BRESKENSCHE C0URA1T.
ALGEMEEN
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD
VOOR
HET VOORMALIG 4E DISTRICT.
No. 859.
Woensdag- 30 December 1903.
13e Jaarg.
'ABONNEMENT.
Per 3 maanden ƒ0.51), franco per post door liet geheele Rijk ƒ0.55,
voor België ƒ0.625, voor Amerika ƒ0.825, bij vooruitbetaling.
Bij alle boekhandelaren en brievengaarders worden abonnementen aangenomen.
A D V E]R TEN T I N.
Van 1 tot en met 5 regels 25 cents elke gewone regel meer 5 cents.
Groote letters naar plaatsruimte. Bij abonnement lager tarief'.
Advertentiëu worden ingewacht tot Dinsdag- en Vrijdagnamiddag twee uur.
Ilit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond bij den uitgever C. DII'XIDI W te Breskens.
«ffjiHet volgend no. der BRES-
JJiKp* KENSCHE COURANT zal, in
plaats van Vrijdagavond op VRIJDAGMOR
GEN verschijnen.
Daarin kunnen als naar gewoonte
worden opgenomen a 25 ets.
Inzending uiterlijk Donderdagmiddag.
DE UITGEVER.
■MIMIimilllMM I III Mill-"'— ""-I—
De Russisch—Japansehe kwestie.
o
Het zoogenaamde gele gevaar of tewel
de Cliineescke kwestie is ecne der aanlei-
dende oorzaken van de huidige gespannen
verhouding der regeeringen van Japan en
Rusland.
Men wete, dat Rusland in de opstand
der Boksers, die nog versch in het geheu
gen ligt, voor wat betreft de gruwelen
daarbij begaan, aanleiding vond om het sints
toen in de geschiedenis meelevende Mants
joerije militair te bezetten ten einde daar
zijne eigene belangen te beschermen.
En met deze werkelijke of vermeende be
scherming ging tevens gepaard eene nes
teling in de traktaat-haven Nioetsjwang.
De Engelsche regeering vond dit minder
aangenaam en sloot in Januari 1902 met
Japan een traktaat, waarin de onafhanke
lijkheid van China en Korea erkend werd.
Trad hierbij op den voorgrond, dat ten
aanzien van beide landen dit traktaat gee-
ne aanvallende bedoeling had, ze verbon
den zich tevens onder zekere voorwaarden
tot wederkeerige ondersteuning.
Van Duitsche zijde werd Engeland on
omwonden te verstaan gegeven zich in deze
zaak niet te mengen, ondanks dat Engelands
oogmerk met dit traktaat doorzichtig was,
om de in 1890 te Jangtse gesloten over
eenkomst, waarbij de open deur voor geheel
China gewaarborgd was, thans ook uit te
breiden tot Mantsjoerije en mitsdien de be
weging van Rusland eenigszins te breidelen.
Als gevolg van het Engelsch-Japanscbe
verdrag kwam tusschen Rusland en Klank
rijk in Maart des vorigen jaars eene over
eenkomst tot stand, waarin beiden verklaar
den in te stemmen met het beginsel, door
Engeland en Japan in hun tractaat uitge
sproken, betreffende de onafhankelijkheid
van China en Korea, ten aanzien van het
open blijven der handels- en nijverheids
betrekkingen met alle mogendheden.
De instemming met dit beginsel sloot stil
zwijgend in zich, dat het tusscben Japan
en Eugeland gesloten traktaat voor de laat
ste niet mocht bedoelen previlegien van Ja
pan te erlangen voor zijn handelsbetrekkin
gen in het Oosten boven andere landen, want
de alliantie tusschen Rusland en Frankrijk
was tevens berekend op wederkeeiigen steun
bij gebleken noodzakelijkheid.
Den 8sten October was de dag waarop
Rusland had voorgespiegeld, dat het Mants
joerije met zijne militaire bezettingen zoude
ontruimen, wijl de oorzaak die deze bezet
ting had noodig gemaakt, voldoende was
weggenomen.
Nu is men vrijwel op de hoogte van de
inpalmingspolitiek van Rusland om te kun
nen vermoeden, dat deze ontruiming hem
zwaar moest vallen. En als eene onver
wachte uitvlucht otu die ontruiming uit
te stellen, braken de onlusten der Choen-
goezen uit, waarin Rusland opnieuw eene
aanleiding vond om zijne militairen niet te
rug te roepen.
De voortdurende versterking van Mants
joerije door Rusland is eene bedreiging voor
de betrekkingen van Korea met Japan en
het is daarom, dat de Mikado toenadering
tot China zoekt om zich en corps niet En
geland tegen Rusland te keeren.
Op de ontruiming van Mantsjoerije is
door Japan met te meer klem aangedron
gen omdat het in die versterking eene hin
derpaal zag voor zijne plannen om zich van
Korea, en indien dat niet mocht gelukken,
dan toch van den overheerschenden invloed
op dat schiereiland meester te maken, vóór
dat de Europeesche mogendheden, en met
name Rusland, gereed en in staat waren om
hem dien buit te betwisten.
Het voud niet alleen Rusland daadwer
kelijk tegenover zich met de bezetting van
Mantsjoerije, die aireede een begin van ver
zet tegen die beweging kon beeten, maar
ook moreel toont Rusland niet de minste
neiging om Japan een overwegenden in
vloed op de ontwikkeling van den toestand
in Oost-Azië toe te staan.
Dat bij die tegenwerking Japan geprik
keld is, laat zich begrijpen.
Schier bet geheele land is bereid het op
een oorlog met Rusland te laten aankomen,
en onder dien drang staat de regeering en
zelfs de dynastie voor eene moeilijke be
slissing.
De overheerschende invloed op Korea, die
men in Japan wel niet heeft, maar wenscht,
mag niet prijs gegeven worden en een wij
ken voor Rusland, dat thans opeischt die
gewenschte invloed te laten varen, zou zelfs
zeer ernstige gevolgen na zich kunnen slee-
peu voor de dynastie.
In dien stand van zaken is voor Japan
een oorlog onvermijdelijk; of ze niet nood
lottig zou zijn, waar het betreft te staan
tegenover een vijand als Rusland, is eene
andere vraag.
Wel is waar heeft Japan zich groote of-
Iers getroost tot uitbreiding van leger en
vloot, die haar veel strijd waardiger gemaakt,
maar tevens zijue geldmiddelen zeer ver
zwakt heeft.
Ir. het talmen van Rusland met zijn ant
woord op de Japansehe nota ziet men eene
reden, dat het met zijne materiëele toebe
reidselen voor een eventuëelen oorlog vol
strekt zoover niet gevorderd is als men wil
doen vermotden.
Evenmin schijnt men in zekere kringen
zoo gerust te zijn op den afloop van den
strijd.
Dat zijn allemaal aannemelijke argumen
ten, indien de kwestie van het gele gevaar
zijne beslissing zou erlangen in een oorlog
ter zee, waartegen in dat geval een mach
tig leger als het Russische weinig zou ver
mogen ondanks zijne gemakkelijke verplaat
sing door middel van den Transiberischen
spoorweg.
Bij vergelijking van de wederzijdsche
weermiddelen overheerscht de overtuiging
dat Japan te land niet tegen het Russische
leger is opgewassen, maar dat ter zee de
Japansehe vloot de Russische wel de baas
zou kunnen blijken. Buitendien heeft Ja
pan het voordeel dat het voor zijn oorlogs
schepen en transportbooten voldoende ha-