BRESKENSCHE COURANT. DE ZOON. ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR HET VOORMALIG 4E DISTRICT. No. 939. Woensdag 12 October 1904. 14e Jaarg. Buitenland.. FEUILLETON. ABONNEMENT. Per 3 maanden ƒ0.50, franco per post door het geheele Rijk ƒ0.55, voor België ƒ0.625, voor Amerika ƒ0.825, bij vooruitbetaling. Bij alle boekhandelaren en brievengaarders worden abonnementen aangenomen. ADVERTENTIE N. Van 1 tot en met 5 regels 25 cents elke gewone regel meer 5 cents. Groote letters naar plaatsruimte. Bij abonnement lager tarief. Advertentiën worden ingewacht tot Dinsdag- en Vrijdagnamiddag twee uur. Ilit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond bij den uitgever C. DIEEEMAA' te Breskens. Dnitsclilaiid. Een eigenaardig conflict is ontstaan in het vorstendom Lippe De in >ld, ecu 137.000 inwoners tellende, waar de regeering voor den zieken Vorst wordt waargenomen door een regent, graaf Lippe-Biesterfeid, doch die nu dezer dagen is overleden. De aanspraak op dit regentschap liet in de eerste plaats gelden de zoon, graaf Leo pold, die dan ook als regent is opgetreden, maar ook beeft zich als pretendent opge daan graaf Adolf van Lippe-Schaumburg in weerwil dat de Landdag van het vorsten dommetje Lippe-Detmold den uitdrukkelij- ken wensch daartoe te kennen gaf, en dat een vroegere scheidsrechterlijke beslissing van wijlen den Koning van Saksen ten gunste van den tak Biesterfeld is uitge vallen. Maar graaf Adolf, gehuwd met de oud ste zuster des Keizers, vindt in zijn aan spraken steun bij zijn zwager, die misschien het zijne er aan wil doen om zijn zuster Victoria tot eene regeerende Vorstin te ma ken. Van zyn kant heeft de Keizer bevel ge geven dat het garnizoen van het vorsten dom niet den eed aan den nieuwen regent doen moet, alvorens de quaestie der opvol ging is opgelost. Dit kan het begin van een betreurens waardig conflict zijn. De troepen van Lip pe toch zijn, tengevolge van de militaire conventie van 14 November 1873, als on derdeel van het Duitsche rijksleger te be schouwen zij moeten den eed afleggen van trouw aan hun landheer en aan den keizer. Wordt die eed niet noodig geacht, dan is dit een bewijs dat de keizer den regent niet als zijn mede-contractant en Jus niet als den wettigen vertegenwoordi ger van den zieken vorst aanziet. Dit ware meer te betreuren, omdat de bevolking van Lippe, de volksvertegenwoor diging en het ministerie, den zoon van den overleden regent wel beschouwen als den rechtmatigen vertegenwoordiger van den vorst. Worden aan den regent door den Kei zer de rechten onthouden die de militaire conventie van 1873 voorschrijft, dan wordt daardoor vooruitgeloopen op de beslissing van den Bondsraad. Yoor bet oogenblik is graaf Leopold regent, dus komen hem die rechten toe, onverschillig welke beslis sing de Bondsraad nog nemen kan. Voor de belangen van het Duitsche rijk en voor de goede verstandhouding tusschen de bondvorsten onderling, is dit ontijdige en vergezochte conflict zeker zeer te be treuren. Den Keizer wordt om zijn houding, zoo wel in de pers als door de Lippesche re geering en den Landdag verweten dat hij een inbreuk op de rijksgrondwet beproeft, door het wettige recht van den Bondsstaat Lippe-Detmold, om een inwendige aange legenheid als de regentschapskwestie zelf standig te regelen, in twijfel te trekken. Zoo iets is bijna ongehoord De toon van de Detmoldsclie regeering laat bijna vermoeden dat zij steun vindt bij andere bondsvorsten en herinnert aan het krasse woord van den Beierschen prins Ludwig vroeger: »De Keizer is de eerste onder ge lijken, wij zijn zijne vazallen niet. Op den Czaar van Rusland is op diens reis naar Odessa ter inspectee- ring van de 8e divisie die naar het oor logsterrein zou vertrekken, een aanslag ge pleegd om door middel van een bom de keizerlijke trein te laten vernielen. Door een onlangs ingesteld politiecorps dat uit sluitend voor de persoonlijke veiligheid van den Czaar heeft te waken, is de aanslag verijdeld. Portugal heeft ook dol gehad in zijne kolonie Cuan- hama, niet ver van Duitsch Zuid-West- Afrika. Eene uitgevaardigde espeditie tot het in bedwang houden der opstandelingen werd bij het oversteken van een rivier overrom peld. Van de 255 Europeanen en 244 inboor lingen waaruit de expeditie bestond werden respectievelijk 109 en 145 gedood of ge wond. Italië. De paus ontving Woensdagmiddag de Nederlandsche pelgrims in de Loggia Man- tuana. Bij de pelgrims hadden zich ook eenige te Rome vertoevende landgenooten aangesloten, o. a. prof. dr. Hensen van Warmond en dr. G. Brom. De directeur der bedevaart, de heer Kieckens, las een in het Fransch gesteld adres van hulde voor en bood den paus in enveloppe den Sint- Pieterspenning aan. Paus Pius X bedankte in het Italiaansch de pelgrims voor hun bewijzen van aan hankelijkheid en kinderlijke liefde tot het hoofd der kerk en zegende hen van gan- scher harte. Zijn vaderlijke toespraak werd op ver zoek van mgr. Bisleti in het Nederlandsch vertolkt door dr. G. Brom. Vervolgens schreed de paus langs de »en haie" opgestelde pelgrims, die hem de hand kusten. De schijnbare werkeloosheid der troepen in den oorlog Rusland—Japan leveren voor 't oogenblik weinig stof tot vermelding. Wel leest men van schermutselingen en voorposten-gevechten die in het voordeel der Russen uitvallen en zelfs zouden de Kozakken-troepen zich thans sterk genoeg achten om de nog niet gereed zijnde Ja panners aan te vallen. Het zijn echter geruchten en men dient ze dus onder voorbehoud te aanvaarden. Zoodra ook de Japansche legermacht zich in beweging zet, zal van de lang verwach te groote slag spoedig het resultaat bljj- ken. De toestand in Port-Arthur is nog altijd bedroevend. De Japanners hebben met hun laatste stormloopen al even weinig succes gehad als met hun vroegere aanvallen. Vrijdag werd gemeld dat een viertal oor logsschepen in de haven van Port-Arthur door het Japansche geschutvuur zouden zijn beschadigd. Daar dit bericht zich niet heeft beves tigd wordt aan de waarheid er van getwij feld, te meer omdat zutk eene vernieling 21. Mijnheer 1 Geduld, mijn vriend Men moet de waarheid kunnen aanhooren. Vooreerst, uw vader leeft nog Zijt ge daar zeker van Zoo zeker als ik op dat oogenblik met u spreek. En ik zal het u bewijzen. Pierre kon geen woorden vinden om zijn verregaande verbazing uit te drukken. Maar waarom zou zij mij dan bedro gen hebben Die verklaring kan ik u niet geven. U zult het misschien zelf begrjjpen, als u de omstandigheden kent, waaronder zij van elkander scheidden. -- Wie van hen beiden had ongelijk? Op het gelaat van den jongen man las Jean duidelijk den angst, zjjn moeder te Zullen hooren beschuldigen. Dartigues schudde het hoofd en antwoordde Verre van mij tegenover een zoon kwaad te spreken van zyn moeder. De verwijdering tusschen uwe ouders was het gevolg van het verschii in beider karak ter. Uw moeder was een brave burger vrouw, uw vader een man, die verteerd werd door eerzucht. Hij wilde hooger vlie gen. Zij belette hem dit. In zijne pogin gen, zich en den zijnen een schoone toe komst te verzekeren, offerde bij meermalen het hedeu op; dikwijls was hij de oor zaak, dat er gebrek heerschte in de scha mele woning. Uw moeder leed er onder en klaagde. Ten slotte kon uw vader dit leven niet langer dulden, hij besloot naar Amerika te trekken om daar zijn ge luk te beproeven. Zij weigerde echter haar man te volgen en geloofde hem niet, toen hij haar zijn vertrouwen in de toekomstaf- schilderde daarginds, in een jeugdig, nog niet uitgemergeld land. Misschien had zij gelijk, want in den vreemde drukt de ellende dubbel zwaar en reeds zoo dikwijls was hij in zijn verwachtingen bedrogen. Gij ziet, ik oordeel onpartjjdig Uw moeder weigerde Frankrijk te verlaten uw vader vertrok alleen. Pierre luisterde met gebogen hoofd, als schaamde hij zich over de bekrompenheid zijner moeder. Hij slaakte een diepen zucht en vroeg Hebt u mijn vader gekend? Ja. Is hij gelukkig 1 Hij slaagde in al zijn ondernemin gen. De fortuin overstelpte hem met hare gunsten, hij is rijk. Hij nam een ander leven aan, gelijk ook uw moeder deed. In Amerika huwde hij met een vrouw, die hij liefhad. Maar nooit heeft hij u vergeten. Zijn geluk is onvolkomen, zoolang gij van hem verwijderd zijt. Maar hij heeft mijn moeder verlaten riep Pierre toornig uit. T wintig jaar lang heeft hij niets van zich doen hooren Oordeel niet te vlug. Gij hebt nog nimmer kennis gemaakt met den waren strijd des levens. Maar wie zijt gij Met welk recht Dartigues viel hem in de rede. Gij noemt u Pierre Appel, niet waar In de registers van den burgerlijken stand ben ik ingeschreven onder den naam Pierre Dartigues. Nauwelijks had hjj dien naam genoemd, of hij zag hoe zich op het gelaat van den man, die hem zoo onafgebroken ondervroeg, een levende ontroering afteekende. Met tranen in zijn stem, voegde die raadselach tige man hem toe Men noemt mij de Maillane, omdat ik eigenaar ben van het kasteel van dien naam. Maar ook ik heb een anderen naam, dan dien ik draag Ik heet Jean Dartigues. Pierre verbleekte. Eén oogenblik stond hij als verlamd. Het duurde nog geruimen tijd eer hij met moeite de woorden kon stamelen Gij zijt dus Hij zag, hoe Dartigues de armen opende, doch hij wierp zich niet aan dien borst. Toen sprak Dartigues op zachten toon Ja, ik ben uw vader Nog steeds bleef Pierre onbeweegljjk. Staat gij dan nog niet toe, dat ik u in mijn armen druk herhaalde de vader. Toen was het ijs gebroken. Pierre ver weet zichzelf zijn ongevoeligheid de vader liefde, die zich aan hem openbaarde, miste haar indruk niet en vader en zoon druk ten elkaar in de armen. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Breskensche Courant | 1904 | | pagina 1