Een familiegeschiedenis.
Algemeen
Nieuws- en Advertentieblad
voor het
voormalig vierde District.
No. 620.
Woensdag 28 Augustus 1901.
10e Jaarg.
FEUILLETON.
BRESÏENSCHE COURANT,
ABONNEMENT.
Per 3 maanden ƒ0.50, franco per post door het geheele Rijk ƒ0.55,
voor België ƒ0.6215, voor Amerika ƒ0.825, hij vooruitbetaling.
Bjj alle boekhandelaren en brievengaarders worden abonnementen aangenomen.
ADVERTENT IËN.
Van 1 tot en met 4 regels 20 centselke gewone regel meer 4 cents.
Groote letters naar plaatsruimte. Bij abonnement lager tarief.
Advertentiën worden ingewacht tot Dinsdag- en Vrijdagnamiddag twee uur.
Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond bij den uitgever C. Illtll,f]tl4\ te llreskens.
Het FruiiseliTuiksche geschil.
Er is tusschen Frankrjjk en Tur-
kjje een conflict ontstaan, waarvan
voor het oogenblik de gevolgen
nog niet te overzien, hetzij ze uit-
loopen op een sisser en doen den
ken aan een storm in een glas
water, hetzjj ze tot een vlootver-
toon zullen leiden, en op bang
makerij gelijken, hetzjj ze van
ernstiger aard zullen worden, als
er anderen achter de schermen zit
ten. Immers de Oostersche kwes
tie heeft altijd dit teere punt, dat
andere mogendheden er bij betrok
ken zjjn of er zich ongevraagd
de twijfelachtige verdienste van
sommige grootheden inmengen.
De oorsprong is gelegen in de
Kad e-gesch ieden is.
Ter bevordering van den handel
en de scheepvaart met Frankrijk
en Turkije heeft zich indertijd een
maatschappij geconstitueerd be
staande uit zeven aandeelhouders
en ten doel hebbende den aanleg
van Kaden te Konstantiuopel,
waartoe door de Turksche regee
ring concessie is verleend.
Het bedrjjf dier maatschappij is
onbevredigend geweest, eerstens
wegens de gebrekkige en geheel
onvoldoende inrichting der Kaden,
en auderdeels wegens het conflict
ontstaan met den handel en de
scheepvaart, welke niets dan nadeel
en belemmering door het bestaan
en de opening der kaden onder
vinden, ten gevolge van de onoor
deelkundige en inhalige wijze van
exploitatie van de maatschappij.
Voeg daarbij de overwegingen
van godsdienstige!] aard, en ten
einde een beter en scherper poli-
tie-toezicht te kannen houden op
de beweging van aankomst en ver
trek var. personen en goederen, en
men heeft de verschillende rede
nen bjjeen, die bij den Sultan van
Turkjje op eenmaal het vaste plan
deden rijpen om de nog tot 1989
loopende concessie van de Fransch-
Ottoraaansche regeering terug te
koopen.
De aandeelhouders waren daar
toe niet ongenegen, maar vroegen
het bagatel van 200 millioen fran
ken, doch wellicht overtuigd van
de overvraging, was het bod dei-
maatschappij in Augustus des vo-
rigeu jaars reeds gedaald tot 70
millioen francs, eene som, welke
natuurlijk de Turken veel te hoog
vouden.
De Fransche ambassadeur Con-
stans te Konstantinopel, die reeds
een paar andere finauciëele zaken
had opgeknapt, heeft zich thans
er toe geleend, eigenlijk in feite-
ly ken strijd met zijne hooge po
sitie, deze kwestie in orde te bren-
gen.
De onderhandelingen vlotten
echter volstrekt niet, hoewel de
maatschappij langzamerhand zijn
eisch tot 50, en verleden maand
zelfs tot 45 millioen franken ver
minderd had.
De Turken vonden ook dat bod
nog altijd veel te hoog en, om
nu van hunne zijde druk op de
zeven aandeelhouders, of eigenaars,
te oefenen, onttrokken ze zich,
onder allerlei voorwendsels, voort
durend aan het afgeven aan de
maatschappij van de eigendomsbe
wijzen van de op zee gewonnen
terreinen, welke haar, krachtens
de concessie, rechtens toekomen,
en, gunstig gelegen, eene belang
rijke waarde vertegenwoordigen.
Door het uitblijven dier papie
ren kan de maatschappij die gron
den, ruim 30.000 vierkante M.,
niet verkoopen, en daar het bedrijf
nauwelijks een voldoend overschot
oplevert voor de betaling der ren
te van de obligatieleeuing, zoo
stond zij voor het onaangename
vooruitzicht, aan het einde van
dit jaar bij de zeven aandeelhou
ders te moeten aankloppen voor
het verstrekken van de ongeveer
D/2 millioen franken, noodig voor
de voorgeschreven gedeeltelijke af
lossing dier leening.
Deze omstandigheid verklaart
waarom de maatschappij en haar
onderhandelaar, de ambassadeur
Constans zoo'n dringende haast
hadden met de regeling harer aan
gelegenheden.
Den 20sten Juli zond Constans
dan ook de Porte eene nota, waar
bij hij beslist verklaarde, dat,
wanneer de Turksche regeering
niet voor den 25 Juli de Kade-
maatschappij het uitoefenen van al
de haar bij de concessie toegeken
de rechten had toegestaan, hij zij
ne regeering van de aangelegen
heid zou kennis geven Hij kreeg
geen antwoordalleen liet het
ministerie van openbare werken
de Kademaatschappij aanzeggen
dat ze onmiddellijk had te voldoen
aan al de verplichtingen, welke
de concessie haar oplegt, waaron
der in de eerste plaats de behoor
lijke inrichting der kaden, enz.
Constans vroeg toen tot twee
malen toe eene audiëntie bij den
Sultan aan doch hij werd niet
ontvangen. Dat wns niet handig
van den Sultan want daarop zond
Constans, zich nu grondende op
die onbeleefdheid den vertegen
woordiger der Fransche Republiek
aangedaan, naar Parijs het voor
stel "hem terug te roepen en den
Ottomanscheu ambassadeur, Munir
Bei, zijn paspoort te geven, óf
hem door middel van een eskader
in staat te stellen, zich voor die
onheuschheid voldoening te ver
schatten, en o. a. de vorderingen
van de Kademaatschappij door te
zetten.
Hoewel te Parijs het straffe op
treden en zich blootstellen in de
ze aangelegenheid door Constans
niet goedkeurende, was men wel
genoodzaakt het voldongen feit te
aanvaarden, en den ambassadeur
te dekken en te steunen.
Munir Bei werd dan ook door
minister Delcassé medegedeeld dat
de Fransche regeering de verkla
ring van zijn ambassadeur beves
tigde, en er op stond dat er on
middellijk het verlangde gevolg
aan zou worden gegeven.
E11, Vrijdag 9 Augustus werd
Const ans door den Sultan ontvan
gen, en had hij een onderhond
van twee uren met deo Grooten
Heer, waarvan de uitslag was, dat
de Turksche regeering tot den
volgenden Vrijdag de aangelegen-
65.
Clara, je moet je zoo niet
van mjj afwenden wjj zouden man
en vrouw worden, omdat wij el
kaar als zoodanig liefhebben.
Juist in zulke oogenblikken als
deze, wordt onze liefde beproefd.
Dit is ons gemeenschappelijk
verdriet en het is mjjn recht om
het mede te dragen, om het met
u te deelen, en ik eisch dat recht,
mij even dierbaar en heilig, alsof
de wet ons reeds tot man en vrouw
had gemaakt. Ik verpandde u
mijn woord, hier, in deze zelfde
kamerClara, herinnert ge u dat,
het is lang geleden, en gij zeidet,
dat gij mjjne vrouw wildet zjjn.
Thans houd ik u aan die be
lofte, zij het ook in lijden en
droefheid, ja, als het moet in
schande.
O, George, je weet niet, wat
je vraagt of welk een schande en
verdriet zulk een stap over u zei
ven zoude brengen. De wereld
zou
Stilstil viel hij haar in
de rede, mijne wereld is hier, mijn
tehuis is in uw hart. Geen men-
schelijke beoordeeling zal er tre
den tusschen mij en de stem van
mijn geweten. Waarom spreekt
ge op die wyze, of tracht ge van
mij te gaan Denkt ge dan, lie
veling, voegde hij er lachend bij,
dat ge uwe vrijheid terug zult
krjjgen met zoo'n armzalig uit-
vluchtje
Hij trok haar tot zich, voor zij
't wist en haar tegenstand loste
zich op in een vloed van tranen.
God zegcne u, George, zeide
zij al snikkend, God zegene u,
mijn eeuige, edelmoedige vriend 1
E11 zij sloeg haar armen 0.11
zijn hals en vleide haar hoofdje
aan zijn borst. Toch was dit meer
de wilde en hartstochtelijke liefde,
de laatste omhelzing eener ecbt-
genoote wier echtvriend een ze
keren dood tegemoet gaat, dan de
ontmoeting van twee harten, die
noch door verdriet, noch door mis
leiding, noch schande kunnen ge
scheiden worden.
Het duurde eene kleine pooze,
eer een van beiden sprak, zij sche
nen te luisteren naar menschen-
stemmen in eene aangrenzende
kamer. Wat kon dat beteekeneu
Clara dacht, dat er niemand in
huis was dan de bedienden en dat
waren geen stemmen, die zij ken
de. Doch sir George begreep
oogenblikkelijk, dat dit indringen
op eene of andere wijze in ver
band stond met de arrestatie van
Matthew Baring en dat men waar
schijnlijk het huis doorzocht.
Hoort ge die stemmen, Geor
ge 1 Zij kunnen toch vader niet
weder hier gebracht hebben Sir
George naderde de deur zonder te
antwoorden doch zij werd van
buiten geopend en twee mannen
traden met zeer weinig plichtple
gingen binnen. I11 den eersten
herkende sir George een der po
li tie-beambten, die in de herberg
was, toen de arrestatie plaats greep
en de tweede was een vreemde
ling voor hem. Hij was niet in
twijfel omtrent het doel hunner
komst.
Het spijt mij, dat ik u moet
storen, miss zeide de eerste man,
terwijl hij beleefd den hoed af
nam, maar tijd is voor ons hoofd
zaak en dit bevelschrift zal wel
voldoende verontschuldiging zijn
voor de vrijheid, die wij nemen
moeten om de woning van den
gevangene te doorzoeken.
Clara beefde en zonk op een
stoel, terwijl zij het gelaat in de
handen verborg. De mannen be
gonnen hun onderzoek.
De dochter, meneer vraagde
de man, op Clara wijzende en half
verstaanbaar sprekend tot sir Geor
ge. Doch er volgde geen ant
woord en de man keerde zich af,
gevoelig over de hem aangedane
beleediging, die hij besloot te wre
ken.
U is immers de jonge heer,
die aangifte deed bij den magi
straat aan den Molenweg bij An
trim, niet waar, omtrent den