Heerlijk pittig verfrissend morgen een paar flesjes in de boodschappenmand! V.V. AXEL 50 JAAR I Op vreemd terrein werd evenals thuis 12 maal ge wonnen, 9 maal werd thuis gelijk gespeeld en 2 maal op vreemd terrein, terwijl de getallen in dit opzicht voor de verloren wedstrijden (7 thuis en 8 uit) van geen superioriteit op eigen veld sprake bleek. De verschillende „Wilhelmina"-teams boekten de volgende resultaten gespeeld gewonrt. gelijk ver l. Wilhelmina I 20 7 5 8 II 19 8 6 5 III 1 1 - - kombinaties 10 8 2 „Wilhelmina" had haar reputatie van klub van ver rassingen ook in het 11e verenigingsjaar volkomen gehandhaafd. Heden ten dage kan dit nog steeds van de klub ge zegd worden. Kampioenskandidaten worden verslagen en van de zwakkere zusjes wordt soms verloren. Op de jaarvergadering werd een ere-saluut gebracht aan het w. ld J. Jansen (bijgenaamd Jan Kanon) die intussen geen aktief speer meer was, voor zijn veel zwoegen voor „Wilhelmina" in het veld. Het ledental daalde van 80 tot 45, hetgeen niets verontrustend was, daar vele leden die toch geen speler waren zich als donateur lieten overschrijven. Het aantal donateurs steeg van 60 tot plm. 70. Op genoemde jaarvergadering werd betreurd, dat men nog niet altijd bleek te kunnen gewennen aan een voor een gezonde geest in een voetbalvereniging strikt nodige vrijwillige klub-dicipline. Door het vertrek van dokter Jens uit Axel, was etn open plaats gevallen in de klub die moeilijk was aan te vullen, voornamelijk uit moreel en financiëel oog punt. In aangename herinnering leefde hij voort onder de voetballers van toentertijd, temeer waar hij voort durend belangstelling voor de vereniging bleef koes teren al was hij ook uit Axel vertrokken. Het bestuur werd van 6 tot 9 leden uitgebreid. Het zag er toen als volgt uitWijlen J. Comelisse, voorzitter; A. Th. 't Gilde, sekretaris; A. van Rijn, penningmeester; J. A. de Smidt, 2e voorzitter; wijlen J. D. Freekenhorst; A. J. van Hoeve; J. van Puijvelde; wijlen J. C. Vink; en J. Futselaar. Hetzelfde jaar is dit weer teruggebracht op 7. Op 8 november 1922 werd in de plaats van wijlen J. Comelisse (die bedankt had) tot voorzitter geko zen dhr. M. P. Ortele. Het bestuur zag er toen als volgt uit M. P. Ortelé, voorzitter; wijlen J. D. Freekenhorst, 1ste sekretaris; A. Th. 't Gilde, 2e sekretaris; A. van Rijn, penning meester; wijlen J. van de Broeke, 2e penningmeester; J. C. Vink en A. van Hoeve. De jaarlijkse zilveren bekerwedstrijden begonnen met Pasen. De deelnemende verenigingen waren „Wilhelmina" I en II; „Veteranen Axel"; „T.S.C." en „T.V.V." beiden van Temeuzen; „D.O.S." I en II van Philippine; „Ajax" van Sluiskil; „de Grensstrij- ders" van Kapellebrug; M.V.V. „Zeelandia" van Mid delburg; „Juliana" van Zaamslag en „Oranje" van Sas van Gent. De beker verhuisde van „Oranje" naar „Zeelandia", door het winnen van de eindstrijd. Te Temeuzen werd een wedstrijd gespeeld „Wil helmina" - „T.S.C." De recette kwam ten goede, voor bestrijding der onkosten gemaakt wegens geneeskundige hulp, ver pleging en uitkering aan enige spelers van „T.S.C." wegens opgelopen blessure's. Deze liefdadigheidswedstrijd werd in een prettige verstandhouding gespeeld. Pogingen om tot een kombinatie met „de Grens- strijders" van Kapellebrug te komen mislukten. Naar een te Kapellebrug gehouden vergadering om tot een kombinatie te komen, werden twee afgevaar digden van „Wilhelmina" gezonden (het waren de sekretaris en de penningmeester) die geen bindend mandaat verkregen maar nader de voorstellen van „de Grensstrijders" in overweging dienden te nemen alsmede rapport uit te brengen aan de bestuursverga dering. Uit dit apport bleek o.m. ten 1ste dat te Kapellebrug op zeer breedvoerige wijze de aanleiding tot het nemen van genoemd besluit was uiteengezet, waarbij met zeer waarderende woor den werd gewezen op de uitstekende verstandhouding tussen de beide verenigingen; ten 2e dat er weliswaar moeilijkheden zouden be staan doch dat deze door de invloed van de „Z.V.B." (waar de klub in 1922 inmiddels was toegetreden) lichter zouden worden opgevat en bleken te zijn; ten 3e dat er noch voor spelers van Axel, noch van Kapellebrug iets pikerends mocht te vinden zijn in het altijd voorkomende feit dat nu eens Axel en dan weer Kapellebrug sterker vertegenwoordigd zou zijn; ten 4e dat er voor „Wilhelmina" geen financiële be zwaren bestonden en wij deze met de meeste tegemoet komendheid ten opzichte van leden van „de Grens strijders" zouden behandelen; ten 5e dat „de Grensstrijders" in het bestuur zouden moeten vertegenwoordigd zijn en er ondermeer te Kapellebrug een 2e penningmeester benoemd zou moe ten worden; ten 6e dat naamverandering onder ogen diende te worden gezien; ten 7e dat „Wilhelmina" of liever de gekombineer- de vereniging twee velden zou hebben te onderhou den en ten 8e herziening van het huishoudelijk reglement en de statuten. Op de Buitengewone Algemene Vergadering van woensdag 13 september 1922 kon bij het merendeel der leden kombineren met „de Grensstrijders" geen inslag vinden, waardoor de gedane poging schipbreuk leed. Wel hebben er verschillende spelers van „de Grens strijders" een tijdlang in de oranje trui gespeeld. Het plaatsen van een tent of kleedlokaal stuitte af op financiële bezwaren. In verband met de gebleken te geringe afmetingen van het terrein werden door de klub 6 bomen ge kocht, die na uitgedaan te zijn een aanmerkelijke ver ruiming van het terrein tengevolge had. Door toetreding tot de Z.V.B. werd in het seizoen 1922—1923 door vijf Oost Zeeuws-Vlaamse klubs deelgenomen aan de Z.V.B.-kompetitie. Het waren: „Wilhelmina" (Axel); „T.S.C." (Ter- neuzen); „Oranje" (Sas van Gent); „de Grensstrij ders" (Kapellebrug) en „Sluiskil". Er werd al vlug geklaagd over de minder goede organisatie van de Z.V.B. tegenover de aangesloten klubs in Zeeuws-Vlaanderen. Grote stagnatie en yerwarring ontstond in de te spelen wedstrijden, zodat het eerste seizoen een grote teleurstelling werd, voornamelijk ook wat de financiën betrof. Het deelnemen aan de kompetitie van de Z.V.B. was ook oorzaak dat de naam „Wilhelmina ver vangen moest worden, zulks mede op aandringen van de N.V.B. Na langdurige en hardnekkige tegenstand werden tenslotte de volgende namen opgegeven aan de bond t.w. „R.C.A."; „F.C.A."; „A.V.V"; „Chelsia" en „M.M.V." Een schrijven van de N.V.B. hield in dat van de opgegeven namen geen enkele voor registratie in aanmerking kwam en aangeraden werd de naam „Axel te kiezen. Om verder onnodige korrespondentie en moeite te voorkomen werd dan ook besloten gemakshalve de naam „Axel" te geven. Zo kwam dan datum 7 maart 1923 een schrijven van de N.V.B. dat de naam „Wilhelmina" veranderd was en geregistreerd was als „Axel". In totaal werden door de twee elftallen 43 wed strijden gespeeld, waarvan er 21 werden gewonnen, 7 gelijk gespeeld en 15 verloren. In deze wedstrijden werden 109 doelpunten ge maakt, terwijl 79 tegendoelpunten werden gemaakt. Het aantal werkende leden bedroeg aan het einde van het 12e verenigingsjaar 29, dat der donateurs 50. 30 April 1923 leed de vereniging een gevoelig ver lies door het overlijden van het werkend lid P. M. Freekenhorst, die jarenlang bijna onafgebroken de plaats in het doel van het eerste elftal had ingenomen, dat hij in vele wedstrijden schitterend heeft verde digd. Zijn naam zal dan ook steeds onafscheidelijk aan „Wilhelmina" en „Axel" verbonden blijven. Als laatste hulde besloten bestuur en werkende le den hun sportmakker een grafkrans met opschrift in de kleuren der vereniging te brengen, terwijl het voltallige bestuur hem tevens mede de laatste eer be wees. De vereniging kreeg ook de beschikking over een eigen gebouwtje op het terrein, waardoor in een grote behoefte was voorzien en het buiten verkleden tot het verleden behoorde. Het bestuur onderging in 1923 velerlei wijziging. 16 Augustus, zag het er als volgt uit: M. P. Ortelee, voorzitter; wijlen J. C. Vink, 2e voorzitter; wijlen J. D. Freekenhorst, sekretaris; A. van Rijn, penning meester; A. Riemens, A. Lenos en L. Dieleman, kom- missarissen. Ter gelegenheid van het regeringsjubileum van H.M. de Koningin bij de huidebetoging op 6 september te Amsterdam was de V.V. „Axel ook vertegen woordigd. Op 13 september 1923 werd door de vereniging ter gelegenheid van de jubileumfeesten een sportdag georganiseerd. De wedstrijden die door „Concordia werden opgeluisterd bestonden uitVerspringen, hard lopen, eierlopen, zaklopen, gekostumeerde voetbalwed strijd, vertrappen, stoelenwedstrijd op de fiets, lopen met hindemissen en pap eten. In alle opzichten zijn dez ewedstrijden een groot sukses voor de vereniging geweest, het weer was ideaal en nooit te voren was een zo groot aantal be zoekers op het terrein geweest. Naar schatting was dit aantal 3.000. In het verenigingsjaar '23- 24 is niet in kompetitie- verband gespeeld. Hoofdzaak hiervan was wel dat hieraan grote kosten verbonden waren, waartegen de inkomsten niet zouden opwegen. Verder in het seizoen '23-'24 de zilveren wiscsel- beker definitief in het bezit gekomen van het Middel burgse „Zeelandia", doordat deze vereniging drie achtereenvolgende jaren als overwinnaar uit de finale kwam, de laatste maal tegen Axel (2—1). Het tweede elftal van Axel won in de laatste be kerwedstrijd de eerste prijs van Afd. B. Ter gelegenheid van het 12 J/^-jarig bestaan der vereniging werd op 12 december 23 op bescheiden schaal een feestavondje gehouden. Het aantal leden was in het 13e verengingsjaar gestegen van 29 tot 45, dat der donateurs van 50 tot 70, terwijl de vereniging zich voorts in toenemende sympathie van de zijde van het publiek mocht ver heugen. DE BEVOLKING VAN ZEEUWS-VLAANDEREN EN DE „VRIJE" VEREN Het moet na verloop van een achttal maanden voor een ieder wel duidelijk zijn geworden dat de bevolking van Zeeuws-Vlaanderen vorig jaar ver blijd is geworden met een dode mus wat betreft de z.g. vrije veren over de Westerschelde. De destijds door de Tweede Kamer aangenomen motie heeft minister Algera eenvoudig naast zich neergelegd, daarop gevolgd door het neerleggen van zijn portefeuille als minister van Waterstaat en kregen wij als zodanig een andere minister, waarop volgde een vrij vervoer voor de Zeeuws- Vlamingen over de Westerschelde, maar men moet eerst een bewijs op de gemeentesekretarie halen, ten bewijze dat hij of zij inderdaad behoorde tot de bevolking van het Over-Jordaanse, welk document "hun werd verstrekt tegen betaling van 2,50, het geen inhoudt dat het overgrote deel der Zeeuws- Vlaamse bevolking er geen bal aan heeft, want zeker 90% van de „inheemsen" gapt jaarlijks minder dan achtmaal de Schelde over en voor hen die dit wèl doen en uit hun eigen portemonnaie moeten bekostigen, betekent die 20 cent per over tocht (10 vaartenboekje) geen knoop van hun jas. Waaruit volgt dat dit groots gebaar van vrije overtocht inderdaad kan gekwalificeerd worden als de bekende „dooie" mus. Het is mij bekend dat te Temeuzen, met een be volking van bijna 17.000 personen, in ruim 6 maan den tijds slechts 1700 personen, dat is dus maar 10%, zich voorzien hebben van een bewijs van .Zeeuws-Vlaanderenschap". Of dit nu zon benijdenswaardige landaard is, mag, gezien ons isolement, gerust worden betwij feld. De heren boven de Schelde mogen echter ge rust zijn, wij zullen er geen boterham minder om eten, maar wij zouden er wel prijs op stellen, dat, als zij ons een „geschenk" willen aanbieden, dat het dan inderdaad geen presentje is in de vorm van het surrogaat vrij vervoer over de Schelde-veren hetgeen wij praktisch eerst zelf moeten hebben be taald. Laat men gerust een streep zetten onder de ge weldige jaarlijkse stroppen van de veerdiensten, met de luxueuse veerboten voor de 20 minuten durende vaartijd. Zeeuws-Vlaanderen heeft een bevolking van 92.000 personen. Wanneer inderdaad 10% der bevolking een „gratis" vervoerbewijs afhaalde, dit zal wel geringer zijn, dan is de bruto opbrengst hiervan 8200 x 2,50 23.000, de bekende drup pel op de gloeiende plaat van het jaarlijks tekort op de Zeeuwse veerdiensten. De bevolking van Zeeuws-Vlaanderen heeft even recht op een brug of tunnel, evenals de overige Nederlanders in „Holland", daar ook wij willen zijn en blijven „Nederlanders" Sluiskil, 1 september 1961. H. J. COLSEN. Heineken Bier VX-. <V Tj'.V: :<-* ':<iv r 'f**

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1961 | | pagina 3