BRESKEHSGHE COURANT. VOOR "J' ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD HET VOORMALIG 4E DISTRICT. mm - en No. 962. Zondag 1 Januari 1905. 14e Jaarg. Ds jaarwisseling. Advertentiën. ABON NEMEN T. Per 3 maanden ƒ0.50, franco per post door het geheele Rijk ƒ0.55, voor België ƒ0.62"', voor Amerika ƒ0.825, bij vooruitbetaling. Bij alle boekhandelaren en brievengaarders worden abonnementen aangenomen. ADVERT ENTIËN. Van 1 tot en met 5 regels 25 cents elke gewone regel meer 5 cents. Groote letters naar plaatsruimte. Bij abonnement lager tarief. Advertentiën worden ingewacht tot Dinsdag- en Vrijdagnamiddag twee uur. Bit hiail verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond bij den uitgever C. DIELEMAft te Breskens. Zoo staan we dan weder aan den ingang van een nieuw jaar. Een lange tijd staat weer voor ons, ja, het is alsof we een nieuw boek zullen beginnen dat enkel schoo- ne bladen bevat. Bij den ochtendstond van dien eersten dag worden we er als 't wa re instinctmatig aan herinnerd, dat de tijd als op arendswieken voort snelt. Want bij den aanvang van het nu weggestorven jaar stonden we voor een even lange baan als thans, en, er op terugziende, is 't ais een ver vlogen damp. In den tijd die we thans beleven heeft het rustelooze jagen meer en meer plaats gemaakt voor het koud materialisme, waardoor de poësie des levens wel wat op den achtergrond is geraakt, maar toch biedt het be reiken van de mijlpaal voor velen een niet onwelkome gelegenheid om een korte wijle van den levensstrijd uit te rusten en te overdenken wat de oude jaarkring hen bracht. Het „elk huis heeft zijn kruis en elk hart heeft zijn smart" oefent een niet geringe invloed uit op den grond slag dier overdenkingen. Niet waar, van zeer verschillen den aard zijn de gedachten die ge baseerd zijn op de ervaringen welke men dat jaar opdeed. De wisseling des jaars herinnert aan hen, die met ons den afgeleg- den jaarkring ingingen en wier le dige plaats het harte opnieuw doet bloeden en de weemoedstranen uit de oogen perst. Zij roepen ons als 't ware waarschuwend toe: „Heden ik, morgen gij!" Hoevele offers van die onverbid delijke natuurwet, zijn ook dit jaar weer niet geplengd op het altaar van het oude en toch altijd nieuwe woord uit liet Oude Verbond, „Stofzijt gij, eri tot stof der aarde zult gij weder- keeren". En onder die offers zijn het niet alleen de ouden van dagen, wier le venstijd geteld was, en die, hoe lan ge men ook dat uur van scheiden had willen uitstellen, toch reeds als 't ware de aanraking uit hooger sfe ren voelden. Maar bij die velen, die gemist worden, zien we zoovele offers val len, welke onze menschelijke natuur als een raadsel beschouwt waarvan de oplossing alleen berust bij Hem, die beschikt over leven en dood en geene verantwoording verschuldigd is van Zijne daden. Mannen en vrouwen vallen in de kracht van hun leven, en lijden zij in elkanders gemis zware verliezen, wie kan de smart peilen van het ouderhart dat getroffen werd door het verlies van teerbemind kroost. Rusteloos gaat liet leven voort, allen en alles in zijn cirkelgang mee voerende. De gebeurtenissen in het kleine familie-leven, vinden we op het groo te wereldtooneel terug. En de wis seling van personen is niet zelden van invloed op de wijziging van de toestanden, zoo in den familiekring als in de maatschappelijke samen leving. De balans opmakende van wat daar buiten onze binnenkamers voor viel is het resultaat iets rooskleuri ger dan waarmee het vorige jaar is afgesloten. Was 1003 gelijk te stellen met een der magere jaren uit Farao's droom, de nu afgesloten tijdkring was in vele opzichten meer bemoe digend. En dan denken we in de eerste plaats aan de niet-ongunstige uitkom sten op landbouwgebied, de machti ge factor van volksbestaan op het platteland.^ De min of meer daar mee samenhangende bedrijven onder vinden daarvan den terugslag. Wereldschokkende gebeurtenissen deden zich niet voor. De gruwelij ke slachting in het Verre Oosten kunnen we niet als zoodanig be schouwen, hoe beklagenswaardig het ook is aan zijne eerzucht zoo ontel baar vele offers prijs te geven. In dit overzicht past het, in her innering te brengen dat de oud-pre sident van Transvaal, de groote Boe- renheld Paul Kruger het tijdelijke met het eeuwige wisselde, en thans aan de zijde van zijne echtgenoote uitrust van den onvermoeiden strijd om Zuid-Afrika een vrij land te ma ken en het ook als vrij te behouden. Helaas, het heeft niet zoo mogen zijn nog eeqmaal dat tijdstip te zien aanbreken. In ons land bereidt men zich voor op den gröoten politieken worstel strijd, die meer belangstelling wekt dan ooit te voren. Binnen onze landpalen hebben we reeds voorproefjes gehad van de wij ze waarop men de wapens hanteert, en welke wapenen men bezigt. De opzweeping der hartstochten wijst voldoende op den ernst van den strijd en op dien van hare ge volgen. We zullen ons onthouden van cri- tiek op wat de eene partij tegen de andere uitspeelt en wat de andere partij de eene aanwrijft, doch het is inderdaad te hopen en aanbevelens waardig dat de aangebonden strijd, die in werkelijkheid in een geloofs strijd blijkt te ontaarden, met eer lijke middelen wordt gevoerd. Die eisch is te dringender omdat het gaat om de heiligste en de hoog ste belangen die er zijn, Indien dus in dien strijd een leu ze wordt aangeheven, die niet is in overeenstemming met de werkelijk heid en met de oprechte waarheid, en indien achter de vooropstelling van de leuzen waaronder het gaat een andere prikkel aanvuurt, dan zouden we willen uitroepen, wee dfegenen, die een goddelijke strijd aan binden met menschelijke oogmerken. En als tot bereiking van dat doel elementen in het vuur worden ge bracht onder de vermomming van op een gelijk standpunt te staan, terwijl in werkelijkheid de afstand grooter dan ooit is, dan staan we de meest onzalige geloofsstrijd te wach ten, waarvoor Gode ons moge bewa. ren. Intusschen klinken ons van alle zijden zegenwenschen tegen. Onzer zijds wenschen wij u allen alle heil- Geve 1905 voor u reden tot tevre denheid. Na de stille overpeinzing des ou den jaars laat het leven weder al spoedig zijne rechten gelden, en roept ieder het „voorwaarts" toe. Dat „voorwaarts" hopen we ook weer op ons zeiven toe te passen, als wij opnieuw de taak opnemen om, voor zoover wij daaraan kunnen voldoen, het geachte publiek ter wille te zijn om het op de hoogte te hou den van wat het dagelijksche leven geeft te zien. Met dankbaarheid mogen we van veler medewerking gewagen en met genoegen spreken van waardeering van ons streven om aan de meerde re eischen van het publiek ten op zichte van de courantenlectuur te voldoen. Hoopvol gaan we de nieuwe jaar kring in en roepen wederkeerig an der maal een ieder toe: Zij 190S u ten zegen. "Y^eel heil en zegen wenschen wij aan on- ze vriendeiv en begunstigers bij de in trede van het nieuwe jaar. Breskens, 1 Jan. 1905. P. AALBREGTSE en Echtgenoote. Bakker en Winkelier. Ondergeteekeude wenscht zijne geachte cliëutèle, vrienden en bekenden, zoowel hier als elders, een gelukkig jaar Breskens, 1 Jan. 1905. F. J. J. BESEMER. Bij de intrede van het Nieuwjaar, wensch ik een ieder veel GELUK en ZEGEN toe. Breskens, J. P. W. BESEMER, 1 Jan. 1905. Timmerman en Winkelier. Confectiehandel en Kleermakerij. Bij het begin des jaars breng ik het compliment van den dag aan al mijne vrienden en begunstigers. Breskens, 1 Jan. 1905. J. F. LE BLEU. Hartelijke gelukwensch aan vrienden en begunstigers zoowel binnen als buiten de gemeente bij den aanvang van een nieu wen jaarkring. Breskens. Iz. BRAKMAN 1 Jan. 1905. De Smit»

Krantenbank Zeeland

Breskensche Courant | 1905 | | pagina 1