Algemeen
Nieuws- en Advertentieblad
voor het
voormalig vierde District.
No. 607.
Zaterdag- 13 Juli 1901.
10e Jaarg-
Buitenland.
FEUILLETON.
ledenis,
Binnenland.
BRESEEN SCHE COURANT,
ABONNEMEN T.
Per 3 maanden ƒ0.51), franco per post door liet geheele Rijk ƒ0.55,
voor België ƒ0.625, voor Amerika ƒ0.825, bij vooruitbetaling.
Bij alle boekhandelaren en brievengaarders worden abonnementen aangenomen.
ADVERTENTIE N.
Van 1 tot en met 4 regels 20 centselke gewone regel meer 4 cents.
Groote letters naar plaatsruimte. Bij abonnement la"er tarief.
Advertentiën worden ingewacht tot Dinsdag- en Vrijdagnamiddag twee uur.
Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond bij den uitgever C. DIELEJI.D te Kreskens.
in Itelgië is men in zekere
klingen eenigszius opgewonden
over het feit, dat een broeder van
generaal de Wei, de bekende kra
nige Bevelhebber in de Zuid-Alri
kiansclie oorlog, de advocaat De
Wet in Geilt eene redevoering
hield over het groote feit van den
dug, van wege den Commissaris
van politie te Brussel aanzegging
ontving daarmede niet te kunnen
voortgaan, op gevaar at anders
liet land te worden uitgezet.
In de Katner werd ovei dit feit
ten vraag gedaan tot de Belgische
Regeering, waarbij de minister van
bmtenlundsche zaken begon met
eene vergoelijking van het gebeur
de, door voor te stellen dat de
beer De Wet bij den Commissaris
alleen ontboden was met het doel
hem te vragen, welke maatregelen
deze dacht te nemen om te voor
komen, dat manitestatiën als die
te Gent waren voorgevallen en
gericht waren tegen een inet Bel-
i bevriend land zich zouden
herhalen.
De zoete koek waarin de mi
nster do Kamer liet bijten werd
tebter niet door alle leden aan
gegrepen, want een der socialist
Demblon bracht vrij wat opschud
ding. toen hij Chamberlain voor
een bandiet, een ellendeling hield.
Maar natuurlijk helpt dat niet
veel. We begrijpen ons echter
niet, dat niet alle regeeringen, die
op last van hunne monarchen,
neutraal, doch feitelijk anti-5oerseh
moeten gestemd zijn, de handen
in één slaan om aan den strijd
een eind te maken, niet uit mede
dongen voor de Boeren, maar uit
medelijden voor die trouwe en no
bele Engelschen, voordat ze geheel
uitgeput zijn.
Of zou het medelijden van die
vrienden zich zoo" ver uitstrekken,
dat ze de aftakeling van Enge
land met leedvei maak aanzien, oin
zich des te gemakkelijker op het
overschot te kunnen werpen
Vriendschappelijk heil kan zich
immers in zulke vreemde verhou
dingen voordoen
Onwillekeurig komt men alzoo
tot de nog immer hangende kwes
tie van den dag. de oorlog. De
vraag hoe het daarmee staat is
zeer moeilijk te beantwoorden.
Alles wat men er van hoort,
komt uit Engelsche bron, en is
bovendien in zulke vage en duis
tere termen vervat, dat men er
geen rechte kant aan krijgt. Al
leen weet men zeker dat de En
gelschen, als ze vorderen, het in
geen geval hard doen.
De tijdingen uit de Kaapkolo
nie zijn daarmede vrijwel gelijk
luidend. Men leest van daar, dat
het voortduren van den tegen-
woordigen staat van zaken tot al-
geheeleu ondergang moet lijden.
Het publiek heelt recht, zoo
luidt het verder, »op een verkla
ring van de regfeering".
liet verlangt te weten of zij
een toestand zal dulden als tijdens
de laatste parlementszitting, tuéta
mannen die trouw hadden gezwo
ren aan de Kroon met voorbedach
ten rade een houding aannamen
die erop berekend was rebellie aan
te moedigen.
De verlangde verklaring zal
waarschijnlijk door sir Gordon
Sprigg, den premier, gegeven wor
den in de. aanstaande vergadering
van het Waakzaamheids-comité.
Volgens de SlaiiiluiJ zal de pre
mier daar spreken over den alge-
meenen toestand der kolonie en
over de bijeenkomst van het |>ar-
leuient.
De correspondent van de huJy
New» te Bloemfontein doet een
verhaal van een gevecht tussclieu
52.
Ik heb mij niet vergist in
man. Ik had hem moeten
talen, George, dat weet ik als
ik maar sterk genoeg geweest wa
ft; doch ik stelde mij tevreden
»et hem te volgen naar het land.
Doch toen wij eenmaal vasten
[rond onder de voeten hadden,
hjj harder dan ik en ik was
o zwak om hem te volgen. Door
«hulp van een marktwagen be-
rikte ik Bushmills in den vroe-
morgen. De vrachtrijder was
tog al nieuwsgierig, doch ik gaf
'oen antwoord op zijn vragen.
Maar mijne kleeren droogden
145 het lijf, George en die schok
ken en stooten van dien nacht
hebben mij er ook niet sterker op
gemaakt. Het is als een vreese-
lyke droom, waar je geen touw
aan vast kunt maken, Soms kan
ik mij niet voorstellen, dat ik dat
alles doorleefde.
Maar zeg mij eens, riep
George, die nog geen oogenblik
het verhaal van zijn vriend had
afgebroken.
Waar zijt ge toch geweest?
Waar zijt ge toch gebleven Waar
hebt ge van geleefd
Geleefd
JaHoe hebt ge 't aange
legd, om tot mij te komen. Hoe
wist ge, dat ik hier was Tracht
niet om het ergste voor mij te
verbergen, oude vriend, want het
ergste is mij reeds bekend.
Toen ging hij zijn neef alles
vertellen, wat hem dien nacht ge
bleken was zijne herkenning van
Matthew Baring, zijne worsteling
en den uitslag. Daarna hoe hij
getracht had Clara op zachte wij
ze de doodstijding van haar vader
te brengen en hoe verwonderd hij
was bij het hooren, dat deze was
teruggekeerd. Zeker nu begreep
hij, hoe deze ontsnapt was en de
twijfelingen, die nog bij hem wa
ren achter gebleven, sedert hij
Clara had verlaten, waren nu ver
dwenen. Aan zijn neef, die voor
zijn geluk en zijne toekomst, zoo
veel in de stilte geleden had, be
tuigde hij zijn dank in hartelijke
en tcedere woorden zijne verwon
dering en blijdschap over zijn neef's
behoud waren groot. En toen hij
voortging meer in 't hijzonder te
vertellen, wat er tusschen hemen
Clara was voorgevallen, hoe Frank
Lexton was gekomen en bekend
Bloemfontein en Kroonstad.
De Britscke post in een blok
huis zag een convooi der Boeren,
dat trachtte den spoorweg over te
steken. De geheele Britsche macht
rukte uit en viel het convooi aan.
Middelerwijl had een Boeren-
troep die te voren niet was opge
merkt het blokhuis bezet, zoodat
de Engelschen tusschen twee vu
ren kwamen. Zij konden niets
uitrichten en zaten leelijk in de
knel totdat een gepantserde trein
aankwam die den vijand uit het
blokhuis verdreef. Zes Boeren
sneuvelden, dertig werden gewond
en de rest gevangen genomen.
Het convooi werd buitgemaakt.
Engelsche lezing.
De ollicieele verlieslijst behelst
de eerste opgaaf van de verliezen
hij Naboomspruit waar de Boeren
een trein vernielden 10 man,
waaronder 1 officier, gesneuveld,
11 gewond en verder de namen
van 3 gesneuvelden, 17 gewonden,
6 vermisten. Aan ziekte zijn ge
storven 14 man, waaronder weer
zijn verstopt gekwetsten die aan
hun wonden zijn overleden.
Officieel werd tegengesproken,
dat Baden Powell wegens ziekte
naar Engeland ging.
Nader leest men, dat hij Zon-
was met haar vaders misdaad, toen
stond Maurits Westerbury voor 't
eerst op van de sofa, waarop
hij gelegen had, gedurende het
verhaal van zijn lijden en zijne
verlossingwant hij had een be
langrijk feit geheel vergeten; wat
door het verhaal van sir George,
omtrent Lexton, weder in zijn ge
heugen terug werd gebracht.
Matthew Baring bedreef zij
ne misdaad niet alleen, riep hij
uit, want achter in de grot, waar
uit hij te voorschijn kroop, om
zijn vreeselijk werk te doen, zat
een ander man gehurkt. Ik had
dien man niet lang geleden ge
zien maar ik kon mij niet her
inneren, waar of wanneer. Ik heb
getracht het te bedenken maar
mijn geheugen liet mij in den
steek. Toch geloof ik wel, dat ik
hem zou herkennen, als ik hem
dag te Durban scheep ging.
In de ministerieële crisis is tot
dusver nog geene oplossing geko
men.
Na baron M. Mackay, de mi
nister van Staat, oud-minister in
het Kabinet van 1888 1891 die
deze week bij II. M. ontboden
was, is ook dr. Knijper door H.
M. in gehoor ontvangen.
Lang zal dus de tijding aan
wie de formatie zal worden opge
dragen, niet meer uitblijven.
«KKSKK.YS, 1» Juli 1901.
Bij het gehouden overgangs
examen aan de Rijks Hoogere
burgerschool te Bergen-op Zoom
zijn o. m. geslaagd H. Weijkman
van Breskens van de 2e naar de
3e en M. Sanders vau Sluis van
de le naar de 2e klasse.
Tot docter in de geneeskun
de is bevorderd de heer F. G. Cor-
nelis, geboren te Breskens, met
academisch proefschrift getiteld
Bijdrage tot kennis van de gevol
gen der experiuienteele thyreoidec-
touiie.
zag. Maai de schat George? die
zooveel kostte, heb je dien uit zijn
handen gered
Neen, ik zag er niets van.
Hij was niet in zijn bezit, toen
hij naar den top van den berg
klom en was ook niet in de grot,
toen ik die later liet onderzoeken.
Dan, George, werd hij mede
genomen door den tweeden man,
dieu ik zag en het moet ons doel
zijn dien man te vinden.
Hij 3tond voor het venster stil,
toen hij sprak, want hij was zeer
opgewonden heen en weer geloo-
pen, en zag nu uit op den tuin,
op den arend, in het midden, op
het pad daar huiten en de vliet,
die daar langs liep, totdat zjjn
oog bleef rusten op een man, die
de herberg naderde maar zijn ge
zicht was niet sterk en hij her
kende in hem per-