Mij is de wrake! No. 718. Woensdag 13 Augustus 1902. lle Jaarg. Algemeen Nieuws- en Advertentieblad voor het voormalig 4e district. Hui ten land. FEUILLETON. mi i; s k n s i n i: courant. ABONNEMENT. Eer 3 maanden ƒ0.50, franco per post door het geheele Rijk ƒ0.55, voor België ƒ0.625, voor Amerika ƒ0.825, bij vooruitbetaling. Bij alle boekhandelaren en brievengaarders worden abonnementen aangenomen. ADVERTENTIE N. Van 1 tot en met 5 regels 25 centselke gewone regel meer 5 cents. Groote letters naar plaatsruimte. Bij abonnement lager tarief. Advertentiën worden ingewacht tot Dinsdag- en Vrijdagnamiddag twee uur Dit blad verschijnt eiken Dinsdag;- en Vrijdagavond bij den uitgever O. DIELb.tlAV te Dreskens. De Paus heeft aan de Katholieke Vor stenhuizen medegedeeld, dat hij voortaan geen dispensatie meer zal verleenen voor huwelijken tusscheu Vorstelijke personen, die elkander na in den bloede bestaan. Z. H. raadt den Souvereineu aan, hun ne kinderen te laten huwen met Vorsten en Vorstinnen, die niet aan hen zijn ver want, ten einde de nadeelige gevolgen van zulke huwelijken tusschen bloedverwanten te voorkomen. De Turksche provincie Saloniki wordt door .opstandelingen", die feitelijk roover- benden zijn, onveilig gemaakt, zoodat de vreemdelingen en ook hunne consuls zijn gewaarschuwd zich in acht te nemen. In den Amerikaanschen Staat Colo rado, waar vrouwen-stemrecht bestaat, is nu door een aantal vrouwen zelve eene verklaring uitgevaardigd, waarin zij de in voering van dien maatregel verklaren te betreuren. Immers de politiek is, met medewerking der vrouw, nog veel corrupter geworden dan vroeger en het soort van .politieke vrouwen", dat door het verleende stem recht ontstaan is, heeft de verkeerde eigen schappen van sommige mannelijke tinne gieters nog in veel sterker mate overge nomen. Von Bismarck's woord.- dat de politiek het karakter bederft, schijnt dus in nóg sterker mate van de vrouwen te gelden, niet tot haar oneer. In Mantschourije breidt de cholera- epidemie zich onrustbarend uit, vooral te Kharbine, waar 100 a 130 menschen per dag aan die ziekte sterven, van welke on geveer een tiende Russen en de overige Chineezen zijn. De stad Kharbine is door hare onzinde lijkheid, ongezonde inrichting van de hui zen en de groote warmte, die er heerscht, een broeinest van besmetting, te gevaar lijker omdat men er nog geen enkele der hoognoodige gezondheidsmaatregelen heeft genomen. De kroning van Koning Edward is dus Zaterdag volgens het verkolt program in de beste orde afgeloopen, en Z. M. heeft geeuerlei nadeelige gevolgen gehad van de doorgestane vermoeienis, voor een deel het gevolg van de hartelijkheid en de geestdrift van de zijde der bevolking. Ter herinnering aan den feestdag heeft de Koning zijn kasteel Osborne op Wight aan de natie ten geschenke gegeven. De historische vertrekken van Koningin Vic toria zullen behouden worden, maar het overige ingericht als herstellingsoord voor officieren. Ook de verlichting der hoofdstad, Zater dagavond, is volkomen geslaagd en er heerschte daarbij eene vroolijke stemming. Daaromtrent leest men het volgende De groote plechtigheid is voorbij. Ed ward VII is gekroond en rust thans uit van zijn vermoeienis. De nacht was koud en onaangenaam. Toch waren er menschen die niet naar bed gingen en gewapend met kampstoel tjes en allerlei proviand, op straat post vatten om toch vooral het groote schouw spel niet te missen. De voorzorg was on- noodig, want om 6 uur hadden ze met evenveel gemak dezelfde plaatsen knnnen innemen. Eerst later kwam er meer toe vloed. Menigeen scheen, bevreesd voor de pessimistische voorspellingen van gevaar voor voetgangers, thuisgebleven te zijn, en de menigten die tegen 8 en 9 uur de stra ten vulden, bestonden voor een groot deel uit welgekleede personen. Met zonsopgang werd de komst van den kroningsdag aangekondigd door kanonscho ten, gevolgd door het luiden van klokken, eerst in Londen zelf, weldra echter ook in alle voorsteden, totdat de feestgalm overal opgevat en voortgezet, tot in de duisterste achterhoeken was doorgedrongen. Vlag gen kwamen uit, de laatste hand werd aan versieringen geslagen en het noodige voor de illimunatie gereed gemaakt. Deze laat ste belooft geen succes te worden. IJs- grauwe wolken hangen over Londen, de wind blaast koud en guur uit het Noord- Westen, en ofschoon het gedurende de plechtigheid zelve droog bleef, is er sedert al menige bui gevallen. Nadat de genoodigden in de prachtig versierde Abdij hunne plaatsen hadden in genomen allen in kostbare staatsie kleederen, de Pairs en hun vrouwen in purperen mantels met hunne kronen in de hand, verschenen achtereenvolgens de Prins en de Prinses van Wales en de andere Prinsen en Prinsessen van het Koninklijke Huis en namen plaats op de voor hen be stemde zetels. Daarna kwam Koningin Alexandra, voor afgegaan door de geestelijkheid van West minster en de Lords, die hare insignes droegen. Zij schitterde van diamanten en droeg een prachtig kleed van goudlaken en een mantel van purper fluweel, waarop de rozen van Engeland, Schotsche distels en Iersche klaverbladen waren geborduurd en met een zes meter lange sleep, welke door zes pages werd gedragen en waarvan de Hertog van Buccleugh het uiteinde droeg. Bij haar binnentreden stonden allen op en orkest en koor barstten uit in een ju belzang. De Koningin nam nog niet plaats op den troon. Zij knielde een oogenblik op een blauw fluweelen bidstoel en ging toen op een voor haar gereed staanden stoel zitten. Toen verscheen Koning Edward, vooraf gegaan door een langen stoet van pries ters, bisschoppen en Lords van zijn huis, die de kroon en de Rijks-insignes droegen. Ook zijn komst werd met krachtige mu ziek begroet. Hij droeg den grooten hermelijnen man tel en op het hoofd een soort van units met hermelijnen rand, gelijkende op het hoofddeksel van de Lords. Twee bisschoppen liepen naast hem De Koning zag er een weinig mager, ietwat vermoeid uit, maar hij liep met vasten tred. Ook hij knielde in een bidstoel bij dijn der Koningin en ging daarna op een voor hem gereedstaandeu stoel zitten. Daarna trad de aartsbisschop van Can terbury naar den Koning toe en vroeg den vergaderden, als vertegenwoordigers van 't volk, of zij bereid waren Koning Edward, 87. Ja, hij heeft een rijk, een grootmoe dig hart, zeide de non met stralenden blik, de vriendschap dier dagen, waarin ik als jonge novice hem nu en dan een woord van troost mocht toespreken, waarin ik mij bezig hield, de verbleekte herinnerin gen aan zijne liefde levendig te houden in Catharina's gedachtenis, heeft een hechten band om ons geslagen, dien geen later tijd weer verscheuren kon. Hij gaf u, gaf u zwijgend, maar met een bloedend hart. Wees ook gij haar tot moeder, zus ter Angelica, zeide hij, houd gij een plaats open in haar hart, voor de liefde tot ha ren vader! De tranen van het schoone meisje vloei den onophoudelijk over hare wangen, snel boog zij zich over de doorzichtig witte hand der non en kuste die vurig. Gij hebt die liefde gezaaid en verpleegd zeide zij, nu is zij krachtig genoeg, om heui te vergelden, wat hij om mij heeft geleden. Zijn offer bleef niet geheel onbeloond, ging de non voort, nu en dan werden de nevelen opgeheven, die Catharina's denk vermogen omhulden, en als zij op en ne der golvend zich slechts voor korten tijd verdeelden, om het licht eener heldere herinnering en ervaring van het tegen woordige te laten doorschemeren, dan brach ten deze zeldzame dagen toch een gedach te mede aan den echtgenoot. Zij noemde zijnen naam en vraagde naar hem instinct matig gevoelde zij, hoe zijne liefde haar omgaf ieder oogenblik van haar verduis terd leven. Toen hij op het eerste bericht der verandering, die in haren geestestoe stand had plaatsgegrepen, naar haar toe kwam jjlen, toen kende zij hem onder dui zend smarten. Maar de eerste bede, de eerste aanduiding slechts, dat zij hem vol gen zoude in de wijde wereld, bracht de oude jammeren terug. Een vreeselijke angst greep haar aan, de vrees, dat men haar het kind zou kunnen ontrooven, roof de haar den slaap, zij ontvlood 's nachts met u haar bed en zocht bescherming voor het hoogaltaar. De hoop op eene werkelijk duurzame genezing was heen. Uw vader vertrok, keerde af en toe weder als zij wat beter was, maar nimmermeer maakte hij zijne aanspraken geldig op haar of op u. Zoo werd haar toestand allengskens rustiger en vreedzamerzjj zat dngen lang met u hier boven en zag zwygeud naar buiten de wereld in, of zij liet u spelen aan hare voeten in de kamers, die wjj haar aange wezen hadden en die nog heden bestemd zijn voor de vrouwen, die hier in terug getrokkenheid haar weduwjaar doorbren gen of in vromen inkeer tot zichzelve wil len leven. Steeds bleef zij voor mij eene teedere aanhankelijkheid gevoelen. Was mijne verschijning verbonden met schoone beelden, die ofschoon duister, nog in haar leefden, had zij eene flauwe herinnering behouden daaraan, dat ik in hare plaats trad in de hoop van hare verplichtingen te kunnen vervullen, meende zij dat ik haar verstond ook in het wereldsche wee, dat zich mengde in haar berouw, honderd ma len wel legde zij u in mijne armen en badHeb haar ook lief, ook als ik zal zijn heengegaan. En gij hebt dit gedaan, hoezeer, ach hoezeer, zeide Theresa bewogen. Allengskens werd haar jeugdig en sterk lichaam gesloopt door de eeuwige stormen en door de knagende smart, want zij kon zich niet losmaken van de gedachte, dat het lot harer familie een Goddelijke straf was voor haar. Toen echter haar einde naderde, werd het licht in haar verduis terd gemoed. In de herwonnen vrjjheid

Krantenbank Zeeland

Breskensche Courant | 1902 | | pagina 1