Gemengd» Goesjhr. uir. A. F. de Savornin Lob- man te 's Gravenhage aftr. lid (a.-r.) en G. A. Vorsterman van Oyen te Aarden burg (vrijz. dem.) Middelburgmr C. Lueas.se te Goes, aftr. lid (a.-r.) en Herman Snijders te Mid delburg (vrijz. dem.) Hontenisse P. F. Fruijtier te Hontenis- se aftr. lid (bath.) en mr. J. G. van Dein- se te Apeldoorn, oud-lid, (lib En te Oostburg is van anti-rev. zijde, gesteund door de bath., de beer J. H. Blum te Vlissingen gesteld. Alleen ten opzichte der candidatuur van vrijzinnige zijde in dit district verbeert m«n nog in 't onzekere, ondanks dat nu weer, nadat langen tijd de fantasie van deze of gene correspondent beeft gerust, in de N. R, Cl. een bericht voorkomt dat de beer Mr. P. C. J. Hennequin zich weder beschikbaar stelt. We meenen, en daarvoor hebben we onze reden dat d» Lib. Kiesv. wier bestuur de leiding dezer zaak in handen heeft, dezelfde gedragslijn zal volgen als ten vorige jare is geschied ten opzichte van de Staten-Verkiezing, toen omtrent het aftreden van den heer W. de Smidt alle mogelijke berichten de rondte deden. Het zal zich ul. tot de heer Henneqn n wenden met de vraag of hij eene eventueele candidatuur zal aanvaarden. Men zal nog een korte tijd geduld moeten oefenen, wijl binnen enkele dagen de kiesv. vergadert en aldaar zal dan deze zaak tot klaarheid gebracht zijn. In de te Tholen gehouden algemeene vergadering van gemeenteveldwachters in Zeeland werd besloten dat het bestuur zich, namens hen die dit verlangen, tot den gemeenteraad zal wenden met een verzoek tot het verkrijgen van beter salaris en pensioenregeling. Voorts werd besloten aan de Provinciale Staten het verzoek te richten om, wanneer eene gemeente haren veldwachter pensioen toekent, dit met een zelfde bedrag te willen verhoogen, zooals dit in Zuid- Ho'land geschiedt. TWEEDE KAMER. Naar aanleiding van eene mededeeling in eene openbare meeting te Edam ge houden door den heer Roodhuizen gedaan dat een officier niet was bevorderd geworden voordat by zijne kinderen zou laten doopen, heeft de heer Heemskerk gisteren den minister van oorlog geïnterpelleerd en gevraagd of den minister hiervan iets be kend was, zoo ja, of dat was gebeurd op last ot inet goedkeuring van den minister en zoo niet of deze dan een onderzoek wilde instellen, tenzij dit nog niet reeds is gedaan. De minister antwoordde dat hem van zoo'n geval niets bekend was, en het dus tiek kon verwijten en deze aar, den eerste de vernietiging van zijn geluk. Zij leef den naast elkander iu het weelderig pa leis, werkten samen, oefenden gezamenlijk toezicht uit op de constructie van de reu zenwerken van de haven. Zware sluizen werden gebouwd, van de Middellandsche Zee gescheiden door jjzeren deuren, die door stoomlieren geopend konden worden in weinige minuten konden de dokkei, vol- loopen of droog staan, naar mate de arbeid aan de schepen dit vorderde. Darligues vertoefde het liefst tusschen de hooge ijze ren wanden van dit droogdok, welks in richting zijn bewondering opwekte. Eén druk, en de ijzeren kolossen draaiden om hun assen en lieten geweldige stroomen water binnen. Een wenteltrap, bestemd voor de duikers gaf toegang tot de sluis en van deze trap maakte Darligues, zoo lang het bassin nog droogstond, bij voor keur gebruik. (Wordt vervolgd.) niet op zijn last of met zijn goedkeuring kan zijn geschied, terwijl Z.Exc. van den heer Roodhuizen bericht ontving dat deze geen namen kon noemen en dus geen onderzoek kan instellen. De heer Roodhuizen hield de gegrondheid van de beschuldiging vol, maar, zeide hij, zoolang zich bier gevallen voordoen als verleden week, doelende op de zaak Reitsma kan men geen namen noemen. De minister, die verklaarde hier geheel buiten te staan, zeide dat 't hem vooral leed deed dat de indruk is gevestigd alsof hij aan eene handeling als de hier bedoelde zijne goedkeuring zonde hebben verleend. H. M. de Koningin heeft afwijzend beschikt op de verzoeken om gratie, inge diend o.a. door de huisvrouw van A. Wel tevreden, vroeger evangelist te Zierikzee, die thans een gevangenisstraf van 5 jaar in de strafgevangenis te Scheveningen onder gaat, welk verzoek was voorzien van on geveer een lOüOtal handteekeningen, waar onder van verschillende aanzienlijke per sonen ter ondersteuning. BRESKENS, 7 April 1905. In de gisterenmiddag gehouden verga dering van kerkvoogden en notabelen der Ned. Herv. Kerk alhier is de verkiezing van den heer P. C. Roest tot Notabel on geldig verklaard op grond van een vei bo den graad van zwagerschap met een der leden van het college Notabelen. Eetie nieuwe verkiezing zal thans plaats hebben op Vrijdag 28 April e.k. Aan W. J. Ross, eervol ontslagen brievenbesteller en benoemd tot brieven gaarder te Souburg is mede een pensioen verleend van ƒ170 's jaars. Voor een lid van den Gemeenteraad te Ter Neuzen moet herstemd worden tus schen de heeren A. Moggré (lib.) en P. I. Scheele (anti-rev.) Biervliet. In de gehouden zitting van den gemeenteraad werd mededeeling gedaan dat Ged. Staten bij hun besluit van 30 Maart hebben goedgekeurd de op 24 Maart door den Raad vastgestelde bouwverordening als bedoeld in art. 1 der Woningwet. Voor zoover bekend is deze de eerste ge meente in dit district alwaar eene dergelijke Verordening van kracht is geworden. Tevens verleende de Raad aan de Teeken- school te IJzendijke, tot wederopzegging eene subsidie van ƒ30 's jaars. Een misdaad, waarvan de gruwelijke omstandigheden alles te boven gaan wat men in dien aard ooit te hooren kreeg, gebeurde te Galmaarde, een gemeente in het zuiden der provincie Brabant, tusschen Edingen en Geeraardsbergen. Des morgens, bij het krieken van den dag, vond de baanwachter op den spoorweg het gedeeltelijk vermorzeld lijk van een man. De statie overste deed de treurige menschelijke overblijfsels in een gebouw van den dienst overbrengen en dokter Robyns, van Thollenbeek, werd geroepen, om de gebruikelijke waarnemingen te doen. De geneesheer deed een vreeselijke ont dekking. De doode was niet verongelukt, maar vermoord. De borst, die door de wielen van den spoortrein niet geschonden was, droeg talrijke diepe wonden, steken van messen of d dken. De vermoorde was dus op de riggels gelegd om aan een ongeluk of een zelfmoord te doen gelooven. De burgemeester van Galmaarde, M. Exlerdael, werd haastig geroepen, evenals de bevelhebber der gendarmerie van het naburige Vollezeele en een onderzoek werd begonnen, allereerst om te weten wie de vermoorde was. En men herkende in hem een zekeren Bauwens, rond de 50 jaar oud, bewoner van een kleine pachthoeve te Heerne, bij Edingen. Bij nader onderzoek ontdekte men een bloedspoor te midden van den steenweg, druppels, die aantoonden welken weg men met het bloedende lijk had gevolgd. Eu dit spoor leidde naar de hoeve zelf van den vermoorde, gelegen op omtrent vijf kilometers van de spoorbaan, te midden van het veld. De echtgenooten Bauwens hebben dertien kinderen, waarvan het oudste, een soldaat, verleden Zaterdag met onbepaald verlof naar huis kwam. Al de leden van dit groote huisgezin, ten naaste die welke »tot de jaren van verstand" gekomen zijn, wordeu van recht- streeksclie of onrechtstreeksche medeplich tigheid verdacht. Allen toch wisten wat er gebeurde en zou gebeuren en niemand heett iets gedaau om liet gruwelstuk te beletten. De hoeve is nogal belangrijk. Men telt er een half dozijn koeien en twee paarden en de vader was niet alleen boer, maar ook timmerman en wagenmaker. Alle dagen werden met dezelfde kar, die diende om het lijk te vervoeren, die melkkannen naar de melkerij gebracht. Het groote huisgezin kwam toch betrekkelijk goed aan den kost, maar er beerschte geen goede overeenkomst. Hoe ijverig de vader ook bleek, toch was zijn gedrag nogal besprekelijk en de moeder zelf was niet van slecht gedrag vrij te pleiten. Men vroege daarbij, dat de oudste zoon, de artillerist, te dikwijls naar hun goesting in verlof kwam, terwijl de dochters des Zondags naar de danszalen liepen en laat naar huis kwamen. Nu Zaterdag was Charles weer onver wacht naai huis gekomen, terwijl vader niet thuis was en, daar hij vernam, dat deze laatste in het dorp zijn aankomst met misnoegen vernomen had, verborg hij zich in de schuur. Te half elf kwam men hein verwittigen, dat vader sliep in zijn kamer naast het woonvertrek. De soldaat, woedend omdat hij zich zoolang had moeten verborgen houden, zegde dat .aan dien toestand een einde moest komen. Hij ging weer buiten, haalde uit het werkhuis een zwaren hamer, nam in de keuken een groot breed mes en ging de slaapkamer binnen, gevolgd door zjjn zuster Lowies en zijn broeder Leo, welke laatste de petroleumlamp droeg. De kanonnier ging nu achter het bed staan en sloeg zijn vader herhaaldelijk met den hamer op het hoofd, zoodat bloed en hersenen rond spatten. Dan kwam hij voor het bed en sneed het slachtoffer de keel at. Terwijl dit gebeurde stonden de broeder en de zuster er bij en de andere kinderen waren naar bed gegaan, zeggende, dat zij er zich niet mee bemoeiden en men kon doen wat men wilde. De moeder bleet in de keuken, terwijl haar dochters Justien en Josetien in de slaapkamer kwamen zien »of het gedaan was." Dan besloot men het lijk op de spoor baan te leggen. Men spande de kar in, legde den doode er op en het drietal, dat in de slaapkamer was gegaan de soldaat, Leo en Lowies, namen plaats op den bok. Het was toen halftwaalf. Geen mensch zag wat er gebeurde, maar het bloedende lijk liet sporen genoeg na op heel deu vijf kilometers langen weg, om te belelt dat het gruwelstuk verborgen zou blijvc De drie monsters legden hun vad dwars over de sporen. Om dit te doe moesten zij er den tamelijken steilen spoo wegdijk mee opklauteren. En eens t lijk neergelegd, wierpen zij er een zak ove opdat het niet dadelijk zou gezien wordi door wakers, machinisten ol wie er da ook voorbij mocht komen. Te 1 uur keerden zij naar de koet terug, maar te 4 uur ging de soldaat t voet naar Edingen, nam daar een spoorwej kaai tje tot Heerne en stapte daar af, alzo den schijn aannemend alsof hij nu eerst i verlof kwam. Om dit zooveel te meer t doen gelooven, liet bij zich in verscheiden herbergen zien. Het parket kwam Zondagnamiddag te 5 ure aan. De magistraten gingen recht streeks naar de hoeve, juist op hi t oogen blik dat de gendarmes die verlieten mi een dor zonen, Leo, die bun btkend ka wat er gebeurd was. De audere kuisgenooten werden nu oo! ondervraagd en het was 1 uur des nacht eer de soldaat de bekentenissen van zij broer bevestigde. De bebloede hamer werd in liet werkhui en het mes in de keuken gevonden. De bebloede beddelakens waren reed gewasschen en in de schuur achter stroi bussels gestopt, te zameu met den overtrel van den stroozak, welken men had leeg geschud. Maar de moordenaars hadden er niel aan gedacht, de kar af' te wasschen en de bloedvlekken, die door het beddegoed op den vloer waren geloopen, op te schuren. De soldaat, zijn zuster Lowies en zijn broer Leo zijn naar Brussel gebracht. De anderen zijn voorloopig in vrijheid gelatem Git vertrouwbare bron werd dezer dagen een mededeeling gedaan, waarop men meent de aandacht van autoriteiten, belast met het toezicht op de volksgezondheid, te moeten vestigen. De vertegenwoordiger van een Duitsche leastenfabriek zocht onlangs te Utrecht afzet voor het zaagsel-produht van zijn firma, dat, naar hij mededeelde, iu Duitscland en ook in ons land, wordt gebruit tot vermenging van meel en in broodfabiiekken als zoodanig wordt ver werkt Het zaagsel is uiterst fijn en op gezicht van meel niet te onderscheiden. Verzekerd werd dat de bedoelde fabriek in Duitschland grooter afzet heeft en ook in ons land reeds koopiers gevonden heeft. Een spoorwegongeluk heeft plaats ge had in de nabijheid van Parijs. Een trein, naar Limoges, is tegen zeven uur des och tends op de lijn van Sceaux tusschen de stations Arcueil-Cashon en Bourgla-reinn ontspeord. Verschillende waggons werden omgewor pen en enkele wagens raknten in brand. De machinist, de sloker en een reiziger werden gedood, zes reizigers werden zwaar gewond. Te Castelsarasin, nabij Montauban, ontstond brand, tijdens de voorstelling, in den circus Bourgeois. De teut van zeildoek stsnd in korten tijd geheel in vlammen, maar daar het vuur in den stal beggounen was konden alle toeschouwers zich nog tij dig redden. De vlammen hadden evenwel de woonwagens van den troep ook aange sast, waarin twee kinderen sliepen, een jon gen van 5 en een meisje van 3 jaar. Een der artisten waagde zich moedig in den brandenden wagen en redde het meisje, dat, hoewel bedwelmd door den rook, nog leefde. Den knaap kon hij niet meer redden eu deze kwam in de vlammen om. Dinsdagavond om halfacht bad, we gens verkeerden wisseltand een botsing plaats tusschen een personen- en een goe derentrein, nabij het station Schweich. Drie tieinbeainbten kwamen om, terwijl vier passagiers gewoud ziju. De materieele

Krantenbank Zeeland

Breskensche Courant | 1905 | | pagina 2