INSTALLATIE ALGEMEEN BESTUUR WATERSCHAP AXELER AMBACHT DE GULLE HAND VAN DE AARDE Frankering bij abonnement, AXEL ZATERDAG 16 JANUARI 1965 79e Jaargang No. 16 NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN VERSCHIJNT IEDERE ZATERDAG Hoofdredaktie J. C. VINK. Redaktie en AdministratieAxel, Markt 12, tel. 0 1155- 646, postbus 16 Drukker - Uitgeefster FIRMA J. C. VINK van het Dinsdag, 12 januari j.l. werd in Het Centrum te Axel de installatie verricht van het Algemeen Bestuur van het Waterschap „Axeler Ambacht". Gedeputeerde J. M. A. C. van Dongen installeerde de leden, bij afwezigheid van de commissaris der Koningin. De plechtigheden werden bijgewoond door de waarnemend commissaris der Koningin mr. dr. A. Mes, de burgemeesters van de omliggende gemeenten, ir. J. Zuurdeeg, hoofdingenieur-directeur van Rijkswaterstaat in Zeeland en door vertegenwoordigers van provinciale waterstaat, de cultuurtechnische dienst en standsorganisaties. Wegens ziekte kon de commissaris der Koningin jhr. mr. A. F. C. de Casembroot de installatie niet verrichten, hem werd door Het Waterschap een telegram gestuurd. De dijkgraaf, de heer P. van Hoeve, sprak de openingsrede uit, en verwelkomde de func tionarissen en genodigden. 'N bijzonder woord van welkom richtte hij tot waarnemend com missaris der Koningin Mr. Dr. A. J. J. M. Mes en het G.S.-lid J. M. A. C. van Dongen. Hij dankte burgemeester M. K. van Dijke, die voor de voorvergaderingen de raadszaal beschikbaar had gesteld. Wegens werkzaam heden op het stadhuis kon ditmaal de ver gadering niet op de raadszaal plaats vinden. Verder verwelkomde de heer Van Hoeve de afgevaardigden van andere waterschappen, alsmede de voorzitter van de Zeeuwsche Pol- der- en Waterschapsbond, de heer P. J. J. Dekker. Na deze openingsrede legden de Hoofdinge landen de zuiverings- en ambtseed af, waar na de heer Van Dongen werd verzocht de installatie te verrichten. Hij zei het zeer te betreuren, dat de commis saris niet aanwezig kon zijn, temeer daar hij zijn hart heeft verpand aan het polder- en waterschapswezen in de provincie. „Met het afsluiten van 1964 waren de 'be staande polders en waterschappen aan het einde van hun bestaan" aldus de heer van Dongen, „een groot geconcentreerd water schap kwam hiervoor in de plaats. Velen zal dit pijn hebben gedaan veel werk werd ver richt en in moeilijke dagen was men in de waterkerende polders op zijn post. We zien terug op veel arbeid aan de waterloop en de wegen dit alles is nu ten einde. Ik spreek echter de wens uit, dat velen hun kennis en ervaring in 'het nieuwe waterschap naar voren zullen brengen. Het bestuur van bet nieuwe waterschap wacht een mooie, maar zware taak, het wordt een gelegenheid geboden een geheel nieuw appa raat van de grond af op te bouwen." De gedeputeerde stelde hoge verwachtingen in het geïnstalleerde waterschap dat zoals hij zei een belangrijk stuk historie afsluit en een nieuwe periode tegemoet gaat. Als begintaken zag de heer Van Dongen onder meer de verbeteringen en verhoging van de zeeweringen tot op Deltahoogte. De verbete ring van de waterbeheersing en het wegennet. Bovendien zal het bestuur te maken krijgen met de vervuiling van het polderwater door de industriële ontwikkeling van de Kanaal- zóne en de ruilverkaveling in Canisvliet en in het zuidelijk deel van het waterschap. De heer van Dongen pleitte voor een goede samenwerking met de Zeeuwsch Vlaamse Waterleidingmaatschappij en voor de moge lijkheid om het Belgische water, dat van goede kwaliteit is op te vangen in spaarbekkens. Bij de geschotsheffing zal een classificatie naar grondkwaliteit, die zuidelijker minder is, nodig zijn. Als grootste probleem bij de start van nieuwe waterschappen zag hij de opbouw van het bestuurapparaat. Hij noemde het echter een groot voordeel, dat in het gehele gebied zowel alle calamiteuze polders als het Nederlandse gedeelte van de internationale polder onder één reglement zijn geplaatst. De heer Mes betrok in de dankbetuiging aan de werkers van het eerste uur ook de heer Van Dongen. Hij deelde nog mee, dat in Zeeland de concentratie zich heeft ontwikkeld van 332 naar tien waterschappen. Dijkgraaf P. van Hoeve van Axeler Ambacht memoreerde de geschiedenis sinds de dertien de eeuw van het vroegere waterschap. Hij noemde de toekomst van het waterschap af hankelijk van het inzicht en de werkwijze van het eigen bestuur en zei, dat in een dergelijke organisatie de schotplichtige direkt betrokken is bij de besteding van het geld. De heer Van Hoeve stelde de vraag of de vorm van self-supporting in een waterschap gehandhaafd kan blijven. Omdat Axeler Am bacht nog niet over financiën beschikt werd het dagelijks bestuur gemachtigd bij drie ban ken een lening in rekening-courant van to taal 450.000, - aan te gaan. De dijkgraaf deelde mee, dat de Amrobank in Axel geen interesse toonde voor een le ning. Burgemeester M. K. van Dijke van Axel noemde de voortvarendheid die betracht is bij de concentratie van polders, het voorbeeld voor de gemeentelijke herindelingen. Hij toonde zich dankbaar dat zijn gemeente de hoofdzetel van het waterschap is en sprak de verwachting uit dat Axeler Ambacht be langrijk kan bijdragen tot een verbetering van de infra-structuur. De voorzitter van de Zeeuwse Polder- en Waterschapbond de heer P. J. J. Dekker sprak zijn vreugde uit over de tot standkoming van deze concentratie. „Er zal voor dit mooie maar moeilijke werk een goede samenwerking nodig zijn. De besturen van opgegeven pol ders zullen in deze een steun kunnen zijn", aldus de heer Dekker. „Wij wensen U veel sukses toe en U kunt op onze steun rekenen." De dijkgraaf bracht dank aan de woordvoer ders en aan hen die hadden meegewerkt aan de tot standkoming van het „Axeler Am bacht". Met een staande toast op het nieuwe Water schap werd deze installatie-vergadering ge sloten. Gelukkig met gas, De reusachtige gasbel van Slochteren is de kroon geweest op jarenlang moeizaam af tasten van de Nederlandse bodem. De vondst van de eerste olie in de twintiger jaren was een goede aanwijzing voor de mogelijk heid, dat er heel wat meer in de schoot van de aarde verborgen kon zijn. De zee, die zich een honderd miljoen jaren geleden over dit deel van Europa uitstrekte, kon wel eens voor meer verrassingen hebben gezorgd. Vooral na de oorlog is er veel werk verricht om de mogelijkheden hiervan na te gaan. Gemakkelijk is het zoeken naar olie en gas niet. De lagen, waarin zij zijn gevormd, zijn in de loop der eeuwen door aardverschuivin gen en bewegingen in het aardoppervlak van plaats veranderd. Delen braken af en ver plaatsten zich naar boven, verscholen zich tussen andere lagen en maakten het werk van de geologen tot een minutieus napluizen van een gigantische zoekplaat. Nederland is nu van Groningen tot Maas tricht nageplozen. De voornaamste hulpwerk tuigen hierbij waren het seismologisch en het gravimetrisch onderzoek. Bij het seismolo gisch onderzoek vergelijkt men de tijd, die het geluid van een ondergrondse ontploffing no dig heeft om door bepaalde steenlagen te dringen. Bij het gravimetrisCh onderzoek speurt men naar minieme verschillen in de zwaartekracht, welke worden veroorzaakt door afwijkende situaties in de gesteentelagen. Der gelijke onderzoekingen kosten duizenden gul dens per kilometer. Daar komt dan als laatste hulpmiddel de boring bij. Voor elke boring kan men rustig een paar miljoen uittrekken. Het onderzoek wees uit, dat vooral in het Noorden rond Groningen, in het Noord- Oosten in de buurt van de concessie Schoone- beek, en in het Westen de omstandigheden heel gunstig waren. In 1951 vond men de eerste sporen gas in Groningen. Het was nog niet om direkt over te gaan juichen, maar vol doende om de boringen met enig enthousias me voort te zetten. Zo langzamerhand zijn wij nu in Nederland in het stadium gekomen van het gekibbel over wat er nu eigenlijk aanwe zig is. De NAM is heel voorzichtig met 'haar schattingen (waarbij zij overigens niet afwijkt van hetgeen bij de andere grote maatschap pijen gebruikelijk is). Voor Groningen is of ficiéél 1100 miljard kubieke meter gas opge geven. Daarmee is dit nog altijd het grootste gasveld van Europa en misschien zelfs van de wereld. Overigens moet, dit tussen haakjes, wel even worden verteld, dat het aardgas van Slochte ren toch weer een andere herkomst heeft dan de olie, die in Nederland wordt aangeboord. Het gas is namelijk gevonden in lagen, welke zo'n 250 miljoen jaren oud zijn. Nederland is gelukkig met het gas. Het heeft een enorme economische betekenis. Het is maar hoeveel welhaast onvermijdelijk, dat er dus prompt ruzie over ontstaat. Over de opgegeven hoe veelheid in de bel van Slochteren kan men het maar niet eens worden. In de loop van de afgelopen jaren lijkt er ook wel aardig mee te zijn gespeeld. Eerst was het „Och, er zitten een paar miljard kubieke meters". Toen werden het „enkele tientallen miljarden", la ter „Enkele honderdtallen miljarden" en nu is men uiteindelijk terechtgekomen bij meer dan duizend miljard. Geen wonder, dat men maar al te gemakkelijk zegt „Het zal wel meer worden." Die mogelijkheid is overigens ook best aan wezig. Directeur Brongaers van de NAM sluit dat ook helemaal niet uit. Maar, zo zegt hij, het zal echt niet zo sensationeel kunnen zijn. Hij heeft er een aannemelijke verklaring voor. Bij het bepalen van de hoeveelheid gas moet men gebruik maken van een groot aantal ge gevens, zoals druk, temperatuur, poreusheid en omvang in en van de laag, waarin het gas voorkomt. De „bel van Slochteren" is een wat misleidende naam. Er is geen sprake van, dat daar, op drie kilometer onder de oppervlakte, een enorme gasbel voorkomt. Het gas is op geborgen in de uiterst kleine poriën tussen de gesteentelagen. Wie zo'n steenmonster ziet, dat bij Slochteren naar boven is gekomen, kan vrijwel niet geloven, dat in dat brok „marmer", dat hem wordt voorgehouden, nog ruimte voor gas zou zijn. Het lijkt een stevig stuk samengeperst steen. Toch zitten in deze gesteenten lagen met gas, olie en water in deze van boven af geziene volgorde. Een van de belangrijkste gegevens voor de „reserve-ingenieurs" van de NAM (of welke maatschappij dan ook) is de plaats van het water. Het water volgt direkt onder het gas en/of de olie. Het is, heel simplistisch gezien, als met een litervat, dat men vult met olie en water. De olie drijft boven. Heeft men een maal aan de stand van het water ontdekt hoe dik die laag olie is, dan weet men ook wel hoeveel olie er in het blik zit. Die waterlaag ontdekte men pas anderhalf jaar geleden bij een boring in het Groningse Bierum. Na de daarop volgende herziene berekeningen volg de het getal van elfhonderd miljard. Zeg niet, dat de NAM er geen idee van had, dat het wel eens zoveel zou kunnen worden. Natuurlijk had men dat, maar het is niet be paald zakelijk om zijn vermoedens de wijde wereld in te sturen. Afnemers vragen om be wijzen. Zij willen zeker weten, dat zij wat zij bestellen ook werkelijk zullen ontvangen. De olie- en aardgasindustrie werkt dan ook met „bewezen", „waarschijnlijke" en „mogelijke" reserves. De NAM maakt alleen de bewezen reserves bekend, de andere gegevens (met een statische mogelijkheid, dat zij er ook werke lijk zijn van 50 tot 25 procent) zijn wel aan de regering gegeven, maar niet aan de open baarheid prijsgegeven. In Duitsland wordt beweerd, dat de aardgas voorraad bij Slochteren wel eens 4000 miljard kubieke meter kan zijn, viermaal zoveel dus als officieel bekend is gemaakt. Het antwoord van de NAM (en van minister Andriessen van economische zaken) is „Onzin". Langs de Scheldestromen Duits schip op drift voor Terneuzen. Het Duitse zeeschip „Yildum" is woensdag avond om half twaalf in de Put van Terneuzen van zijn ankers geslagen en op drift geraakt. Het 5431 bruto register ton metende schip kwam van zee en was op weg naar Antwer pen. De sleepboot „Holland" uit Terneuzen was snel ter plaatse en bracht het schip de „Yildum" naar een rustiger plaats in de Put van Terneuzen. De „Yildum" was vanwege het slechte weer in de Put van Terneuzen voor anker gegaan. In 1964 2100 woningen gereed in Zeeland. In Zeeland zijn in 1964 2100 nieuwe wonin gen gereedgekomen, hetgeen bijna 750 méér is dan het jaar daarvoor. In 1963 kwamen namelijk 1.357 huizen klaar in deze pro vincie. Het gemiddelde van de jaren 1958 tot en met 1962 was 1.743 woningen. Dit heeft minister Bogaers van volkshuisvesting en bouwnijverheid woensdag in Den Haag meegedeeld, toen hij aan de hand van voor lopige gegevens van het C.B.S. mededelingen deed over de woningbouw in 1964 in ons land. Provinciale expositie Postzegels Het rayon Zeeland van de int. ver. „Phila- telica", waarin de in de provincie gevestigde afdelingen, te weten die te Bruinisse, Goes, Middelburg, Oostburg, Terneuzen, Vlissin- gen en Zierikzee zijn vertegenwoordigd, houdt op zaterdag 27 en zondag 28 maart te Oost burg een provinciale tentoonstelling van post zegels en poststukken. De tentoonstelling waarvoor nu reeds talrijke aanmeldingen zijn ontvangen, wordt gehouden in de burgerzaal van het stadhuis te Oostburg. De inzender, die het hoogste aantal punten behaalt, dit ter beoordeling van een jury van drie bekende filatelisten in den lande, wordt winnaar van de fraaie wisselbeker, welke verleden jaar beschikbaar werd gesteld door de Provinciale Zeeuwse Courant. Voorts kan de jury een aantal gouden, zilveren en bron zen medailles toewijzen. Verschillende be drijven, instellingen en personen stelden bo vendien reeds mooie prijzen in het vooruit zicht. Met het oog op de zeer grote belang stelling voor deze tentoonstelling heeft de tentoonstellingscommissie besloten dat na 1 februari a.s. geen aanmeldingen meer kun nen worden ingeschreven. Ter bestrijding van de hoge kosten wordt een verloting gehouden met een groot aantal luxe en filatelistische prijzen. Het secretariaat van de tentoonstellingscom missie is in handen van de heer H. P. C. van Melle. Schepen hadden moeilijkheden op Westerschelde. Zondagmiddag voer het 300 ton metende m.s. „Beva II" geladen met buldozers van Rotterdam op weg naar Antwerpen, de haven van Hansweert uit. Op de Westerschelde ge komen, brak het roer, waarop het vaartuig stuurloos ronddreef in het druk door zeesche pen bevaren vaarwater. Het trachtte voor anker te gaan, doch vanwege de diepte hield het anker niet. Het schip gaf met de signaal hoorn noodseinen. De sleepboten „Tijgerhaai" en „Inktvis" voeren van Hansweert uit en maakten verbinding met de „Beva 2", die naar de haven van Hansweert werd gesleept voor reparatie. Op de Westerschelde, ter hoogte van Wals oorden, geraakte het 1500 ton metende Franse sleepschip „Bretagne", gesleept door de Bel gische sleepboot „E. H. 38" in moeilijkheden. In het stormweer brak de sleepdraad en de „Bretagne" geraakte op drift en kwam in de route van de zeescheepvaart. Vanaf de „Bre tagne" werd een anker gepresenteerd, doch anker en ketting werden verspeeld. Later wist de „E.H. 38" weer verbinding met het vaartuig te maken en bracht het schip te Hansweert binnen. AXELSE COURANT ABONNEMENTSPRIJS: Losse nummers 10 cent Kwartaal - abonnement Axel binnen de kom 1,25. Andere plaatsen 1,75, Buitenland 2, ADVERTENTIEPRIJS: 10 cent per m.m. Bi] kontrakten belangrijke reduktie. Ingezonden Mededelingen 30 cent per m.m. Kleine Advertentiën 1 - 5 regels 1, iedere regel meer 12 cent extra. (Nadruk verboden)

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1965 | | pagina 1