VOORBEREIDINGEN TRAKTAATWEG
GENT-TERNEUZEN IN VOLLE GANG
LEVEN EN WERKEN IN AXEL IN DE 19e EEUW
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN VERSCHIJNT IEDERE ZATERDAG
HoofdredaktieJ. C. VINK.
Redaktie en Administratie Axel, Markt 12, tel. 0 1155- 646, postbus 16
Drukker - Uitgeefster FIRMA J. C. VINK
ZOALS BEKEND IS IN DE KANAALVERBREDINSPLANNEN OOK
EEN NIEUWE WEGVERBINDING TERNEUZEN-GENT AAN DE
OOSTKANT VAN HET KANAAL VOORZIEN.
DE P.Z.C. SCHRIJFT HIEROVER DEZE WEEK HET VOLGENDE
In de tekenkamers van de provinciale wa
terstaat te Terneuzen wordt momenteel
volop gewerkt aan de voorbereidingen
voor de realisatie van de zgn. „traktaat-
weg", de nieuwe zuid-noord verbinding
langs de oostelijke oever van het kanaal
Gent-Terneuzen. Zoals bekend werd de
aanleg van deze weg opgenomen in het
zelfde traktaat, waarin de regeringen van
België en Nederland in mei 1960 de ver
ruiming van het Nederlandse gedeelte van
het kanaal Gent-Terneuzen vastlegden.
Uiteraard heeft ook de Zeeuwse provin
ciale waterstaat alleen bemoeienis met het
gedeelte traktaatweg, dat op het grond
gebied van Nederland zal worden aange
legd.
In het Terneuzense bureau van deze pro
vinciale dienst hoopt men zo spoedig mo
gelijk te kunnen beginnen met de volgen
de fase van de voorbereidingen, namelijk
het verrichten van het nodige meetwerk
voor het eerste traject van de weg, van
de Belgisch-Nederlandse grens naar de
Axelse Sassing. Aansluitend op dit weg
gedeelte zal een aftakking worden aan
gelegd naar Sas van Gent, terwijl men
voorts zo spoedig als de omstandigheden
zulks rechtvaardigen, het weggedeelte
vanaf de traktaatweg naar Absdale (na
bij Hulst) zal gaan realiseren. Met name
in het zuidelijk deel van de Zeeuws-
Vlaamse kanaalzone zit men met ongeduld
te wachten op deze hoognodige ontslui
ting van hun gebied, die de weg van Sas
van Gent naar Perkpolderhaven met een
fors aantal kilometers zal gaan bekorten.
WRINGEN
Nog in de laatste vergadering van de
Kamer van Koophandel en Fabrieken
voor Zeeuws-Vlaanderen, sprak voorzit
ter ir. R. H. van Krevelen de wens uit,
dat het ontbrekende stuk (de Liniedijk
vanaf de Zwartehoek tot aan Absdale) in
1965 zal worden aanbesteed. „Omdat het
niet langer verantwoord is, dat het aan
zienlijke verkeer vanaf de zuidelijke ka
naalzone zich door Sluiskil, Axel en de
smalle weg naar Zaamslag moet wrin
gen", zo merkte ir. van Krevelen daar
over op.
„Zit die aanbesteding er dit jaar nog in",
hebben wij ir. L. A. van den Berg, hoofd
van de waterstaatsdienst te Terneuzen
gevraagd. „Stellig niet", dacht hij. „De
ontsluiting van dat gebied door middel
van deze oplossingen, zal zeker nog wel
enkele jaren in beslag nemen", meende
hij.
De traktaatweg, die ons land zal binnen
komen even ten oosten van de „vissers
verkorting" (tussen Westdorpe en Zuid-
dorpe), kan op betrekkelijk korte termijn
worden gerealiseerd. Voor de eerste fase,
van de grens naar de Axelse Sassing,
moeten weinig gronden worden aange
kocht omdat de weg gaat lopen door een
gebied, dat men juist aan het verkavelen
is (ruilverkaveling Canisvliet). De trak
taatweg wordt een verbinding waarvan
uitsluitend auto's gebruik zullen mogen
maken. Met de Belgen is overeengekomen
dat de weg in beide landen gelijktijdig in
gebruik zal worden genomen. Even ten
zuiden van de Nederlandse grens geeft de
weg aansluiting op de nieuwe autoweg
van Antwerpen naar de Belgische kust.
AFTAKKING
De aftakking van de traktaatweg naar
Sas van Gent zal ten zuiden van West
dorpe lopen en aansluiting geven op de
nieuwe brug over het kanaal bij Sas van
Gent. Rijkswaterstaat laat daar momen
teel reeds op kosten van de provincie
de aansluiting naar de oprit aanleggen.
Voor de algehele ontsluiting van de zui
delijke kanaalzone rest dan nog de aan
leg c.q. verbetering van de Linieweg van
af de Zwartehoek tot aan Absdale. De
plannen daarvoor zijn evenwel nog niet
geheel rond.
Het ligt wel in de bedoeling hiervan een
snelweg te maken zonder aansluitingen
naar rechts of links.
Het gedeelte vanaf de zgn. „derde ver
korting" tot aan Hulst, inclusief de rond
weg om Absdale, is al gereed. Aangezien
men van de zijde van rijkswaterstaat
reeds bezig is met de aanleg van een
rondweg om Hulst, kan het verkeer van
uit Sas van Gent binnen afzienbare tijd
ook de Reinnaertstad recht van zich laten
liggen.
TWEEDE FASE
Zodra een daadwerkelijk begin wordt ge
maakt met het uitvoeren van de eerste
fase van de traktaatweg, gaat men bin
nenskamers meteen door met de volgen
de fase, namelijk van de Axelse Sassing
naar Sint-Anna (gemeente Terneuzen),
waar over enkele jaren ook de weg van
Hoek via de nieuwe brug over het ka
naal zal uitkomen. Dit wordt evenwöj
een langduriger karwei omdat daarvoor
alle benodigde gronden nog moeten wor
den aangekocht. Als dit gedeelte traktaat
weg gereed is, zal de huidige provinciale
weg van Terneuzen naar Axel van min
der betekenis worden. Hetgeen niet weg
neemt, dat aan het dek van deze weg nog
de nodige voorzieningen zullen worden
getroffen.
Samenvattend kan worden gesteld dat
aan de verbindingen in, naar en van de
kanaalzone momenteel veel aandacht
wordt besteed. Dat over vier a vijf jaar
de oost-west verbinding, een deel van de
zuid-noord verbinding en de ontsluiting
van de zuidelijke kanaalzone wel hun be
slag zullen hebben gekregen maar dat tot
die tijd de bottlenecks in Sluiskil, Ter
neuzen, de Blikstraat en de smalle weg
Axel-Zaamslag nog heel wat last zul
len veroorzaken.
Wanneer we ons Axel en haar bewoners
voorstellen in de vorige eeuw, lijkt het ons dat
er rust heerste en de Axelaars kalm en zonder
haast hun leven doormaakten. Toch zien we
dat er wel eens tijdperken kwamen dat er on
rust was, onrust om het dagelijks brood te
verdienen, en dat er veel werk verricht moest
worden zonder dat de verdiensten er gelijke
tred mee hielden. Een groot deel van de vo
rige eeuw was er geen stoom of elektriciteit,
dus meer rust, zouden wij zeggen, maar alle
werk moest met de hand gedaan worden, dus
meer inspanning.
Wanneer de dichter zong „Hoe genoeglijk
rolt het leven des gerusten landmans voort",
dan merkfen we op dat de landman of land
bouwer het niet altijd zo genoeglijk had. Tijd
perken van armoede en tegenslag volgden op
tijden van voorspoed en het was zwoegen van
het nachtelijk uur tot in de late avond.
In het Gedenkboek, uitgegeven ter gelegen
heid van de viering van het jubileum van de
Z.L.M. worden ons voorgesteld de tijden van
op- en neergang van de landbouw en hoe
moeilijk het leven van de landbouwer soms
in de vorige eeuw was. De geschiedenis van
de landbouw wordt ons voorgesteld als ver
deeld in verschillende tijdperken, n.l. de tijd
van het eind der 18e en het begin der 19e
eeuw, de jaren van 1820 - 1850, de jaren van
welvaart van 1850 - 1878, de tijd van de gro
te crisis van 1878 - 1895, dat van de nieuwe
bloei van 1895- 1914, de vier oorlogsjaren
1914 - 1918 en de 25 jaar van 1918 - 1943.
Na de franse overheersing, het tijdperk der
waardeloze assignaten en der opvorderingen,
was het leven en bedrijf weer normaal ge
worden. We leven in de tijd dat de boeren
vrouwen de geelstrooien hoeden over de muts
droegen, de gouden naalden voor het voor
hoofd, de mooie gekleurde doeken en rokken,
terwijl de strikken aan de krullen hingen en
er zilveren gespen op de zwarte, met wit leer
afgezette schoenen gedragen werden, de tijd
dat de mannen de gekleurde hemdrok en de
schansloper of lankrok droegen, terwijl de
korte broek werd opgehouden door vier zil
veren broekstukken, n.l. twee grote en twee
kleine, die in de week werden vervangen
door palmhouten broekstukken.
Van zilver waren soms ook de messenheften
de tabakdozen, terwijl in later tijd de messen-
heften in fraai besneden palmhout waren uit
gevoerd. De prachtige kleurrijkdom van de
kleding uit die tijd, dat de mannen de ge
kleurde hemdrokken met de zilveren knopen
droegen, zou in later tijd veranderen in de
effen zwarte kleding, om in nog later tijd te
verdwijnen. Al kunnen we ons voorstellen dat
in deze tijd de boerenkleding wordt afgelegd,
mede door het niet kunnen kopen van de be
nodigde stof en het ongemak bij het reizen,
toch zal het een schitterend gezicht geweest
zijn, op een landweg die kleurig geklede land
mensen te zien wandelen.
Het tijdperk van 1820- 1850 kenmerkt
zich door een ongunstig verloop der graan
prijzen en de langzamerhand ontstane zorge
lijke toestand der meekrapkuituur door mede
dinging van de meekraptelers in het franse
Avignon. De tarwe bracht 18 - 20 hl per
hectare op. In 1820 daalden de veeprijzen om
na 1830 weer te stijgen. Iets nieuws was dat
in 1837 de mangelwortels werden verwerkt
in de stroopfabrieken van Bicker te Rotter
dam, die we een voorloper van de beetwortel
suikerfabrieken zouden kunnen noemen.
Waren de opbrengsten voor de landbouw
laag, ook de lonen waren niet hoog, zij be
droegen ƒ1,- tot 1,50 per dag, soms
echter maar 60 ct tot 1, - Wanneer er
werkloosheid heerste of er veel regenachtige
dagen waren, werd er armoede geleden.
Bovendien ontstond ongeveer 1846 1847
de aardappelziekte, waardoor in dagloners
gezinnen nog meer armoede geleden werd.
Natuurlijk konden ook de middenstanders
bij de in hoofdzaak van de landbouw levende
bevolking nog maar nauwelijks de eindjes bij
elkaar knopen.
Het tijdperk 1850- 1870 was een tijdperk
van voorspoed. De landbouwprijzen stegen,
terwijl de pachtprijs ongeveer hetzelfde was
gebleven als vroeger. Er kwam ook meer
vraag naar meekrap en de bereiding werd
verbeterd, tot in 1868 een einde kwam aan
de meekrapteelt toen de aniline in haar plaats
kwam. Gelukkig kon toen op andere gewassen
overgeschakeld worden.
Er kwam in die tijd van welvaart meer aan
koop van land en hofsteden door de inheemse
bevolking, al moesten toen hogere prijzen be
taald worden. Mevr. Stegenga-Kouwe zegt in
haar proefschrift over Zeeuwsch-Vlaanderen
dat in tijden van tegenspoed veel land werd
aangekocht door buitenlanders (Fransen en
Belgen) tegen lagere prijzen, terwijl dat land
soms in tijden van voorspoed door hen weer
tegen hogere prijzen aan Zeeuwsch-Vlamin-
gen werd verkocht. Eigenaardig is het, dat
Fransen en Belgen hier land kopen, al is de
pacht ook niet rendabel en trekt men een klein
percentage van het in dat land gestoken ka
pitaal. Uit Nederland benoorden de Schelde
doen zich weinig kopers van land in deze
streken op. Vroeger waren veel Nederlanders
door inpoldering in het bezit van land geko
men.
In deze tijd van welvaart begon men suiker
bieten te verbouwen, die op kontrakt aan fa
brikanten werden verkocht. Tot stichting van
suikerfabrieken kwam men toen niet. Door
de hogere prijzen van vlas (300 tot 500 gld.
groen te velde) werd dit meer verbouwd, ter
wijl ook uien, cichorei en karwij in het zaai-
plan werden opgenomen. De veeteelt ont
wikkelde zich even gunstig als de landbouw.
De wegen werden verbeterd, al waren er nog
veel zandwegen. De afdamming van het ka
naal bij de Axelse Sassing werd gekocht door
het geven van een verharde weg.
Men begon ook te bemesten met natuurlijke
guano uit Peru.
Maar dan komt de tijd van de grote crisis
van 1878 - 1895. In Amerika werd veel tarwe
verbouwd, vandaar uitgevoerd en op de Euro
pese markt gebracht, waartegen onze land
bouwers niet konden konkurreren. Er ont
stond weer veel armoede en veel personen
gingen als landverhuizers naar Amerika om
daar een beter bestaan te zoeken. De grond
prijzen daalden, van 18,69 per ha in 1872-
1879, tot 14,75 in 1880-1884 en 13,39
in 1885-1899. Op 9 maart 1899 begon men
plannen te maken tot stichting van een Coop,
suikerfabriek. In een vergadering van 27 juli
1899 werd besloten tot oprichting van een
coöperatieve suikerfabriek te Sas van Gent.
De periode van 1895-1914 gaf een tijdperk
van nieuwe bloei te zien. Men begon het
paardenras te verbeteren en keuringen te hou
den. De afdeling Zeeland van het Nederlands
Paardenstamboek werd opgericht. De pachten
stegen van 1000,- tot 1500,- per ha.
Het braken van de grond verdween door een
betere indeling van het zaaiplan en door het
gebruik van kunstmest.
Ook de kleding veranderde: de vroegere
kleurige veranderde voor de mannen in zwar
te, ook de kaphoed verdween.
Hoe ging het met de middenstand in de
vorige eeuw
Wanneer we een oude foto van de Noord
straat, daterende van omstreeks 1880 bekij
ken zien we maar enkele 2-verdiepings huizen
zoals van de families Kruysse, Van den Berge
en Oggel, en het doktershuis, maar overigens
waren het maar lage huisjes en voerden de
winkeliers maar een saai bestaan met weinig
verdienste, terwijl sommige kruideniers bijna
tot hun dood met paard en kar of soms met
een paar manden de boer opgingen om zo
doende wat te verkopen, en in ruil voor hun
goederen boter en eieren mee te nemen, die
ze in de winkel weer met wat winst konden
verkopen.
De eigenaars van snoepwinkeltjes konden
5 minuten tot een kwartier met geduld of on
geduld het blaadje aan de kinderen presente
ren om dan een paar centen in ontvangst te
nemen. Een cent van toen was evenveel waard
als een dubbeltje van nu.
Nieuwe gebouwen kwamen bijna niet tot
stand. Het zou tot een eind in de 20e eeuw
duren, eer er een ondernemende middenstand
ontstond, die Axel ook in den vreemde be
kend maakte en er reklame voor voerde.
De vier oorlogsjaren 1914 1918 waren
gunstige jaren voor de landbouwer, al moest
het zaaiplan in de laatste oorlogsjaren onder
staatsdwang worden geregeld. Immers, de
staat kocht de gehele oogst op. Het jaar 1914
kenmerkte zich door een overvloedige aard
appeloogst.
Maar ook de middenstand leefde in deze
tijden op en Axel werd van een plattelands
dorpje een stadje. Flinke winkels verrezen
met een grote sortering goederen. Er moest
niet meer gekocht worden in andere plaatsen
want de Axelse winkels begonnen alles in
vorraad te hebben, wat men maar kon vragen.
Axel breidde zich meer uit, al zou de
grootste uitbreiding door stratenaanleg meer
in het midden der 20e eeuw plaats hebben.
De Jonge
ZEELAND WEER GAST VAN
V.V.V.-INFORMATRICES
Evenals enkele weken geleden maakt op
nieuw een groep Nederlandse V.V.V.-
informatrices en informateurs aan het ein
de van hun cursus een excursie naar Zee
land. Dat gebeurde vanaf woensdag tot
en met zaterdag.
Woensdagavond trok het gezelschap via
het veer Anna Jacobapolder-Zij.pe naar
Burgh, waar het zijn intrek nam in
,,'t Wapen van Burgh", na het diner
worden dia's over Schouwens-Westhoek
vertoond.
Donderdag werden onder meer bezoeken
gebracht aan de uitkijktoren van Haam
stede, Zierikzee, waar burgemeester mr.
F. Th. Dijckmeester de informatrices en
informateurs heeft ontvangen, de Ooster-
terscheldebrug en Goes, waar eveneens
een ontvangst in het stadhuis volgde.
Vrijdag trok de groep door Zeeuwsch-
Vlaanderen met bezoeken aan Hulst, Axel
Breskens en door Walcheren met bezoe
ken aan Westkapelle en Vlissingen.
Het gemeentebestuur van Axel ontving
de VVV-groep vrijdagmiddag op het
stadhuis, waar de verschillende toeristi
sche gegevens van Axel en omstreken
werden besproken. In de namiddag werd
het gezelschap een maaltijd aangeboden
in restaurant Zomerlust te Axel.
Zaterdag worden voor het vertrek nog
de schouwburg en het stadhuis in Mid
delburg bezichtigd.
Frankering bij abonnement
ZATERDAG 6 FEBRUARI 1965
79e Jaargang No.19
AXELSE COURANT
ABONNEMENTSPRIJSLosse nummers 10 cent.
Kwartaal - abonnement
Axel binnen de kom 1,25. Andere plaatsen 1,75,
Buitenland 2,
ADVERTENTIEPRIJS: 10 cent per m.m.
Bij kontrakten belangrijke reduktie.
Ingezonden Mededelingen 30 cent per m.m.
Kleine Advertentiën 1-5 regels ƒ1,
iedere regel meer 12 cent extra.