s, lij is de wrake! Algemeen Nieuws- en Advertentieblad voor het voormalig vierde District. No. 664. Woensdag 29 Januari 1902. lle Jaarg. Ziekenfondsen. FEUILLETON. BRESKENSCHE COURANT, ABONNEMENT. Per 3 maanden ƒ0.50, franco per post door het geheele Rijk ƒ0.55, voor België ƒ0.62s, voor Amerika ƒ0.825, bij vooruitbetaling. Bij alle boekhandelaren en brievengaarders worden abonnementen aangenomen. ADVERTENTIËN. Van 1 tot en met 5 regels 25 cents elke gewone regel meer 5 cents. Groote letters naar plaatsruimte. Bij abonnement lager tarief. Advertentiën worden ingewacht tot Dinsdag- en Vrijdagnamiddag twee Juur. Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond bij den uitgever C. DIELIIMAN te Breshens. i. Nu de jaarvergaderingen van rerschill nde ziekenfondsen, in ons district bestaande, afgeloopen zijn en we een overzicht hebben van maatschappeljjkeu toestand, dier vereenigingen, komt men, gelijk trouwens in alle is aange toond, tot een algemeen verschijn- sel, n.l. dat allen lijden aan bloed armoede. Er is in eeue dier vergaderin- ii o. m. gewezen op de aauwe- zigheid der pers, die het mogelijk zou kunnen maken de opwekking tot ruimere deelneming in wijde ren kring te verspreiden, dan mo gelijk was bij eene eenvoudige wenk aan de op eene vergadering tegenwoordig zijnde leden. Waar ons gebleken is. dat de twaal die de fondsen ondermijnt, vrij wel algemeen is, moet ze naar het ons voorkomt, ook een vrjj algemeene oorzaak hebben, doch we kunnen er niet voor instaan, jat de bekendheid van die oor zaak aanleiding zal kunnen zijn oin haar uit den weg te ruimen. Toch willen we trachten, enke le algemeene beschouwingen te le veren over die fondsen, in de stel lige meening, dat we dan een goed werk verrichten tegenover alle maatschappijen van dezelfde strekking. Toen enkele jaren geleden van uit het vijfde district het nut van de oprichting van zulke fondsen tot ons was overgewaaid, is Schoon- dijke voorgegaan met het in het leven roepen van een Ziekenfonds Evenwel duidt de naam niet juist de strekking der vereenigiug aan, want het is louter een fonds tot ondersteuning bij ziekte. Doch dit daargelaten, bleek al spoedig de behoefte aan zulk een fonds ook in andere gemeenten, die op het voetspoor van Schoon- dijke later werden opgericht. Er was een algemeene ijver, een algemeene lust, een algemee ne belangstelling. Mannen die het initatief namen waren een en al vol vuur, werk lieden voor wie de oprichting gold, waren in de wolken, en tal van ingezetenen meldden zich aan om deze fondsen door hunne geldelij ke bijdragen te steunen. 't Was, om het zoo maar eens uit te drukken alles rozengeur en maneschijn, en bijna alle moeilijk heden, die zich eventueel konden voordoen om de oprichting te be lemmeren, werden zonder slag of stoot uit den weg geruimd. Zoo wel de deelneming als de belang stelling waren te groot en te al gemeen, dan dat men zich liet af schrikken door pessimistische be schouwingen of wat ook. De fondsen werden opgericht, de geldmiddelen goed beheerd en de leden, die in grooten getale waren toegetreden kwamen hun ne verplichtingen trouw na. In de huishoudelijke leiding werd af en toe eene wijziging ge bracht overeenkomstig de plaat selijke omstandigheden en behoef ten en naar gelang van de be langen van de vereeniging. Zoo hebben de verschillende fondsen enkele jaren hun bestaan voortgesleept, om het zoo maar eens bij de juiste naam te noe men, want al gaan de financiën niet achteruit, toch gaat geen en kele vereeniging vooruit. En wel om de eenvoudige re den, dat elk jaar het aantal leden minder wordt, tengevolge van over lijden, van vertrek uit de gemeen te, van bedanken om andere re den of van royeering wegens het niet nakomen der verplichtingen Nu moge men de beide eerste redenen, als een natuurlijk gevolg billijken en de laatste beschouwen als eene tegemoetkoming aan de moreele waarde van het fonds, toch is geen enkele dier redenen bevorderlijk aan de uitbreiding, want zelfs de laatste redenen wijst op gebrek aan solidariteitsgevoel en heeft bloedarmoede tengevolge. Het betrekkelijk gemis aan be langstelling begint bij de bijwo ning der jaarvergaderingen. Hoe langer hoe minder worden deze bezocht. De een blijft weg omdat de ver gadering niet, de ander omdat ze wel in een herberg wordt gehou den, anderen verontschuldigen zich om de moeilijkheid van den avond en zoo hoopen zich tal van be zwaren op, die nader beschouwd, van te zwakken aard zijn, dan dat ze nog wel den naam van be zwaren" zouden kunnen dragen. Ten opzichte van hel in gerin ge getale bijwonen van de jaar vergaderingen, staan de zieken fondsen vrijwel gelijk met andere vereenigingen die op dat gebied evenmin op groote belangstelling mogen bogen. Of dat nu juist wel totaal ge brek aan belangstelling is, betwij felen we. Het is zeer goed mogelijk, dat de achteruitgaande tegenwoordig heid op vergaderingen voor een zeker gedeelte haren oorsprong vindt in de bewustheid van een goeden gang van zaken. En nu moge dit wel een vleiend getui genis zijn, voor hen, die in ver schillend opzicht de leiding in handen hebben, toch kunnen we ons voorstellen, dat het voor de zen minder aangenaam is, zoo ve le beschikbare plaatsen onbezet te zien. Doch met alle mogelijke moeite schijnt daarin geen verbetering te kunnen komen, en dienen zulke beheerders zich maar te troosten met het idee dat de niet-aanwezi- gen op een algemeene vergadering zich kunnen vereenigeu met den algeheelen welstand der maatschap pij. Niet waar, op welke dag of uur de vergadering gesteld wordt en welke belangrjjke onderwerpen de agenda ook moge bevatten, de aanwezigheid is er niet schitte render om. Wensclit men nu dit verschijnsel aan te merken als een gebrek aan belangstelling, dan ligt deze fout in elk geval allereerst aan de deelnemers zelve, die van belangstelling weinig bewijzen aan den dag leggen. Blijken geene middelen deze 34. De dame stond langzaam op. Zooals gij dat alles overlegd hebt, zeide zij treurig, kan het niet an ders, of gjj neemt Theresa spoe dig voor immer met u mede. Een straal van jeugdig vuur vlamde op in zijne oogen. En is dat niet mijn recht, be rispt gij mij, omdat ik op mijne hoede ben Zij drukte haren zakdoek voor de oogen, opdat hij haie tranen niet zien zoude. Ik dacht aan mij zeiven, hernam zij, en dat zij zoo ver en voor immer zal gaar. en mij zou kunnen vergeten. Nu trok hij met snelle, bijna onstuimige beweging haren zak doek weg en greep hare beide handen. Nooit, Lorenza, nooit 1 Een zoo gruwzaam verloochenen van alle dankbaarheid, een zoo volledig losrukken van aardsche gevoelens en liefde verlangt al leen een strenge kloostergelofte. Het warme menschenhart, dat zich niet eigenmachtig losrukt van de plichten en vreugden dezer wereld, versteent niet. In de een zame kloostercel gaat zij voor u verloren in de wereld, hoe groot die ook zij, blijft Theresa voor eeuwig uw kind, uw dankbaar kind VI. De eerste verandering in de jeugd, niet alleen de diep ingrij pende, die het gemoed en zijne teederste en heiligste gevoelens aantast, maar ook die verandering, welke de omgeving, de gewoonten en bezigheden ondergaat, blijft voor het geheele leven een grens steen voor de herinnering, een nieuw tijdperk, waaruit niet zel den onvergetelijke ontgoochelin gen en bittere ervaringen alsook ontmoediging en vervulde hoop tot wegwijzer worden voor ons toekomstig leven. Wat Magdalena en hare kin derlijke beschouwing betrof, was het toeval haar gunstig gezind Tannensee deed in de werkelijk heid niet te kort aan hare hoog gespannen verwachtingen. De natuurlijke beschroomdheid in het eerst, een licht heimwee, en de vrees, of zij hare plaats wel waardig zou vervullen, waren lang reeds geweken voor hare aange boren vroolijkheid en vertrouwen, en zonder haar vroeger tehuis te vergeten, noch al de liefde die dit sierde, was Tannensee haar, nu wij haar weder ontmoeten, reeds niet vreemd meer. Onmerkbaar en zichzelve onbe wust had zij den stand ingeno men, die door de vrouw des hui zes niet scherp begrensd was en dien het dienstpersoneel niet durf de aantasten. Haar aangeboren takt, die niet te veel eischte, maar ook niet te veel gaf, beschermde haar voor iedere oneenigheid. De dienstbewijzen, die zij ver zocht, werden niet achter den rug der gravin nu eens schuchter, dan weder gebiedend gevraagd en daar door in hunne rechten verkort. Magdalena vroeg ze openlijk en en onbevangen met vriendelijke bedaardheid, als iets dat haar toe kwam. Niemand zoude haar hebben kunnen beschuldigen van lauwe plichtvervnlling met betrekking tot hare kweekelinge, maar hare vrije uren beschouwde zij als een kostbaar eigendom zij bleef steeds de trouwe opvoedster van het kind, zonder ooit de dienares der moe der te worden. Daarin lag geen berekening, het was het natuurlijk uitvloeisel van haar wezen, dat met de omgeving in overeenstemming trachtte te zijn en overal het schoone even wicht zocht daar te stellen, dat haar in eigene ziel zich bevond. Inderdaad kwamen gunstige om standigheden haar zeer te hulpe in de verhouding tot de grafelij ke familie bevonden zich niet van die klippen en ondiepten, waarop de betrekking der gouvernantes zoo vaak schipbreuk lijdt. Er was

Krantenbank Zeeland

Breskensche Courant | 1902 | | pagina 1