Gemengd. Vervolgens bood hij de dames Botha, Ferreira en De la Rev ruikers aan. Generaal De Wet dankte voor de ont vangst van de zijde van Rotterdamen voor alles wat liet Nederlandsche volk heeft gedaan. Het is" zeide hij ons een dubbel genoegen te mogen hooren dat wij op Nederlands steun mogen reke nen in de toekomst. Wij nemen dit aan en leggen het in onze harten weg. De heer Th. Nolen, uit naam van de afd. Rotterdam van het Nederlandsch Ver bond, zeide »Met hartelijke genegenheid, maar ook met diepen eerbied zijn wij vervuld als wij dat welkom toeroepen aan mannen als gij zijt. Uwe vrouwen en kinderen zijn mis handeld, bij duizenden omgekomen. Nog stondt gij pal voor uw edel beginsel. Uwe huizen werden in brand gestoken, de oogst vernield, akkers verwoest, vrouwen en kin deren weggesleept. Gij hield vol. Wij gevoelen ons klein in tegenwoordigheid van zoo groote mannen. Gij hebt aan de we reld getoond dat het nog mogelijk is dat hooge beginselen leven. Uw worstelstrijd heeft aan de mensebheid het geloof in het hoogere weergegeven. Heel Europa heeft den langen tijd van 2 jaren van uur tot uur medegeleefd, gejubeld bij uw overwin ningen, getreurd bij uw rampen, maar vooral hebben wij, Nederlanders, met u geleden. Uw rampen troffen ons als le den van één gezin. Hoe gaarne hadden wij u met gejuich en gejubel ingehaald, maar het heeft zoo niet mogen zijn. Wij verheugen ons dat gij ontkomen zijt Moge heel Nederland zooveel in haar medewerken 0111 u ook op te beffen en tot voorspoed te brengen. Uw voorbeeld van volharding is niet nutteloos geweest. Wij willen u helpen in het vas te vertrouwen dat eenmaal uw land weer tot bloei zal geraken, dat waarheid en rechtvaardigheid eenmaal zullen zegevieren. Ik heet u welkom in Nederland. Toen de Generaals het schip verlieten, ging opnieuw een daverend gejuich op. Langs den weg, dien het gezelschap in rijtuigen aflegde naar bet station, stond het overal zwart van menschen, die de Gene raals aanhoudend toejuichten. Op vele plaatsen waren de vlaggen uitgestoken. In de voorhal van het spoorwegstation werd andermaal het Transvaalsche Volks- tuiging, dat hij weder gelukkig worden moest door haar, want zij hield onwankel baar vast aan het geloof harer kinderja ren, dat hij zichzelven aan haar geketend had met geheime banden, toen hij zijn bloed met het hare vermengde. Het leed dat hem trof, was voor haar slechts een schrede tot het doel en als nochtans het wee om hem hare oogen met tranen vul de, dan was dit de smart, omdat de weg tot dat doel voerde door nacht en duister nis. Dit gevoel was geen geheim gebleven voor graaf Wolf, integendeel, hij was scherpzinnig genoeg, toen de balans schom melde tusschen het kloosterleven en bet leven in de wereld en oversloeg tot dit laatste, om toen Theresa's liefde tot den schilder als minstens even zwaar te be schouwen, als hare kinderlijke liefde tot hem zelve. Maar hij gevoelde zich niet gekrenkt door deze wetenschap, er waren uren, waarin hij die liefde harer jeugd be schouwde als bevorderlijk aan zijne eigen plannen voor de toekomst. (Wordt vervolgd) lied gezongen, en het gejuich hield niet op dan toen de trein met de drie gene raals was weggereden. ItRF.SKF.VS. 33 Augustus 11(03. De vergadering der leden van de Be waarschool. gisterenavond alhier gehouden, was bijzonder slecht bezocht. Na lezing en goedkeuring der notulen werd de begrooting voor 1903 vastgesteld. Vervolgens werd de rekening over 1901 overgelegd. De ontvangsten zijn ƒ852.15 en de uit gaven ƒ835.53, zoodat ze sluit met een goed slot van ƒ16.62. Een weinig meer belangstelling van de zijde der leden voor het vervolg zou wel zoo aangenaam zijn. Deze week had de landbouwersknecht Ij. bij den heer Jac. Risseeuw alhier het ongeluk bij het afmaaien van klavers, de zeis in zijn been te treffen, waardoor zulk een diepe wond ontstond, dat deze genees kundig moest behandeld worden. Het schijnt, dat we bijna een be zoek hebben gehad van een troepje Zigeu ners, die getracht hebben in de buurt van Eede ons land binnen te bomen. Gelukkig zijn ze aldus schrijft men aan de Midd. Crt. Maandagmiddag ver trokken naar Moerkerke, na in de richting van Eede's grenskantoor toch nog over de grens te zijn overgekomen. 't Was voor de alhier waakzame politie een heele toer om de lui in België te hou den marechaussee te paard eu te voet, de rijksveldwacht en de gemeente politie moes ten nacht en dag langs de grens aanwe zig zijn. Nu was deze troep niet groot eu of het echte Zigeuners waren, valt te betwijfelen. Zij verstonden eu spraken ten minste zeer goed Vlaatnsch. Bij dergelijke voorvallen doet zich de vraag voor, hoe moet het gaan als er ster kere en meerdere troepen van dit volkje komen opdagen, dat zijn bestaan vindt in diefstal en al stroopende door het land trekt. Een andere lezing van deze luidjes tref fen we aan in het N. v. tl. J). Bij de Belgisch-Zeeuwsche grens tus schen Middelburg (in Vlaanderen) en Stroo- brugge is een troep Zigeuners geko men, bestaande uit twee mannen en twee vrouwen met tien kinderen. Door de ma- rechaussee's wordt er tegen gewaakt dat zij ons land niet binnen komen. Een nader bericht meldt, dat de troep toch er in geslaagd is, langs Retranche- raent ons land binnen te komen. Te Cadzand werd een hunner, die bij den landbouwer de Iv. afdreiging pleegde, vastgehouden en aan den gemeente-veld wachter overgeleverd, die hem aan de ma- rechaussee's van Oostburg zou overgeven. De anderen zijn langs Nieuwvliet in de richting van Breskens getrokken. Iutusschen is van zulk een doortrekken in de omgeving niets bekend. Sluis. In deze gemeente heersclit in hevige mate de vlekziekte onder de var kens. Reeds enkele zijn aan de gevolgen over leden. Sluis. Het ongeveer 4-jarig dochtertje van den slager J. d. M. had met een ka meraadje de onvoorzichtigheid op een regen bak te kruipen met het ongelukkig ge volg dat eerstgenoemde in den regenbak- viel. Met behulp van een ladder die men in den regenbak liet zakken werd het kind uit zijn benauwden toestand gered, die al leen met den schrik en zonder letsel vrij kwam. Itctruiichemeiit, 21 Aug. Heden slaag de te 's Gravenhage voor dé akte Fransch o. a. de heer W. de Blaeij, hoofd dei- school alhier. Generaal Botha kwam gisteravond uit Nederland om half zeven te Brussel aan het Noorderstation aan. Lang voor het uur van aankomst was 't station van binnen en waren de toegangen door een ontzagljjke menschenmenigte in genomen. Bij het uitstappen van den trein werd Botha ontvangen door de leden van het gezantschap der Z.-A. Republiek, met jhr. Goldman aan het hoofd. Zoodra men den wakkeren generaal ziet worden alle handen hem toegestoken. Hij wordt begroet door een geweldig geroep van Vi ve Botha Leve generaal Botha De generaal kan niet vooruit. Het is een enorm gedrang. Men deelt trappen en vuistslagen om hem te naderen.- Vergeefs trachten politieagenten hem een weg te banen. Vrouwen en kinderen raken onder den voet. Men schreeuwt, zwaait met hoeden en zakdoeken. Ten slotte is men verplicht Botha naar de Bra bantstraat uit het station te leiden. De hoofduitgang op het Rogierplein is niet te bereiken. Buiten dezelfde volte. Botha en zijn zoontje Louis nemen plaats in een huur rijtuig. Het volk tracht het paard uit te spannen, maar politieagenten werpen de menigte terug en begeleiden het rijtuig. Dit gaat er van door, duizenden er ach teraan. Botha staat rechtop in het rij tuig en groet met hand en hoed. In alle straten roepen de voorbijgangers hem toe. Eindelijk komt de generaal aan het huis waar mevrouw Botha woont, in de Cre- pelstraat. Aan de deur wachten zijn kinderen bem op. Een roerend tooneel ontstaat als de vader verschijnt. De meisjes werpen zich aan zijn hals. Het volk is bewogen en juicht. Verslaggevers dringen het huis binnen. Botha verklaart, dat hij niets zeggen kan en verzoekt dat men hem aan de zijnen overlaat. De verslaggevers trek ken zich terug. Botha belooft hun, dat hij hun morgenochtend ontvangen zal. Buiten staat weer een ontzaglijke menig te, door vele politieagenten in bedwang gehouden. Het is een gejuich zonder eind. Dat wordt nog heviger als mevrouw Botha komt. Zij is aan bet station van haar echtgenoot gescheiden en komt nu alleen in een rijtuig. Reeds werd meermalen gemeld, dat op de Zeeuwsche stroomen tal van zee honden voorkomen; dat hun aantal, ondanks de jacht die er op gemaakt wordt, om de Rijkspremie ad ƒ3.of ƒ2.50, vrouwe lijk of mannelijk dier, niet vermindert, blijkt wel uit het feit, dat in de afgeloo- pen week door een der Zeeuwsche zeehon denvangers niet minder dan 21 exemplaren zouden gedood zijn. Na de afschaffing van de premie in 1857 stegen de klachten bij de Regeering over de toeneming van deze vischroovers, en eerst een aantal jaren zal moeten verloo- pen vóór afdoende vermindering zal kunnen geconstateerd worden. De oude dieren laten zich niet gemak kelijk verschalken, zoodat de meeste jonge, niet zelden zeer jonge diertjes zijn, die in handen komen. Tot [het schieten van deze dieren kan een buitengewone machtiging aan den Commissaris der Koningin gevraagd wor den. Te Knijpe (Fr.) heeft de 48 jarige M. K. in woede zijn 80 jarige unoeder, bij wie hij inwoonde, met een oude sabel een ernstige wonde toegebracht. De veldwachter J. v. d. Brug [heeft da delijk de sabel in beslag genomen en M. K. voor den Burgemeester te Heerenveen ge bracht, alwaar proces-verbaal is opge maakt. Op het ruiterfeest te Beek (Limburg) is de vijftien a zsstienjarige jockey M., uit Sittard, vau den heer Mulkens te Roer mond, voor den aanvang van den wedstrijd op de feestweide, door het uitglijden van zijn paard tegen een boom terecht geko men, waarbij hem een been op twee plaat sen gebroken werd. Nadat de verwonde met de meest mo gelijke zorg .verbonden was. werd hij per rijtuig naar Sittard vervoerd. Zijn toestand is bevredigend. Men meldt uit Amsterdam Namens de moeder, reizende met een woonwagen, die Woensdag van Sloten naar Halfweg is vertrokken, werd bij de politie alhier de opsporing verzocht van hare twee dochtertjes, 13 en 7 jaar oud, die zij sedert Maandag jl. bij Sloten ver mist. De meisjes worden opgespoord. Te Culemborg vertoefde dezer dagen een persoon, die zich bij verschillende in gezetenen had uitgegeven voor koopman aardappels, fruit, visch enzen inkoopen wenschte te doen, voorgevende het door hem gekochte te zullen betalen, zoodra ziju zoon, van wien hij geld wachtende was, aldaar was gearriveerd. Van eene weduwe, bij wie hij zijn in trek had genomen, leende hij nu en dan geld, en in een café maakte hij verterin gen, alles zou hij betalen, als zijn zoon gekomen was. De politie kreeg achter docht en arresteerde hem. Uit ingewonnen telegraphisch bericht bleek toen, dat de verdachte zeer ongun stig bekend stond, eu reeds gevangenis straf voor diefstal had ondergaan. Al spoedig bekende hij dan ook, dat hij al die verhalen had verzonnen, om geld en goederen machtig te worden. Tegen hem is procesverbaal opgemaakt wegens oplichterij en is gevankeljjk naar Tiel overgebracht. Te Zeist is Woensdagmiddag in de Slotlaan, nabij het station van den Cen- traal-spoorweg, kort nadat twee gekoppel. de tramwagens het stationsplein hadden verlaten, het vijfjarig zoontje van den ma chinist Pul, dat aan het station was om zijn vader van den trein te halen, waar schijnlijk op een der wagens gesprongen en er onder geraakt met het noodlottig gevolg dat het werd overreden. Het kind was terstond dood. Een vreeseljjke ramp viel gisteren voor aan de badplaats Noordwijk aan Zee. Omstreeks elf uur bemerkte de bad meester, dat een Duitsche heer zich te ver in zee waagde. Op zijn waarschuwend

Krantenbank Zeeland

Breskensche Courant | 1902 | | pagina 2