Mij is de wrake. No. 7^3. Woensdag 25 Februari 1903. 12e Jaarg. Algemeen Nieuws- en Advertentieblad voor het voormalig 4e district. Stakingen. Binnenhuid. FEUILLETON. ABONNEMENT. t*er 3 maanden ƒ0.50, franco per post door liet geheele Rijk ƒ0.55, voor België ƒ0.025, voor Amerika ƒ0.825, bij vooruitbetaling. Bij alle boekhandelaren en brievengaarders worden abonnementen aangenomen. ADVERTENTIËN. Van 1 tot en met 5 regels 25 cents elke gewone regel meer 5 cents. Groote letters naar plaatsruimte. Bij abonnement lager tarief. Adverteutiën worden ingewacht tot Dinsdag- en Vrijdagnamiddag twee uur llit blad verschijnt eiken Itinsdag- en Vrijdagavond hij den uitgever C. I>IKIA',>IV\ te Breskens. In ons vorig nummer namen we een klein stukje op omtrent eene werkstaking, uitgebroken op eene hofstede te St. Anna ter Mniden. We verleenden aan dat bericht een plaatsje meer omdat we het beschouwden als eene curioriteit, dan wel om het te stellen als een navolgenswaardig voorbeeld. Zonder dat we aan dit berichtje iets toevoegden, keurden we de strekking af, doch we wenscheu onze motieven daartoe eenigszins nader toe te lichten. De atgeiueene geest naar meerdere ver dienste is schier overal doorgedrongen. Nemen we eenerzijds aan, dat er aan nemelijke redenen zijn voor deze zucht, aan den anderen kant gelooven we ook. dat de gegeven voorbeelden door de stedelijke ar beiders anderen verlokken ook hun geluk te beproeven. Als men nu vraagt of zeventig centen per dag dan zulk eene ruime belooning is, dun antwoorden we hierop ontkennend. Niemand zal kunnen beweren, dat zulk een loon schitterend is. Eu oppervlakkig beschouwd doet het vernemen van zulk een daggeldje de ver zuchting ontlokken, dat inderdaad de werk lui volkomen gelijk hadden met hoogere eischen te stellen. We zeggen oppervlakkig want men diene te weten, of ze vaste arbeiders wa ren eu oi ze bet werk op de gestelde ei schen, o. a. zijnde zeventig cents per dag, gelijk de dagen, thans voor het verrichten van zulk werk kunnen gebruikt worden, hadden aangenomen. Is dat zoo, dan stellen we voorop, dat aan vaste arbeiders op de boeren hofste den meerdere emolumenten ten deel val len, dan men algemeen weet, in den vorm vau lagere prijzen voor boter, tarwe, stroo enz. hetwelk, omgeslagen per jaar, tegen over die verdiensten, een niet onaardig cij fertje wordt. Men dient dus bij de beoordeeling van het loon, hiermede rekening te houden, wil in.'ii niet oppervlakkig oordeeleu. Doch daargelaten, als men aanneemt het werk tegen vergoeding van een vooraf be paald loon te verrichten, dan is het on verdedigbaar, dat men in het volle werk den arb id nederlegt. Zulk een optreden kan meu bezwaarlijk anders dan geweld dadig noemen. Immers, in de overtuiging, althans in de vaste meening, dat de werkgever in zoo'n geval zich als 't ware moet overgeven, waagt men deze poging tot het doen inwilligen van zijn eischen. Daaruit is de gevolgtrekking te maken, dat de werkman met zijn verlangen om meerder loon, bij de bespreking der voor waarden over het verrichten van den arbeid schier niet durft voor den dag te komen, doch dit wèl doet als op een gegeven oogen- blik de patroon niet anders kan handelen, dan overeenkomstig den eisch van den werk nemer. Deze handelwjjze is in het moreel na deel van den laatste hij maakt misbruik vau eene gelegenheid die elke onderhande ling eenerzijds afsluit, waardoor aan der- zelver rechten wordt tekort gedaan. Gelijk we reeds vroeger opmerkten schokt een dusdanig optreden het vertrouwen in de goede gezindheid van den werkman. En hij behoort te weten, dat hij met eene staking hetzij van weinig betee kenis. hetzij van grooter omvang onder zulke omstandigheden ongelijk heeft. Dat kan stemmen tot nadenken en eene aanleiding zijn dat meer overeenkomstig de rede wordt gehandeld. Geen beter voor zorgsmaatregelen kunnen genomen worden tegen voorkoming van onregelmatigheden, dan bij een juiste kennisdraging van de ge volgen en van het verkeerde van maatre gelen van verzet. Want tot op zekere hoogte is het ver zet. En het verzet wordt tegenwoordig als het ware met volle teugen ingezogen. Hoort het, hoe men vaak bezig is over hen, die in de maatschappij hooger zijn geplaatst. Tal van uitdrukkingen ademen een lor- meele geest van ontevredenheid. Men is ontevreden over de omstandig heid, dat anderen ruimer bedeeld zijn met aardsche goederen. Die schijnbare miskenning van het nood lot maakt velen overmoedig en doet hen vaak smalend neerzien op medemenschen, wier toestanden gunstiger zjjn Het verkeerde van deze handelwijze, be hoeven we zeker niet nader aan te toonen. Want al moge het waar zijn, dat som migen aanleiding tot ergernis geven, geeft dit nog niet het recht eeue geheele stand te veroordeelen en over één kam te schee- ren, tenzij men zich dien stand als ei n verklaarde vijand beschouwt. Zou men in ons land, waar de loestand op sociaal gebied sints enkele weken zeer gespannen is, eenigszins tot een ander in zicht zijn gekomen, dat wil zeggen, zou een zeker deel van het Spoorweg-personeel niet meer zoo licht te overhalen zijn tot verbreking vau de rechts-orde gelijk een drietal weken geleden, of zou, als het wacht woord tot algemeeue staking gegeven wordt, dit weder zoo stipt worden opgevolgd We hebben vermoeden, dat menigeen tot andere gedachten zal gekomen zijn, maar of het overgroote deel insgelijks zoo zou handelen, is nog een open vraag. Onze binnculaudsche toestand is op 't oogenblik ernstig. Dat ze door opruier ij of onbekookte han delingen maar niet erger worden. 't Is te hopen, dat ieder die zijn invloed eenigszins mocht kunnen aanwenden, tot kalmte en wijs overleg aanuiane, en de re geering evenzeer zoodanige maatregelen in het werk stelle als kunnen strekken tot terugkeer van orde en rust, bijaldien die mocht verstoord worden. «Laat af van ongerechtigheid" moge het wachtwoord «algemeene werkstaking" ver vangen. Donderdag was De Tel. iu de gelegen heid een hooggeplaatst officier te spieken, die, gevraagd naar zijne meening over bet militair vertoon, de verzekering gaf da' 142. Diep in een grooten armstoel gedoken, welks hooge rug naar hem was toegekeerd, zat een jong meisje met een slapend kind op den schoot. Zjj was zwartlokkig, van zindelijke schoonheid en de donkere oogen rustten op de klrine slaapster met eene teedere uitdrukking, die aan hare jonk vrouwelijke verschijning de roerende be koorlijkheid der moederlijke liefde toevoeg de. Hare blikken ontmoetten de zyne in den spiegel, toen hjj haar verbaasd en be wonderend eenige oogenblikken had be schouwd en hjj zag het nog, hoe de schrik haar het bloed naar de teedere wangen dreef en hoe hare schoone oogen schitter den met levendigen glans. Het volgend oogenblik was hij aan hare zijde, terwjjl zjj onbeweeglijk in dezelfde houding bleef. Alles wat zij gevoelde stond te lezen op haar gelaat in de uitdrukking van zalige verrassing eu ongeveinsde liefde, alleen in bedwang gehouden door de vrees hem te verjagen. Zjj kon het nog niet van zich afzetten, dat hjj Venetië verlaten had, zon der haar weder te zien, zjj had het niet vergeten, hoe koel hjj zich getoond had in de korte en zeldzame brieven, die hij ha ren vader geschreven had, en hoe duide- ljjk hjj deed uitkomen, dat hjj vergeten zjjn wilde. Het lot brengt ons te zamen, niet gjj, niet ik heb deze ontmoeting gezocht, zeide zij bjjna angstig, wjj dachten u zoo ver. Maar nu het zoo gekomen is zonder ons toedoen, wees nu goed, signor Ricar- do, als in vroegere dagen ga niet heen en beveel ook nip niet te gaan, zonder dat ik u mag zeggen, hoe innig ik met u ge leden heb. Eens wendde ik in kinderlij ken toorn den rug toe aan de schoone blonde Madonna, vergeef het iujj en ge loof, dat ik vurig gebeden heb sedert dien tpd, dat ge haar zoudt wedervinden en in haar geluk zelve gelukkig zjjn. Theresa mijne genadigste gravin, zei- de hjj hartelijk en kuste de kleine hand, die licht bevend in de zjjne rustte, hoe zou ik niet dankbaar zjjn voor eeue deel neming, die mjjii lot zoo trouw beeft ge volgd. Heeft geen enkele moeite ooit geleid tot een goeden uitslag? vr»eg zjj beschroomd. Is zij voor u nog steeds verloren Nog steeds, herhaalde hjj, gedenkend aan de laatste dagen. Hjj boog zich, om zjjne aaudoeuing meester te worden, over het kleine meisje heen, wier gezichtje heui zoo levendig aan Magdalena herinnerde zouden hare on behoede schreden haar leiden tot een beter lot Het oude knagende leed verhief zijne stem opnieuw, aanklagend noemde het den naam, dien ook Theresa nu droeg en toen hij het hoofd weder ophief, had het onbil- ljjke gevoel van afkeer, dat zich uitstrek te tot alles, wat behoorde tot Herbert en zijne familie, den zachten trek doen ver dwijnen van zjjn gelaat en hjj keek de jon ge gravin bjjna aan als een vreemde. Juffrouw Esther is niet hier, zeide hjj rondziende, wordt hel kind u niet lastig? Vergun mjj, dat ik het dienstmeisje roep. Zjj hield heui terug, terwjjl zjj hare hand op zjjn urm legde. Ach, doe dat niet, smeekte zjj, ik boud er zooveel van en juffrouw Esther heeft het mjj toever trouwd. Zet u bp ïuij neder, Signor doe niet zoo onbeschrijfelijk vreemd, terwjjl in mij alles leeft van vreugde. Ik ben u zoozeer genegen, maar ge moogt mijn ongeduld niet gaande maken niet zoozeer, Signor Rieardo I Hare ongekunstelde natuurlijkheid sleep te hem mede tegen wil en dank, en ov>r

Krantenbank Zeeland

Breskensche Courant | 1903 | | pagina 1