OPENBARE VERGADERING
Frankering bij abonnement, AXEL ZATERDAG 15 DECEMBER 1962 77e Jaargang no. 11
OTVöv) NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN VERSCHIJNT IEDERE ZATERDAG
Hoofdredaktie J. Q VINK.
Redaktie en Administratie Axel. Markt 12. tel. 0 1155 - 646, postbus 16
Drukker - Uitgeefster FIRMA J. C. VINK
van de GEMEENTERAAD van AXEL
gehouden op DINSDAG 11 DECEMBER 1962 ten Stadhuize.
ALGEMENE BESCHOUWINGEN.
AXELSE COURANT
<t>
ADVERTENTIEPRIJS: 10 cent per num.
Bi] kontrakten belangrijke redaktie.
Ingezonden Mededelingen 30 cent per tn
Kleine Advertenöën 1 - 5 reg^e L—
Iedere regel meer 12 cent aU.
A90NNEMENTSPRIJSLosee nummert 10 cenL
Kwartaal - abonnement
Axel binnen de kom 1.25. Andere plaatsen 1.75,
Buitenland
Allereerst werd het woord gevoerd door de
fractie-voorzitter van het G.P.V., de heer D. J.
Oggel
•Mijnheer de Voorzitter,
Daar we nu voor de behandeling staan van de
Begroting-1963 is het noodzakelijk ook even terug
te zien op het nu bijna voorbijgegane jaar 1962.
Immers geven de opeenvolgende jaren de richting
te zien waarin het beleid zich beweegt, al kan
hierbij niet steeds van een rechte lijn worden ge
sproken.
De SAMENSTELLING VAN DE GEMEEN
TERAAD bracht in het afgelopen jaar grote ver
anderingen. De verkiezingsuitslag had tot gevolg
dat de samenstelling van het college van B. en W.
een sterke wijziging onderging, hetgeen ook het
geval was met de samenstelling der raadscommis-
sie's.
VERK1EZ1NGS-NABESCHOU W ING
In de verkiezingsuitslag zag de meerderheid van
de K.V.P.-fraktie aanleiding om, ZONDER ENIG
OVERLEG, met haar oude fraktiegenoten te bre
ken en een samenwerking aan te gaan met de linkse
groeperingen. Het gezegde „De K.V.P. kan alle
kanten uit" werd hierbij bewaarheid. Samenwerking
op CHRISTELIJKE basis blijkt bij haar niet voor
op te staan, neen, achter de rug van haar fraktie
genoten om, wordt een samenwerking gezocht met
de partijen die in feite anti-christelijk zijn, hetgeen
duidelijk bleek bii de stemming over de lijkverbran
ding. Mogelijk zal deze samenwerking de heren niet
steeds lekker zitten In het socialistische verkie
zingsblad stond o.a. „de mogelijkheid voor de
katholieke en protestantse jongeren hun politieke
meningen tot uiting te brengen via een confes
sionele partij, verzandt reeds in de grote verschei
denheid van opvatting binnen die groeperingen,
welk beleid de Overheid dient te voeren". De
K.V.P. werkt samen met een partij die haar be
staansrecht aantast
Een niet minder wonderlijke kombinatie is de
samenwerking van de P.v.d.A. met de liberaal-
getinte groep Gemeentebelangen. Immers de P.v.d.
A. beschuldigt laatstgenoemde groep van oneer
lijkheid, omdat zij niet als V.V.D. voor de dag
treedt. Volgens de P.v.d.A. zou zij in dat geval
geen zetels meer halen. De liberale politiek wordt
door de P.v.d.A. als verfoeilijk afgeschilderd wan
neer zij beweert dat in de commissie-vergaderingen
de leden van Gemeentebelang erop uit zijn om de
ingezetenen voor alles en nog wat te laten betalen,
welk standpunt ze in het openbaar niet zouden
durven verdedigen Hoe kan de P.v.d.A. nu met
zulke mensen samenwerken Het enige winstpunt
zou kunnen zijn dat de P.v.d.A. nu samenwerkt
met mensen die „denken"^ zij betitelde haar fraktie
genoten van die groep immers als „het denkend
deel der natie"
Een wel zeer gevaarlijke situatie voor de
P.v.d.A., want er is alle kans dat het „denkend
deel" de leiding neemt. En dan trekt de P.v.d.A.
het karretje met een politieke lading, die volgens
haar eigen woorden de betekenis heeft van „listig
heid en sluwheid", dus „vuile politiek".
Doch misschien was deze uitdrukking enkel ver
kiezingspropaganda Dan zou echter het kiezers
korps door de P.v.d.A. gezien worden als „STEM
VEE"
Opnieuw is weer gebleken dat het de groep
Gemeentebelangen geen ernst is met haar ver
kiezingsleuzen. Dit blijkt wel uit het feit dat' zij nu
haar vertrouwen schenkt aan iemand die even te
voren door haar wordt aangeduid als een persoon
die niets dan onwaardheden lanceert. Het is in elk
geval gebleken dat haar greep op de kiezers danig
aan het verslappen is.
Het monsterverbond is tot stand gekomen, doch
het zal blijken een coalitie te zijn zonder enig intern
verband.
De farkties die bij deze samenwerking werden
gepasseerd werken tot op zekere hoogte ook samen
en willen gezamenlijk waken voor de belangen der
gemeente en in het bizonder voor die van het pro
testants-christelijke deel, dat bij deze verkiezing
niet aan zijn trekken is gekomen. Wanneer we
allen gezamenlijk bedenken dat „een meerderheid
het maar zelden bij het rechte eind heeft doch dat
een minderheid gemakkelijk tot drijverij vervalt",
kan er in het belang der gemeente nog wat uit de
bus komen.
ANDERE KOERS?
Nu we enkele maanden in de nieuwe samenstel
ling werken, meen ik enkele feiten te kunnen signa
leren die tonen dat er geleidelijk aan een bepaalde
koers wordt ingeslagen, waarvan de voorboden
zich ook onder het vorige college van B. en W.
reeds vertoonden. Als symptomen van deze koers
zie ik:
1. geringere voorlichting aan- de gemeenteraad op
punten die het college van B. en W wil ver
wezenlijken. Het komt meer en meer voor dat
de leden van de gemeenteraad plotseling voor
beslissingen worden gesteld, terwijl zij tevoren
niet worden ingelicht. Uiteindelijk zal een dus
danige taktiek bepaalde weerstanden oproepen I
2. de planmatige oozet van belangrijke onderwer
pen komt steeds minder tot zijn recht. Dit blijkt
uit het feit dat er onderdelen aan de orde wor
den gesteld alvorens er een opzet is voor het
grote geheel. Hierdoor kunnen de te nemen be
slissingen niet ten volle worden overzien, het
geen zich uiteindelijk zal wreken. Symptomen
hiervan zijn
a. de werkwijze van de Sportstichting. Hierin
brengt de gemeente om niet haar eigendom
men in, terwijl de raad van de totale finan
ciële opzet onkundig is. Het gevaar bestaat
hierbij dat er in de toekomst met verschillen
de maten zal worden gemeten.
b. het terrein van Bouw- en Woningtoezicht,
Gemeentewerken en Gemeentebedrijven.
Hierbij lijkt geen planmatige opzet aan
wezig te zijn, met het gevolg dat de raad
gedrongen wordt tot afzonderlijke beslis
singen over onderdelen, waaruit later mis
schien geen systeem meer is op te bouwen.
En dan is het te laat, daar we aan eenmaal
genomen beslissingen vastzitten, die niet in
het geheel kunnen worden ingepast en er
zodoende tegenstellingen kunnen ontstaan.
3. de financiën worden mijns inziens niet steeds op
de juiste wijze besteed. Een voorbeeld dat er
met de financiën te gemakkelijk wordt omge
sprongen is de aankoop van enkele oude, resp.
vervallen gebouwen voor een veel te hoge
waarde, welke voor de gemeente te weinig
rendement opleveren Mijns inziens zijn deze dan
ook niet verantwoord. Ook het gemak waarmee
verschillende subsidies worden verhoogd, en
veel wat door particulier werk moet worden
verzorgd, ten laste van de Gemeentekas wordt
gebracht, wijst er op dat het in een verkeerde
richting gaat.
Hierdoor kan het vertrouwen dat we de laatste
jaren bij de hogere instanties hebben verworven,
weer teniet gedaan worden, waarvan we dan
later de wrange vruchten plukken. We dienen
te bedenken dat „regeren is vooruitzien" en
moeten besluiten nemen die later ook verant
woord blijken te zijn.
AFSCHAFFING.
Dat B. en W. momenteel komen met een voor
stel tot afschaffing van de baatbelasting voor de
Singelweg juich ik ten zeerste toe, daar hierdoor
een eind wordt gemaakt aan een onbillijke ver
houding. Dat B. en W. bij punt 115 opmerken
dat deze weg eerst thans volledig is dienstbaar
gemaakt aan het doorgaande verkeer is minder
juist, al wil ik deze opmerking nemen als gedaan
om het beleid van het vorig college te dekken.
SPORSTICHTING
Wat betreft de Sportstichting kan mijns inziens
het werk van B. en W. de kritiek niet doorstaan.
De Sportstichting is opgezet en door de gemeente
raad ingesteld met een zeker enthousiasme. Alge
meen was men van oordeel en is dit nog, dat de
sport hier bevorderd moet worden door verbetering
vn de accomodatie en het scheppen van betere
mogelijkheden voor alle lagen der bevolking.
Wanneer daarvoor grote bedragen nodig zijn, acht
ik deze zeer wel verantwoord.
In de korte tijd die verlopen is, sinds deze raad
het besluit nam tot instelling der Sportstichting,
werden reeds twee kardinale fouten gemaakt
1. B. en W. benoemden als voorzitter der Stichting
een uitgesproken politieke figuur. Ondanks het
feit dat ik allerminst twijfel aan 's mans capa
citeiten. zal een dergelijke benoeming niet die
goodwill vbrmen bij de bevolking in zijn geheel,
die deze Stiching nodig heeft om haar bestaan
te rechtvaardigen. Met reden nemen bepaalde
groeperingen een gereserveerde inhoud aan.
2. B. en W. maken met hun voorstel dat in de
vergadering van 27 november door de raad
werd aangenomen, alle particulier initiatief
op dit terrein overbodig.
De opzet van de Sportstichting was, dat deze
coördinerend zou werken en de werkzaamheden
der verschillende organisaties met medewerking
van het gemeentebestuur in goede banen zou
leiden. Echter kan hetgeenszins de bedoeling
geweest zijn om bepaalde verenigingen te hel
pen haar tekorten aan te zuiveren. Bij mij heeft
tenminste niet in de bedoeling gelegen, een
Sinterklaas-nolitiek te spelen. Immers, de eigen
dommen voor een goede prijs verkopen en dan
tevens als voorwaarde stellen om de beschik
king hierover te behouden, met uitsluiting van
anderen, terwijl men intern ook de volle zeggen
schap behoudt (wat o.a. betreft het aannemen
van leden e.d.), betekent niets meer of minder
dan dat men zijn eigen, vrijwillig aangegane
verplichtingen afschuift op de gemeente, in casu
de belastingbetaler. Wanneer er 'n afzonderlijke
club op dit gebied mocht ontstaan, daar de
leden zich bijvoorbeeld niet met doel en werk
wijze van de bestaande tennisclub zouden kun
nen verenigen, hangt het medegebruik van de
accomodatie louter af van de Sportstichting,
wier voorzitter tevens geïnteresseerd is bij de
bestaande club. Hier blijkt een sterke inflatie
van de normen en het eergevoel, en het spijt
me, dat B. en W. zich hiertoe lenen.
Zo kan, onder zeer liberale schijn, de vrijheid aan
banden worden gelegd
DIVERSE ONDERWERPEN
Voor de ontwikkeling van Spui ziet de toekomst
er helaas niet rooskleurig uit, gezien de houding die
de wethouder van openbare werken vroeger als
gewoon raadslid steeds heeft ingenomen. Opnieuw
werd Spui gepasseerd bij de bouw van woningwet
woningen en ook op het gebied der sport is zij de
laatste jaren niet breed bedeeld. Met enkel de toe
zegging dat een nieuw uitbreidingsplan in voorbe
reiding is, schiet niemand iets op Niet enkel
woorden, maar ook daden moeten tonen dat het
ernst is 1
Gezien mijn opmerking bij de algemene beschou
wingen enkele jaren terug, n.l. dat we moeten
streven om Axel aantrekkelijk te maken als woon-
gemeente, juich ik toe dat B. en W. zich in dezen
zeer aktief 'betonen. Echter moeten we attent
blijven dat we alle omstandigheden om hier te
wonen, zo gunstig mogelijk maken.
De uitvoering van grote kapitaalswerken geeft
ons niet geringe financiële zorgen. Naast de grote
verbetering van de Kanaalkade-Zuidsingel, komt
nu eindelijk ook de Oudeweg eens aan de beurt,
in het kader van het uitbreidingsplan Kleine Noord
polder. Aan de wens van zeer velen zal hiermede
worden voldaan.
Daar het landbouwkarakter van Axel meer en
meer verloren gaat getuige ook de opheffing
van de Landbouwschool en een groeiend per
centage van de bevolking zijn brood verdient in de
industrie, wacht ik van B. en W. nadere plannen
ter propagering van Axel als industriegemeente.
Gezien de toekomst dienen we in dezen attent te
blijven.
Het is wel jammer dat de Algemene Reserve
met deze begroting en de le en 2e wijziging daar
van, zodanig wordt aangetast dat deze voor een
groot deel is verdwenen. Ook de rigoureuze be
lasting-verhogingen gaan hierin geheel op. Daar
om wil ik nogmaals aandringen op voorzichtigheid
bij aankopen, op waakzaamhed dat we geen node
loze uitgaven voteren, kortom op een voorzichtig
en verantwoord financieel beleid. We dienen ons
geld op de juiste wijze te besteden, om hiervan
zoveel mogelijk „rendement te hebben.
Het terugvallen van de Algemene Reserve tot
slechts 26.000,— confronteert ons met de ernst
van onze financiële toestand, zodat we nu geen
ernstige tegenvaller meer kunnen hebben.
Enkele speciale punten dienen in deze beschou
wing de revue te passeren
Aan vele derposten die een grote verhognig on
dergaan, kunnen we niet veel veranderen. Ik noem
hier de kosten voor de Vleeskeuringsdienst en de
Dienst voor Sociale Zaken, welke een steeds zwaar
dere last op de gemeene-financiën leggen. Dit geldt
ook voor de Schoolartsendienst en de Schooltand-
verzorging, daar het bedrag voor laatstgenoemde
instelling zelfs verdubbeld is. Bij de opzet van
dergelijke zaken wordt alles eenvoudig voorgesteld
doch na enkele jaren stijgen de lasten geweldig.
Als de overheid de taak der ouders op zich neemt,
wordt het duur, dus dienen we te waken dat de
overheid in dezen niet al te ver gaat met het over
nemen van deze taak.
Ook het onderhoud der straten vergt kapitalen,
zodat we wel gedwongen zijn de uit te voeren
verbeteringen nauwgezet te beoordelen of deze
ook inderdaad noodzakelijk zijn, dan wel of er een
goedkopere oplossing mogelijk is. Van groot be
zwaar acht ik, dat B. en W. bij punt 242 (verbete
ring van 17.000 vierk. meter straat en 7500 vierk.
meter trottoir) geen vastomlijnd plan schijnt te
hebben, in welke volgorde in de komende jaren zal
worden gewerkt. De gemeenteraad dient te weten
waarvoor de gelden worden gevoteerd. Naar ik
hoop, willen B. en W ons hierover nader inlichten.
Ernstig bezwaar heb ik tegen post 442 waarbij
10.000,— wordt uitgetrokken voor feestelijkheden
terwijl een deel van post 76 hiertoe ook reeds is
bestemd. Als men wil feestvieren voor een feit dat
bovendien historisch ook nog onjuist is gedateerd,
laat men dan het particulier initiatief in werking
stellen en niet de weg van de minste weerstand be
wandelen.
Het stemt tot tevredenheid dat de uitkering per
leerling aan de onderwijs-instellingen nu op peil
is gebracht, zodat nu ook het Ulo, zij het met de
nodige voorzichtigheid, rond kan komen.
De raming op post 424 betreft een bijdrage voor
een utopie zodat ik van oordeel ben hiervoor geen
geld te moeten voteren.
De raming op post 468 voor de Archeologische
Werkgemeenschap leidt tot de opmerking dat het
nodig is om ons spoedig met deze instelling in ver
binding te stellen. Wanneer onderzoekingen in de
Oude Wijk tot resultaat mochten leiden kan dit
de aantrekkingskracht van Axel voor wetenschap
en toerisme ten zeerste bevorderen. We moeten
niet wachten tot we daar kunnen bouwen, doch
tijdig maatregelen nemen, daar de mensen ook niet
a la minute beschikbaar zijn. Gaarne zal ik ver
nemen of B. en W. in dezen stappen wensen te
doen
Wat betreft de raming voor de Sportstichting
(219/478) is het logisch dat ongeveer alles „memo
rie" is geraamd. Gezien de ontwikkeling in deze
zaak kan ik hierin geen vertrouwen opbrengen,
zodat ik bezwaar moet uiten tegen deze posten.
De posten 518 en 520 betekenen bijdragen voor
uitgesproken kerkelijk sociaal werk en dienen ook
door de betreffende kerken te worden gedragen.
Ik acht het minder juist dat deze hierbij tegen de
overheid aanleunen, daar dit punt de eer van de
kerken raakt.
Vanzelf zijn er meer punten waarover wat te
zeggen valt, maar bovengenoemde passen in het
algemene beeld.
Wanneer B. en W aan mijn bezwaren tegen de
geringe voorlichting, de planmatige opzet van de
onderdelen en de financiën tegemoet komen, kan
de samenwerking goed worden, vooreerst meen ik
een kritische houding te moeten aannemen. Geluk
kig verkeert de gemeenteraad nog niet in dezelfde
positie als de Franse Nationale Vergadering, doch
er blijven nog wegen open om foutieve besluiten te
corrigeren, al ben ik overtuigd dat het bewandelen
daarvan een uiterste remedie moet blijven.
In mijn geïsoleerde positie zal ik trachten het
welzijn te bevorderen van Axel en haar bewoners,
wetende dat deze tijdelijke bedeling de aanvang is
van de eeuwigheid, waar onze onvolmaaktheid
zal veranderen in volmaaktheid, op de nieuwe
aarde, waar gerechtigheid woont
Als we dit in het oog houden zullen we hier niet
„in de wind arbeiden" maar ons werk zó ver
richten dat niet wij, maar God daardoor de eer
ontvangt
De heer J C. VAN LUIJK van de Anti-Revolu
tionaire fraktie
Mijnheer de Voorzitter,
Nu de gelegenheid er is voor wat men noemt
het houden van algemene beschouwingen, wil
ik gaarne hiervan gebruik maken om enkele dingen
te zeggen.
Voorop ga dan een woord van dank voor de
wijze waarop B. en W\ in hoofdzaken het beleid
gevoerd hebben in het jaar dat achter ons ligt.
Niet dat wij kritiekloos alles aanvaarden, maar
van grote tegenstellingen was gelukkig geen sprake.
Eveneens een woord van dank aan U, mijnheer
de Voorzitter, voor de wijze waarop U de ver
gaderingen van ons college leidde. De vergader
techniek is U welbekend, en als wij, hetzij bewust
of onbewust, van de spelregels willen wegglippen,
weet U altijd op soepel wijze ons weer in de
rechte baan te brengen.
HARDE SLAG
Een van de belangrijkste politieke gebeurtenissen
van het welhaast voorbije jaar is geweest de ge-
meenteraads-verkiezing. Het ligt niet in mijn be
doeling, de uitslag hiervan te analyseren of van
commentaar te voorzien. Daarvoor is de wijziging
die ze bracht, te klein. Bij voorbaat was reeds te
zeggen dat in de plaats van de heer C. de Putter
een andere A.R.-vertegenwoordiger in de raad
zou plaatsnemen.
Het feitelijke van de politieke strijd die op 30
mei van dit jaar is gestreden, resulteert slechts i:i
de verwisseling van één zetel die het G.P.V. moest
afstaan aan de P.v.d.A., die daarmee haar zetelt3l
tot drie zag uitgebreid. Was het nu in de vorige
zittingsperiode van de raad zó, dat de K.V.P., het
G.P.V. en de A.R. elkaar gezocht en gevonden
hebben in een samenwerking, waardoor ze 7 van
de 13 zetels in de raad bezetten, en daardoor uit
hun midden de wethouders konden verkiezen, nu
bleek door het wegvallen van de G.P.V.-zetel een
schijnbare moeilijkheid ontstaan te zijn voor het
continueren dezer samenwerking.
Er werd ons echter geen respijt gelaten, ons
te bezinnen over deze ik herhaal hetschijnbare
moeilijkheid, of overleg te plegen. Immers, korte
zeer korte tijd na de verkiezing werd ons meege
deeld, dat de K.V.P. met de P.v.d.A. en de V.V.D.
pardon „Gemeentebelangen besloten hadden
tot samenwerking en uit hun midden een katholieke
en een Pv..d.A.-wethouder te verkiezen.
Dit nu was voor ons een harde slag. Een slag
die ook het protestants-christelijke volksdeel onzer
gemeente te incasseren had om dat haar vertegen
woordiger in het college van B. en W. voorzover
het de wethouders betreft, wegviel.
Tot goed begrip hiervan het volgende
Onze taak, ook als gemeentebestuurder, komt
eerst dan in zijn volle betekenis voor ons te
staan wanneer we bereid zijn, deze taak in het
heldere licht te stellen van datgene wat „voorop
gaat" in ons gehele leven. Wat vervult ons leven?
Waar is het ons om begonnen. Ook in de politiek
Met het antwoord hierop staat of valt het christelijk
karakter van ons politiek bedoelen. Gaat het wer
kelijk voor ons, als belijders van Christus, in alles,
dus ook in de politiek, om Christus en de betekenis
van Zijn koningschap voor het staats- en dus ook
inbegrepen het gemeentelijk leven Zijn we er
vast van overtuigd dat er geen duimbreed is op
heel het erf van ons menselijk leven, waarvan
Christus, die aller Souverein is, niet zegt: „dat is
van Mij"? Indien we deze vragen eerlijk onder
ogen zien dan komt vanzelf de overtuiging dat het
christelijk beginsel nooit een vanzelfsprekende zaak
is. We komen hier alleen toe indien artikel 1 van
ons levensprogram is „Ik geloof in God de Vader,
de Almachtige, Schepper van hemel en aarde."
Zó alleen kunnen we een christelijke politiek
voeren in het diepe besef van afhankelijkheid en
van ootmoed. Afhankelijkheid, omdat we van ons
zelf nooit in staat zijn tot het voeren van een
christelijke politiek. Ootmoed, omdat het Gods ge
boden zijn en omdat het Christus' koningschap is
welke ons handelen hebben te bepalen. God heeft
het te zeggen en niet wij. Eerst in Hem krijgt onze
politieke activiteit haar zin.
Daarom. Mijnheer de Voorzitter, begrepen wij en
begrijpen wij nog niet de houding van de vertegen
woordigers van de K.V.P. Was het voor hen
noodzakelijk, ons zonder een enkel woord te ver
laten anders dan uit opportunistisch oogpunt Is
het katholiek adagium „Christus Koning" dan voor
hen inhoudloos Was het voor hen noodzakelijk
om naast het Kruis de rode vaan te planten
Dr. Schaepman, Mgr. Nolens en Pater Bensdorp
hebben toch niet tevergeefs geleefd
NIET TE VEEL BEDILLEN
Ik kom tot een ander onderwerp, Mijnheer de
Voorzitter, en wel dit wat nu aan de orde is, n.l.
de vaststelling van de begroting voor 1963. De
begroting is een financieel stuk, maar haar behan
deling allerminst een louter financiële aangelegen
heid. In haar en in de aanbevelingsbrief komt tot
uiting in welke richting de verzorgng en ontwkke-
ling van onze gemeente zal worden geleid.
Nu kunnen begroting en aanbevelingsbrief aan
leiding zijn tot een uitgebreid debat over wat het
beleid van B. en W. geweest is en wat het worden
gaat. Veel hangt er hier van af, hoe men zelf in
gesteld is. Is men erg kritisch, dan is het niet zo
heel moeilijk om in elk hoofdstuk van deze begro
ting enkele posten aan te wijzen om dan, na scherp
onderzoek hiervan, vermindering of algehele af
wijzing voor te stellen. Wie echter hiervan ver
vuld is mag ik wijzen op een puntdicht van De
Genestet, dat met een kleine variant aldus luidt
Als gij belang stelt in 's stad zaken,
Wie zou het laken
Maar één ding moet ge toch niet willen
Teveel bedillen.
(vervolg zie pag. 2)