AXELSE COURANT
sar 4
GEMEENTERAAD VAN AXEL.
1-klas
J. C. VINK
ZATERDAG 28 SEPTEMBER 1957.
71e Jaargang No. 102
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN
VERSCHIJNT IEDf1 E WOENSDAG EN ZATERDAG
FIRMA
w
1 Ideaal voor ieder
die brieven schrijft:
Markt 12
AXEL.
ZITTING VAN DONDERDAG 26 SEPTEMBER 1957.
SOBER BEGROTINGSSTUK MET ƒ160.000.- ONGEDEKT TEKORT
ONTKETENT TOCH ZWAARWICHTIG DEBAT.
Baby-verzorging
met Babyderm-preparaten
Huidje van alle smetten vrij,
hoofdje rein met gezonde haargroei
Enmkering bij abonnement, Axel
ABONNEMENTSPRIJSLosse nummers 6 cent
Kwartaal-abonnement
&xel binnen de kom f 1,55 Andere plaatsen f 1,75
Buitenland f 2,00
Drukker-Uitgeefster: FIRMA J. C.VINK
Red. en Adm.: Axel, Markt 12, Til. 0 1155-646
Hoofdredactie: J. C.VINK
ADVERTENTIEPRIJS: 8 cent per m.m.
Bij contracten belangrijke reductie.
Itip «onden Mededelingen 20 cent per m.m.
Kleiiu. id vertent iën (maximum regels) 1-5 regels
70 cent iedere regel meer 12 cent extra.
Onze administratieve staf ter gemeente-secretarie heeft het klaargespeeld anno 1957 voor een vroeg-
t:jtfiger dan ooit gereed gekomen begroting voor het jaar 1958 zorg te dragen. Alzo heeft Axel wel
een heel bijzondere primeur. Behorende tot de vijf grootste plaatsen in onze provincie heeft het
ambtenarenkorps voor een deel hiermede belast desondanks reeds eind juli de toch zeer lijvige,
drieledige begroting, voorzien van de memorie van toelichting, samen enige honderden bladzijden (folio)
tellende, kant en klaar aan de gemeenteraad weten voor te leggen. Dit is zeker wel een unicum en
getuigt, dat men ter secretarie van „wanten" weet als er werkelijk aanpakken is geblazen.
Zo kwam de Raad dan donderdagavond nogal
deerlijk door het „griep-duiveltje" gehandicapt bijeen.
De heren Pijpelink en Gerrits lieten verstek gaan op
de presentielijst om deze redenen, terwijl de heer de
Kraker zonniger oorden had opgezocht en momenteel
aan de andere zijde van c!^ evenaar vertoeft.
Na de bij hamerslag goedgekeurde notulen van de
twee voorgaande vergaderingen volgden de gebrui
kelijke ingekomen stukken die een uitgebreide toe
lichting vereisten van de voorzitter naar aanleiding
v n een niet ten halve uitgesproken vraag van de
heer Oggel aangaande het Centraal Bouw- en Wo.
ningtoezicht (2e kwartaal 1957).
Hetzelfde geschiedde aan het adres van de heer
Hamelink naar aanleidin gvan zijn gestelde vraag
negens de voor 195 7gedane toewijzing van woningen.
Met de beantwoording dezer beide appèllanten ging
drie kwartier heen .doordat ook de kelderruimte onder
het stadhuis nog eens ter sprake kwam. Het was de
heer Hamelink die van mening was dat de oude open
bare school te zijner tijd in dit opzicht wellicht uit
komst zou kunnen bieden inzake museum-ruimte voor
de hoerenkamer .terwijl de heer Oggel nog eens uit
drukkelijk aandrong op verruiming van het te ge
ringe volume in de catacomben van ons Axels capi-
tool, een omgeving diê hij uiteraard meer geëigend
en te prefereren vond dan de oude muffe school
lokalen aan de Kerkdreef.
Hierop werden de vijf aftredende leden der com-
m'ssie van advies woonruimtewet, die naar traditie
jaarlijks per 1 oktober aftreden alle met bijna alge
mene stemmen als zodanig herkozen. Dit zijn naar
bekend is de heren M. J. van den Berg, C. J. van
den Bos, J_. Pijpelink, I. C. Provoost en P. Scheele Kz.
Een bedrag van plm. ƒ200.— werd gevoteerd op
het verzoek van de vereniging voor Chr. Nat. School
onderwijs op grond van de artikels 72 en 73 der
L.O.-wet 1920, wegens noodzakelijke aanvulling van
leermiddelen.
Aangenomen werd vervolgens een voorstel op het
bestuur van de R.K. Kleuterschool om op grond van
artikel 50 der Kleuteronderwijswet de benodigde gelden
te verschaffen voor verbetering van de sanitaire toe
stand der kleuterschool, alsmede tot het aanschaffen
van speelmateriaal.
Aangenomen werd vervolgens een voorstel op ver
zoek van de N.V Bouwfonds Ned. Gemeenten om
rente en aflossing te garanderen voor een te bouwen
woning van een spaarder van dit bouwfonds, de heer
W. J. Dekker Dz., alhier. De hiervoor te verlenen
garantie voor rente en aflos beloopt 16.558,27. Wordt
besloten onder voorwaarde van borgtocht de bij eerste
hypotheek te verstrekken geldlening te waarborgen.
Beschikbaar gesteld werd een bedrag groot ƒ546,12
per jaar. gedurende een tijdvak van 1 5jaren, voor de
electrificatie van eenzestal percelen in de Smits.
Coegorspolder. Het betreft hier de percelen D. Dek
ker, Q 23M. I Brandes. n 26M. de Feijter,
Q 27 Gebr. IJsebaert, Q 28 L. an Cadsand, Q 29
cn D. van Cadsand, Q 30.
Hierna volgde het voorstel op het verzoek van de
heer T. L. Brugge om verhoging van het jaarlijks
garantiebedrag ten behoeve van de exploitatie van
het badhuis, ingaande 1 januari 1957 en om ver
hoging van de tarieven voor het gebruik van kuip
en douchebaden, ingaande 1 oktober 1957.
Met de heer Brugge is in 1951 een overeenkomst
aangegaan voor het exploiteren van een badhuis met
als voorwaarde, dat bij een lagere ontvangst uan
9500.per jaar, de gemeente een bijdrage in deze
kosten zal geven van 3000.gedurende tien jaar.
Thans vraagt hij een verhoging van deze gemeen
telijke bijdrage, aangezien hij belangrijke bedragen
heeft uitgegeven ten behoeve van het badhuis en
wegens stijging der exploitatiekosten.
Wat de hogere kosten van investeringen betreft
zijn dit stichtingskosten die buiten beschouwing kun
nen blijven. De overige exploitatiekosten zijn normaal.
Mede op grond van de financiële toestand der ge
meente kunnen B. en W. niet voorstellen op dit ver-
zoe kgunstig te beslissen.
Wat de verhoging van de tarieven betreft voor het
gebruik van douche- of kuipbad, resp. van 25 op
'0 cent en van 45 op 50 cent, nigaande 1 oktober
bestaat geen bezwaar, weshalve B. en W. voorstellen
deze nieuwe tarieven goed te keuren, hetwelk zonder
hoofdelijke stemming geschiedt.
Besloten werd het crediet in rekening-courant met
de Bank voor Ned. Gemeenten voor het tijdvak van
1 okt. tot 31 dec. 1957 te verhogen met 200.000.
waarna werd aangenomen het voorstel tot verlagen
van het lopende credie in rekening-courant met de
zelfde Bank over .september en wel met ƒ250.000.
Het maximum crediet bedroeg ƒ700.000..
Vervolgens kwam aan de orde het kardinale punt
dezer agenda, de vaststelling van de diverse begro
tingen voor het dienstjaar 1958.
Het betreft hier de gemeentebegroting 1958 met
drie wijzigingen. de begroting van het gemeentelijk
gasbedrijf de begroting van het gemeentelijk woning
bedrijf de begroting van de vleeskeuringsdienst cn
de begroting van het burgerlijk armbestuur (goed
keuring).
ALGEMENE BESCHOUWINGEN.
De Voorzitter wenst naar geldend gebruik de ge
legenheid open te stellen tot het houden van alge-„
mene beschouwingen.
Deze worden geopend door de heer C. van Bendegem
(P.v.d.A.) die verklaart deze begroting te beschouwen
als datgene wat met deze „onsamenhangende club"
momenteel is te bereiken. Van de overzijde is meer
dan eens de stelling geponeerd dat spr. partij in alles
haar zin weet te verkrijgen hetgeen hij een zeer na-
ief standpunt noemt. Men kan, zoals ook hier, :iu
eenmaal niet verder springen dan de polsstok lang s.
De politieke verhoudingen maken het er niet ge
makkelijker op en het is nu eenmaal het noodlot dat
over verschillende partijen hangt waar de inwendige
verschillen vaak zeer uiteenlopend zijn, zodat men in
de boezem dier partijen zelve voortdurend naar com
promissen moet zoeken.
Het is verre van ons de mensen te willen dwingen
allen lid van de P.v.d.A. te worden, maar we ver
wonderen ons toch vaak over de bestaande en steeds
tot uiting komende controversen tussen de heren Pijpe
link en de Putter in de a.r. partij, waar de scheids
lijn dwars doorheen loopt, maar de heer de Putter in
alles steeds de beste plaatsen voor zichzelf opeist,
hier is geweest
Als spr. dan verder let op de bovendien aanwezige
kerkelijke verschillen en we zien dat het de heer
Oggel is geweest die hier zijde bij heeft gesponnen,
dan heeft spr. daarover geen/', te verheffende indruk.
Niet dat spr. er een hekel aan heeft dat de heer Oggel
hier zit maar deze dient zich te realiseren dat we ons
in een wereld bevinden waarin men moet leven cn
niet in een klooster waar men zich met zijn dogma
opsluit in de stille atmosfeer van de cel. Al moet het
gezegd dat de heer Oggel er de man niet naar is zich
in de stilte op te sluiten, maar hij is intussen met zijn
oppositie niet verder gekomen dan zijn stemmen op
de heer de Putter als wethouder.
Spr. zegt dit tegen het wel eens door de heer Oggel
gelanceerde verwijt dat hij niet principieel genoeg zou
zijn. Spr. verklaart niet op een zodanige wijze van
twee wallen te willen eten zoals dit geschiedt in het
confessionele kamp. Wel voelt hij zich doordrongen
te beamen het woord van de apostel Paulus „We zijn
schuldenaars van het leven
Spr. verwondert zich ook nog zeer over de sterke
positie die de c.h.-fractie hier tot dusverre nog steeds
innam. Het is hem niet duidelijk-hoe dit eigenlijk kan.
De logica daarvan is hem nog steeds onduidelijk. Het
is bovendien niet gemakkelijk met deze vertegenwoor.
digers de degen te kruisen daar zij niet genegen zijn
tot een diepgaand debat over enig principieel stand
punt of vraagstuk.
Wie gedacht zou hebben dat met de intrede van
een V.V.D..-er in de Raad er hier eens een frissere
wind zou gaan waaien, is al heel bedrogen uitgekomen.
Het eerste wat van deze kant gebeurde was mede
helpen om te verhinderen dat een P.v.d.A.-wethouder
zou worden gekozen. Verder zal deze partij ook wel
niet gaan, wijl zij volgens hem een conservatieve partij
is en daarvan naar zijn mening niet anders te ver
wachten is.
Ten aanzien van de begroting is hij nie#t ten voile
tevreden over de gang van zaken bij gemeentewerken.
Een meer efficiënte arbeidsverdeling zou ongetwijfeld
economisch tot meer verantwoorde resultaten leiden.
De helicopter-verbinding dient naar zijn mening te
worden gehandhaafd en acht hij een streekbelang van
de eerste orde.
Aan de besprekingen die overigens voorafgingen
aan de behandeling dezer begroting in de afdelings
vergaderingen kan hij verder niet zo heel veel meer
toevoegen.
Hij verheugt zich in het trots bezit van het recreatie
oord maar enkele dingen kunnen niet ten volle be
vredigen, in casu het steeds ontbreken van een rap
port. Hier is nu een gelegenheid tot meerdere sprei
ding van kunst en cultuur. We hebben nu in het
openlucht-theater één opvoering gehad. Spr. hoopt
dat het ene optreden spoedig door meerdere zal wor
den gevolgd. Ook hoopt hij dat het kampeerterrein
spoedig aan zijn bestemming zal voldoen, maar zijn
klacht ten aanzien van de recreatie-commissie houdt
hij staande door de vraag te lanceren of het wel
licht niet net zo goed gaan zou als men deze com
missie maar afschafte.
Intussen toont spr. zich zelfs van een verlichte dic
tatuur geen voorstander.
Hij beëindigt zijn schriftelijk betoog met een plei
dooi ten gunste van een openbare kleuterschool, de
spoedige realisering van het saneringsplan en uit zijn
lof over de totstandkoming van het nieuwe zwembad.
Omtrent de dienst van sociale zaken vindt hij het
beter niet zoveel te zeggen. Hij beëindigt zijn betoog
met de verwachting van het morgenrood van ven
nieuwe dag.
Ten slotte vond spr. het geen stijl dat bij gelegen
heden als de ontvangst der Polen de honneurs niet
door de burgemeester of één der leden van het college
werden waargenomen maar door een ambtenaar..
Aan het slot van zijn betoog vond kpr. ten slotte
nog gelegenheid een. beroep te doen op een zijns in
ziens nodig verhelderend doorbrekend inzicht dat wat
hem betrof zou mogen leiden tot het groeperen van
alle conservatieven in de V.V.D. en alle vooruit-
strevenden in de P.v.d.A. tot aller stoffelijk welzijn.
De heer Kesbeke heeft met zeer veel belangstelling
de memorie van toelichting van B. en W. gelezen cn
daarin ondanks een lange opsomming van sombere
feiten en een overheersende toon in mineur, ook enige
lichtpunten aangetroffen.
Men kan nu b.v. ten koste van alles trachten een
sluitende begroting te forceren door b.v. bezuinigingen
door te voeren op de meest onontbeerlijke posten.
Spr. voelt echter voor een zo rigoreuze politiek niet
veel en zo is hij op zijn zachtst uitgedrukt niet bijster
te spreken over de bestedingsbeperking welke hij een
onverstandige politiek noemt.
Zo trof het hem dat zovele werken, naar een verdere
toekomst moeten worden verschoven, zoals de sane
ringsplannen, e.d. Doch de zinsnede in de sombere
memorie van toelichting over Plan Zuid heeft hem
waarlijk goed gedaan en hierin zit wel enig perspec
tief als we nagaan dat Axel ook als vestigingsplaats
voor mensen van elders steeds meer in trek komt.
Hij maakt zich tot tolk van de Axelse middenstand
door B. en W. dank te 1 engen voor het zeer vele
dat zij in meer dan 10 jaar tijds voor de gemeente
Axel wisten te bereiken. En dat het college dit streven
wil activeren en steeds verder wil voortgaan te blijven
stimuleren is naar zijn mening een grote verdienste
waarvoor hij niet dankbaar genoeg kan zijn.
Overigens mist deze tamelijk uitgebreide memorie
van toelichting naar hij tot zijn bevreemding moest
constateren bij het weinige nieuws dat er nu eenmaal
niet te vinden is in deze begroting, ook enige zin
speling omtrent de huidige woningnood. Dat éne ding
heeft spr. zeer sterk gemist, terwijl dit toch een der
meest brandende vraagstukken en problemen is. Het
is naar zijn mening thans toch zo dat er door de
stilstand van de volkswoningbouw momenteel zelfs
geen sprake meer is van bevolkingstoename, eerder
zelfs van afneming. Er is als spr. het wel heeft de
laatste jaren een verloop te constateren.
Spr. vestigt de aandacht nog eens op de brandbe
strijding in de buitenwijken. Tevens pleit hij hard voor
handhavin gvan de helicopterverbinding met Rotter
dam en kan hij zich in weerwil van de aanqekon-
digde versobering ook met het subsidiebeleid wel
verenigen al zijn er natuurlijk altijd dingen waarom
trent het hard valt dat men nu eenmaal niet meer
kan doen dan men gaarne zou wensen en willen. Per
saldo uit hij zijn tevredenheid over de samenwerking
die hier in de Raad zowel als bij het college steeds
in verblijdende mate bestond. Hij beëindigt daarna
zijn rede met de wens uit te spreken dat ook in 1958
eenzelfde eenheid en. harmonie zullen blijven heersen
hetgeen niet anders ïal kunnen zijn dan ip het be
lang van de gemeente Axel.
Hierna was bet woord aan de heer Oggel, die zijn
zienswijze op de begroting als volgt weergaf
Mijnheer de Voorzitter,
We zitten hier vóór ons met een begroting-1958,
welke sluit met een zeer groot tekort. Hierbij dienen
we tevens rekening te houden met het feit dat er
weinig kans is dat dit tekort kan worden opgevangen
door een verhoogde uitkering per inwoner, gezien de
uitlating van de minister van Financiën bij de in
diening der Rijksbegroting.
We zien dat de conjunctuur aan het keren is en
we krijgen nu de rekening gepresenteerd van de, ons
opgedrongen, financiële politiek der na-oorlogse jaren.
De politiek van geldverspilling en verdeling van een
welvaart die in feite nog fictief was, schijnt ten einde
te zijn. Mede door de ten top gestegen belastingen
lopen de resultaten van het bedrijfsleven achteruit,
zodat dit weer zijn gevolgen heeft voor de nog te
innen belastingen. Daarbij komt de dreiging van een
toenemende werkloosheid, zodat het uitzicht voor het
nieuwe begrotingsjaar zeer somber is. De door de
regering toegepaste bezuiniging in modern Neder
lands genoemd „bestedingsbeperking" zal zeker
niet nalaten zijn diep esporen te trekken in de finan
ciën der gemeenten.
Hiermee dienen we reeds nn rekening te houden.
Het zal nodig zijn verschillende objecten die we voor
onze gemeente noodzakelijk achten te verschuiven en
uit te smeren over latere jaren. Daarbij komt de
vraag naar voren of grote subsidie's die gegeven
worden voor doeleinden die dit op zichzelf waard
zijn, in deze omstandigheid wel als verantwoord be
schouwd kunnen worden. Als daardoor de uitvoering
van werken in bet algemeen belang van Axel worden
vertraagd, moeten we in dezen zeer voorzichtig zijn.
Als we de oorzaken van deze malaise nagaan blijkt
dat het uitsluitend rechtsbesef, dat in alle sectoren
van het leven te constateren valt en dat op het terrein
van de Overheid merkbaar is in de wetten en voor
schriften' die ze uitvaardigt, zijn wrange vruchten nu
reeds afwerpt. Het standpunt „Recht ist was uns
nützt", toeqepast tijdens de Duitse bezetting, blijkt
ook voor Nederland gemeengoed te worden, ia, de
Overheid maakt zich hieraan zelve, herhaaldelijk
schuldig. Zo zien we de rechtsstaat in gevaar komen,
daar de Overheid niet meer het recht Gods tot gelding
wil brengen. En de geschiedenis leert ons dit
als we het maar willen zien, dit leidt tot een fiasco.
Bij het opmaken van deze begroting kon uiteraard
geen rekening worden gehouden met de rentestandaard.
Het is te vrezen dat de rentebedragen belangrijk meer
zullen vragen dan begroot is. De financiële politiek
der regering, die de laatste tijd verhinderde het af
sluiten van langlopende leningen tegen een lager rente
type, was oorzaak van het afsluiten van kasgeld
leningen tegen een veel hogere rente, hetgeen de uit
gaven uiteindelijk niet onbelangrijk verhoogt.. Wel
heeft de minister hiervoor een oplossing in het voor
uitzicht gesteld, doch we dienen af te wachten of
deze inderdaad wordt gerealiseerd en moeten daarom
rekening houden met mogelijke tegenvallers.
De gemeente is geheel afhankelijk van de Staat,
daar zij niet zelfstandig over financiën kan beschik
ken iedere uitgaaf moet worden goedgekeurd. Hier
door is gemeentelijke zelfstandigheid een volkomen
fictief begrip geworden. Men komt er allicht toe, In
de ontwikkeling der onmstandigheden ,zich hierbij
neer te leggen of gemeentelijke autonomie als een
verouderd begrip te gaan beschouwen. Dan echter
wordt de Staat het allesomvattende en wordt de ge
meente enkel een administratief orgaan. Het diri
gisme dat het overheidsbeleid kenmerkt, laat niet
toe dat dit beleid doorkruist zou worden. Wil men
met effect strijden voor de autonomie der gemeente,
dan moet stelling worden genomen tegen dat dirigisme
dat wordt voorgestaan door alle regeringspartijen van
P.v.d.A. tot A.R. toe. Van dat dirigisme is Axel de
dupe geworden, door de beslissing van de minister
in de procedure over de aansluiting bij de Centrale
Dienst voor Bouw- en Woningtoezicht, tegen het
goedgefundeerde advies van de Hoge Raad in.
Over de in elke begroting voorkomende verplichte
en noodzakelijke uitgaven, hebben we als gemeente
raad niets te zeagen, zodat ik hierop niet nader inga.
De door ons gewenste uitgaven kunnen we voorleggen
aan Ged. Staten, zodat deze wel een bespreking
waard zijn.
Met de stratenverbetering zijn we achterop geraakt
en deze dient ook zo grondig mogelijk te worden aan
gepakt Tegen volgend jaar staan enkele „noodge
vallen" op het lijstje met name de Polenstraat, de
Gentsevaart^raat en de Zeestraat, doch ook de
Oudeweg mag zeker als een noodgeval worden be
stempeld. En zal de hele Weststraat moeten wachten
tot de sanering van de Oudewijk Ook voor de
Emmastraat zal uiteindelijk een oplossing moeten
worden gezochtDit zijn alleen de ergste gevallen.
De toestand van verschillende buitenwegen, in het
bijzonder ZoutespuiSchapenbout en Kijkuit^Zee-
dijk is allerdroevigst. Mijns inziens moet de gemeente
hierin meer stimulerend optreden, zo mogelijk enige
hulp bieden .hoewel we de juiste tijd voorbij hebben
laten gaan. Deze gevallen mogen we echter niet uit
het oog verliezen.
Over het algemeen meen ik het beleid van B. en W.
actief te mogen noemen, behalve in enkele dingen
zoals de wegenverbetering. Soms lijkt het dat de
toch wel gewenst is. We moeten trachten Axel zij-n
leden niet ten volle in de materie inzitten, hetgeen
plaats, die het zich na de oorlog heeft veroverd, te
doen behouden en onze positie als centrumgemeente te
verstevigen. In dit verband is het van belang meer
kleine industrie aan te trekken, want op dit gebied
is er nog bitter weinig bereikt. Wordt hieraan toch
de nodige aandacht geschonken
Zoals ik reeds meermalen heb opgemerkt die«t de
Schooltandverzorging als zijnde primaire taak der
ouders, te worden afgewezen, evenals de Baatbelasting
die slechts een zeer klein gedeelte van de bevolking
raakt, terwijl ieder van de verbeteringen profiteert.
De tollen zijn nu eenmaal uit de tijd en daar willen
we niet meer heen, anders zou dit een meer eerlijke
heffing zijn.
Verschillende subsidie-bedragen zijn tamelijk hoog
opgevoerd. Voor zover deze slechts een deel der be
volking ten goede komen of bestemd zijn voor doelen
uitgaande van kerken of groepen zijn deze mijns in
ziens niet geheel te verdedigen. Nauwlettend moet
worden toegezien dat hierdoor het belang van de ge
meente als geheel niet wordt geschaad. Wat ver
schillende verenigingen betreft, laat deze het meer
zoeken in eigen initiatief, b.v.. door werving van leden
en donateurs ,daar de gemeentekas hoogstens enige
aanvullende steun kan bieden. Op zaken de Volks-
gzondheid betreffende, meen ik dat niet bezuinigd moet
worden ,daar dit de algemene welstand der bevolking
raakt.
Een grote vooruitgang is dat de nieuwe straatver
lichting voor een groot deel is voltooid. Laat ons
hopen dat de afwerking niet te lang meer op zich
laat wachten.
De woningbouw staat helaas stil op enige parti
culiere bouw na. Ik wil B. en W. vragen om diligent
te zijn, nu het Rijk de woningbouw voor haar rekening
neemt, een zo groot mogeliik volume voor Axel los
te maken. En dan ook woningen voor de grotere
ge,zinnen, daar voor dezen de moeilijkheden het grootst
zijn.
Ook wordt nog steeds gewacht op de beschikbaar
stelling van een geschikte ruimte voor de „Boere-
kamer" en de bouw van de aula op de Algemene Be
graafplaats.
Zo zijn er veel dingen die we steeds voor de aan
dacht moet enhouden. Naast genoemde zaken zijn het
o.a. de rioolzuiveringsinstallatie en de sanering van de
Oudewijk. Al die zaken moeten naar de toekomst
worden verschoven, doch we moeten die steeds voor
ogen houden en als er een kans komt, ze uitvoeren.
Laten we eerlijk en naar beste weten bouwen aan
de toekomst van onze gemeente, wetend dat alleen
door hierin God te dienen en onder Zijn zegen, iets
kan worden bereikt.
Voor zover betreft de behandeling der gemeente
begrotingen .sluiten we nu een Raadsperiode af.
Mijns inziens is de samenwerking in deze periode
over het algemeen goed geweest en vruchtbaar voor
de gemeente. Al is men het niet met de mening van
een ander eens. toch dienen we eikaars overtuiging
te respecteren. Dit, voor zover men zich gedraagt vol.
gens het etiket dat men zich bij de verkiezing laat
opplakken. Als men zich laat candideren door een
christelijke partij ,mag worden verwacht dat men zich
in alles ook christelijk houdt en handelt volgens zijn
beginselprogram.
Dc» principiële uiteenzetting, die ik in het begin
van deze raadsperiode meende te moeten geven, is
beter opgenomen dan eerst het geval leek te zijn. De
hoenders zijn door deze knuppel wel opgevlogen, doch
niet aan het vechten geslagen. De raad die ik van
iemand van de overzijde ontving, n.l. om maar met
mijn beginselen in een klooster te gaan, heb ik niet
gevolgd, misschien wel eens tot verdriet van de advi
seur. Steeds -heb ik getracht de zaken principieel te
stellen, om uiteindelijk tot een verantwoorde slot
conclusie te komen. (Wordt vervolgd)