BRESKENSCHE COURANT. ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR HET VOORMALIG 4E DISTRICT. No. 895. Zaterdag1 7 Mei 1904. 13e Jaarg. tienten van den Mikado zich in een ern- tig gevecht gemeten met een Europeeseh rer, en bloedige lauweren behaald. ABONNEMENT. Per 3 maanden ƒ0.50, franco per post door het geheele Rijk ƒ0.55, voor België ƒ0.625, voor Amerika ƒ0.825, bij vooruitbetaling. [Bij alle boekhandelaren en brievengaarders worden abonnementen aangenomen. ADVERTENTIË N. Van 1 tot en met 5 regels 25 cents elke gewone regel meer 5 cents. Groote letters naar plaatsruimte. Bij abonnement lager tarief. Advertent.iëu worden ingewacht tot Dinsdag- en Vrijdagnamiddag twee uur. Bit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond bij den uitgever C. D1ELEMAA te Breskens. Rusland— Japan. Voor de eerste maal hebben de regi- Het is maar een geringe troost voor de Russen als zij zeggen dat zij tegen een dubbel zoo sterke macht als zij zelf tel den, moesten vechten, want de oorlog is geen duel met zorgvuldig afgepaste regels loor den strjjd man tegen man. De Japansche generale staf beeft de taak tolbracht, alle beschikbare troepen op één plek te verzamelen, den tegenstander met een overmacht aan te vallen, en hem een zware nederlaag toe te brengen. Bijna drie vierde van hun artillerie, acht machi ne-geweren en veel gevangenen hebben de Russen in handen van den vijand moeten laten, bovendien verloren zij meer dan 8U0 man. En de vraag diingt zich op: had den de Russische generaals den strijd wel moeten aanvaarden met den aan troepen en geschut veel sterkeren tegenstander Naai den algemeenen toestand op bet oorlogs terrein te oordeelen zou men die vraag ontkennend moeten beantwoorden. Voor de Russen was 't van groot belang dat zij eerst dan den strijd aanvaardden, als zij Jenden rekenen op succes. Juist de eerste gevechten in een oorlog hebben een bui tengewone moreele beteekenis. Het is echter zaak, de strategische winst |die de Japanners aan de Jaloe behaald lebben, niet te overschatten. Voorhands estaat hun voornaamste voordeel in de Gro verovering van 28 stukken snelvuurgeschut, d. w. z. de geheele artillerie van een vrij- willigers-divisie, vermoedelijk de derde, en bovendien is de maxiin-afdeeling van 't 9e vrijwilligersregiment verloren gegaan, de eenige waarover het 3e Siberische leger corps beschikte. De reeds bestaande over macht der Japansche artillerie wordt aldus nog aanzienlijk versterkt. Ter aanvulling van vorenstaande be schouwing is niet van belang ontbloot de officieele erkenning van Russische zijde dat twee regimenten zoo deerlijk gehavend wer den dat slechts een gedeelte der manschap pen zich inet de bajonet kon doorslaan om althans de vaandels te redden. Het verlies der kauonnen, in 't bijzonder van overste Moerafski's batterij, was reeds vroeger er kend. De verliezen aan den Russisclien kant zijn nog altijd niet nauwkeurig vastgesteld de ambtelijke opgave ontbreekt ten Iminste nog. Maar Koeropatkin schat zijn verlie zen nu toch reeds op 40 officieren en bij na 2000 man afgewacht moet worden of de meer dan 700 gewonden die nog naar Feng-hwang-tsjeng meegevoerd konden worden, en de driehonderd gevangenen die in de Japansche handen vielen, bij dat cij fer inbegrepen zijn. Wat over het vervoer der gekwetsten wordt medegedeeld, geeft al een heel treu- rigen indruk van den gezondheidsdienst bij deze Russische troepen, waarvan men toch verwachten moest dat zij 't eerste in 't vuur zouden komen. Uit een nader bericht bljjkt nog, dat Japansche ruiterij zich ten zuiden van Feng-hwang-tsjeng beeft vertoond, maar bij het zien van twee compagnieën voetvolk met gesobut, niet durven naderen. 1'ravkrijk. Er is Zondagmiddag een ont zettend ongeluk gebeurd vlak bij het sta tion Ozouer-la-Ferrière, 42 kilometer van Parijs. De sneltrein van Bazel is daar op een overweg tegen een automobiel geloo- pen. De wachter van den overweg had verzuimd de hekken te sluiten. Een auto mobiel met zes personen kon den trein niet zien aankomen doordat er huizen langs de spoorlijn staan. Juist op het oogen- blik dat de motorwagen midden op de spoorbaan was, kwam de locomotief er te gen aan. Het voertuig ging geheel plat door den schok en de stukken vlogen in 't rond. Alleen het geraamte van de au tomobiel werd meegevoerd voorop den snel trein. De zes personen, die op het rijtuig zaten waren allen in een slag dood, be halve een, die eeu poos later is overleden. Een van de slachtoffers lag op 40 M., een ander op 70 M. afstand van de tref- plaats. Twee bleven er voor tegen den lo comotief hangen. De trein ondervond geen beletsel door de automobiel. De machinist, die op den uitkijk stond naar de seinen aan den anderen kant van de locomotief dan vanwaar de motorwagen kwam aan rijden, bemerkte er eerst zelfs niets van, dat er iets bizonders gebeurde. De stoker zag het en die fiep stoppen. Toen de trein inhield vielen de stukken automobiel van de locomotief, die in de vaart waren mee genomen. Bovendien begon de benzine te vlammen, die ontploft was bij den schok. Men verwijderde de lichamen der beide menschen die zich voorop de locomotief bevonden, bijtijds om te voorkomen, dat zij mede in brand zouden vliegen. Een van deze twee, een dame, mevrouw Lamy, adem de nog, maar dat duurde slechts kort. Het was eerst moeilijk uit te vinden, wie de reizigers waren. Men vond hi t uit, doordat er een naam stond op den halsband van het hondje, dat mede bij de ramp is omgekomen. behalve den chauffeur bestond het gezel schap uit twee heeren, twee dames en een jongetje van vier jaar. De chefs van den wegwachler begrijpen niet, hoe deze man zich aan zulk een grof verzuim schuldig heeft willen maken. Het is een man van 44 jaar, die uitstekend be kend staat en die juist op dezen verant woordelijken post gezet was in plaats van een wegwaebter, waar men minder goed over tevreden was. De wegwachter had na juist 24 uren vrij gehad aan onvermoeid heid kon de fout Jus ook niet worden toe geschreven. Hij en zijn vrouw zijn sedert het ongeluk geheel van streek. Volgens ooggetuigen had de wegwachter op het oogenblik dat de automobiel kwam aanrijden een beweging gemaakt van voor het rijtuig springen en teekenen geven van ophouden, maar bij zelf kon onmogelijk meer zeggen boe hij gedaan of niet gedaan heeft. Toen een der spoorwegingenieurs aan de vrouw zeide, dat zij haar man maar wat op streek moest helpen, gaf zij ten ant woord: Wat kunnen wij nog anders doen dan in de rivier springen. De chauffeur van den motorwagen was Hot A'it Set H'a IJz Gn 1' f f' f Hl V\

Krantenbank Zeeland

Breskensche Courant | 1904 | | pagina 1