RBESKEiV SCHE COURANT, Algemeen Nieuws- en Advertentieblad voor het voormalig vierde District. Leei'ilicli u nol wal Een familiegeschiedenis. No. 612. Woensdag 31 Juli 1901. 10e Jaarg. Transvaal. FEUILLETON. ABONNEMENT. Per 3 maanden /0.50, franco per post door het geheele Rijk ƒ0.55, voor België ƒ0.625, voor Amerika ƒ0.825, bij vooruitbetaling. Bij alle boekhandelaren en brievengaarders worden abonnementen aangenomen. ADVERTENTIËN. Van 1 tot en met 4 regels 20 cents elke gewone regel meer 4 cents. Groote letters naar plaatsruimte. Bjj abonnement lager tarief. Advertentiëu worden ingewacht tot Dinsdag- en Vrijdagnamiddag twee uur. Dit blad verschijnt elkru Dinsdag- en Vrijdagavond bij den uitgever C. DIIXEMA.Y te Breskens. O— In ons vorig nummer is een uitvoerig artikel verschenen onder bovenstaanden titel. Aan dat »nog wat" willen we inderdaad nog een en ander toevoegen, ten einde te kunnen nagaan of de Leerplicht wet gelijke rechten waarborgt. We gaan de tjjd der vacautiën tegemoet, niet alleen voor de klei nen, die ter school gaan, maar ook voor de grooten, die aan eenig ambt verbonden, en korter of lan ger tyd rust nemen. Veelal wordt die rust genomen bij familie of vrienden, in elk geval elders men gaat dus op reis. Nu heeft zich de vraag voorgedaan, of ouders, die buiten den vacantie-tjjd der kinderen op reis gaan, hun school gaand kroost mogen meenemen, in verband met de Leerplichtwet. En wat zegt de wet te dien aanzien Art. 12 merkt o. m. aan als eene geldige reden, dat de school mag verzuimd worden, .an dere ernstige omstandigheden", na dat ongesteldheid en vervulling van godsdienstplichten van het kind eerst als zoodanige redenen zijn genoemd. Natuurlijk deed zich de vraag voor wat onder .andere ernstige omstandigheden" verstaan moest worden, en de Regeering heeft ter opheldering daarvan geantwoord, dat voor kinderen, die met hun ouders tijdelijk doch buiten de vacantiedagen in eene andere gemeente vertoeven en op de school hunner inwoning ingeschreven blij ven, deze omstandigheid als geldi ge reden van tijdelijk schoolver zuim beschouwd wordt. Bij den eersten oogopslag zegt men onwillekeurig, dat het billijk is, om voor dezulken de wet al dus uit te leggen, wijl hel vreemd zou schijnen als ouders, waarvan de vader vacantie heeft, buiten de vacantie der schoolgaande kinde ren, niet op reis zou kunnen gaan, zonder in botsing te komen met de Leerplichtwet. Maar aan den anderen kant springt toch ook weer onmiddellijk de bevoorrech ting van den gegoeden stand in het oog, wijl deze op oogluikende wijze toegestaan wordt de wet te ontduiken tegen zoovele andere ouders of verzorgers van school gaande kinderen, die thans reeds wegens overtreding met den straf rechter kennis maakten. Het niet ter school zenden van kinderen wegens het verrichten van veldarbeid of daarmee in ver band staande werkzaamheden, kan niet als rechtsgeldig bewijs dienen voor eene geldige reden van ver zuim. Maar daartegenover willen wij de vraag stellen ot het »op reis gaan" een zoodanig noodzakelyk iets is, dat dit voor kinderen een geldige reden vun schoolverzuim kan zijn. Het is waar, ze zijn gedekt door de wet, maar eene intrepetatie als deze, komt ons voor zóó gezocht te zijn, dat we haar tegenover de talrijke overtre dingen die reeds gestraft zijn, of waar tegeu een proces aanhangig is, niet rechtvaardig kunnen noe men. Men kan aanroeren, dat tot het verrichten van veldarbeid voor den tijd van ten hoogste zes weken vergunning kan verleend worden om de school tijdelijk niet te be zoeken. Eu die tijd kan men zich dan benutten om het noodige te doen wat op het veld te doen is. Men maakt zoo gemakkelijk een anders rekening, en die van een arbeider is bijzonder vlug in el kander gezet. En naar mate men verder is verwijderd van zulk een gezin, naar die mate ook, beoor deelt men hunne toestanden met minder kennis van zaken. De talrijke geschriften die den volke worden voorgelegd, toonen duidelijk aan, dat de leerplichtwet in theorie een prachtstuk is, maar iu praktijk onmogelijk de vruch ten kan afwerpen, die daarvan zijn voorgesteld. Men mag de overtreders al straffen, de leerplicht of eigenlijk de schooldwang wordt er niet door bevorderd, en het doel dus niet bereikt. De ongelijkheid die ze schept, zooals in deze schets is uiteenge zet, zal de vergulde noot nog min der populair maken. Afgescheiden van de vraag of het te verdedigen is, dat kinderen beneden 13jarigen leeftijd geëx ploiteerd moeten worden tot mede instandhouding van het gezin, een punt, waarbij de sociale nooden een niet-onbelangrijke rol spelen, wil het er by ons niet in, dat »op reis gaan" eene zoodanige ernstige omstandigheid is, dat de wet haar als eene geldige reden van school verzuim doet aan merken. De lange stilstand van berich ten van 't oorlogstoon eel wordt bedenkelijk voor de Engelschen en men kan zich voorstellen, dat men aan de Theems alles behalve op zijn gemak is. En toch was het zoo wensche- lijk, dat er iets geschiedde om de openbare meening in goed humeur te houden. Daarbij komt, dat er in de kran ten dingen gelezen worden, die juist niet geschikt zijn het natio naal bewustzijn aan te blazen. Zoo meldt de correspondent van Standard te Kaapstad, dat Kitche ner tegen het. eind van Augustus naar Engeland terugkeert en als opperbevelhebber in Zuid-Afrika zal worden opgevolgd door sir Bindon Blood. Eu dat in de Standard. Eerst Roberts terug, die er geen raad meer op wist en nu Kitchener. Het bericht kan wel waar zijn, al wordt het morgen weer tegen gesproken. Baden Powell's terug keer werd ook eerst eenige malen gelogenstraft en bleek toch waar te zijn. Dat Kitchener niet op schiet met den oorlog, ligt wel niet aan hem maar aan den aard der dingen in Zuid-Afrika, waar van men te Londen nooit het rech te begrip heeft gehad. 57. Je had niet verwacht mij hier te zien, zeide Westerbury, die trachtte kalm te zijn in tegen woordigheid van den man, die hem zooveel leeds had berokkend. Kalm te zijn ter wille van den man, wieii hij 'zoo lief had en der vrouw, die de zjjne zoude zijn, als niet eene misdaad, eene schaduw op beider jeugdig geluk had ge worpen. Ik verwachtte u niet te ont moeten maar het doet me veel genoegen, antwoordde Baring ern stig. Want uwe tegenwoordig heid zal helpen om eenige twijfe lingen en vrees uit den weg te ruimen, die vandaag op mij zijn gestapeld geworden. U blytt ver af staan, sir George. Geef mij als 't u belieft de gelegenheid om my te verdedigenwant ik be grijp niet, hoe ik u en de uwen kan beleedigd hebben. Sir George zweeg, zijn toorn was gebroken, zijne kracht om te spreken verdwenen voor de rusti ge en eerlijke oogen, die in de zjjne staarden. Doch, dat gevoel was niet van langen duurwant het volgend oogenblik herinnerde hij zich de vorige week met al haar verschrikkingen en het aan deel, dat deze man er in had ge had en hij zeide koel en barsch Kom je van je medeplichti ge aan de misdaad, om ons nog meer kwaad te doen Mijn medeplichtige Ja, Frank Lexton. Waarom noemt ge Frank Lexton myn medeplichtige, hij kwam, voor zoover ik weet, gist. r voor 't eerst bij mij aan huis Ik kom juist van Ierland terug. Ik ging naar Coleraine voor zaken, George, zaken die betrekking heb ben op een verlangen, door u eeni ge weken geleden uitgedrukt. Als ge u zulks herinnert, dan zoudt ge u niet zoo van my afwenden als ge doet. Myn verlangen riep sir George. Waar heb je die wond opgeloopen een kogel wond naar ik gis Ja, een kogelwond, zeide Baring, men schoot op tny op den weg naar Coleraine. Goede hemel, kerelriep Maurits, die toornig werd, heb je dan geen gevoel, dat je daar kunt staan liegen, als een Judas? Zie my aan en zeg mij dan, waar wy het laatst elkaar hebben ontmoet. Dat herinner ik mij zeer goed, zeide Baring, die trachtte kalm te spreken, ik dacht over u, toen ik hier kwam. Ik ontmoette u bij mij aan huis te. Londen. En sinds dien tijd niet meer? Niet zoover ik weet. Dan ben je, óf een slimme schurk, óf een eerlijk man, óf een ontsnapt gevangene en moordenaar, óf je sprekend evenbeeld bestaat. Hoe kwam je met Frank Lexton te samen hier? Hoe kreeg je dien kogel in je arm, als we el kaar niet vier dagen geleden had den hadden ontmoet, toen je een aanslag hebt gepleegd op mijn leven Nu word je toch bleek, meneer. Nu kan je u ook herin neren, dat er een kloof bestaat, met een levend mensch, ik zelf die zich vastklemde aan een touw boven den afgrondterwijl boven hem een ander persoon lag, met een mes in zijn hand, een mes, waarmede hij de strengen door sneed, die zijn evenmensch aan het leven verbonden. Herinnert ge u dat Ik herinner mij van dat al les niets, ten minste niet, als je niet wilt, dat ik mjj zeiven voor kran kzinnig houde. Eene kloof allen spreken ze van eene kloof. Frank Lexton deed het zooeven ook. W ord ik dan gehouden voor een ander? Word ik dan gehou den voormaar, dat kan ik immers nietHij stierf of sneu velde in de Krim. Anders zoude ik reeds van hem gehoord heb ben. Terwijl hij dit zeide of liever mompelde, want hij sprak niet

Krantenbank Zeeland

Breskensche Courant | 1901 | | pagina 1