AXELSE COURANT
De Nederlandse televisie
bestaat tien jaar.
Een hobby die tot internationale
bekendheid leidde.
VondjgS
IVOROL Elke tand een Sneeuwwitje
J. C VINK
Frankering bij abonnement, Axel
ZATERDAG 8 MAART 1958
72e Jaargang No. 14
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN
VERSCHIJNT IEEf 'E WOENSDAG EN ZATERDAG
Drukker - UitgeefsterFIRMA J. C. VINK
Red. en Adm.= Axel, Markt 12, Til. 0 1155-646
HoofdredactieJ. C. VINK
FIRMA
Markt 12
AXEL
Ideaal voor ieder
die brieven schrijft!
AANTAL KIJKERS GROEIDE VAN TIEN TOT ÉÉN MILLIOEN.
Op 18 maart 1948, nu dus bijna tien jaar geleden, ging het eerstie Nederlandse tele
visie-programma de lucht in. Op die datum begonnen de geregelde uitzendingen,
voorlopig nog driemaal per week en daarom kan 18 maart 1948 worden beschouwd
als de geboortedatum van de Nederlandse televisie. Het aantal kijkers groeide de
eerste jaren al gauw van tien tiot vele duizenden en in de tweede helft der achter
ons liggende periode nam de kijkersschare toe tot een legioen van ruim 1 millioen
landgenoten, die bij topprogramma's zeker rond de ruim een kwart millioen televisie
toestellen zitten geschaard.
T elevisiekoort'a.
Het kleine groepje pioniers, dat zich tien
jaar geleden op die regenachtige dinsdag
avond in de kleine studio in het Philips Na
tuurkundig Laboratorium bevond, heeft zel
den in grotere spanning verkeerd. Dagen
lang was er gerepeteerd en deze eerste
slachtoffers van televisiekoorts voelden zich
bij dit debuut verre van zeker. Maar pas
na afloop van het anderhalf uur durende
programma konden zij opgelucht ademhalen.
Want uit het verlossende telefoontje uit
Valkenswaard, waar een aantal directie
leden van de P.T.T. deze eerste uitzending
\olgden, bleek dat èn beeld èn geluid uit
wekend waren ontvangen. De televisie in
Nederland was een feit.
Het hoogtepunt van deze eerste uitzen
ding, waarin onder meer een goochelaar, een
i.mateur-astronoom en een specialist in het
bloemenschikken optraden, was ongetwij
feld het optreden van vader en zoon Pruis,
die na de uitzending zo gaat het verhaal
in hun baliekluiverige vermomming moei
lijkheden kregen met de nachtportier
Maar ook het optreden van Georgette Ha
gendoorn boeide de weinige kijkers van het
begin tot het eind.
PAB 3 en PAG 3.
Drie jaar lang kondigde de Nederlandse
televisie zich aan met„Goeden avond,
dames en heren. Hier is Philips Experimen
tele Televisie. Beeld en geluid over de
zenders PAB 3 en PAG 3". Op zaterdag
avond werd een film gedraaid en op dins
dag- en donderdagavond waren er studio-
uitzendingen. In deze periode waren niet
alleen de technici aan het experimenteren,
hetgeen allereerst de bedoeling van deze
uitzendingen was, maar ook programma-
luider Piet Beishuizen en regisseur E. K. de
Vries begrepen dat zij eigen wegen en
uiddelen voor dit nieuwe communicatie
middel moesten vinden. Alle mogelijke
zoorten programma's hebben zij voor de
camera's gebracht. Al gauw vonden zij de
naar hedendaagse begrippen primitieve en
bekrompen studio te klein. Een buitenuit
zending moest er komen, maar de appara
tuur hiervoor was nog niet gereed. De op
lossing was toen eenvoudig. Men opende de
deuren van de studio en zo was men in
staat een nieuwe vrachtauto, die te groot
was voor de studio, bij de kijkers te intro
duceren.
Twee jaar later was men echt in staat met
de camera's naar buiten te trekken en bij
de voetbalderby P.S.V.—Eindhoven wer
den de cameralieden voor het eerst met het
probleem geconfronteerd de bal in het beeld
te houden. Ook andere gebeurtenissen in de
omgeving van Eindhoven ging men op het
scherm brengen en zo werd stapje voor
stapje het werkterrein van dit zo fascine
rend medium verkend.
Zelfbouwers.
Geen wonder dan ook, dat knutselaars en
hobbyisten al gauw nieuwe mogelijkheden
ontdekten om hun vrije uren te vullen. Ont-
vang-toestellen waren de eerste jaren na
melijk nog niet te koop en wie ook het
wonder wilde zien, moest zelf de handen
uit de mouwen steken. De zelfbouwers togen
aan de slag met de hun eigen onverzette
lijkheid. Beeldbuizen van een enigszins be
hoorlijke afmeting waren er nog niet, maar
c een nood Katodestraalbuizen met een
leeldvlak van enige centimeters waren ook
tc qebruiken als alles meezat.
Was dat niet zo, dan bouwden zij bij
voorbeeld een vele meters hoge antenne om
1 ^ch maai; de signalen te kunnen opvangen.
Een amateur in het Peeldorpje St. Antonis
sjouwde zijn apparatuur zelfs in de kerk
toren naar boven. Zijn vasthoudendheid
werd beloond en hij kon driemaal aan het
klokketouw trekken voor mijnheer Pastoor
en de Vicaris het teken dat de proef ge
slaagd was en dat ze uitgenodigd werden
voor een „tele-visite" hoog in hun eigen
toren.
Na drie jaar.
Na drie jaar kwam er een einde aan deze
Eindhovense televisie-uitzendingen. De om
roepverenigingen namen de taak over en
onder hun hoede groeide zowel het aantal
uitzendingen als ook het peil van de pro
gramma's tot de toestand van vandaag,
waarvan gezegd kan worden dat de tele
visie al een niet meer weg te denken plaats
in de Nederlandse samenleving heeft ver
kregen. Sneller dan de radio groeide de
televisie van een aanvallige baby tot een
aantrekkelijke jongedame.
Na 1951 werd het stil in de kleine studio
in Eindhoven, maar de zender bleef tot het jj landse baby, Noudje Berkvens, die in 1948
tele televisieperiode. Van de na-oorlogse
periode wel te verstaan, want daarvoor was
er in Eindhoven o pdit terrein ook al veel
bedrijvigheid.
Voor-oorlogse activiteiten.
In het begin van de dertiger jaren be
gonnen de technici in het Philips Labora
torium zich intensief met deze nieuwe tech
niek bezig te houden, terwijl daarvoor al
enkele amateurs de eerste stappen hadden
gezet. Van hen was de heer F. Kerkhof wel
een van de meest bekende. In 1927 bouwde
hij een mechanische zender-ontvanger voor
10 lijnen enin later jaren, toen dank zij de
toepassing van elektronische systemen de
beeldkwaliteit aanmerkelijk beter-werd, deed
hij ook nog meer dan eens van zich spreken.
Intussen vorderde de techniek met grote
stappen en gedurende de laatste jaren voor
de tweede wereldoorlog werden door Phi
lips in verschillende landen televisie-demon-
stratie's gegeven, terwijl ook in Eindhoven
korte uitzendingen werden verzorgd. Bij één
van deze gelegenheden is de onvergetelijke
Koos Speenhof nog voor de camera's opge
treden. Deze korte uitzendingen worden met
de naam programma's echter overgewaar
deerd, want van enige regelmaat was toen
nog geen sprake. Daarmee werd plas in
1948 een begin gemaakt, toen de zenders
PAB 3 en PAG 3 in de lucht kwamen. Met
enige weemoed denkt men in Eindhoven en
omgeving nog aan deze tijd terug, die alle
kenmerken van het pionieren droeg.
Maar de tijd gaat snel. De eerste Neder-
vorig jaar in bedrijf voor het relayeren van
de Bussumse programma's. De houten toren
op één van de hoge Philipsgebouwen, waar
op de zendantenne een plaats vond, is het
laatste zichtbare teken van deze experimen-
voor de televisiecamera's optrad of juister
gezegd werd rondgedragen, is al een hele
knaap geworden. Het zwaaien naar tante
Hannie laat hij tegenwoordig aan de jongere
generatie over
MARY VAN REGTEREN ALTENA - KONING, DE POPPENDOKTERES
VAN WEESPERKARSPEL.
„Ha, die Martin". Martin, het zoontje van vier, knikt ons genadig toe. Hij is zich
bewust van zijn belangrijkheid. Want zonder Martin, zou Nederland een groot
artistiek talent missen. Martin is de ;man, die mevrouw Mary van Regteren Altena-
Koning aanleiding gaf tot het fabriceren van poppen. Want toen het kereltje met
zijn nog kromme beentjes de eerste stappen zett'e in zijn prille leven, besloot ztijn
moeder een pop voor hem te maken.
Veelbewogen leven.
Er ging een veelbewogen levensperiode
vooraf aan de poppenfabricage. Een levens
periode waarin Mary van Regteren Altena-
Koning vele vormen van kunst bestudeerde.
Haar wonderlijk leven met zijn vele schake
ringen op artistiek niveau, hebben de basis
gelegd voor de triomfrijke poppentijd.
Zij is tijdens de eerste wereldoorlog uit
Nederlandse ouders in België geboren. Haar
eerste ontwikkeling en opvoeding werd ver
deeld tussen een degelijk onderwijs aan een
Hollands meisjespensionaat en een Neder
lands gezinsleven in Engeland. Haar ouders
waren naar Engeland gegaan en op dit
Britse eiland stortte zij zich in haar eerste
studiewoede de muziek. Arthus Cawly,
een leerling van iemand minder dan Liszt,
was haar leermeester in Ipswich. Maar om
standigheden dwongen haar de muziek
vaarwel te zeggen. Van het conservatorium
te Amsterdam, waar zij later haar muziek
studies had voortgezet, ging zij naar de
Academie van Beeldende Kunsten te Den
Haag. Vier jaar lan ghield zij zich ge
spannen bezig met de beeldhouwstudie. Zij
had een studiebeurs gewonnen en die beurs
roemde Theo van Rijn. Deze Theo van Rijn
bezorgde haar beeldhouwles van de be-
bracht haar in contact met de even beroem
de graficus Aart van Dobbenburg. En deze
wees haar op een nog andere vorm van
hoge artistieke kunst het borduren als
kunstnaaldwerk. Zij vervaardigde meteen
enkele schitterende doeken. Er waren tal
rijke liefhebbers en de doeken vlogen de
deur uit. Zij vervaardigde deze kunstwerken
door met een edel-borduursteek het motief
plastisch vast te leggen. Een enorm werk.
Zo heeft zij eens een veldboeket gemaakt.
Een werkje dat negen maanden lang duurde
bij een arbeidstijd van zeven uur per dag
Een succesnummer.
Na haar huwelijk en de geboorte van
Martin kwam zij dus op het idee een pop
voor haar zoontje te gaan vervaardigen.
Zo kwam Pinokkio tot stand. Pinokkio was
een succesnummer en bovendien was het
een eigenwijs poppetje ,want het wilde niet
alleen blijven. Mevrouw Van Regeteren
Altena gaf Pinokkio gezelschap in de vorm
van Alladin en om dit duo wat schrik aan
te jagen plaatste zij het op één rij met de
heks van Hans en Grietje, de eerste karak
terpop.
De poppenroem verspreidde zich snel en
daar daagde de eerste man op, die zoveel
in die wonderlijke figuren zag dat hij de
kunstenares overhaalde haar geesteskinde
ren te exposeren. De heer Krikke uit Weesp
eigenaar van een kunsthandel, 'kweet zich
van die taak. Die eerste expositie in Weesp
werd een groot succes. Andere kunsthande
laren beid enop en uit vele plaatsen van ons
land. De heer Krikke trad toen op als ma
nager van de poppenmaakster en waar de
poppen kwamen, veroverden zij de harten
van allen die kwamen kijken.
De bestellingen vloeiden binnen, zoveel
dat mevrouw Mary van Regteren Altena
geen kans zag er aan te voldoen. Zij trad
o pvoor de televisie in het NCRV-program-
ma „Dit is mijn hobby". Die uitzending
sloeg in als een bom. Martin, zijn moeder
en de poppen veroverden heel Nederland.
Dagen lang bezorgde de post in Weesper-
karspel enthousiaste brieven van bewonde
raars en de telefoon stond niet stil.
Half gros.
Er was zelfs een Amerikaan die het kunst
werk verrukt bewonderde. „Half a gross"
bestelde hij. Een half gros, oftewel 72 pop
pen. „Ik ben geen machine", moet mevrouw
Van Regteren Altena gedacht hebben, en
zij ging niet op de bestelling in. Bovendien
maakt zij de poppen niet en masse. Zij
maakt ze omdat het haar liefhebberij is.
De vormgeving.
De kleding van de poppen bestaat uit
vodden. Elk vod kan de „poppendokteres"
gebruiken. Ze kan met deze kleurrijke lap
jes stof de prachtigste kleding vervaardi
gen. Rond het bloemendraad dat als ge
raamte gebruikt wordt, brengt zij viltdoek
aan. En dan komt het moeilijkste karweitje
het gezicht. Door middel van een krant geeft
zij vorm aan de schedel, aan jukbeenderen
en wangen. Met een vlijmscherp mesje moet
zij uit stukjes kurk, o zo minitieus de neus,
de oren en de lippen snijden. Dan wordt het
geheel overtrokken met een nylonkous. Die
nylonkous geeft aan het gelaat een natuur
lijke kleur die zij met pastelkleur nog wat
bijwerkt. Dat laatste is heel belangrijk. De
pastelkleur moet immers het karakter van
de pop uitbeelden. Een door zorgen ge
kweld figuurtje vraagt minder rouge, dan
b.v. een vrouw van het land. Wat ontzet
tend lastig is, is het aanbrengen van rimpels.
Met naald en draad moet zij de rimpels in
het nylon steken. Op groot gevaar af, dat
de kous gaat „ladderen". Elke millimeter
rimpel betekent een karaktertrek
Met een loep.
Voordat de nylonkous over de schedel
wordt getrokken, worden de holtes met
watten opgevuld. Het haar is van hennep,
bont, smyrnawol of van uitgerafeld koord.
Het aanbrengen van de karaktertrekken
is een ongelooflijk geduldwerkje. Er komt
een loep aan te pas, om de naald en draad
op de juiste plaats in het nylon te steken.
Zelfs de pupillen in de ogen moeten uiterst
minitieus worden aangebracht. Ook een pop
mag niet loensen of scheel kijken.
En mevrouw Mary van Regeteren Altena
babbelt voort. Als het over haar poppen
gaat, kan zij uren en uren vertellen. Toen
zij ons vertelde welke karaktertrekken zij
aan haar poppen heeft willen meegeven,
kwamen die wonderlijke en toch zo mooie
figuurtjes nog veel meer tot leven. Zo dat
vrouwtje, dat zij spontaan maakte tijdens de
Hongaarse opstand. Zij verbergt haar hoofd
in haar ene hand. Het hoofd dat het ver
driet niet meer kan verwerken, zoekt om
steun. De andere hand heft zij bezwerend
omhoog. Daarmee tracht zij alle ellende, die
nog op haar afkomt, van zich af te houden.
Of kijk eens naar die mekende blikken van
Porgy and Bess uit de opera van Gershwin,
die haar schatten aan ideeën gaf. Daar staat
een gedrocht, een dwerg, met stomme ver
bazing kijkt hij de wereld in, terwijl hij
zijn hand aan het oor houdt, om maar niets
van de gesprekken te missen. Bacchus staat
te zwaaien op zijn benen. In zijn ene hand
houdt hij een tros druiven, de vrucht die
hem zijn onmisbare druivendrank bezorgt.
Vele poppen beelden personen uit de Ca
mera Obscura uit. Daar zijn Prikkebeen met
zijn vlindernetje, juffrouw Kegge en Pieter
Stastok. Daar zijn ook de heer en mevrouw'
Kegge en de profesor.
Veel ideeën.
„Er leven veel poppen in m'n hoofd" ver
telde mevrouw Mary van Regteren Altena
ons. „Soms, als er iemand binnen komt,
denk ik Daar heb je een pop. Ik zie overal
poppen, ze staan zich in m'n hoofd te ver
dringen. En toch heb ik nooit een teveel aan
ideeën. De pop die gemaakt moet worden,
dringt zich zo sterk naar voren, dat ik ze
meteen zie. En dan ga ik over dat figuurtje
fantaseren. Ik zoek naar zijn karakter en
denk aan zijn vreugde en smart en dan, als
ik inspiratie genoeg heb, ga ik aan het werk.
zonder ook maar één schets op papier te
zetten."
We zijn gegaan. Enigszins bevreesd, dat
zij ook in ons „een pop voor haar" zag.
In enkele jaren heeft deze kunstenares dus
maar een veertig poppen gemaakt. Een op
het oog gering aantal. Maar juist dit aantal
bewijst met hoeveel geduld en nauwkeurig
heid de maakster te werk gaat. Zij wil geen
pop afleveren of zij moet er van overtuigd
zijn, dat het dat figuurtje is, dat zij in haar
gedachten heeft ontwikkeld. En toch is Mary
van Regteren Altena niet altijd tevreden
over haar poppen. Een figuurtje, dat zij vol
maakt in haar gedachten droeg, heeft zij
nog niet even volmaakt kunnen vervaardi
gen. Zo zal zij altijd blijven zoeken. Steeds
maar weer zoeken naar nieuwe poppen, die
de volmaaktheid zo dicht mogelijk benade
ren. En wij kunnen er 'dus van verzekerd
zijn, dat ons nog vele wondermooie schep
pingen uit Weesperkarspel te wachten staan.
Gemaakt door een vrouw, die leeft bij de
gratie van het talent en gedragen wordt door
haar treffende artisticiteit.
ABONNEMENTSPRIJS: Losse nummert 6 cent
Kwartaal-abonnement
Axel binnen de kom f 1,55 Andere plaatsen f 1,75
Buitenland i 2,00
ADVERTENTIEPRIJS8 cent per m.m.
Bij contracten belangrijke reductie.
Inp «oxiden Mededelingen 20 cent per m.m.
Klelnw kdvertentlên (maximum 6 regels) 1-5 regelt
70 cent Iedere regel meer 12 cent extra.