heid die dhr. Hendrikse niet con form vond. De voorz. gaf nog te kennen, dat het hier de gewoonte was al le kleine reparatiën ten behoeve der gemeente te doen aanbesteden daartegen had hij dit bezwaar, dat B. en W., die niet werden bijge staan door een deskundige moei lijk over de gewenschte aflevering van die werkjes konden oordeelen. Bij vroeg of het niet mogelijk zou zjjn van de verschillende werken een algemeen bestek te doen op maken door een gemeente-opzich ter en dan eene aanbesteding uit te schrijven over alle werken. Dhr. Hendrikse zou daar niet tegen zijn als er maar een onaf hankelijk deskundige kon aange steld worden en dan bijv. tegen eene belooning van 5 °/0. Goedgevonden werd op deze re geling nader terug te komen. B. en W. stelden voor de jaar wedde van den gemeente-bode te brengen op ƒ150 en daaraan te vens het marktmeesterschap te verbinden, omdat de veldwachter die functie alleen moet blijven be- kleeden. De heer Hendrikse verheugde zich over de meening van den voorz. dat de bode ook bode en de veldwachter ook veldwachter moet zijn; met het idee der ver hooging kon hij zich goed veree nigen. Dhr. Carpreau merkte op, dat dit voorstel niet strookte met de algemeene strekking der vergade ring die van geene verhoogingen wilde weten, terwijl nu 50 ®/0 voorgesteld werd te verhoogen. Te meer verwonderde hem de meegaandheid van dhr. Hendrikse, die destijds er voor was het bode schap op te heffen, wat uit de notulen kon blijken. Dhr. Hendrikse kon merken, dat dhr. Carpreau oud begon te wor den en diens geheugen minder goed meer wasintegendeel is de bode op ƒ100 benoemd in af wachting van die te brengen op ƒ150. De overleden bode was tevens ook marktmeester a ƒ150, maar toen hij stierf werd zijne weduwe bedin op ƒ100 en de vorige veld wachter tijdelijk marktmeester, tot dat de tegenwoordige bode, meer derjarig geworden zijnde, kon be noemd worden. De bode is eiken morgen 3 uur ter secretarie; rekenen we per week 2 uur buitendien in functie dan maakt dat 20 uur per week 15 ets. per uur is een loon dat niet te hoog mag genoemd wor den, een sjouwerman heeft dat ook zoodat de jaarwedde van 150 alleszins gerechtvaardigd is. Dhr. Carpreau zeide dat de bo de niet den geheelen morgen noo- dig is; 15 ets. per uur is een loon dat een zeer goed ambachts man heeft. Dhr. Leenliouts wenschte door den burgemeester uitgemaakt te zien hoelang de bode ten raadhui- ze noodig is. Dhr. Hendrikse vond dit uitste kenden was er voor de jaarwed de op ƒ100 te houden in afwach ting van eene nadere regeling der diensturen. Met alg. st. goedgekeurd Dhr. Hendrikse stelde ander maal voor de jaarwedde van den klerk ter secretarie te doen ver vallen. Dhr. Carpreau meende, dat als diens werk met 15 ets. per uur werd betaald het heel wat meer zou bedragen dan ƒ150 's jaars. Deze belooning zeide dhr. Hen drikse zou ook te laag zijn als de klerk er maar noodig wasmaar dat is hij niet. Met de gewone stemmenverhou ding werd de post gehandhaafd. Een gelijk protest deed dhr. Hendrikse hooren tegen de ƒ100 bureaubehoeften bij abonnement. Hij stelde voor dezen post voor memorie uit te trekken en in de kosten tegemoet te komen tegen overlegging van de kwitanties gebeurt dat niet, dan is de uitgaaf ongerechtvaardigd. De voorz. is het hier ten deele mee eens als tezijner tijd eene nieuwe titularis mocht benoemd worden, dan zullen B. en W. de eersten zijn dezen post als ver vallen voor te stellen maar zoo lang de tegenwoordige secretaris in functie is, is hij voor het be houd van den post. Dhr. Leenhouts zeide, dat vroe ger toen de jaarwedden zoo laag waren deze ƒ100 is toegestaan als eene vermomde verhooging van het traktement van den secretaris. Thans was zulks niet meer noodig en zou dus tegen den post stem men. De post werd behouden met de gewone 4 tegen 3 stemmen. Goedgevonden werd voortaan «de Gemeentestem" bij de raads leden rond te zenden. Ten opzichte van den post «ver pleging krankzinnigen" zal de voorz. in eene volgende vergade ring nadere toelichtingen geven nopens een voor rekening der ge meente verpleegd wordend per soon. Dhr. Hendrikse zou het wel goed vinden voor zoover mogelijk van den post «bedeeling a 100 te besteden voor een verwaarloosd kind dat de school moet bezoeken, en het eenigszins dekkend te kun nen kleeden. Het is wel jammer, dat ook niet aan kindervoeding kan gedacht worden. Over 't alge meen oordeelde men den post te klein. De begrooting werd voorloopig vastgesteld in ontvang en uitgaaf op ƒ19.265.89. Op het verzoek van Rosseel en Lutaert tot in erfpacht bekomen van grond, doch buiten de aan wijzing van den Raad, werd met alg. stemmen afwjjzcnd beschikt. Tot het geven van landbouw onderwijs werd, in plaats van de beurs, die door den deskundlige ondoelmatig werd geoordeeld, een der schoollokalen afgestaan. Daarna werd de zitting gesloten. Sluis. Op eigen verzoek is de benoeming van den heer P. Ie Roy klerk der posterijen en tele- graphie le kl. alhier, naar Kaats heuvel ingetrokken. Sluis, 29 Oct. De zitting van den Gemeenteraad op hedenna- middag werd door alle leden, be halve de heer Koksma, bijgewoond. Naar aanleiding van een aan de Ned. Maatschappij tot exploitatie van areoeën gas gericht schrijven over de mindere deugdelijkheid van de straatverlichting, was van den Directeur een missive inge komen, houdende kennisgeving, dat ten gevolge van ter plaatse gegeven wenken, de verlichting nu wel beter zal zijn. Nopens de regeling van onder wijs-jaarwedden hadden G. St. een kleine bedenking, die hierop neer kwam, dat ingevolge eene der be palingen, den heer Kerpesteijn en mej. Lako, bij eene o-jarige dienstvervulling eigenlijk recht hebben op ƒ100 verhooging in dien de hoofdacte wordt verwor ven en hen feitelijk slechts ƒ50 meer zou worden toegestaan. Met alg. st. werd aan het verlangen van Ged. St. tot wijziging van de desbetreffende bepaling voldaan. Daarna volgde de behandeling der begrooting voor 1902. Bij den post «jaarwedden van gemeente-ambtenaren", deelde de voorz. mede, dat de gemeente-ont vanger aan Ged. Staten een adres heeft gezonden met verzoek zijne jaarwedde met ƒ100 te verhoogen en te brengen op ƒ500. Hetzelfde verzoek, dat eigenlijk meer te beschouwen is als eene toelichting was door adressant ook gezonden aan den Gemeenteraad. De voorz. van oordeel, dat de ontvanger in dezen de regelmati ge weg had gevolgd door zich tot Ged. Staten te wenden, gaf te ken nen, dat in dezen den Raad wei nig anders te doen stond dan Ged. Staten van advies te dienen. Het kwam het voor dat voor eene verhooging wel aanleiding bestond, en B. en W. waren die meening toegedaan, doch meenden te moeten adviseeren de jaarwed de met ƒ50 te verhoogen. Dien overeenkomstig werd met alg. st. besloten. Verder was ingekomen een ver zoek van J. J. Jongbloed, gem.- veldwachter te Wijk-Heille tot verhooging zijner jaarwedde met ƒ100 en te brengen op ƒ425. De voorz. stelde voor met _/50 te verhoogen. De heer De Bruijne wenschte de stem te motiveeren, die hij tegen dit voorstel zou uitbrengen. De jaarwedde van ƒ325 kwam hem niet te hoog voor, maar de lieele post beschouwde hij als overbodig. Waar die wijk ligt tusschen 2 brigades, Sluis en Aardenburg, is een gestationneerd veldwachter te Heille overbodig. Aan de ver diensten als politiedienaar van adressant wilde hij niets te kort doenalleen is het overbodige weelde er twee veldwachters op na te houden. De voorz. moest opmerken dat eene beschouwing over de al of niet-noodzakelijkheid van 2 veld wachters niet aan de orde was er was enkel aan de orde of de de jaarwedde te klein of hoog ge noeg is. De heer De Brujjne meende, dat zijn motief wèl verband hield met. de aanvraag. Doch dit daar gelaten is hij tegen verhooging. Wijl Jongbloed een goed be ambte is, is bet zeer waarschijn lijk, dat hij zal trachten eene be tere positie te verkrijgen, en dan kunnen we de politiepost daar op- opheffen. De voorz. liet doorschemeren, dat het alsdan toch niet zou gaan om Heille óók door één veldwach ter van uit Sluis te laten bedie nen. Dhr. Stem voelde wel wat voor het idéé van den heer De Bruijne; liever had hij echter gehad, dat zijn indertijd opgeworpen denk beeld om 2 veldwachters binnen Sluis aan te stellen, die dan de geheele gemeente zouden bedienen, was aangenomen. Nu Jongbloed een goede be ambte is, en we niet weten wie we na hem krijgen, zou hij er voor zijn, ƒ25 te verhoogen. Komt er een ander, dan krijgen we 't zij deze goed of minder goed is, na 1, 2 jaar toch ook een verzoek om verbooging Laat ons nu trachten hem te houden, terwijl we weten, dat hij goed is. Dhr. Maenhout zeide, dat de voorzaat van Jongbloed er ook mêe content was, en dat deze er maar iets moest bij aanpakken, als het niet genoeg was. Hij zal evenwel niet zoo gauw weggaan. Het voorstel-Stern werd aange nomen met 4 tegen 2 st., die van dhm. De Bruijne en Maenhout. Bij «beplantingen" genaderd, wees dhr. Stern er op, dat ten vorigen jare B. en W. hem had den beloofd iets te zullen doen tot bescherming van hoornen. De voorz. zeide, dat voor deze post ƒ125 was uitgetrokken, doch dhr. Stern wenschte hem tot be scherming van de boomen aan de kade met ƒ75 te verhoogen. Het is toch bekend, dat het schoonste gezicht van de haven opgeleverd wordt door de boomen, althans de gevels doen het niet. Het is niet noodig om de boo men als het ware in pronkkastjes te plaatsen, maar dat we hen zoo veel mogeljjk beschermen, ligt toch op onzen weg. Dat de boo men bij het tegenwoordig drukke vervoer veel te lijden hebben, is ontegenzeggelijk, maar als we er niets aan doen, dan gaan ze stel lig dood. Bij stukrijden of beschadiging, zou hij de Suikerfabrikanten wil len aanspreken om de schade te vergooden. De voorz. bestreed de mogelijk heid daarvan. Verhaal op zulke schade gaat hoogst moeilijk. De post werd uiet alg. st. ƒ75 hooger geraamd. Ter voortzetting der restauratie van het Stadhuis werd ƒ600 ge raamd. De voorz. gaf lezing van de verschillende nog uit te voeren werken. Dhr. Stern noemde deze som eene begrooting iu de lucht. Dhr. De Bruijne zeide, dat dhr. Stern overigens niet bang behoef de te zijn, dat van de ƒ600 nog veel zal overschieten. Dhr. Stern heeft al zoo dikwijls inlichtingen gevraagd, hoever het staat, doch nimmer komt er een eind aan. De voorz. zeide dat zulks met restaureeren altijd zoo gaatdaar van kunnen de kosten niet op een halve cent begroot worden, zooals bij ander werk. Dhr. Stern meende, dat, als het kon begroot worden, op een hon derd gulden na, men dan eenig houvast had, maar hier kan dat niet op eeu ƒ1000 na gezegd worden. Met 5 st. werd de post goed - gekeurddhr. Stern hield zich buiten stemming. De post «brandstoffen" evenhoog geraamd als ten tijde van de duur te der steenkolen, werd met 25 verminderd. «Schoolbibliotheek". Goedge vonden werd, dat eene partij boe ken, die niet meer gelezen wer den, op verzoek van het hoofd van school A, te bestemmen voor de gevangen Boeren nadat dhr. Stern had opgemerkt, dat deze er dan misschien ook niet veel meer aan zullen hebben. De toelage aan het muziekge zelschap 5 ƒ40, wenschte de voorz. te doen verhuizen naar de «on voorziene uitgaven", omdat over dat gezelschap iu de laatste tij- deu wel eens ongunstige berichten zijn vernomen. Blijkt evenwel in het verschiet, dat die vereer.iging zich het subsidie waardig maakt, dan kan die som uit dien post worden betaald. Dhr. De Brujjne kan zich daar mede niet vereenigeneene ver plaatsing van die som naar de door den voorz. bedoelden post, staat vrijwel geljjk met eene wei gering. Van klachten heeft hjj minder gehoord, en vond overigens dat de muziek zeer gewillig is om bij gelegenheden hare diensten te presteeren.

Krantenbank Zeeland

Breskensche Courant | 1901 | | pagina 2