De Luchtoorlog boven Vietnam Duitsland hoopt op nieuw Wirtschaftswunder Frankering bij abonnement, AXEL ZATERDAG 4 FEBRUARI 1967 81e Jaargang no. 19 NSEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN verslag Amerikaans waarnemer Sinds president Johnson van Amerika in fe bruari 1965 Amerikaanse bommenwerpers over de 17e breedtegraad stuurde om Noord- Viëtnam te bombarderen, zijn de discussies over deze acties onafgebroken gevoerd. Begin 1967 werd een nieuw hoogtepunt in de twist gesprekken bereikt. Een Amerikaanse jour nalist had zowel van zijn eigen als van de Noordviëtnamese regering toestemming ge kregen voor een bezoek aan het communis tische deel van Viëtnam. Op het eerste ge zicht een wonderlijke gebeurtenis. Alsof tij dens de Tweede Wereldoorlog Amerikaanse verslaggevers toestemming kregen voor een reis door Duitsland. Maar de strijd in Viët nam is nu eenmaal even meedogenloos als vreemd. De journalist was niet de eerste de beste. Het was Harrison Salisbury, adjunct- hoofdredacteur van de New York Times, het dablad dat niet ten onrechte nog steeds de beste krant ter wereld wordt genoemd. Het is in elk geval een van de meest invloedrijke dagbladen. Salisbury bezocht in Noord Viëtnam steden en dorpen, die getroffen waren door Ame rikaanse bombardementen. Hij verstrekte cij fers over de slachtoffers onder de burger bevolking. Die cijfers veroorzaakten grote op schudding in de Verenigde Staten. De Ame rikaanse regering had steeds bekend gemaakt, dat de Amerikaanse vliegtuigen slechts mili taire doelen bestookten en dat het maken van slachtoffers onder de bevolking van Noord Viëtnam werd vermeden. Salisbury schreef over de stad Nam Dinh, die sinds juni 1965 systematisch is aangevallen. Volgens de Ame rikaanse verslaggever zijn sinds die tijd der tien procent van de huizen vernietigd, is de bevolking van de negentigduizend door eva cuaties tot twintigduizend teruggebracht, wer den door de bombardementen 89 mensen ge dood en 405 gewond. Zijn verslag kreeg veel kritiek te verduren doordat hij pas enkele dagen later meldde, dat de cijfers afkomstig waren van Noordviëtnamese autoriteiten („Van wie had ik ze anders moeten krijgen"). Resultaat van zijn berichtgeving was wel, dat de toon van de officiële Amerikaanse com mentaren veranderde. „Het is onmogelijk om bij aanvallen op militaire doelen beschadiging van civiele bezittingen te voorkomen", zei een officiële woordvoerder van het Amerikaanse ministerie van defensie. Het zou niet juist zijn hier een oordeel uit te spreken over de Amerikaanse beweegrede nen achter de bombardementen. Feit is, dat de berichten over burgerslachtoffers de kri tiek nog hebben verhevigd. De Amerikaanse autoriteiten verdedigen zich met de niet hele maal onjuiste stelling, dat de Viëtcong en de Noordviëtnamezen in Zuid-Viëtnam een ware terreur uitoefenen, die de laatste jaren dertig duizend slachtoffers heeft geëist onder dorps bestuurders en regeringsvertegenwoordigers. De bombardementen spelen nu een grote rol in de pogingen de strijdende partijen aan de conferentietafel te krijgen. Amerika heeft zich bereid verklaard de aanvallen te staken, mits Noord-Viëtnam de militaire activiteiten in het Zuiden beperkt. Voor wat betreft de luchtaanvallen op de Noordviëtnamese stad Nam Dinh (volgens Salisbury een „gemeenschap zonder werke lijke militaire doelen") zegt het Amerikaanse ministerie van defensie, dat deze stad wel degelijk een belangrijk strategisch doelwit is. Volgens de marinecommandant Robert Man- deville, onlangs in de VS teruggekeerd, nadat hij in Viëtnam een squadron Intruder straal - bommenwerpers had aangevoerd, is de stel ling van Salisbury „gewoon niet te geloven". Nam Dinh ligt in een streek, die is toege wezen aan de vliegtuigen van de Amerikaanse Zevende Vloot. Mandeville verklaarde „De stad is omringd door honderd luchtdoel batterijen. De Noordviëtnamezen verspillen hun batterijen niet. Zij verzamelen die rond dingen, die ze willen behouden. Deze stad is zo door vuur omringd, dat geen van de pi loten er naar toe wilde". Over de militaire betekenis van de Ameri kaanse bombardementen zijn de specialisten het niet eens. Volgens de Amerikaanse staats secretaris voor de luchtmacht, Harold Brown, hebben de bombardementen twee .hoofd doelen 1. het voor Hanoï zo moeilijk en kostbaar mogelijk te maken om troepen naar het Zuiden te sturen en 2. Ho Chi Minh er van te overtuigen, dat de strijd aan de con ferentietafel te prefereren is boven het voort zetten van een oorlog, die niet is te winnen. De Amerikaanse vliegtuigen hebben inmid dels zo'n driehonderdduizend ton bommen boven Noord Viëtnam laten vallen. Het eerste doel - vermindering van de Noordviëtna mese steun aan de Viëtcopg - is echter niet bereikt. Volgens het Pentagon infiltreren op het ogenblik zevenduizend Noordviëtnamezen maandelijks over de zeventiende breedtegraad het Zuiden. In de zomer waren dit er nog vijfduizend per maand. Salisbury berichtte, dat de bombardementen geen duidelijke in vloed hebben op de militaire en strategische gang van zaken in het Noorden. Brown denkt hier anders over. Eind vorig jaar vertelde hij, dat de bommen „ernstige schade hebben toe gebracht aan de Noordviëtnamese bevoor rading". Volgens hem zijn zevenduizend vrachtwagens, drieduizend treinwagons, vijf duizend bruggen en vijfduizend schepen ver nietigd of zwaar beschadigd. „Twee derde van de olieopslagplaatsen, vrijwel alle mu nitiefabrieken en vrijwel alle bruggen buiten Hanoï en Haipong zijn geraakt. Om de scha de te herstellen zijn voortdurend 200 duizend tot 300 duizend Noordviëtnamezen aan het werk", aldus het rapport van de Amerikaanse staatssecretaris. Hij kreeg steun van een Brits verslaggever, Norman Barrymaine, die na een bezoek aan Noord Viëtnam rapporteerde „De bombar dementen hebben al het verkeer - over de weg, per spoor en per boot in Noord Viëtnam tot een minimum teruggebracht. Alleen 's nachts waagt men zich nog op straat". Militaire deskundigen vragen zich af of het allemaal wel de moeite waard is. Zij rekenen voor, dat een Amerikaanse straal- bommenwerper zeven miljoen gulden kost. Een Noordviëtnamese vrachtwagen hoogstens een paar duizend. Aantal werklozen snel gestegen Niet alleen in Nederland maakt men zich ongerust over de economische vooruitzichten. Ook in het buurland West Duitsland kijkt men met zorg naar de symptonen, die dui delijk maken, dat de conjunctuur griep heeft en de patiënt een goede verzorging nodig heeft. Een van de duidelijkste aanwijzingen is het werklozencijfer. Voor het eerst sinds jaren is het aantal arbeiders zonder werk in Duitsland groter dan het aantal open arbeids plaatsen 350 duizend tegen 300 duizend. Bovendien werden met Kerstmis 1966 drie honderdduizend Westduitse werknemers voor een verplichte vakantie naar huis gestuurd. In talrijke bedrijven wordt wekelijks nog maar 26 tot 38 uren gewerkt. Voor vele werkne mers betekende dit een karige Kerstviering een arbeider, die vroeger rond 650 mark per maand verdiende, ontvangt, nu hij nog maar 28 uren per week kan werken, niet meer dan ruim 400 mark. De Kerstgratificaties werden vorig jaar in vele bedrijven gehalveerd ten op zichte van 1965. De grootwinkelbedrijven en de middenstand in de Bondsrepubliek hebben al ondervonden, dat de West-Duitser bezorgd is over de eco nomische toestand. (Volgens een opinie onderzoek vreest meer dan zestig procent van de West-Duitsers voor een economische cri sis). De verkopen zijn hard achteruit gegaan, waardoor de situatie nog slechter is gewor den. „De huisvrouw mist het geld van de premies en het overwerk, dat haar man vroe ger thuis bracht. Wij kunnen dat goed mer ken", aldus de directeur van een groot Duits „Kaufhaus". Luxueuze etenswaren laat men liggen. De Duitser keert terug naar de sim pele kost, aldus een onderzoek van het mi nisterie van economische zaken. Vleeswaren blijven in de winkels liggen, alleen brood wordt meer verkocht. Het is langzamerhand een bekend verschijnsel, dat wanneer het pes simisme over de economie eenmaal de kop heeft opgestoken, het zich razendsnel ver spreidt. In West-Duitsland zijn het kennelijk de rijken geweest, die het eerst de noodvlag hesen. Dure, luxe artikelen worden, in tegen stelling met 1965 en begin 1966, vrijwel niet meer verkocht. De handelaren in juwelen en bont bemerken, dat hun klanten de zuinig heid voorlopig tot hoogste ideaal hebben uit geroepen. Vooral de duurdere artikelen bontjassen van zevenduizend gulden, juwelen van' tienduizend en Perzische tapijten van twaalf- tot vijftienduizend gulden zijn on verkoopbaar. Opvallend was in december, dat onze Oosterburen bij het kopen van Kerst cadeaus vooral nuttige artikelen verlangden, zoals sokken en overhemden. Voor de textiel fabrikanten betekende dit echter nog geen op lossing voor hun probleem. Evenals hun Ne derlandse collega's zitten zij met reusachtige voorraden. De orderportefeuilles van de Westduitse be drijven - belangrijke graadmeters^ voor de economische stand van zaken - raken steeds leger. In het laatste kwartaal van 1966 wa ren de nieuwe opdrachten aan de industrie Spoedeisende Gemeenteraadsvergadering Maandag 30 januari 1967 des namiddags om 5.00 uur kwam de Gemeenteraad bijeen voor een spoedeisende vergadering met als agenda: 1. Opening 2. Voorstel tot het aangaan van een vaste geldlening, groot 165.000,-, met de N.V. Bank voor Nederlandse Gemeenten te 's-Gravenhage. 3. Voorstel tot het aangaan van een vaste geldlening, groot 180.000, -met de N.V. Bank voor Nederlandse Gemeenten te 's-Gravenhage. 4. Sluiting. Ten aanzien van de onder de punten 2 en 3 genoemde voorstellen werd de volgende toe lichting gegeven. 3,7 procent lager dan eind 1965. Er waren slechts een paar lichtpunten. De chemische industrie en de meubelfabrikanten konden op een toename van de bestellingen wijzen. Ook de exportorders namen weer toe (met negen procent). De zware industrie vertoonde echter duidelijk de tekenen van de malaise in West- Duitslands economie. Scheepsbouw, metaal bewerking en machine-industrie zagen hun orders belangrijk teruglopen (de scheepsbouw zelfs met meer dan tachtig procent). Bedroevender nog bleek de situatie in West- Duitslands kernindustrie de autobranche. Bijna drie miljoen werknemers zijn in de Bandsrepubliek afhankelijk van de auto (ar beiders in autofabrieken, garages, handels zaken, verzekeringen, benzinestations, wegen bouw, enz.). De verkoop van nieuwe auto's is sterk gedaald. „De mensen, die in het ver leden twee jaren met een auto deden, laten er nu liever een ruilmotor inzetten dan dat zij tot de kostbare aankoop van een nieuwe auto overgaan", aldus de directeur van de Volks wagenfabriek. De kleinere autofabrieken zijn begonnen met het gedeeltelijk stilleggen van de produktie. Is het pessimisme van de West-Duitser ge rechtvaardigd De president van de West duitse „Bundesbank", dr. Blessing, meent van niet. Volgens hem is de situatie in West Duitsland vergelijkbaar met die in Nederland. Jarenlang zijn de omzetten sterk gestegen. De produktie nam zo ster ktoe, dat West- Duitsland honderdduizenden buitenlandse ar beidskrachten moest aantrekken. Maar de spanning, die deze sterke groei met zich bracht, sleepte ook de inflatie achter zich aan. Twee jaren geleden begon de Westduitse regering met maatregelen, die bedoeld waren als rem op de te sterke groei. De „Bundes bank" speelde een belangrijke rol door de geldsomloop te bemoeilijken (via een hoger disconto). „Deze maatregelen hebben hun nut bewezen. De inflatie is tot staan gebracht. De laatste maanden zijn de prijzen niet meer gestegen", aldus dr. Blessing. Begin van het jaar kreeg hij echter veel kritiek te verwerken toen hij bleef volhouden, dat het kunstmatig hoog gehouden disconto gehandhaafd moest blijven. Zijn critici wezen er op, dat de West duitse industrie dit jaar tien procent minder zal investeren. En van de investeringen hangt haar toekomstige groei af. Dr. Blessing is nu voor de kritiek gezwicht. Het disconto zal in februari met een half procent worden ver laagd (tot 4Vè). „Het opendraaien van de geldkraan brengt geen komplete oplossing voor de huidige malaise", zei de Westduitse minister voor economische zaken, Höcherl. Hij voegde er aan toe „Voor wat betreft de toekomst van de Duitse economie ben ik echter in het geheel niet pessimistisch". De West-Duitsers hopen weer op een nieuw „Wirtschaftswunder", maar zolang het aantal werklozen nog toeneemt en de lonen achteruit gaan, blijven zij zuinig kijken. Goed voor de huid het gehele jaar door Met het oog op de centrale financiering, die nog steeds van kracht is, verdient het aan beveling spoedig een beslissing te nemen op bovenbedoelde aanbiedingen, die het volgen de omvatten Geldlening, groot 165, - Deze lening is bestemd voor de aanleg van het John F. Kennedyplein in het sanerings plan „Oudewijk". De voornaamste voorwaarden, die aan deze lening verbonden zijn, luiden als volgt koers 99% looptijd 25 jaren; rente 6 Zs per jaar, halfjaarlijks te vol doen aflossing in 15 gelijke jaarlijkse termijnen, aanvangende op 15 februari 1978 vervroegde aflossing op 15 februari van de jaren 1977 tot en met 1981 a 101 Vi%, daarna a 101% kosten Vs% van het ncpiinale lenings bedrag wegens aandeel in de kosten van verkrijging van de fondsen, waaruit deze geldlening wordt verstrekt opneming door creditering van de rekening van de gemeente bij de bank en wel per 15 febr. 1967. Geldlening, groot 180.000, - Deze lening is bestemd voor het aankopen van enkele te saneren percelen. De voornaamste voorwaarden, die aan deze lening verbonden zijn, zullen zeer waarschijn lijk als volgt luiden koers 99% looptijd 25 jaar rente 6 M per jaar, halfjaarlijks te vol doen aflossing in 15 gelijke jaarlijkse termijnen, aanvangende op 15 februari 1978 vervroegde aflossing op 15 februari van de jaren 1977 tot en met 1981 a 101 U2%, daarna a 101% kosten 13/16% van het nominale lenings- bedrag wegens aandeel in de kosten van verkrijging van de fondsen, waaruit deze geldlening wordt verstrekt opneming door creditering van de rekening van de gemeente bij de bank en wel per 15 februari 1967. De voorstellen werden z.h.s. aangenomen en nog geen 10 minuten na de opening, kon de Voorzitter deze raadsvergadering reeds slui ten. RONDVRAAG De heer E. A. Maas vraagt inlichtingen naai aanleiding van een bericht in de Axelse Cou rant waarin staat dat de bevolking van het bejaarden pensiontehuis ,De Vurssche' hoofd zakelijk bestaan uit hervormden. Maar ik meende dat er plaatsingsmogelijkheid is vooi ieder onafhankelijk van zijn godsdienstige in stelling. De Voorzitter zegt dat er zeker geen sprake is dat het alleen voor Hervormden is. Mis schien is het bericht een beetje ongelukkig gesteld. Waarschijnlijk is hier bedoeld dat het momenteel zo is dat de meeste aangemel- den Hervormden zijn. Niemand zal achter worden gesteld. Hierna sluit de voorzitter met dankzegging de vergadering. AXELSE COURANT VERSCHIJNT IEDERE ZATERDAG ABONNEMENTSPRIJS: Losse nummers 15 cent Halfjaar-abonnement: Axel binnen de kom 3,75. Andere plaatsen 4,25 Buitenland 6,50 Hoofdredaktie: J. C. VINK Redaktie en Administratie: Axel, Markt 12, tel. 01155-646, postbus 16 Drukker-uitgeefster: FIRMA J. C. VINK ADVERTENTIEPRIJS: 10 cent per mm Bij konlrakten belangrijke reduktie. Ingezonden mededelingen 30 cent per mm Kleine advertenties 1-10 woorden ƒ1, elk woord meer 15 cent. Nadruk verboden (Nadruk verboden)

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1967 | | pagina 1