonge dame toe. „Juffrouw Carana", zeide hij, op een heer wijzend, die reeds geruimen tijd naar de jonge dame had getuurd en thans den gezagvoerder om inlichting had gevraagd, „de lieer Eugenio Fuerto vraagt om de eer aan u te worden voor gesteld". Vos keerde zich haastig omdat was dus zijn tegenpartij Toen hij denman aanzag kwam het vroegere wantrouwen met vernieuwde kracht in hem op. Het gelaat met de kleine oogjes en het on ophoudelijk spottend lachje was alles behalve geschikt om vertrouwen in te boezemende man boezemde Vos inte gendeel een onoverwinlijken afkeer in, die van minuut tot minuut sterker werd, toen hij den advocaat hoorde spreken. moot gaat. Ouder liet opschrift „op een gevaar lijken weg", schrijft het Weekbl. van het Recht Wij lezen in den laatsten tijd van invallen door justitie en politie in hui zen, omtrent welke het vermoeden was gerezen, dat zij zijn voor het publiek toegankelijke huizen van hazardspel. Dat vermoeden werd meerendeels be waarheid en het is dus wel begrijpelijk, dat het krachtig optreden der politie algemeen instemming mocht verwerven. Toch moet menige lezer bij de kennis neming van die courantenberichten wei eens de vraag bij zich hebben voelen opkomen zijn al de bij die invallen ge troffen maatregelen wel in overeenstem ming inet onze wet en loopt onze po litie niet gevaar, door prijzenswaardigen ambtsijver gedreven, verder te gaan dan de wet toelaat Ons is het niet altijd gelukt dien twijfel geheel te onderdruk ken. Ter toelichting met een enkel voor beeld wijzen wij op een deel van het bericht, opgenomen in de N. R. Crt. van 2 October, Eerste Blad B. Na dun jongsten inval door de Haag- sche politie waren tal van personen, die zich in de verraste veste bevonden, me degenomen naar het commissariaat van politie, vooral! op grond dat zij niet da delijk den optredenden politiebeambte volkomen bevredigende verklaringen af legden. Die medeneming is met wat goeden wil te rechtvaardigen met een beroep op art. II Wetb. van Strafvor dering, daar ten aanzien van al de in het lokaal aanwezige personen liet ern stig vermoeden bestond, dat zij schul dig waren aan de overtreding van art. Gelukkig kende hij voldoende Spaansch om de opgeschroefde en naar landsge bruik met allerlei beleefdheden doorspek te woorden te verstaan, waarmede de advocaat het jonge meisje bègroette. „Uw onderdanigste dienaar acht zich gelukkig, mejuffrouw", begon Fuerto, „de eerste persoon te zijn die de lang ver wachte en vurig gewenschte dame van aangezicht tot aangezicht mag aanschou wen en in het vaderland te mogen ver welkomen. De heilige maagd geleide uw voetsehoone juffer, van 't oogenblik af dat ge dezen bodem betreedtVeroor loof mij thans, dat ik en allen die in mijn huis zijn zich tot uw bevelen stel len; ik waag het te hopen dat mijn vriend Pedro melding heeft gemaakt van den steeds dienstvaardigen Fuerto, wiens hoogste geluk „Waar is mijn broeder?" vroeg Dolo res, hem in do rede vallend, angstig. „Zeg mij iu de eerste plaats waar Pe dro is, mijnheer. Is hij ziek? De advocaat glimlachte. „Volstrekt niet, mejuffrouw! Uw broeder is zoo vroolijk en gezond als maar een man kan zijn wieu de fortuin eensklaps heeft

Krantenbank Zeeland

Breskensche Courant | 1906 | | pagina 1