.en,
m
[ij is de wrake!
lis.
in
voor het
voormalig vierde Distriet.
Algemeen
Nieuws- en Advertentieblad
sta»
No. 697.
Zaterdag 31 Mei 1902.
1 le Jaarg.
311
Buitenland.
2J Denkt gij, dat ik het geluk om
ir te bezitten hooger zou kun
nen achten, dan de taak die ik
op uiijzelven gesteld heb, toen ik be-
30 sloot verkondiger van Gods woord
te worden Iedere andere stand
zou mij de vrije keuze eener le-
'd vensgezellin veroorloofd hebben,
'an welk geloof deze ook zoude
zijn verondersteld dat ik voor
oijzelveu eene verbintenis zou
kunnen sluiten, gegrond op het
verschil in eene zoo heilige over
tuiging. En nochtans twijfel ik
niet. Ik ga niet zonder wenschen
door het leven, maar ook niet
zonder moed, en houd trouw vast
nd,
J
- E N
ii ii i, s k i; s r li i: courant.
ADVERTENTIËN.
Van 1 tot en met 5 regels 25 centselke gewone regel meer 5 cents.
Groote letters naar plaatsruimte. Bij abonnement lager tarief.
Advertentiën worden ingewacht tot Dinsdag- en Vrijdagnamiddag twee uur.
ABONNEMENT.
Per 3 maanden ƒ0.51), franco per post door liet geheele Rijk ƒ0.55,
voor België ƒ0.625, voor Amerika ƒ0.828, bij vooruitbetaling.
Bij alle boekhandelaren en brievengaarders worden abonnementen aangenomen.
id,
Rit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond bij den uitgever C. RIEEEMAX te Breskens.
ll»i"j
De uitslag der kiezing voor
aftredende volksvertegenwoordi-
ig in België heeft aan de Ka-
ilieke partij eene meerderheid
,rgd van 22 stemmen,
óór deze bedroeg zij 20 stem-
m en is dus met 2 stemmen
meerderd.
lat de groote agitatie kort ge
len in het leven geroepen ter
krijging van algemeen kies- en
imrecbt van invloed op deze
rning is geweest, is ontwijfel-
I.
Buiten de uitbreiding van de
irderheid in de Kamer, is het
resjj kramencijfer voor de Katholieke
ij belangrijk vooruitgegaan.
We hebben dus destijds niet te
1 gezegd, toen we beweerden,
de vervulling van den alge-
n kiesrechtdroom verder dan
iit verwijderd is van de werke-
heid.
Evenwel is dit niet alleen de
irzaak.
Men is in België voor het groot-
deel tevreden over de wijze
,rop de Regeering werkzaam is
i het belang van den landbouw,
nijverheid en wat dies meer zij.
Ifjj Van de liberalen wacht men
iinder deze eigenschappen.
Trouwens ook in ons land treft
ïn in de liberale partij belijders
die meer hunne studie zetten
theorie dan op de praktijk.
<-B,| Van daar dat men onder deze
tal
:tiJ
ingen,
Fuiii
es.
>n 'n
lezi
jzeii.f
ihilJ
zoovele schakeeringen aantreft.
Het zelfde verschijnsel als men
in België ziet, ten opzichte van de
bestendiging van de clericale re
geering, heeft men ten vorigen ja-
re hier ervaren bij de verplaatsing
der meerderheid naar rechts.
Inderdaad heeft het toen afge
treden Kabinet het bij de alge-
meene verkiezingen moeten afleg
gen hoofdzakelijk omdat zijn werk
minder populair was, en meer ge
richt was op studeerkamer-theorie
dan op volks- en algemeen» be
langen.
De grootste grief is het is
reeds vaak gezegd de invoe
ring van den leerplicht
Niet dat het beginsel dier wet
niet uitstekend is, wijl ze alge-
meene volksontwikkeling bedoelt,
maar de wijze waarop ze werkt en
in toepassing moet worden ge -
bracht, kan niet anders dan im
populair genoemd worden.
Eu van die tegenzin is bij de
stembus gebleken.
Heeft de regeering gewerkt in
het belang van den landbouw
Ja er wordt zeer veel gedaan tot
bevordering van de paardenfokkerij
en als middel die deze in de hand
werkt is de wet op de verplichte
hengsten-keuring verkregen.
Indien men de landbouw-verga-
deringen bijwoont, kan men hoo-
ren hoe de toepassing van deze
wet behoort geëerbiedigd te wor
den, en strekken zal tot gedeelte
lijke uitroeiing van ons goed man
nelijk fokmateriaal.
Meermalen is gevraagd of het
niet mogelijk is bij de regeering
op verzachting van maatregelen
aan te dringen, doch telkens hoort
men als antwoord, dat eene po
ging daartoe beslist schipbreuk zal
leiden.
We gelooven dat ook voor zoo
ver die vraag werd gedaan tot de
regeering die de wet in het leven
riep, maar, als we zien welk ge
willig oor de minister van Bin-
nenlaudsche Zaken verleent aan
het verzoek tot toelating van
nachtelijke arbeid door de haring-
speetsers, welke door de vorige
regeering was verboden, dan is
het toch niet onmogelijk, dat de
zelfde minister, doordrongen en
overtuigd wordende van het nut
tot wijziging der wet op de paar-
den-fokkerij, daarvoor eveneens
vatbaar is, als door bewijzen de
ongunstige werking dier wet wordt
aangetoond.
De vorige regeering gaf ons een
ongevallenwet, waarvan het prak
tische nut wel niet kan ontkend
worden, doch die toch ook weer
erg gewrongen zal werken.
Door de arbeids-inspectie wordt
de mogelijkheid tot het bekomen
van ongelukken, door verplichte
aanwending van de nieuwste vin
dingen op veiligheidsgebied tot
het minst mogelijke teruggebracht.
Nu is dat zeer aanbevelenswaar
dig, maar toch verplicht de wet
tot het verzekeren van ongeluk
ken, maar juist waar het ontstaan
van deze niet door reglementee
ring is te beperken, waar de .la
tuur zich aan geen banden laat
leggen, is deze verzekering buiten
gesloten.
Het landbouwbedrijf staat er
weer buiten.
Dat is onpractisch, en daarom
heeft de praktijk in dezen van de
regeering gefaald.
Behoeven we nog te wijzen op
het stelsel dat door de vorige re
geering met de vorige Kamer in
de Militiewet van 1901 was neer
gelegd en van welke terugwerken
de kracht deze was voor de lich
tingen van 1895 en 1896.
Gelukkig is een middel aan de
hand gedaan waardoor dit ontzet
tend ongerief voor velen is afge
wend.
Maar toch lag in dat stelsel
weer ten zeerste opgesloten, dat
met de praktijk van het leven des
volks minder rekening werd ge
houden, dan met het militair en
dus het bijkomend belang.
Het zijn niet de middelen tot
bevordering van algemeeue wel
vaart of algemeen belang, die de
scheuring in de liberale partij
heeft teweeggebracht, maar zij is
het gevolg van letterdienarij en
spitsvondigheden op bijkomende
omstandigheden.
In hoever door de nederlaag der
liberalen van het vorig jaar ge
leerd zal zijn, dat de onderdeelen
van het Staatkundig beginsel moe
ten wijken voor de hoofdgedach
ten, is natuurlijk nog niet uit te
maken.
Eenige berekening daarover te
maken is voorbarig niet alleen,
maar hangt ook af van andere
omstandigheden, voornamelijk van
die, waaronder de tegenwoordige
regeering werkzaam is.
D.
Alle aanwijzigingen tot het
spoedig tot stand komen van den
vrede in Zuid-Afrika, zijn aanwe
zig.
Immers als men de berichten
uit de Engelsche bladen leest, dan
komt men tot die gevolgtrekking.
Maar als men nu weet dat de
regeering hoegenaamd niets los
laat, dat de atgevaardigden der
Boeren, geheel in strijd met hun
ne voortdurende verklaring, niet
te willen onderhandelen buiten
Kruger en de gedelegeerden in
Europa, dat van de zijde van
Zuid-Afrika niets kan worden af
gezonden naar Europa, zonder den
Censor te zijn gepasseerd, tenge-
FEUILLETON.
167.
aan datgene, wat ik erkend heb
als mijn beroep en als datgene,
waartoe ik geschikt was. Esther
belijdt mijn geloof niet, maar zij
zal het ideaal der schoonste en
der reinste vrouwelijkheid voor mij
blijvenMagdalena deelt ^uwe
liefde niet, waarom zou zij uwe
muze niet zijn
O Werner! riep de schilder uit
in namelooze smart, ik ben zoo
veel ellendiger dan gij Gjj hebt
alleen niet gekregen wat gij be
geert ik heb verloren wat ik
meende te bezitten. Gij zijt be
ter, sterker, bedaarder dan ik en
evenals gij uzelven bedwingt, zoo
zult gjj ook het geluk dwingen
om u te dienen. Want als zij
eens komt en spreekt: Uw God
is mijn God
Dan is zij de mijne, viel de
kandidaat hem in de rede op vas
ten toon.
Ziet ge wel, zeide Richard droe
vig glimlachend, naast u staat on
gezien de boop ik ga alleen.
Laat mij weg gaan mijn jon
gen, hij leidt mij de wijde we
reld in. Eerst rust ik nog eenige
dagen bij u uithet doet mij zoo
goed, met u te spreken, en mij
gehoorzaam te doen terechtwijzen,
en dan dan zoek ik mijne ver
lorene muze.
Werner knikte tevreden en reik
te hem de hand. Uwe muze, dat
is goed niet Magdalena.
Ook haar, ook haar, riep de
schilder uit in diepe smarto
Werner, ik heb haar verlo
ren, z ij m ij niet. De band,
die mij aan haar verbond, is on
verbreekbaar, zoolang ik geen ze
kerheid heb van de echtheid van
haar geluk. Geheimnisvol roept
hare stem mij bij nacht en bij dag,
wakend en droomend hoor ik die
stem. Neen, laat mij wandelen,
ik moet zeker naar haar, ware het
ook tot aan den rand des grafs
XI.
Ja, zij was gelukkig Op Mag-
daleua's vensters schitterde de zon
neschijn en bestraalde met liefe
lijken glans een vreedzaam tehuis.
Op hare kniën lag een bloeiend
kind en in haar hart woonde de
liefde.
Zelden slechts vertoonde zich
een wolk op haar stralend voor
hoofd en wierp een vluchtige scha
duw in de vriendelijke kamer, het
volgend oogenblik baadde alles
weer in gloed en lichtde zon
bleef overwinnaar. En even zel
den verduisterde eene zorgvolle
gedachte den vroolijken geest van
Magdalena. Het onwrikbaar ver
trouwen op de liefde van haren
man was de zon van haar hart.
Anderhalf jaar was voorbijge
gaan sedert Herbert haar wegvoer
de uit Duitschland, van het graf
haars vaders en van den steun
harer vrienden. Losgerukt van
alles wat haar lief was en dier
baar, van geliefde menschen en
bekende plaatsen, vau huiselijke
gewoonten en van de genoegens
harer jeugd, was zij nu de z ij n e,
het voorwerp van zijn wil en van
zijne liefde.
In het begin was dat nieuwe
geluk zoo verrukkend, Herberts
voortdurende tegenwoordigheid, de
volkomene overgave aan hem boei
de haar zoozeer en de gedachten-
wisseling, die duizend en nogmaals
duizend kleine diensten, welke de
liefde verlangt en bewijst, vervul-