BRESKEISCHE COURANT
DE ZOON.
ALGEMEEN
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD
VOOR
HET VOORMALIG 4E DISTRICT.
No. 919.
Woensdag 3 Augustus 1904.
13e Jaarg.
Buitenland.
FEUILLETON.
n,
ABONNEMENT.
Per 3 maanden ƒ0.50, franco per post door het geheele Rijk ƒ0.55,
voor België ƒ0.025, voor Amerika ƒ0.825, bij vooruitbetaling.
Bij alle boekhandelaren en brievengaarders worden abonnementen aangenomen.
ADVERTENTIËN.
Van 1 tot en met 5 regels 25 cents elke gewone regel meer 5 cents.
Groote letters naar plaatsruimte. Bij abonnement lager tarief'.
Advertentiën worden ingewacht tot Dinsdag- en Vrijdagnamiddag twee uur.
Bit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond bij den uitgever C. DIELEJIAA' te Breskens.
Rusland—Japan.
De oorlogsberichten zijn zeer sober. Een
korte mededeeling van de gehouden ope-
ratiën om Port-Arthur, waarbij Japan weer
geen succes, maar wel tamelijk veel ver
liezen had.
Verder eene beschouwing over de be
wonderenswaardige taktiek en de schier
vreesachtige voorzichtigheid der Japanners,
die de meest gedisciplineerde VVestersche
legers tot voorbeeld zou kunnen strekken.
Ziedaar alles.
Het is alsof de bijkomende kwesties van
het aanhouden van schepen door Russische
kruisers, de werkelijke oorlogsfeiten over
vleugelen.
De geschiedenis is thans vrijwel bekend.
Vermelden we thans aan de hand van
een schrijven van den Konstantinopelscheu
correspondent van de N. R. Ct. het fond
der zaak.
Hjj schrijft dan o. m.
Allerwege vraagt men zich af, wat de Rus
sen er toch toe mag hebben gebracht zich
zulke ernstige moeilijkheden, het gevaar
voor een tweeden oorlog in Europa, als 't
ware moedwillig op den hals te willen ha
len zich bloot te stellen aan een diplo-
matieken nederlaag, welke niet uit kon
blijven, wilden ze in Europa den vrede be
waren.
Edoch, bjj de kabinetten te Londen, te
Parijs en te Berlijn, en ook in enkele der
hoogste financiëele kringen, weet en be
grijpt inen 't zelfs zeer goed, en weet men
tevens niet minder, dat het Russische op
treden, misschien in den vorm wat te bru
taal, maar in het wezen wel gerechtvaar
digd was.
De Russische regeering was namelijk al
sedert lang door hare spionnen, die ze er,
evenals de Japanners, natuurlijk in de
vo.unaamste havenplaatsen van Europa en
Amerika op nahoudt, ingelicht omtrent het
geregeld vervoer van oorlogscontrabande van
allerlei aard uit, voornamelijk Britsche en
Duitsche havens, maar ook uit Antwerpen
en uit Rotterdam, met bestemming
voor Japan, onder neutrale, meest Britsche
vlag en de bewijzen zijn daar, dat dit ver
voer, vooral de laatste twee maanden, ko
lossale verhoudingen had aangenomen, se
dert de reederijen, welke in het eerst nog
wat schroomvallig waren geweest met het
aannemen van dusdanige lading, uit vrees
voor in beslagname en verbeurdverklaring
door Russische oorlogsschepen, hadden ge
zien dat de zeeweg naar Oost-Azië geheel
open, er geen enkele Russische oorlogsbo
dem meer op te vinden was, gevaar voor-
aanhouden en doorzoeken dus niet meer te
duchten was.
Daarvoor een stokje te steken, zoo mo
gelijk door tevens een goeden slag te slaan,
was voor de Russen een gebiedende nood
zakelijkheid en daar het niet te verwach
ten is dat de Japanners eenige van hunne
oorlogsschepen, welke ze in de Gele Zee
zelf broodnoodig hebben, naar de Europee-
8che wateren zullen afzenden om de Rus
sische contrabandejagers onschadelijk te
maken, behoeven deze geen groote gevechts-
waarde te bezitten, moeten ze daarentegen
wel snelle loopers wezen met groote kolen-
berging. De schepen der «vrijwillige vloot"
zijn daarvoor als aangewezenen bijgevolg
werden dan ook zes der nieuwste en beste
te Seba8topol uitgerust, en bestemdéén
om in de Middellandsche Zee en twee an
dere om van Suez tot Bab-el-Mandeb te
kruisen; terwijl de twee allergrootste moes
ten trachten den Grooten Oceaan te berei
ken, om, na zich te Saghalien weer met
kolen te hebben volgeladen, een waakzaam
oog te houden op het vervoer van contra
bande van West-Amerika naar Japan.
Drie van de zes, waaronder het hospi
taalschip, zijn in het begin derer maand de
zeeëngten doorgevaren, de drie andere wach
ten op het oogenblik te Sebastopol totdat
de storm, welke door het aanhoudeu der
Malacca in de Golf van Suez, niet alleen
in Engeland, maar ook elders is opgesto
ken, bedaard zal wezen.
Die voorbereidselen, welke tamelijk open
lijk werden getroffen, waren vrij algemeen
bekend in de maritieme kringen alhier,al
waar men door het drukke dagelijksehe
verkeer goed op de hoogte kan wezen van
wat er in de Zwarte Zeehavens voorvalt.
Niemand hier was dan ook verbaasd te
vernemen dat de Smolensk en de Peter-
boerg in de Roode Zee onder de oorlogs-
vlag gezien waren. Alleen vindt men het
niet handig, dat die beide schepen niet heb
ben gewacht totdat de drie andere hulp
kruisers eveneens het ruime sop der Mid
dellandsche Zee hadden bereikt, voor en
aleer ze door hun straf optreden tegen de
neutrale vlag, de dommelende honden als
het ware noodzaakten om wakker te wor
den.
Echter ook daaromtrent is dezer dagen
in welingelichte diplomatieke en financieele
kringen een lichtstraaltje opgegaan, waar
door tevens wordt verklaard de eenigszins
opvallende verzoenlijke houding van de
Britsche regeeriug in vergelijking van de
woedende, dreigende taal zelfs door hare
eigen organen uitgestooten.
De Smolensk en de Peterboerg kondeu
niet wachten, wilden ze niet een zending
oorlogscontrabande ongestoord laten door
gaan, welke voor de Japanners van het
grootste gewicht was, en die dus de Rus
sen bepaald wilden aanhouden.
(Wjj zijn genoodzaakt dit niet onbelang
rijke schrijven hier af te breken en het slot
in het volgend nummer te plaatsen.)
De correspondent van de Echo de Paris
seint nog in verband met den moord op
Plehwe dat de jonge man die de bom heeft
geworpeif, gesloten blijft. Op de vele vra
gen die men tot hem richt, antwoordde hg
«Ik zal niets zeggen, ik vraag u dat u
mij laat sterven. Gij zult niet weten, wie
ik ben".
Maar gij hebt een moord begaan
zegt de keizerlijke procureur.
«Geenszins ik heb een daad van ge
rechtigheid volvoerd waarvan mij de roem
zal toekomen. Ik heb geen medeplichtigen.
Gij kunt zoeken, maar gij zult er geen
vinden. Ik ben besloten, om niets te zeg
gen. Als de Russische regeering volhardt
in haar politiek, zal de opvolger van Plehwe
hetzelfde lot ondergaan.
De dader is omstreeks 25 jaar oud. Zjjn
gezicht is niet typisch Russisch. Hjj schijnt
i.
Bij het open venster, op welks kozijn
eenige geraniums in vollen bloei prijkten,
zat juffrouw Dartigues over haar naaiwerk
gen. Haar nijvere vingers werkten
tig voort aan een elegante japon, die
bljjkbaar niet voor haar zelve bestemd was.
Zij gunde zich nauwelijks den tijd de oogen
'an haar werk op te slaan om naar haar
zoontje, een ventje van 'n jaar of vier, die
op den grond zat te spelen, terwijl hij bin
nensmonds een kinderwijsje neuriede en al
zjo aandacht wijdde aan een houten har-
'eM)n, dien hg uitelkaar trachtte te nemen
»°m te zien wat er vanbinnen in zat".
Het vertrek, waarin zich moeder en kind
bevonden, was gelegen op de vijfde ver
dieping van een somber uitziend huis in
Hen omtrek van de Rue Condorcet te Parijs.
Nauwlettende zindelijkheid trachtte de
armoede aan het oog te onttrekken, maar
het karige meubilair, de kreupele tafel, het
gebarsten kacheltje, waarop de middagpot
te vuur stond, getuigden van den harden
strijd om het bestaan, het gebrek aan wel
vaart, angstvallig verborgen door fierheid,
door onvoorzichtigheid misschien.
Een vrij onzacht kloppen aan de deur
stoorde haar van haar arbeid.
Binnen! riep zij, zonder op te staan.
Een looper van een kassierskantoor open
de de deur.
Woont hier mijnheer Jean Dartigues
Ja, mijnheer.
Hier is een wissel van honderd frank.
Kunt u hem betalen
Zij legde haar werk op de tafel en on
derzocht den wissel met verlegen ongeruste
blikken. De looper kende de beteekenis
van een dergelijke houding uit ervaring.
Hij had niet veel tijd te verliezen en zeide
daarom kort af: «Bent u niet in staat om
te betalen
«Neen, mijnheer", stamelde de arme
vrouw. «Mijn man heeft er mij niets van
gezegd".
Mooi Dat is uw zaak
De mar, scheurde een velletje papier uit
een bonboekje, krabbelde er met potlood
eenige woorden op, legde het op de tafel
en zeide «tot morgenmiddag drie uurhebt
u tijd om te betalen. Loket nummer 10".
Daarop ging hij met 'n onverschillig ge
zicht heen. Zoodra de deur weder achter
hem gesloten was, liet juffrouw Dartigues
zich op een stoel nedervallen en barstte in
snikken uit.
O mijn God, waar moet ik dat geld
vandaan halen En als ik het niet vind,
wat moet er dan van ons worden
Het kind liep naar haar toe. Waarom
huilt u, moetje Kinderen huilen, moet
jes niet 1"
Deze kinderlijke deelneming vermeerde
haar verdriet.
Ach, lieve Pierre, snikte zij, terwijl
zij het kind in haar armen nam. «Dat
kan jij nog niet begrijpen en dat is
goed ook. Ach, mijn lievling, ach
wat zijn we toch ongelukkig
Wie wil u kwaad doen?" vroeg het
kind, het voorhoofd fronsende. Zeg mij
wie het is, dan zal ik 'm geven 1
Och, lieve kleine, denk niet aan al
die dingen. Het verdriet is niet voor jouw
leeftijd Ga maar spelen, wees vroo-
lijk en gelukkig, zoolang je niet weet, wat
het leven beteekent 1
De arme moeder nam haar arbeid weder
ter hand. Zij was een mooie, blonde vrouw
met bruine oogen en een slanke gestalte,
eenvoudig, bijna armoedig gekleed, maar
toch maakte zij, dank zij een zorgvuldige,
angstvallige zindelijkheid, den indruk van
een elegante verschjjning. In haar linnen
japon met witten kraag kwam haar lieftal
lig gelaat allervoordeeligst uit. Zjj scheen
in deze karige omgeving niet thuis te be-
hooren, haar geheel optreden bewees, dat
zij voortsproot uit den gegoeden burger
stand en een welverzorgde opvoeding had
genoten. Haar geschiedenis echter was
hoogst eenvoudig en gelijk aan die van
alle meisjes, die een opvoeding boven haar
stand hadden ontvangen.
Zij was geboren te Rouaan, als de doch
ter van een haven-ambtenaar. Haargroot
vader van moederszijde, de oude pachter
Delamarre, die tumeiijk aan lager wal was
geraakt had zijn schoonzoon een ljjfrente
voorgespiegeld. Zoo iets is gemakkelijker
te beloven dan een bruidschat, die ineens
moet betuald worden. Zoolang de pachter.