Intocht en installatie van Burgemeester Van Dijke Frankering bij abonnement, AXEL ZATERDAG 7 JANUARI 1961 75e Jaargang No. 15 NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH -VLAANDEREN Hoofdredactie i J, C. VINK. Redactie en Administratie Axel, Markt 12, tel. 0 1155-646, postbus 16 Drukker Uitgeefster FIRMA J. C. VINK AXELSE COURANT VERSCHIJNT IEDERE ZATERDAG ABONNEMENTSPRI}SLosse nummers 10 cent Kwartaal - abonnement Axel binnen de kom 1,25. Andere plaatsen 1,75. Buitenland 2,—. ADVERTENTIEPRIJS: 10 cent per m.m. Bi) contracten belangrijke reductie. Ingezonden Mededelingen 30 cent per m.m. Kleine Advertentlën 1-5 regels 1, iedere regel meer 12 cent extra. In deze sombere tijd van het jaar, dn deze winter 1960-'61 nog eens extra somber door het zonloze en natte najaar dat wij al achter de rug hebben, was donderdag 5 januari 1961 een zonnige dag voor Axel, zowel letterlijk als figuurlijk. Toen de duisternis week voor het zonlicht zagen wij al de vlag waaien van de toren van het stadhuis ten teken dat het voor Axel een feestdag zou worden. En in de loop van de morgen kwamen er steeds meer vlaggen en werd de zon stralender, zodat toen het middaguur had geslagen Axel voor een winterse dag in zijn hoofdstraten een fleurig aanzien bood, om bij de intocht een zo goed mogelijke indruk te maken op de nieuwe burgemeester, zijn familie en vele vrienden. Tegen half twee arriveerde burgemeester Van Dijke met zijn echtgenote door waarnemend burgemeester Kesbeke afgehaald van de pont te Perkpolder ge ëscorteerd door twee motoren van de Rijkspolitie, aan de Nieuwendijk, aan de grens van de gemeentekom, van waaraf in langzaam tempo via Stationstraat, Noordstraat en Weststraat naar het stadhuis werd gereden, waar het gezelschap door het college van B. en W. werd ontvangen, terwijl door de jongste dochter van loco-burgemeester Kesbeke, gekleed in Axelse dracht aan mevrouw Van Dijke op het bordes voor het stadhuis een fraai bouquet roze anjers werd aangeboden. DE RAADSVERGADERING. Inmiddels begaven vele genodigden zich naar de raadzaal, waar in een bijzondere raadsvergadering de officiële installatie zou plaats vinden. Naast 4^ raadsleden met hun dames merkten wij hier o.a. op de plaatselijke predikanten en de pastoor, de burgemeesters van Temeuzen, Sas van Gent, Hoek, Zaamslag, Zuiddorpe, Koewacht, Vogelwaarde en St. Jansteen, van de landmacht lt.-kol. Y. Meeter, uit Middelburg, van de Rijkspolitie majoor Van Thiel uit Middelburg, majoor E. M. Spronk van de Kon. Mare chaussee uit Temeuzen, de commandant van Hr. Ms. mijnenveger „Axel", It. t. z. P. Wehrens, vertegen woordigers van Rijks- en Prov. Waterstaat, de plaat selijke commandanten van Rijkspolitie en Marechaussee adjudant Schatborn en opperwachtm. Van Sabben, de hoofden van dienst, de commandant van de brand weer en verder vele familieleden en vrienden van burgemeester Van Dijke, waarvan wij hier noemen zijn ouders en schoonouders, broers en zusters, als mede de burgemeester van Utrecht, jhr. De Ranitz, vergezeld van de secretaris prof. dr. B. de Goede. Nadat deze groep genodigden een plaatsje hadden gevonden op de tot het laatste hoekje gevulde raads zaal voor deze gelegenheid smaakvol gesierd met ^nkele aangeboden bloemstukken opende waar nemend burgemeester Kesbeke deze raadsvergadering op de gebruikelijke wijze met gebed, waarna als eerste punt de benoeming volgde van een commissie van Ontvangst, waartoe werden benoemd het oudste en jongste raadslid, resp. de heren P. J. van Bendegem én K. Hamelink. Beide heren werd daarop verzocht de nieuwe burgemeester en zijn echtgenote te willen Sfhalen uit de burgemeesterskamer en te begeleiden haar de hoofdtafel in de raadszaal. Toen de heer en mevrouw Van Dijke hier hadden plaats genomen, wer den zij door loco-burgemeester Kesbeke als volgt toe gesproken Rede van loco-burgemeester A. M. Kesbeke. Burgemeester Van Dijke, Heren leden van de Gemeenteraad. Het is met een gevoel van dankbaarheid, mijn heren, dat ik, normaal gesproken, voor het laatst als voor zitter van de gemeenteraad van Axel optreed. Dankbaarheid, burgemeester, omdat door Uw be noeming bij Kon. Besluit van 17 december 1960 een einde is gekomen aan een wel zeer lange interim periode. Dankbaarheid, omdat het college en naar ik meen een grote raadsmeerderheid die periode met recht een vruchtbare tijd durft te noemen. Dankbaarheid, jegens mijn mede-wethouders, de heren De Putter en Van der Lee, en jegens Uw raad voor het grote be grip en het zuiver aanvoelen van de moeilijke om standigheden waaronder sinds 9 september 1959 ge werkt moets worden. Als U het mij toestaat, mijne heren, wil ik gaarne, zij het zeer in het kort een terugblik werpen op het verleden, om daarna met vertrouwen de toekomst tege moet te treden. Het Axel van heden verschilt wel zeer met het Axel van voor de tweede wereldoorlog. In 1930 een stadje van 6077 inwoners met een overwegend agrarisch ka rakter nu een centrumgemeente van 7750 inwoners met een stedelijk karakter. De vestiging van een grote industrie te Axel-Sluiskil in 1930, heeft hier veel toe bijgedragen, evenals de grote activiteit die de plaatse lijke middenstand ontwikkelt. Het lijkt mij passend, mijne heren, in dit verband te wijzen op het onge twijfeld vele en grote werk door de heer Van Oeveren als burgemeester van Axel verricht van 1946 tot 1959, met name vooral op het gebied van de woningbouw. Voortbouwende op reeds gelegde grondslagen zijn wij dan in september 1959 de interim-periode ingegaan. Heel in het begin heb ik in een vraaggesprek met de redacteur van een gewestelijk blad met nadruk ge steld „dit wordt geen interegnum", hiermede tot uit drukking willende brengen, dat de burgemeesterloze periode beslist geen wachten zonder meer op de be noeming van een opvolger zou zijn. Met deze uitspraak voor ogen zijn wij aan het werk gegaan en met voldoening kan het college en Uw raad constateren dat de resultaten van Uw en ons werk tastbaar en hoopgevend zijn. Ik moge U wijzen op de voorgenomen vestiging van een nieuwe zeer grote in dustrie te Axel-Sluiskil 1500 werknemers en op het nieuwe uitbreidingsplan in voorbereiding. In verband vooral met deze twee grote projecten wachten U, burgemeester, nog zeer vele vraagstukken, o.a. wonngbouw, scholenbouw, aanleg van straten en wegen en alles wat hiermede samengaat, sportterrei nen, uitbreiding van recreatiemogelijkheden enz. Zo zou ik kunnen doorgaan en U een volgeschreven blad kunnen voorleggen. Zeker is, dat de voornaamste vraagstukken eindeloos veel tact en geduld van U zullen vergen. Ik kan U verzekeren, burgemeester, dat U in deze op de volledige steun en medewerking van de wet houders zult kunnen rekenen. Ook geeft 'het ons veel voldoening, dat wij U bij het begin van Uw ambts periode naast deze volgeschreven ene kant van de lei, anderzijds een schone lei kunnen aanbieden. Er is, waar nodig, schoon schip gemaakt. Bovendien is met ingang van 1 januari 1961 de volkomen schei ding tussen kas en administratief beheer doorgevoerd, zodat ten allen tijde interne controle mogelijk is. En om de besluiten van het college en van de raad uit te voeren en uit te werken staat achter U een korps ambtenaren waarop U, dat zult U zeer spoedig onder vinden, terecht kunt vertrouwen. Naast de problemen van Uw gemeente, burgemeester zijn er nog de grote vraagstukken die samenhangen met de z.g. kanaalzone en met geheel Zeeuwsch- Vlaanderen. Tussen de vijf kanaalzone-gemeenten Ter- neuzen, Hoek, Axel, Westdorpe en Sas van Gent is uit noodzaak geboren een zeer nauwe samen werking tot stand gekomen, een samenwerking, ge baseerd op onderling vertrouwen en begrip voor el kanders moeilijkheden. Er is een commissie „Samenwerkende gemeenten in de kanaalzone", onder voorzitterschap van het lid van Ged. Staten, de heer Dikötter. Hierin worden de ge zamenlijke problemen besproken, waarbij gezocht wordt naar een voor allen aanvaardbare oplossing. Als eerste grote resultaat van deze samenwerking is tot stand gekomen de „Gemeenschappelijke regeling afvalwater leiding kanaalzone Zeeuwsch-Vlaanderen." Het eerste deel van deze gesloten leiding ligt be- stedingsklaar en zal in 1961 aanbesteed worden. Deze nauwe samenwerking met de kanaalzone en naburige gemeenten licit ons zeer na aan het hart. In dien we Axel en Zeeuwsch-Vlaanderen welvarend willen maken, dan is een eerste vereiste samenwerking met de andere gemeenten. Ik mag hier het vertrouwen en de hoop uitspreken, dat U, burgemeester, in deze samenwerking zult gaan geloven als één van de mid delen om de welvaart in Axel mede op te voeren. Als we nu een prognose mogen stellen over de toe komstmogelijkheden voor Axel en Zeeuwsch-Vlaande ren, dan durf ik zonder meer zeggen dat ik onvoor waardelijk geloof in de toekomst van deze stad en deze streek. De kanaalverbreding van Temeuzen naar Gent opent ongekende perspectieven van bedrijvigheid op velerlei gebied. Bovendien ligt dit gebied beneden de Schelde uitermate gunstig voor het toerisme, een niet te onderschatten bron van inkomsten. Naar het zuiden wonen binnen een straal van 80 km van Axel, ruim drie millioen mensen, die hun vacantie en vrije tijd ergens willen doorbrengen. Het zal aan ons zelf liggen als we hierin niet een behoorlijk aandeel kunnen hebben. Ik hoop en vertrouw, burgemeester, dat U Uw schouders met vastberadenheid en besluitvaardigheid en bezield met de wil tot samenwerking onder dit vele werk zult zetten, zodat we eendrachtig zullen kunnen vechten voor een goede en schone toekomst in het be lang van de bewoners van stad en streek. Ik hoop, dat U van dit Zeeuwsch-Vlaamse land zult gaan hou den. Het is een goed land, met een werkzame en ge moedelijke bevolking, zodat de nodige aanpassing voor U niet moeilijk behoeft te zijn. En moge ik eindigen met de bede dat U met Gods hulp en zegen, Uw plicht zult kunnen doen. Staat U mij toe, burgemeester, dat ik U, nu als teken van Uw ambt, de hierbij behorende keten omhang. Dat U dit teken van Uw waardigheid steeds met ge rechtvaardigde trots en met ere zult mogen dragen. Nadat waam. burgemeester Kesbeke bij burgemees ter Van Dijke de ambtsketen had omgehangen sprak Axis nieuwe burgervader de raad als volgt toe Rede van burgemeester M. K. van Dijke. Mijne Heren, leden van de Raad, De eerste woorden, die ik in Uw midden mag spre ken, mogen uitdrukking geven aan mijn gevoelens van eerbiedige dankbaarheid jegens H.M. de Koningin, die mij geroepen heeft tot het ambt van burgemeester van deze belangrijke Zeeuwse gemeente. Ook gaat mijn dank uit naar de minister van binnen landse zaken en de Commissaris der Koningin in dit gewest, die mij voor deze benoeming hebben willen voordragen. Het daaruit sprekende blijk van vertrou wen stel ik op hoge prijs. Ik hoop, dat het mij gegeven zal zijn dit niet te beschamen. Het bijzonder aangename contact dat ik reeds enige malen met de Commissaris der Koningin in Zeeland mocht hebben doet mij voor de toekomst verwachten een vruchtbare ontwikkeling van de bijzonder ver houding, waarin ik vanaf heden tot hem sta. Het past mij voorts om U, mijnheer de loco-bur gemeester mijn erkentelijkheid te betuigen voor de wijze waarop U mij zo juist hebt willen installeren als burgemeester van Axel. Het is mij bekend, dat het geen sinecure was om gedurende de lange en moeilijke periode van de afgelopen 16 maanden het burgemees terschap waar te nemen. Ik acht het een voorrecht U nadrukkelijk hulde en warme dank te brengen voor de vele werkzaamheden, die gij in deze tijd hebt verricht voor onze gemeente. Gij hebt Axel in bijzonder mate aan U verplicht Dat U daarbij krachtige steun mocht ondervinden van wethouder De Putter, loco-wethou der Van der Lee en gemeente-secretaris Van den Bosse stemt eveneens tot dankbaarheid. Gaarne wil ik mij aansluiten bij de waarderende woorden, die de loco-burgemeester heeft gewijd aan mijn ambts-voorganger. Ik gevoel er behoefte aan hem op dit uur en vanaf deze plaats te danken voor zijn vaderlandslievende houding in de bezettingstijd en zijn onvermoeide ijver betoond bij de wederopbouw van Axel. Het strookt niet met mijn karakter de zaken te ver bloemen. Ik wil U dan ook met grote openhartigheid tegemoet treden. Natuurlijk is het mij niet onbekend gebleven, dat mijn benoeming alhier niet allerwege met instemming is begroet. Ondanks het feit, dat in het verleden meerdere ma len is getracht daarin verandering te brengen is het nog steeds zo, dat de gemeente, zoals dit in Zeeland zo kernachtig wordt uitgedrukt, haar burgemeester door de rijksoverheid „gestuurd" krijgt. Het is m.i. wel teke nend, dat het tot dusverre niet is gelukt, dit te wijzi gen. Zou het de positie van de burgemeester ver sterken, indien men b.v. van gemeentewege invloed kon uitoefenen op de benoeming Wellicht zou juist dan nog sterker openbaar worden, dat er groeperingen zijn die liever een ander benoemd hadden gezien. Wat hiervan ook zij, de uiteindelijk aangestelde burge meester zal gaarne zien, dat hij door een ieder als zodanig wordt geaccepteerd. Zou het om dit te bereiken een noodzakelijk voor waarde zijn, dat de burgemeester partijloos is Ik ge loof van niet. Het kan U bekend zijn, dat Uw nieuwe burgemeegster lid is van de anti-revolutionaire partij en van de Gereformeerde Kerk. Ik zou mij kunnen voorstellen, dat U van deze fei ten als zodanig 'met waardering hebt kennis genomen. Immers ook gij hebt gekozen voor een bepaalde poli tieke partij en de meesten onder U zullen eveneens een uitgesproken kerkelijke richting zijn toegedaan. Houdt mijn keuze-bepaling nu in, dat ik in mijn optreden als burgemeester partijman zal zijn Het is mijn innige overtuiging, dat dit niet het ge val behoeft te zijn. Ik zal er met grote ernst naar streven aan te tonen, dat het mogelijk is, zonder eigen religieuze en politieke opvattingen te verloochenen, zo danig boven de partijen te staan, dat ieders overtuiging recht wedervaart. Ik meende er goed aan te doen mijn zienswijze in deze» in het kort aan U kenbaar te maken, teneinde elk misverstand dienaangaande bij voorbaat uit te sluiten. Het wil mij voorkomen, dat dit niet de juiste ge legenheid is om klaagzangen aan te heffen over de nog steeds voortdurende onbevredigende financiële verhouding tussen het rijk en de gemeenten, hoezeer ook de zelfstandigheid van de gemeenten met dit pro bleem verweven is. Beter lijkt mij het oog te richten op datgene wat ons te dezer plaatse te doen staat. Reeds bij het eerste contact, dat ik met de wethou ders mocht hebben, werd ik getroffen door de liefde en het enthousiasme waarmede gesproken werd over de taken, waarvoor het gemeentebestuur van Axel zich ziet gesteld. U zult het mij niet euvel duiden, mijnheer Kesbeke, dat ik thans niet in den brede inga op alle problemen, die U zo juist hebt aangeroerd. Het zou mij niet pas sen mij reeds thans daarover een oordeel aan te matigen. Niettemin zal het een ieder duidelijk zijn, dat Uw kenschets van de gemeente een rijke belofte inhoudt voor het fascinerende van de taak, die mij hier wacht. Ik ben er zeer gevoelig voor, dat ik daarbij op de vol ledige steun en medewerking van de wethouders mag rekenen. Dat ons hierbij een capabel ambtenarencorps bnder leiding van een, naar ik vernam, voortreffelijk gemeentesecretaris, ten dienste staat is stellig een reden tot bijzonder verheugenis. Het zwaartepunt van de in de toekomst te nemen beslissingen ligt ongetwijfeld bij Uw raad. Immers de raad staat aan het hoofd van de gemeente en in Uw college dienen dan ook de besluiten te worden ge nomen, die uiteindelijk kunnen resulteren in een ver dere voorspoedige ontwikkeling van onze gemeente. Het is mede om deze reden, dat ik verheugd en trots ben van dit moment af Uw voorzitter te mogen zijn. Vele van de in de naaste toekomst aan de orde komen de zaken zullen, zoals door de loco-burgemeester al werd gesteld, slechts tot stand kunnen komen door samenwerking met de ons omringende gemeenten. Ik heb tot mijn vreugde vernomen, dat de onderlinge ver standhouding, met name tussen de gemeenten in de kanaalzone goed is. Niets zal mij liever zijn dan met toewijding en energie te arbeiden voor die zaken, welke van zo eminente betekenis zijn voor geheel Zeeuwsch-Vlaanderen. De naar wij hopen en verwachten voortgaande in dustrialisatie van onze gemeente zal ongetwijfeld so ciale problemen oproepen, die ruime aandacht vragen. Ik hoef hierbij slechts te wijzen op het vraagstuk van de huisvesting, dat ook thans nog zo nijpend is. Ook de culturele- en recreatieve functie van onze voor de streek als centrum fungerende gemeente zal mede ver dere uitbouw en vervolmaking behoeven. Gaarne spreek ik de hoop uit, dat het mogelijk zal blijken in harmonische samenwerking met Uw raad een voortvarend en vooruitstrevend beleid te voeren. Onze taak is duidelijkhet gezamenlijk behartigen van de belangen van de gemeente Axel. Hoewel er verschillen van inzicht kunnen zijn behoeft dit onder linge waardering niet uit te sluiten. Ik doe dan ook een dringend beroep op eendrachtige en loyale samen werking, zowel met Uw raad als ook met de ambte naren. Als de verhoudingen goed zijn kan er veel tot stand gebracht worden. Slechte verhoudingen zijn stag nerend voor een goed en doelbewust beleid en hebben uiteindelijk een funeste uitwerking op de arbeid. Het deed mij goed, mijnheer Kesbeke, dat U mij toe wenste, dat ik van dit mooie Zeeuwsch-Vlaamse land zal gaan houden. Mijn vrouw en ik zijn getroffen door de welwillende ontvangst, die ons van stonde af aan hier werd bereid. Het kan U allen uit de couranten publicaties bekend zijn, dat Zeeland voor ons geen onbekend gebied is. Hoewel onze familie grotendeels „aan de overkant" woont, zijn er toch ook enkelen woonachtig in Zeeuwsch-Vlaanderen. Reeds in onze kinderjaren werd ons behalve het Zeeuwse ook het Zeeuwsch-Vlaamse volkslied geleerd. Gij kunt er van overtuigd zijn, dat wij vanaf dit moment van harte in stemmen met de laatste strofe van het Zeeuwsch- Vlaamse volkslied „Dat is ons eigen landje, maar deel van Nederland." Wij zijn blij, dat de mogelijk heid geschapen is, dat wij ons reeds aanstaande maan dag metterwoon in Axel vestigen. Onze woning zal steeds voor U allen openstaan. Tenslotte zij het mij vergund nog enkele woorden te spreken tot enige alhier aanwezige, niet tot de raad behorende personen. (Vervolg op pagina 2)

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1961 | | pagina 1