van het kanaal Gent-Terneuzen
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN verschijnt
Hoofdrcdaktie J. C. VINK.
Redaktie en Administratie: Axel, Markt 12, tel. 0 1155-646, postbus 16
n Drukker - Uitgeefster FIRMA J. C. VINK
DE ECONOMISCHE FUNCTIE
historie en perspectief
de oudste verbindingen
Gent - Terneuzen 1827
Goederenvervoer kanaal Terneuzen - Gent in 1960 in tonnen
infrastructuur
Frankering bij abonnement, AXEL
ZATERDAG 16 FEBRUARI 1963
77e Jaargang No. 20
lent, aAu,
AXELSE COURANT
IEDERE ZATERDAG
ABONNEMENTSPRIJSLos* nummers 10 cent
Kwartaal - abonnement
Axel binnen de kom 1,25. Andere plaatsen 1,75,
Buitenland 2.
ADVERTENTIEPRIJS: 10 cent per
Bl] kontrakten belangrijke reduktle.
Ingezonden Mededelingen 30 cent per
Kleine Advertentiên 1-5 regels f Ie— e
tedere regel meer 12 cent extra.
In „Spaarcommentaar" het voorlichtingsblad
van de Rijkspostspaarbank troffen wij een bijzonder
interessant artikel aan over het Kanaal van Gent
van de hand van de directeur van het E.T.I. in
Zeeland, drs. M. C. Verburg. Wij laten het hier
onder onverkort volgen
De geschiedenis van de verbinding van Gent
naar de Westerschelde gaat terug tot de oorsprong
van deze stad. Midden in de negende eeuw is er
sprake van een „portus", een nederzetting met
binnenhaven voor handel en nijverheid, gebouwd
bij de abdijen van St. Baafs en St. Pieter die in
de zevende eeuw aan de samenvloeiing van Schel
de en Lei waren gesticht. Zij lag gunstig voor de
handel op het Rijnland, op Engeland en op noord
west Frankrijk. Als zij in de dertiende eeuw door
Brugge commercieel wordt overvleugeld, weet zij
als industriestad een wijde vlucht te nemen.
In oude kronieken komen wij het verhaal tegen
dat er in de tiende eeuw een natuurlijk water liep
van Overslag via Axel naar de Honte vanuit
Gent leidde een gegraven moervaart tot Overslag,
waar de goederen zouden zijn overgeslagen. Ont
daan van de gebruikelijke legendarische aankleding
is er evidente dat de kreken in de Zeeuws-Vlaamse
schorren, die in de volgende eeuwen zijn ingepol
derd, geschikt waren voor zolderschuiten en zout-
scheepjes. Door de toenemende bloei van Brugge
kreeg Gent behoefte aan een verbinding met het
Zwin en in 1262 kwam de Lieve geschikt voor
boten van nog niet een meter diep tot stand
zij kwam in de vijftiende eeuw in onbruik. De
rivier de Schelde bleef voor Gent de belangrijkste
vaarweg, die echter militair door Antwerpen werd
beheerst. In 1549 werd de Sasse vaart in gebruik
genomen, de voorganger van het huidige kanaal.
Gent zocht daarmee naar een nieuwe injectie,
omdat de lakennijverheid tot verval was gekomen.
Het kreeg zo een korte verbinding met de bloeien
de Zeeuwse steden aan de Westerschelde. De zee
schepen voeren de Braakman op, die in 1375 en
1376 een enorme uitbreiding had ondergaan. Sedert
1562 zorgde een zeesluis voor de verbinding met
het binnenwater. Hier ontstond Sas van Gent. In
1648 wordt bij de vrede van Munster ook het
„kanaal van Sas" gesloten. Na 1650 begint het
ernstig te verzanden. Gent krijgt nu een beperktere
economische functie, die van in- en uitvoer voor
de Oostenrijkse Nederlanden. Dat verkeer voltrekt
zich via de in 1622 verdiepte Brugse vaart, die
door middel van een traject over land met de
Oostendse vaart is verbonden. Pas in 1753 worden
beide vaarten direct verbonden.
De vereniging van de zuidelijke en noordelijke
Nederlanden in 1815 is voor Gent zeer gunstig.
De nijverheid bloeit op en de Sasse vaart wordt
verdiept, verbreed en doorgetrokken naar Terneu
zen. Het is Koning Willem I die zich hiervoor zeer
heeft ingespannen. In 1827 wordt het Kanaal
GentTerneuzen geopend, 4,40 m diep en 25 m
breed en het uitgangspunt voor het huidige en toe
komstige kanaal. In 1879 en 1894 zijn er conven
ties gesloten ter vergroting van het kanaal. In
1910 kreeg het zijn huidige vorm met een diepte
van 8,75 m. De toekomstige diepte wordt YlVi m,
waarmee de capaciteit geschikt wordt voor zee
schepen van 50.000 ton d.w., in plaats van minder
dan 10.000 ton d.w. Het kleine dok dat Gent in
1829 inrichtte, is het begin geweest van de grote
havenuitrusting. Zeeuwsch-Vlaanderen heeft zijn
belangen dus meestal economisch evenwijdig zien
lopen aan die van Gent, een verschijnsel dat bij de
aan de gang zijnde werken ook in het oog springt.
Dit betekent niet dat het profijt vóór 1827 erg
groot is geweest. Aanvankelijk heeft alleen Axel
een zekere rol gespeeld, daarin overigens klein ge
houden door het soevereine Gent. Zijn functie was
niet veel meer dan een regionale en na 1450 nog
beperkter. Ook Sas van Gent, op een belangrijk
punt van overslag gelegen, werd in zijn ontwikke
ling belemmerd door een ordonnantie op de stapel
van Karei V in 1551. De opkomst van Terneuzen
valt na 1827, als het kanaal naar Gent in gebruik
komt. In 1815 telt het nog geen 1400 inwoners.
De bloei zette eerst goed in toen Terneuzen in 1869
met Mechelen en in 1871 met Gent door een spoor
weg was verbonden en aansluiting kreeg aan het
Europese net.
de haven
De haven van Terneuzen werd een belangrijke
op- en overslaghaven toen in 1874 de speciale
spoorwegtarieven die voor de Belgische zeehavens
golden, op haar werden toegepast. Deze kwamen
in 1914 te vervallen en zijn sedertdien niet meer
ingevoerd. De Belgische zeehavens en met name
Gent zijn hierdoor kunstmatig bevoorrecht. De
vaste lijndienst van Terneuzen op Londen kon
zich niet herstellen en de haven ging zich meer
toeleggen op het veembedrijf. Van bijzonder grote
betekenis voor het achterland is de haven van
Terneuzen nooit geweest. In 1960 passeerden 52.323
binnenschepen en sleepboten met een laadvermogen
van 19,4 min ton de sluizen van Terneuzen. 5.135
zeeschepen met een inhoud van 6,45 min. BRT wer
den geschut. Ongeveer 17% van de binnensche
pen en 22% van de zeeschepen onderhield relatie
met havens op het Nederlandse gedeelte van het
kanaal. De overige schepen 'waren voor Gent en
achterland bestemd. Het Nederlandse aandeel
wordt voornamelijk bepaald door de overslag ten
behoeve van de industrieën. Het goederenvervoer
over het gehele kanaal had in 1960 de volgende
samenstelling
richting zuid
941.057
412.494
415.254
2.500.309
106.193
2.792.540
109.403
totaal
1.459.965
1 061.012
1.279.879
3.491.946
247.625
3.036.895
163.172
7.277.250
10.740.494
richting noord
Agrarische produkten en levens- en genotmiddelen 518.908
Meststoffen648.518
Ertsen, metalen en metaalwaren864.625
Bouwmaterialen991.637
Grondstoffen en industriële produkten141.432
Vaste en vloeibare brandstoffen244,355
Overige goederen53.769
Totaal 3.463.244
de industrie aandacht trekken. Ten westen van Axel is grond
gereserveerd voor een chemisch bedrijf van het
Voor de streek van groter belang waren de in- «Iontecatini_concern. Daarnaast hebben zich enige
dus trievestigingen langs het kanaal. In de eigen- d en hun vestigingsplan.
lljke kanaalindustrieen werken 4150 arbejders. jn de ontwikkeUngskern
Het betreft de volgende bedrijven, met er achter
chu" r: T Meel^ab:iek W«r deze fabrieken in bedrijf zijn gekomen
O92-, Su;kfieQrQfabi;ekf }&7l CZT Su! mag men voor de eerste fase het tewerkgestelde
fabriek - 1899. Glasfabriek - 1904 met er aan toe- arbeidskracht£n zeker stellen op 2000. De
gevoegd een Superfosfaatfabnek - 1920. Cokes- de industrialisatie van de Zeeuws-
fabriek - 1911. Stijfsel-_en glucose abnek .1912. v|aamse kanaalzone vond globaai plaats tussen
Scheepswerf - 1924. Stikstofbednjf - 1929. De 1900_1930 Behoudens enige belangrijke uitbrei-
grootste bedrijven worden overwegend door bui- dg betrokken bedrijven is er tussen
tenlanders gefinancierd. De Glasfabriek is een mQ 1%Q nauwelijks
van een verdere industrie-
Franse onderneming van het concern Saint-Gobain. Qntwikkeli sprake geweest. In I960 is er sprake
De Cokesfabriek is een coöperatie, opgericht door tweede fas£ Nu
met name de industrie
een groep Franse staalbedrijven. De vestigings- ontwikke)i in het Gentse een vlucht neemt mo-
plaats te Sluiskil werd gekozen omdat deze gunstig Qok Zeeuwsch.V!aanderen rekenen op
gelegen was tussen de kolenbekkens en de staal- bIijvende j met aIlerlej secundaire
producenten. Het Stikstofbedrijf is onderdeel van effeCten
het Italiaanse Montecatini-concern het verwerkt
de gassen van de cokes-ovens. De Stijfsel- en het belgische achterland
Glucosefabriek is voornamelijk een Belgisch-Ame- Langs het Beigische gedeelte van het kanaal is
kaanse combinatie. Het spreekt vanzelf dat in het f jar£n ££n sterke expansie gaande,
gebied van Gent de industrialisatie veel verder is Dg Economische Raad voor Qost-Vlaanderen
voortgeschreden. In 1960 stelden de industrieën in (EROV) - een soortgelijk orgaan als de Eco-
het arrondissement Gent ruim 63.100 mensen te Technoiogische Instituten, de E.T.I.'s, in
werk, waarvan ruim 24.200 in de inkrimpende Nedefland constateerde 18 belangrijke uitbrei-
textielbranche, 7.900 in de machinenijverheid, 5.100 d. waarbij bijna nQ0 werknemers 2ijn betrok-
in de kledingnijverheid, 4./00 in de chemie en g njeuwe vestigingen met ruim 900 werkne-
3.300 in de voedingsmiddelenindustrie. Men merkt en g nieuwe projecten met over enige jaren
op dat deze compositie voor een zeehaven met bij- ruim g80() werknemers. De groei manifesteert zich
zonder gunstig is en dat is ook wel de belangrijkste vooraI jn de m£taal_ £n chemische branche met
reden waarom Gent zo heeft aangedrongen op een aanverwante gr0eperingcn. Wij noemen van de
groter kanaal. Sedert 1937 is de tewerkstelling met nieuwe projecten de Sidmar, geïntegreerd ijzer- en
slechts 9% toegenomen, die in het arrondissement staa,bedrijf dat werk 2al gaan bieden aan 5500
Antwerpen met 56%, Brussel met 31%, Luik met W£rknemers Verder john Manville Corporation,
36% en Charleroi met 39%. Het arrondissement ducent£ van vuurvaste bouwmaterialen in asbest
Gent telt rond 460.000 inwoners het groeide ten keramiek 2000 werknemers Bowater -
opzichte van 1900 met 20%. Philips, fabrikante van verpakkingsmateriaal in
De Zeeuws-Vlaamse kanaalzone telt momenteel golfkarton 500 werknemersBell Telephone,
33.500 inwoners en had een groei van 80%. De producente van telefoondraden en -kabels voor net-
vergelijkbare proeipercentages voor Nederland en ten en centrales 330 werknemers, Société chimi-
België waren achtereenvolgens 124 en 37%. gue des dérivés du titane, producente van titaan-
het belang van Gent dioxyde, anataas en rutiel - 245 werknemers.
Wij bespraken hiervoor de noodzaak tot ver- Bovendien wordt een aanzienlijke uitbreiding van
groting van het kanaal en de sluizen. De capaciteit de activiteit in de petroleumsector verwacht,
van 10.000 ton d.w. was vooral na de laatste we- Ook het directe achterland is van betekenis. De
reldoorlog zeer beperkt. Omstreeks 1968 zal zij E.R.O.V. heeft voor de gehele provincie Oost-
50.000 ton bedragen, dat is het vermogen van het Vlaanderen in de laatste vijf jaren een 80 tal uit-
Noordzee-kanaal. Alleen de weinige zeeschepen breidingen vastgesteld, waarin ruim 5900 werk-
van het allergrootste type zullen het kanaal niet nemers een plaats vonden. Bijna 40 bedrijven heb-
kunnen bevaren. Aan de overeenkomst tussen Bel- ben zich nieuw gevestigd, met ruim 2900 werk-
gië en Nederland zijn lange onderhandelingen nemers. In een 20-tal geprojecteerde bedrijven zul-
vooraf gegaan. Over het régieme op de Wester- len binnen enige jaren 6300 met inbegrip van
schelde en de overige tussenwateren bestaat al Sidmar 11.800 werknemers geplaatst wor en.
eeuwen onenigheid tussen beide landen. Na de Van 1956 tot en met 1961 is de totale expansie
laatste oorlog was het vraagstuk van de kanaal- van arbeidsplaatsen uit dezen hoofde te stellen op
vergroting door België, ten behoeve van Antwer- 8800. Voor de komende jaren ligt het groeitempo
pen, gekoppeld aan de aanleg van een nieuwe dus veel hoger. Deze ontwikkeling, die zich be-
Schelde-Rijnverbinding en aan de opheffing van halve in het Gentse vooral afspeelt in plaatsen als
de stop van Ternaaien tussen het Albert- en het St. Niklaas, Lokeren en Ninove, is uiteraard voor
Julianakanaal. De problemen van Gent, Antwerpen de ontwikkeling van het hele kanaal van grote
en Luik waren zo aan elkaar geketend. Pas na de betekenis.
ontkoppeling kon vrijelijk met Nederland over de
toegang tot Gent worden gesproken. Men vergete achterland in rankrijk
niet dat Antwerpen geregeld slechts door schepen Ee Eranse departementen Nord en Pas de Calais
van 32.000 ton kan worden bereikt. Met het behoren tot het directe achterland. De afstand van
kanaal zijn in de eerste plaats de belangen van Terneuzen tot Lille over de weg bedraagt 110 kilo-
Gent gediend, maar het is duidelijk dat ook meter> de afstand Duinkerken-Lille is 80 kilometer,
Zeeuwsch-Vlaanderen van de expansie-mogelijk- di£ tussen Lille en Le Havre ruim 300 kilometer,
heden sterk zal profiteren. Ee CERES het Comité d'Etudes Régionales
nieuwe vestigingen Economiques et Sodales van de twee departemen-
Na het sluiten van het accoord over het kanaal ten, dus het E.T.I. van eze stree verse a
tussen België en Nederland is de belangstelling over dit achterland belangwekkende Q^e^Het
voor vestigingen sterk toegenomen. Kennelijk is de inwonetal is ongeveer 3,4 miljoen. Hetpantel werk-
geringe expansie van de bedrijvigheid tot voor nemers beloopt 747.000, waarvan 201 000'.n de
kort toe te schrijven aan de te beperkte nautische textielnijverheid, 49.000 in de metaalnijverheid en
mogelijkheden van het kanaal. Ook in dit opzicht 131.000 inde kolenwinmng en -verwerking. Van
trekt Gent het meeste profijt, door de aanwezigheid deze 747.000 werkt 3 in e agg omira
van een omvangrijke havenuitrusting en van een Roubaix—Tourcoing en in e y
veelzijdige service-bedrijvigheid. waarvan het centrum 25 kilometer ten zuiden van
Langs het Nederlandse gedeelte van het kanaal Lille ligt. De haven van uin er en
zijn het in de eerste plaats een fabriek van Philips Franse beleid bestemd als toegangspoort voor de
- deze behoort tot de lichtgroep en is in de strikte expansie in dit gebied. Er wordt een hoogoven en
zin qeen kanaalindustrie - en de chemische fabriek staalfabriek gebouwd met een produktie van 1,4
van Dow Chemical, beiden in Terneuzen, die de miljoen ton in 1965 en ook de petroleumindustrie
zal er een vlucht nemen. Ook ten aanzien van het
vervoer van en naar Valenciennes en Lotharingen
is aan Duinkerken een taak toebedacht. Deze ha
venstad krijgt in de toekomst een 1.350 ton kanaal
verbinding naar het binnenland, waarin ten gevolge
van het relief echter een groot aantal sluizen zal
worden opgenomen.
Oost-Vlaanderen en noordwest Frankrijk verte
genwoordigen belangrijke expansiegebieden. Noord
west Frankrijk telt 3,4 miljoen inwoners zijn ar
beidsmarkt geeft tussen 1960 en 1970 een accres
te zien van 130.000, geheel door de groei van de
groep die 15 tot en met 24 jaar oud is. Oost-
Vlaanderen heeft bijna 1,3 miljoen inwoners en
een maximaal verwacht accres aan werkgelegen
heid op basis van prognoses voor het arron
dissement Gent van wellicht 25 a 30.000.
Voor de industrie-ontwikkeling van de Zeeuws-
Vlaamse kanaalzone is de verbetering van de in
frastructuur van essentieel belang. Hiermee bedoe
len wij het geschikt maken van de industrieterrei
nen in de breedste zin en de ontsluiting van het
achterland. Deze ontsluiting geldt in de eerste
plaats Zeeuwsch-Vlaanderen zelf en daarnaast de
verbinding met het hiervoor beschreven achter
land.
Daar Zeeland probleemgebied is en Terneuzen
ontwikkelingskern stelt de regering omvangrijke
fondsen beschikbaar voor de infrastructuur. De uit
voering van de kanaalwerken op Nederlands grond
gebied kost ongeveer 140 miljoen, waarvan Ne
derland 20% betaalt. De gedachte is dat het Ne
derlandse aandeel eerst goed voor ons land ren
dabel wordt gemaakt wanneer aanvullende en rela
tief goedkope infrastructurele werken worden uit
gevoerd.
De belangrijkste openbare werken in de kanaal
zone waarvoor gelden ter beschikking zijn gesteld
zijn de aanleg van een spaarbekken en de voorge
nomen aanleg van een afvalwaterleiding van Sas
van Gent via Sluiskil en Terneuzen naar de Wes
terschelde.
Enige jaren geleden is de zoetwatervoorziening
van Zeeuwsch-Vlaanderen vastgelopen op de li
miet van het waterwingebied in Sint-Jansteen, die
3,2 miljoen m3 per jaar bedraagt. Vanuit België
werd na 1958 0,9 miljoen m3 gesuppleerd, tegen
de zeer hoge prijs van 52 cent per m3. De suppletie
was slechts tijdelijk en bovendien werd het toe
komstig waterverbruik in Zeeuwsch-Vlaanderen
veel hoger geschat, namelijk 7 miljoen m3 in 1975.
Deze prognoses dateren van voor de vestigings
plannen van enkele grote chemische bedrijven. In
1960 is de Waterleiding Maatschappij Zeeuwsch-
Vlaanderen met het spectaculaire project van een
spaarbekken gekomen, dat ten zuidwesten van Ter
neuzen wordt aangelegd. De fasen waarin dit pro
ject is ontworpen worden thans met overheids
steun versneld uitgevoerd. In het bekken wordt het
Belgische oppervlakte-water opgevangen, afkomstig
van een landbouwgebied van 12.000 ha. Dit be
tekende aanpassing van de watergangen, de bouw
van een opvangwerk met pompgemaal, de aanleg
van een aanvoerleiding naar het spaarbekken en
van zuiveringswerken en pompstations. Momenteel
wordt het ingericht voor een jaarcapaciteit van
2,4 miljoen m3.
De afvalwaterleiding is bestemd ter vervanging
van de lozing van vervuild water op het kanaal
en van die op de open zogenaamde westelijke
rijkswaterleiding. Het gaat vooral om het indus
triële afvalwater en het rioolwater van de kanaal
gemeenten. Er is een gesloten vrij-verhangleiding
met enkele gemaaltjes ontworpen, die vanaf Sas
van Gent ten westen van het kanaal loopt, bij
Sluiskil door middel van een zinker met persbuizen
het kanaal kruist en aan de oostzijde van het ka
naal ten oosten van Terneuzen in de Westerschelde
uitloopt. De kosten hiervan bedragen ruim 10
miljoen, waarvan een klein deel tezamen met de
exploitatiekosten gedekt moet worden door de in
dustrieën en de gemeenten. De overige kosten wor
den door het Rijk gedragen. De gemeenten ont
vangen nog een extra-bijdrage per inwoner uit het
gemeentefonds.
Met dit werk, waarvoor een rechtspersoonlijk
heid bezittend lichaam is opgericht, wordt een voor
beeld gesteld voor de algemene bestrijding van de
verontreiniging van openbare wateren, waaraan in
ons land zo grote behoefte bestaat.
Andere infrastructuurwerken die zijn uitgevoerd
of worden gefinancierd grotendeels op rekening
van het Rijk zijn enige toegangswegen tot Terneu
zen die stedebouwkundig tot opvallende resul
taten hebben geleid en de aanleg van de ooste
lijke verbindingsweg „industrieweg van Ter
neuzen naar Sluiskil, waarmee het groot-industrie
terrein ten zuiden van Terneuzen en ten oosten
van het kanaal een veel grotere diepte verkrijgt.
Ook de omlegging van de oostelijke rijkswater
leiding, waardoor Terneuzen ruime uitbreidings
mogelijkheden krijgt, is op deze wijze gefinancierd.
In totaal beslaan deze infrastructurele projecten
20 miljoen. Het zijn deze investeringen die het
rendement van de kanaalwerken veroorzaken zon
der deze zou het Nederlandse aandeel in het ka
naal-project van bijna 30 miljoen weinig vrucht
opleveren.
(Zie vervolg op pagina 2)