Mij is de wrake! IT Algemeen Nieuws- en Advertentieblad voor het voormalig vierde District. N No. 676. Woensdag 12 Maart 1902. Jaarg. Arbeiders. la It R E S k K S C E cot] BAH, ABONNKMENï. Per 3 maanden ƒ0.50, franco per post door het geheele Rijk ƒ0.55, voor België ƒ0.025, voor Amerika ƒ0.826, bij vooruitbetaling. Bij alle boekhandelaren en brievengaarders worden abonnementen aangenomen. ADVERT ENTIËN. Van 1 tot en met 5 regels 25 cents elke gewone regel meer 5 cent». Groote letters naar plaatsruimte. Bij abonnement lager tarief. Advertentiën worden ingewacht tot Dinsdag- en Vrijdagnamiddag twee uur. I)it blad verschijnt eiken Dinsdug- en Vrijdagavond bij den uitgever C. liRLKlf tV te Breskens. wm - O UI. Ook hebben we gezegd, dat te genover het vele goede, hetwelk voor den werkman gedaan wordt, vaak weinig waardeering staat. De groote so iale, of liever: maatschappelijke kwestie sluit aan de arbeiderstoestanden nauw aan. Nogtans is niet zelden gering schatting en tegenwerking het loon dier bemoeiingen. Het luoge evenwel een troost zijn dal dit verschijnsel vrij wel algemeen is, wijl veelal vu ik ten onrechte achter goede be doelingen kwade oogmerken, ach ter zuivere beginselen eigenbelang verondersteld worden Mannen, die zich echter door die kleinzieligheid niej hebben laten ontmoedigen, zijn voortge schreden op den weg der verbe tering, die allengs effener werd naar mate men het beginsel der evolutie ontwikkeling heeft gehuldigd boven dat der revolutie. Dat streven is de weg. En die weg leidt den arbeider langzamerhand tot het besef van eigenwaarde. Met dat besef voor oogen zal een redelijke eisch naar een mensh- waardig bestaan, het pleit winnen. Een redelijke eisch, daarin ligt schier alles opgesloten wat de ar beiders-beweging beheerscht. We zullen niet in eene breed voerige beschouwing treden wat daaronder is te verstaau, omdat men gevaar loopt een» juiste om schrijving van dieD eisch niet te kunnen geven. »Een menschwaardig bestaan" is een zeer rekbaar begrip. Er zijn gezinnen die veel noo- dig hebben em ook zijn er die met heel wat minder toe kunnen. Voorts treft men er aan met veel, andere met weinig kfnderen. Elk gezin heeft zijn behoefte, maar de behoeften zjju, dat voelt men terstond, niet gelijk Het hangt van zeer verschillen de omstandigheden af of die be hoeften groot dan wel minder groot zijn. Bij gelijke inkomsten en den verschillenden aard der behoeften is dus een algemeene omschrijving van seen menschwaardig bestaan" niet te geven, althans niet in dien zin, dat de beteekeuis voor elk dezelfde is. Uit dien hoofde zijn de levens omstandigheden van den werk mansstand niet En toch is de loonstandaard voor zekere categoriën van arbei ders wèl gelijk. Uit een en ander nu de minde re of niet-menschwaardigheid van dat bestaan te concludeeren op grond van de ongunstiger omstan digheden des eenen boven die des anderen is het raadplegen Van een onzuivere maatstaf en is dus een niet goedschiks te verdedigen stel- ling. Over het algemeen genomen is de toestand van den arbeiders stand te plattelande niet onguns tig te noemen. Een enkele uitzondering daar gelaten, verkeert zij in een zekere mate van welvaart. Niet in alle deelen schijnt dit van de stedelijke arbeiders te kun nen getuigd worden. Wel verdiepen ze meer, maar de behoeften eischen ook meertoch is het niet dat, waarop we de aandacht willen vestigen. Meer hebben we het oog hier op, dat, als de fabrieksarbeiders zonder werk zijn, ook, om het zoo maar eens platweg te zeggen, «zonder eten zijn". Tal van dagen komen voor, dat de plattelands-arbeiders niet kun nen werken uit hoofd» van het ongunstig wêer. Die omstandig heden komen bij de eerstbedoel- den niet voor. Men zou er dus uit moeten op maken dat de tering naar de ne ring gezet wordt, en dus de tering feitelijk ophoudt als de bron van inkomsten niet meer vloeit. Bij de hooge cijfers, die we vaak hoorden noemen als verdiensten bg de stedelyke arbeiders, moge zulk een toestand wel eenigszina vreemd schjjuen, en rijst onwille keurig de vraag of er dau toch nicU overschiet om voor een korte tijd in de toekomst, als zulks noo- dig mocht zgn, gedekt te wezen. Wat moeten de plattelanders doen, indien zg in den winter weinig of niets verdienen en dat in eën tijdperk, waarin de behoef ten grooter zyn. Misschien zegt men, dut zulk eene vergelyking niet op gaat, en het is mogelyk, dat we ons in het leven van beide cutegoriën moeiljjker kunnen indenken dan bet sckynt. Maar toch, dunkt ons, mag die vergelijking wel onder de oogen gezien worden. En dan wagen we eene veron derstelling, getoest aan de groote beweging onzer dagen, nl. dat het drank vraagstuk een niet onbelang rijke rol speelt in de maatschap pelijke kwestie, die we doorleven. We zeiden, wel een» gehoord te hebben van de groote werkloonen die werden verdiend op fabrieken als andersints, maar uien ral dan ook wel eens gehoord hebben van de minder hooge bedragen dis vele werklui thuisbrengen, omdat een belangrijk gedeelte móest ach- ter-bljjven in de toonbankladen van de kroeghouders, die in de buurt van die werkplaatsen hunne tenten hebben opgeslagen. We meenen niet te veel te heb ben gezegd, als we die bedragen belangryk noemden, wyl we meer malen egfers hoorden noemen, die vrjj wat hooger zyn, dan menig arbeider hier in zijn besten tjjd verdient. Behoeven we dan te vragen hoe het meestal in zulke gezinnen gaat» Bjj hst moreels nadeel, dat zulk gezin lydt, komt ook de hnauci- eele schade. En het is daarom, dat vooral in zulke omgevingen met kracht gsyverd wordt voor het drauk- vraagstuk. Nu zullen we hierop niet ver- FEUILLETON. 46. Nu lachte zy. Nooit meer, maar doe nu ook wat ik u ver zoek, het is de eerste maal. Ga heen en laat u verbinden. Hg keerde zich om tot heen gaan en zg wilde de roos uit haar ceintuur nemen, om die aan hem te geven. Maar in Herberts on stuimige omarming was zg van den stengel gebroken, zg viel ge knakt voor hare voeten neder. Die arme bloem, zeide Magda- lena, zg is reeds dood en heeft zoo kort geleefd 1 Ja, hernam hg terwijl hg zich verwgderde, maar zg leefde in glans en licht. VII. De geregelde werktyd van den notaris eu procureur Ruben was onderbroken, de werkzame rechts geleerde had zyne werkkamer reeds verlaten in weerwil van het vroe ge voormiddaguur en bevond zich in zgn bgzonder vertrek. Niet tegenstaande deze kamer uiterst netjes was, ontbrak haar toch die vriendelyke tooi, welke een zor gende eu verfraaiende vrouwen hand zoo gaarne daaraan schenkt. De ontzachlgke boekenkasten, de groote, met groene kleedeu be dekte tafels en de hooge lederen stoelen gaven haar een eenigszins plechtig aanzien men kon niet nalaten te gelooven, dut vele van de gedachten eu vragen, die den met werkzaamheden overstelpten uian vervulden, zich ook hier te huis gevoelden Aan eene der heden inderdaad met werk bedekte tafels zat de heer Nathan Rubeu mat zynen cliënt. Deze laatste was een be jaard heer met een voornaam ui- terlyk, byna een hoofd langer dan de procureur en die door zgne houding toonde, dat hg gewoon was meer ontzag in te boezemen dan te bewijzen. Evenwel had de uitdrukking van zgn gelaat niets overiyyedigs, noch kwetsende in tegendeel, de toon en de gebaren, waarmede hij den procureur aan sprak, waren goedig en boezemden vertrouwen in. Gy moogt mg daarmede niet kwellen, Ruben, dut is waarlijk myne aanwezigheid misbruiken. Wat gg doet is welgedaan. Gij vereert mg daardoor in alle opzichten, heer graaf, hernam Ru ben, maar gg zoudt mij toch groot genoegen doen, als gij zelve eens een overzicht nemen wildet over alles. Een getrouwe knecht heeft het gaarne, dat het oog van zgn heer op hem rust. Mijn waarde Ruben, zeide de graaf vriendelyk maar op ver moeiden toon, dat leidt slechts tot het gebruiken van meer woorden. Ik maak mg kort en bondig van het overzicht af, als ik zeg Ik dank n oprecht. En nu, geef rny als ik u verzoeken mag even kort en bondig op alles kntwoord. Ik heb een afkeer van akten. De procureur bedwong zich om bot hoofd te schudden. Vraag dan maar, als het u belieft, heer graaf. Het overschot van het vorige jaar Is voorloopig belegd in goede winstgevende papieren. En zg beloopen De procureur sloeg een der groote boeken open, die voor hem lagen. Omstreeks elf duizend vier honderd thaler. En de bouwkosten van dit jaar? Zgn gedeeltelgk betauld en wor den gedeeltelgk gedekt door de pachtgelden der weiden, die Kg de nieuw aangekochte boerenhoefjes behooren. Gg weet, heer graaf, dat die tot het einde des vorigen jaars nog voor rekening van den vroegeren bezitter verpacht wa ren. En gg hoopt buitendien op ee ne goede opbrengst van hét nieuw aangekochte land Is er werke- lyk mergel voorhanden? Boven verwachting, heer graaf, naar bet oordeel van zaakkuudi- gen. De vrager schoof met eene uit-

Krantenbank Zeeland

Breskensche Courant | 1902 | | pagina 1