BRESKENSGHE COURANT
Mij is de wrake.
No. 762.
Zaterdag 17 Januari 1903.
12e Jaarg.
Algemeen
Nieuws- en Advertentieblad
voor
het voormalig 4e district.
Binnenland.
FEUILLETON.
ABONNEMENT.
Per 3 maanden ƒ0.50, franco per post door het geheele Rijk ƒ0.55,
voor België ƒ0.625, voor Amerika ƒ0.825, bij vooruitbetaling.
Bij alle boekbandelaren en brievengaarders worden abonnementen.aangenomen.
ADVERTENTIE N.
Van 1 tot en met 5 regels 25 cents elke gewone regel meer 5 cents.
Groote letters naar plaatsruimte. Bij abonnement lager tarief.
Advertentiën worden ingewacht tot Dinsdag- en Vrijdagnamiddag twee uur
Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond bij den uitgever C. Dl ELKMAS te Breskens.
Voor de verkiezing van een lid vau de
Provinciale Staten in het district Goes in
de vacature, ontstaan door het vertrek van
den beer jhr. mr. J. J. Pompe van Meer-
dervoort, is van anti-rev. zijde alleen can-
didaat gesteld de heer D. Mulder, burge
meester van Ovezande, Driewegen en Nis-
se.
De liberalen vereenigen zich algemeen
met de candidatuur van den heer J. N.
Elenbaas, burgemeester van Krabbendijke,
terwijl bet verluidt dat de katholieken ook
met een eigen candidaat zullen komen,
eveneens een burgemeester, nl. die van 's
Heerenhoek, de beer J. G. P. Tiraans.
De verkiezing van een lid van de
Tweede Earner in bet district Middelburg,
in de vacature, ontstaan door de benoe
ming van den beer mr C. Lucasse tot
kantonrechter te Goes, zal dus niet zonder
stemming afloopen. Immers, zooals ver
wacht werd|is"'gcschied, de S. A. P.
heeft een eiger. candidaat gesteld en wel
den heer J. A. Bergmeijer, die ook in 1901
de candidaat Mier partij was. Toen be
haalde bij 697 van de '6305 uitgebrachte
geldige stemmen, nl. 332 in Middelburg,
246 in Vlissingen en 119 in de verschil
lende dorpen van het district.
De liberalen zullen voor deze verkiezing
wel geen candidaat stellen, de gewoonte
volgende, die bij ambtshalve verkiezingen
gebruikelijk isde vrijzinnige kiesveree-
niging te Vlissingen nam reeds een besluit
in dien geest, te Middelburg zelf bestaat
thans geen liberale kiesvereeniging meer,
sinds de vereeniging .Eendracht maakt
Macht" is opgeheven en de .Vrijzinnig
Democratische kiesvereeniging is geworden.
Wat deze vereeniging zal doen, zal nog
moeten blijken.
De herkiezing van den heer Lucasse mag
natuuilijk zoo goed als zeker genoemd wor
den. zoodat de heer Bergmeijer meer als
een protest-candidaat is te beschouwen.
Intusschen bezorgt diens candidatuur den
gemeentebesturen heel wat last en kosten
tevens.
IIRESKE.S'S ie Januari 1!>03.
Dinsdagavond hield de varkens-assuran-
tie-vereeniging .Eendracht maakt macht"
hare gewone jaarvergadering, die door een
50-tal leden werd bijgewoond.
Aan het jaarverslag over 1902 uitge
bracht door den secretaris Besenier is ont
leend, dat de vereeniging bestond uit 82
leden en 6 donateurs, terwijl 110 varkens
waren verzekerd, waarvan 22 wegens ziek
te werden aangegeven, en 9 stuks overle
den, terwijl voor een der aangegevenen
geene uitkeering kon plaats hebben, we
gens niet voldoening aan de bepalingen
van het reglement.
De vele en belangrijke uitkeeringen wa
ren dermate van invloed geweest, dat de
uitgaven ad ƒ406.95, de ontvangsten ad
ƒ390.57 met 16-38 overtroffen en het maat
schappelijk kapitaal, dat op 31 Dec. 1901
ƒ1657.085 bedroeg tot 1640.70"'had doen
slinken.
De rekening door den penningmeester
II. Brakman aldus overgebracht, werd goed
gekeurd.
Ter bepaling van den inleg voor nieuwe
leden, thans ƒ3 bedragende werd door het
bestuur voorgesteld deze te stellen op ƒ5,
met het oog op de belangrijkheid van de
kas.
Van verschillende zijden werd dit bedrag
te hoog geacht, terwijl de heer A. du Burck
wees op het gevaar van dit voorstel, waar
door velen zullen teruggehouden worden
om zich als lid aan te sluiten; het is eene
vereeniging voornamelijk om de werklie
den bij ongevallen met hun varken te steu
nen en op deze wijze zou hij daarin be
lemmerd worden, hij deed daarom het te
gen-voorstel de inleg op dezelfde som van
ƒ3 te behouden.
Namens het Bestuur werd het voorstel
toegelicht en verdedigd door den heer J.
de Hullu, die er op wees dat het bestuur,
immer met groote meerderheid verkozen
zijnde, daarin een blijk van het volle ver
trouwen der leden zag. Dit had het Be
stuur dan ook immer aangespoord om de
belangen der vereeniging zooveel mogelijk
te behartigen en het thans gedane voorstel
was ook daarvan een uitvloeisel.
Hij gaf een kort statistisch overzicht van
den stand der vereenigingskas in verhou
ding tot het leden-aantal, waaruit bleek
dat enkele jaren terug het bedrag, waarop
elk lid feitelijk hoofdelijk aanspraak kon
maken ƒ25 was, welke som allengs daalde
tot ƒ20 naarmate het leden-aantal aan
wies, en de risico der verzekering grooter
werd. Was het dan niet billijk en ge
tuigde het niet van eene waakzaamheid
voor de kas en mede voor het belang der
leden, als het bestuur eeöe verhooging voor
stelde Immers, ja, want de nieuwe leden
deelen onmiddellijk in de aanspraken op
de kas met hen, die deze tot zulk eene hoogte
hadden opgevoerd. Dat het hooge bedrag
anderen zoude afschrikken, geloofde hij
niet, te minder nu het toch herhaaldelijk
is gebleken, dat verschillende personen zich
hadden aangesloten, die reeds vódr jaren
lid hadden kunnen zijn, maar niet zijn toe
getreden voordat zij de droevige ervaring
met hun varken hadden opgedaan, dat ze
dit moesten verliezen en niet konden uit
gekeerd worden omdat ze geen lid waren.
Eerst toen meldden zij zich aan en zagen
dan niet op den inleg overtuigd als zij wa
ren, dat die inleg geen bezwaar kon zijn
tegenover de zekerheid van eene uitkeering
bij een ziekte- of sterfgeval. Ook kan de
inleg in termijnen worden betaald en is ook
dit niet bezwarend. Het bestuur stohd ech
ter niet op de 5 alleen vond het eene
verhooging billijk.
Na nog eenige gedachtenwisselingen tus-
schen deze beide sprekers en nadat bleek,
dat 5 in elk geval over 't algemeen te
hoog werd gevonden, stelde de heer Iz.
Brakman voor de inleg te bepalen op ƒ4.
Thans werd tot stemming overgegaan en
verklaarden zich 21 leden voor ƒ3,— 14
voor ƒ4 en 10 voor ƒ5.
Overeenkomstig de bepaling van het re
glement handelende over de benoeming van
personen werd thans herstemd over de
voorstellen van ƒ3 en ƒ4, welke laatste
werd aangenomen met 30 tegen 21 st.
De uitkeering werd andermaal door het
Bestuur voorgesteld te bepalen op 40 cent
131.
Esther overlegde in bange zorg. Zou
zij uit Hamburg Werner bericht zenden,
zijne aankomst daar afwachten Zou zij
Magdalena niet medenemen naar haar ei
gen, nog zoo ver verwijderd thuis, of was
het beter, de ongelukkige vrouw naar het
doel van haar verlangen, naar Werners
stille woning te geleiden, opdat door zijne
bemoediging en door zjjne broederlijke lief
de, geest en lichaam tegelijkertijd gezond
mochten worden. Deze laatste overweging
gaf het jonge meisje raad hoe te hande
len, als zij bedacht, hoe gewichtig het voor
de treurige zaak was, dat Magdalena nog
zelf haar geheim openbaarde en hoezeer een
bekentenis haar zou verlichten. Aan ver
pleging zou het haar niet ontbreken, daar
Werner de oude huishoudster van zijn voor
ganger mede had overgenomen en daaren
boven had het kleine eiland een verbin
ding met het vaste land, die hem de reis
zou vergemakkelijken.
Bij hunne aankomst in Hamburg was
een lichte beterschap te bespeuren en bij
de gegronde bezorgdheid, dat vermeerderde
onrust en ontroering de zieke, als men haar
tot blijven uitnoodigde, ook grooter geva
ren zou bereiden, gaf de dokter toestem
ming, haar aan het einddoel liarer reis te
brengen.
Esther meldde uit Hamburg haren vader
wat er was voorgevallen, nam voorschrif
ten en geneesmiddelen mede en ondernam
de reis met eene dier visschersbooten, waar
mede de eilandbewoners der Noordzee het
vaste land bezoeken.
Verwachting en verlangen schonken Mag
dalena nieuwe kracht en waren oorzaak
dat zij weinig last had van de ongemakke
lijkheid der bijna acht uren lange vaart.
Esther zorgde met treffende liefde, wist
iedere mededeeling te verhinderen, welke
het diepbewogen gemoed der zieke opnieuw
zou kunnen schokken en wees slechts op
de naaste uren.
Er was geen tijd geweest Werner bericht
te doen het wederzien, zoo smartelijk voor
hem en zoo troostrijk voor Magdalena,
vond hem geheel onvoorbereid. De zon
was reeds ondergegaan, toen de boot land
de en de beide vrouwen het eiland betra
den. Onder heete tranen, uitgeput door
ziekte en zielelijden en nu plotseling over
gegeven aan het gevoel, het doel bereikt
te hebben, het doel, waarnaar zij zoo lang
reeds met hare laatste zinkende krachten
had gestreefd, onder heete tranen omhels
de Magdalena het jonge meisje, dat zij als
vreemdelinge gevonden had in de overstel
ping der smart en dat haar als een zuster
geleidde naar het oord der ruste.
Na een korte verademing begonnen zij
den tocht, door een visscher begeleid reeds
spoedig bleken Magdalena's krachten on
toereikend te zijn, om den moeilijken weg
door de duinen af te leggen. De man, die
de kleine Veronica had gedragen, gaf het
kind aan Esther over, om de moeder op
zijne krachtige armen te nemen on toen
ging de zonderlinge optocht langzaam voort
naar het dorp.
Een aantal nieuwsgierige gezichten keek
hen na, hier en daar hief zich iemand op
van de bank en volgde de vreemdelingen
op eenigen afstand. Nog eenmaal verlang
de Magdalena om te gaan, maar tever-
geefsch. Had de reis haar zoo uitgeput,
brak nu werkelijk de verwoestende ziekte
uit, die tot dusverre slechts gedreigd had,
een dichte nevel verduisterde hare oogen
en wankelend zonk zij na de eerste schre
den in de armen des verschrikten visschers.
Met verdubbelden haast werd het laatste
eind zwijgend afgelegd, Magdalena had de
oogeu in volslagen bewusteloosheid geslo
ten en in Esthers armen rustte het slapend