BRESKSISC1E COURANT
Mij is de wrake.
Een naschrift
No. 781.
Woensdag 25 Maart 1903
12e Jaarg.
Algemeen
Nieuws- en Advertentieblad
voor
het voormalig 4e district.
FEUILLETON.
ABONNEMENT.
Per 3 maanden ƒ0.5U, franco per post door liet geheele Rijk ƒ0.55,
voor België ƒ0.625, voor Amerika ƒ0.828, bij vooruitbetaling.
Bij alle boekhandelaren en brievengaarders worden abonnementen aangenomen.
ADVERTENTIËN.
Van 1 tot eai met 5 regels 25 cents elke gewone regel meer 5 cents.
Groote letters naar plaatsruimte. Bij abonnement lager tarief.
Advertentiën worden ingewacht tot Dinsdag- en Vrijdagnamiddag twee uur.
Ifit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond bij den uitgever C. RIELFJIAX te Breskens.
o—
Onzen lezers hebben kunnen bemerken,
dat we aan de voordracht van den heer
De Klerk een ruime plaats hebben afgestaan.
Men was van de zijde van het bestuur
der Kiesvereeniging zoo beleefd ons eene
speciale uitnoodiging tot bijwoning dezer
vergadering te zenden en we bebbeu daar
aan voldaan, o i op eene wijze, die er
van getuigt dat we aan alles reebt laten
wedervaren.
We zulleu ons daarop eebter niet blind
blijven staren. Alleen willen we ander
maal wijzen op een gebrek dat de libera
le kiesvereeniging aankleeft, en dat naar
onze, bescheiden meening in strijd is met
baar liberaal karakter.
En dat is dit.
We zeiden, dat we waren uitgenoodigd
tot deze vergadering, maar die uitnoodi
ging omvatte ook de leden-vergadering, die
te voren werd gehouden, en waarop we
ons aanmeldden.
Edoch, mot het gevolg, dat we, geen lid
zijnde, niet konden worden toegelaten.
Die vergadering droeg dus niet een zoo
danig openbaar karakter als het publiek
rechterlijk beginsel bedoelt. Bovendien
werd gezegd dat de vergadering een huis
houdelijke was en dus feitelijk voor de
pers niet toegankelijk. Na die uitlegging
ware het onbescheiden te blijven aandrin
gen op toegang, waarvoor nogtans een ze
ker recht bestond met de officiëele uitnoo
diging in de handhet ware echter zeker
lerkeerd geweest om die weigering ook de
150.
Zoo dacht hij en zon, en toen vielen
ïem de moede oogleden toehij sliep zoo
feinig in die lange uitputtende nachten.
Dit gebeurde hem vaak bij dag en als
iij dan gewekt werd door eenig gerucht
f door eeu naderenden stap, zooals nu
loor den stap van zijn bediende, dan schrok
lij op met den zenuwachtigen haast van
mand, die een slechte boodschap wacht.
De bediende was dit gewoon, hij ver-
'onderde zich niet meer zooals in het be-
[in, als de graaf verschrikt opvloogzwij-
|end reikte hij het zilveren blaadje over,
raarop een kaartje lag.
Richard Lenz, stond daarop, zonder
neer,
Richard Lenzdat klonk zeer eenvou-
lezing van den heer De Klerk te verzuimen.
Nu waren we stellig van meening, dat
aan den correspondent van de Midd. Crt.
die wèl lid der Kiesv. is, doch eveneens
gewapend met een gelijkluidende uitnoodi
ging en dus qua reporter verscheen, ook die
beperking zou zijn opgelegd doch mis.
Van zijne hand verscheen in genoemd
blad ter dege een resumé van de vóór-ver
gadering, waarop wij niet konden worden
toegelaten. En dit meten met twee ma
ten is niet conform.
Als een der schoone deugden van de
liberale partij noemde de heer De Klerk
de openbaarheid in het Staatsbeleid.
En nu komt het ons voor, dat eene
vereeniging die deze beginselen belijdt,
haar ook moet toepassen in eigen kring.
Er is van haar wel eens gezegd, dat ze
niet veel meer is dan een heterogeen on
der onsje aangezien wij nimmer tot haar
partij-verband hebben behoord, kunnen we
dat niet beoordeelen en we willen daarop
dan ook niet wijzen we willen alleen de
aandacht laten vallen op de algemeene
strekking van het liberaal beginsel, dat
toch eigenlijk geen halfslachtigheid noch
tweeslachtigheid bedoelt, doch naast vrij
heid, ook gelijkheid moet betrachten. En
dat, ineeneu we, is vroeger noch nu in
acht genomen. We waren in de vaste
overtuiging dat aan het enghartig conser
vatisme, waaronder het reglement vigeert,,
door het nieuwe bloed in het bestuur niet
zoo streng zou vast gehouden zijn.
Verder is door den heer De Klerk aan
het slot zijner rede een opmerking gericht
tot allen, die liberaal zijn om lid der Kiesv.
dig, maar die naam had een zoo goeden
klank, dat men hem kende ver over Duitsch-
lands grenzen heen.
Ook graaf Herbert wist wie het was, de
drager van dien naam, en voor hem had
die naam nog een andere beteekenis, dan
die van kunstenaarsroem.
Magdalena dacht hij haar wanhoops
kreet was niet weggestorven, zij bad niet,
zooals hij zoo gaarne gewild had, stom
geleden. De verstoordheid, waarmede hij
placht te ontwaken en die dadelijk week
zoodra hij zijne gedachten verzameld had,
die verstoordheid ging over in bewuste ont
steltenis, toen zijn strakken blik op dat
kaartje bleef rusten.)
Bliksemsnel overdacht hij zijn toestand,
geen twijfel, dat was een oorlogsverklaring.
Toegerust was hij, hij had dit oogenblik
sints maanden verwacht, maar nu het daar
was, scheen het hem toch nog een over
val toe.
Zou moest hij den schilder ontvan-
te worden, daarmede natuurlijk bedoelende
de gelederen der partij te versterken, wijl
de tegenpartij niet stilzit.
Als het ons vergund is te wijzen op
een verschijnsel, die deze opwekking voor
de Kiesv. werkelijk noodzakelijk maakt,
dan kunnen we niet beter doen dan enkele
regelen afschrijven waarmee een Katholiek
kiezer uit het kiesdistrict Oostburg in het
nieuwe Katholieke orgaan Zeelandia de her
nieuwde oprichting van de Kath. Kiesv. in
het 4e district aanbeveelt onder deze mo
tieven
»Zou het geen tijd worden om ook in dit
district weer eens .verzamelen" te blazen
en te trachten onze kleine kudde tot een
drachtige samenwerking aan te sporen.
Het kan niet ontkend worden dat van
Liberale zijde in ons land reeds toebereid
selen worden gemaakt voor den grooten
strijd, welken ons na enkele jaren wacht,
en zonder twijfel heviger dan ooit zal wor
den gevoerd.
Zouden ook wij katholieken invloed wil
len uitoefenen bij eeu volgende-kamer ver
kiezing, dan is 't naar mijn bescheiden
meening meer dan tijd om tot de oprich
ting eener katholieke kiesvereeniging over
te gaan.
Is 't wel eenigszius jammer, dat ook van
antirevolutionaire zijde hier weinig actie
merkbaar is, indien wij katholieken voor
gaan, zullen onze bondgenooten weldra van
zich doen hooren, en zullen wij na een
paar jaar in staat zijn den grooten strijd
aan te binden ja wat meer is, in staat
zijn om in dit district een anti-revolutio
nair kamerlid af te vaardigen, waarop wij,
gen, twee dagen voor de bruiloft en zoo
nabij de reddende haven nog vergaan
De aandacht trekken kon het niet, als
hij Richard met het oog op de nabijzijnde
familiegebeurtenissen en zijnen zoo noodi-
gen tijd liet afwijzen, maar de onzeker
heid over datgene, wat dreigend zich op
deed, zoude hem verteerd hebben.
Hij wierp een snellen, onderzoekenden
blik in den spiegel, om een oordeel te
kunnen vellen over zijn uiterlijk, streek
met de hand over zijn gelaat en gaf toen
bevel, den heer te laten binnenkomen.
Het volgend oogenblik stonden zij té
genover elkander als twee doodsvijanden
en eenige seconden lang keken zij elkan
der aan, als wilde de een de kracht des
anderen meten. De schilder nam eerst
het woord.
Heer graaf, zeide hij, ik kom uw tijd
voor een half uur in beslag nemen voor
eene aangelegenheid, die voor mij van het
uiterste gewicht is en waaraan gij wellicht
het stemmental in aanmerking nemende,
dan ook het volste recht hebben.
Om het zoover te brengen is organisatie,
is actie noodig. Wij hebben thans in ons
katholiek orgaan Zeelandia een niet te ver
smaden hulp om die actie op te wekken.
Dat genoemd blad de bazuin moge wor
den die de tragen en onverschilligen in
dit gewest oproept tot trouwe en eerlijke
samenwerking met onze bondgenooten dan
zal men in het overige deel van ons va
derland met bewondering opzien naar het
afgelegen Zeeuwsch-Ylaanderen Westelijk
Deeldan zal men zien, dat politieke ac
tie ook in ons kiesdistrict geen onbekend
woord is.
Welaan katholieke kiezerswie helpt
mee? Waar zijn de voormannen der voor
malige R. K. Kiesvereeniging in Z. VI.
Westelijk Deel?"
De katholieken en anti-revolutionairen
hebben elk hun orgaan, in het volle be
wustzijn van de macht der persalleen de
liberalen dolen, sints het Weekblad feitelijk
tegenover de Kiesv. is gaan staan, zonder
voortdurende leiding rond en vertrouwen
enkel de actie toe aan de macht en den
invloed van hunne voormannen.
Het is niet onmogelijk dat de tegen
overgestelde invloed van die organen hen
op den duur over het hoofd zal groeien,
eene omstandigheid waarop het Weekbl. bij
zijn afscheiding van de Lib. Kiesv. heeft
gewezen, met den wenk te zorgen voor
een orgaan, dat deze partij steunt, maar
dat wederkeerig door de partij gesteund
wordt.
Overtuigd dat de vriendschap niet van
des te eerder gehoor zult geven, als ik u
vooraf zeg, dat zij u niet onverschillig zal
zijn.
Herbert boog koel en noodde met een
beweging der hand den schilder uit plaats
te nemen.
Hij beheerschte iedere trek, iedere spier
van zijn gelaat; hij had zoo vaak zich
verplaatst in dit oogenblik, dat hij er me
de vertrouwd was, als met een goed inge
studeerde en van buiten geleerde rol.
Eenige jaren geleden, zoo begon Ri
chard, woonde in het huis uw vaders een
jonge dame, Magdalena Göring genaamd,
als opvoedster der jonge gravin.
Een oogenblik zweeg hij en Herbert
boog bedaard en onbewogen, maar toe
stemmend het hoofd.
Dit jonge meisje, ging Richard voort,
stond geheel alleen op de wereld, zij had
geen andere beschermers, dan mijn broe
der en mij.
Het gelaat van den graaf onderging