AXELSE COURANT Voor de poorten van Tibet. Wordt de vakantie wettelijk vastgesteld Jeugdherbergen in België nippers J C. VINK Frankermg bij abonnement, Axel ZATERDAG 17 AUGUSTUS 1957 71e Jaargang No. 90 NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN VERSCHIJNT IEDf E WOENSDAG EN ZATERDAG Drukker UitgeefsterFIRMA J. C. VINK Red. en Adm.: Axel, Markt 12, Tal. 0 1155-646 HoofdredactieJ. C. VINK Ideaal voor ieder die brieven schrijft! FIRMA Markt 12 AXEL. FRANSE ARTS DRONG DOOR EEN GEHEIMZINNIG BAMBOEGORDIJN. CHINESE BANDIETEN OVERVIELEN EN BEROOFDEN HEM. Talrijlke ontdekkingsreizigers 'hebben door Tibet rondgedoold, waarvan Sven He- din wel de bekendste is, maar toch hangt er nog een geheimzinnig waas over dit ruim 1 millioen vierkante kilometer grote gebied met slechts ruim twee millioen inwoners. Vooral echter door de expeditie's naar het Himalaya-gebergte is Tibet de laatste jaren meer in het middelpunt der belangstelling komen te staan, een belangstelling waarvoor de Chinese machthebbers weinig voelen cn vandaar dan ook het bamboe-gordijn. Waarschijnlijk de laatste Europeaan, die Tibet doorkruiste, was de Franse arts en ontdekkingsreiziger André Migot. Zijn po gingen om in de heilige plaatsen, de kloos ters van Lhasa door te dringen, zijn echter mislukt. Zijn belevenissen heeft hij opge tekend in een boek ,,Voor de poorten van Tibet", wat onlangs bij Scherz en Goverts te Stuttgart is verschenen en waaraan het onderstaand avontuur is ontleend Ik was mijn dragers al een eind vooruit. Sedert de middag had ik nog niets gegeten en mijn lege maag deed me het dal nog troostelozer toeschijnen. Eindelijk, het was bijna vier uur, kwam ik aan een 'klein dorp, dat zowaar een herberg rijk was. En oude vrouw en een kleine jongen staarden mij heel lang aan, voor ik hen duidelijk kon maken, dat ik graag iets te eten wilde. Toen verschenen ze spoedig met een scho tel koude rijst en een kop thee. Terwijl ik dit eenvoudige maal verwerkte, verschenen ook de dragers, maar ze waren zo uitgeput, dat ze het vertikten om nog verder te gaan. mijn dure fototoestel zat en een vierde trok mij mijn schoenen uit, kortom, ik werd syste matisch geplunderd. De rest van de bende was druk bezig mijn bagage te verdelen. Ik moest helpen drie paar schoenen te sor teren en hun het verschil tussen een rechter- en een linkerschoen uit te leggen. Ik pro beerde nog om mijn Leica en mijn voorraad van ongeveer 50 filmpjes te redden, maar ze waren erg argwanend en meenden, dat er in de kleine doosjes een of ander tover middel zat of een schat. Niettegenstaande mijn protesten maakten ze deze stuk voor stuk los en haalden ook mijn camera uit elkaar. De bandiet, welke zich meester had gemaakt van mijn handkoffer en die naar het scheen de aanvoerder was, bewaakte zijn buit angstvallig en het gelukte me niet, ook maar iets te redden. Intussen had de rest van de bende niet stil gezeten. De bandieten keerden het hele dorpje onderste boven niet alleen in de her berg, maar in alle huisjes en eigenden zich alles toe wat maar te dragen was rijst, kleding, dekens, pannen en potten, ja zelfs een paar luid kakelende kippen en twee hartverscheurend gierende varkens. Teswijl ik hen daarbij gade sloeg, schatte ik. dat ze ongeveer 50 man sterk waren, allen be wapend met dolken, mausergeweren of Chi nese geweren, een van hen was in het bezit van een Amerikaans machinegeweer. In het voorbij gaan ontdekte ik mijn hoed, mijn bril, mijn schoenen en mijn leren portefeuille bij hun nieuwe bezitters, en een van de kerels gebruikte mijn tentstok als wandel stok. Van tijd tot tijd kwam een van de bandieten terug om zich te overtuigen, dat ze niets over het hoofd hadden gezien een van hen bekeek zelfs aandachtig mijn broek, ston al bijna op het punt haar te vorderen, maar besloot eindelijk toch zij zag er erbarmelijk uit om haar mij genadiglijk te laten. Een paar bandieten keerden terug om WERKNEMERS HEBBEN RECHT OP TWEE WEKEN VAKANTIE MAAR VAKANTIETOESLAG BLIJFT EEN VRAAGTEKEN. De dragers bedrogen mij. Het huis boezemde weinig vertrouwen in en de bewoners nog minder. Nadat de dra gers uitgerust waren en ook rijst hadden ge geten, probeerde ik nog eens weer om ze te overreden de gebruikelijke etappe sf te leggen, en te trachten een dorp te bereiken, waar we een goede maaltijd konden krijgen, maar ze waren vast besloten te blijven waar we waren en beweerden, dat het dichtstbij zijnde dorp nog wel drie uur verwijderd was en dat we dat dus voor de duisternis inviel niet meer konden bereiken. Ze logen, zoals ik later ontdekte. We hadden er in minder dan een uur kunnen zijn. Niet voor de eerste maal verwenste ik deze amateur-dragers, maar wat zou ik er aan doen Er viel eenvoudig niet aan te denken om alleen verder te gaan en al mijn bagage achter te laten zo zat er dus niets anders op, dan de nacht in deze ellendige herberg door te brengen op het meest ver laten en meest troosteloze punt van dit ver laten en troosteloze dal. Ik at nog een schaal met rijst met iets varkensvlees er in en trok me toen voor de nacht terug in een opmerkelijk vervuild en klein vertrek. De ruimte er naast werd door de dragers bevolkt, een paar schoven opium, terwijl de anderen onophoudelijk snaterden maar daar ik erg vermoeid was, viel ik na een poosje in een diepe slaap. Rovers kaapten mijn koffer. Om zes uur was ik weer op de been, ver langend uit dit dorp weg te komen en weer zon en een beetje frisse lucht te krijgen. Ik rolde juist mijn slaapzak op, toen er een van mijn dragers de deur openrukte bleek en met trillende stem een verhaal vertelde, dat hem erg opwond, maar waar ik geen woord van begreep. Ik trad naai buiten en zag dat het hoofdvertrek geheel gevuld was met een troep kerels, die er uitzagen als spitsboeven ze waren tot de tanden ge wapend en ijverig bezig mijn bagage te door zoeken. Toen ze mij zagen, vroegen ze onmiddel lijk naar de sleutel van mijn handkoffer. Eerst hield ik hen voor soldaten, die op dracht hadden, de opiumsmokkel te ver hinderen, welke in deze streek sterk ver breid is, maar nog voor ik mijn sleutel kon vinden, zwaaide een van hen mijn hand koffer op de schouder en liep de straat op. Ik rende hem achterna, terwijl de dragers sidderend van angst in een hoek samen drongen, haalde hem in en bracht het door hevig gesticuleren voor elkaar, dat hij weer in de herberg terugkeerde. Toen ik over de drempel trad, grepen twee bandieten me vast intussen twijfelde ik niet meer aan hun beroep en leegden mijn tassen, een derde rukte me mijn jas van het lichaam, waarin Het is waarschijnlijk louter toeval, dat in deze vakantieperiode, een advies van de S.E.R. aan de regering verschijnt, waarin de meerderheid van deze Raad zich uitspreekt voor het opnemen van een recht van va kantie in de bepalingen over de arbeidsover eenkomst in het Burgerlijk W etboek. Deze vakantie moet wettelijk minstens twee we ken zijn, voor werknemers beneden de acht tien jaar minstens drie weken, waarbij men de mening aansluit, dat voor oudere werk nemers minstens een week en voor jongere werknemers minstens twee weken achtereen vakantie moet worden gegeven. Zo luidt het advies, dat de S,E,R,._aan de regering heeft uitgebracht naar aanleiding van een voorontwerp van een vakantiewet, dat door de minister van Justitie in samen werking met de staatssecretaris van Sociale Zaken ontworpen is. De Raad is daarnaast van mening, dat de vakantie moet worden gegeven bij voorkeur in het meest gunstige seizoen van het jaar. De S.E.R. is tegenstander van het werken bij een ander, als men bij de eigen baas va kantie heeft en bestempelt dit zelfs als „so ciaal ongewenst" maar toch heeft men geen grondige reden om een verbodsbepaling ten aanzien van dit punt in het voorontwerp vakantiewet op te nemen. Daartegenover is de S.E.R. echter wel van mening, dat op grote schaal aandacht aan dit euvel moet worden besteed en men ziet zelfs een mo gelijkheid toch een verbodsbepaling door te voeren, maar deze zou dan moeten worden opgenomen in de verschillende c.a.o. s en publiekrechtelijke regelingen. Eerst dan zal aan dit „onrecht" ook paal en perk gesteld kunnen worden, want zolang men ten aanzien hiervan geen bepalingen in het leven roept, blijft hier een braak terrein liggen, dat geen hindernissen in de weg legt voor de werknemers die door het personeels tekort gemakkelijk in hun vakantie bij een ander kunnen gaan werken. Uiteraard ziet de S.E.R. in een onvolledige dienstbetrek- iking slechts de mogelijkheid tot een even redig aantal vakantiedagen, maar ten alle tijde moet de aanspraak op het loon ge handhaafd blijven, uitgezonderd fn die be drijfstakken, waar het vakantie-bonnenstel sel wordt gehandhaafd en waarbij dus het loon in deze vakantie-bonnen wordt ver rekend. De S.E.R. behoefde in haar advies aan de regering geen uitspraak te doen inzake de vakantietoeslag, omdat bepalingen hier omtrent niet in het voorontwerp vakantie wet zijn opgenomen. Niettemin zag de S.E.R. zich genoodzaakt hierover enkele dingen te zeggen, die onder de S.E.R.-leden leven. Ten opzichte van de vakantietoeslag heerst echter verdeeldheid bij de S.E.R.- leden. Een meerderheid is van mening, dat het geven van vakantietoeslag enorm be langrijk is, maar daar dit punt in de „sfeer van het loon" ligt acht men het, nu de ont wikkeling van het geven van vakantietoe slag nog niet zo ver is gevorderd, niet wen selijk dit punt uit het georganiseerde over leg te verwijderen, omdat men het een en ander ten aanzien van de vakantietoeslag nog niet wil vastleggen. Een minderheid van de Raad staat op het standpunt, dat het geven van vakantie toeslag als een „structureel element" van een „redelijke vakantie" moet worden be schouwd. Deze minderheid ziet in het recht op vakantie een recht van vakantietoeslag verbonden. Men zou, aldus deze minderheid een dubbel loon moeten geven voor de vakantieweek en men ziet dit slechts als een wettelijk vastleggen van iets dat in de praktijk reeds zo gegroeid is. Met nadruk moet er op gewezen worden, dat dit advies van de S.E.R. slechts een minimum betekent. De door de S.E.R. voor gestane vakantieperiode van twee en drie weken is derhalve een minimum, waaroij men het bedrijfsleven vrij laat om nog verder eieren te koken, welke ze hadden gestolen ik keek daarbij afgunstig toe, want ondanks alles, wat ik had meegemaakt had ik een razende honger. Ze moeten het aan me hebben kunnen zien, want ze nodigden mij dadelijk uit, hun maal met hen te delen hun gastvrijheid kwam hen niet duur te staan, maar ik wist het toch erg te waar deren. De dragers werden ontvoerd. Direct daarna, tot overmaat van ramp, requireerden ze twee van mijn dragers en gaven hen opdracht, de zaken, die ze van mij hadden gestolen, naar hun afgelegen onderkomen in de bergen te dragen. De twee schurken, traag als altijd, deden alsof ze niet begrepen, wat er van hen werd ver langd, maar de scherpe punt van een dolk, die hun vriendelijk op de borst werd ge plaatst, maakte dat hun plotseling een licht opging en met de grootst denkbare bereid willigheid schouderden ze hun last en deze keer maakten ze geen tegenwerpingen, dat de last te zwaar of de betaling te gering was. dus meer vakantie te gaan. Hetgeen wij echter in dit voorontwerp vakantiewet geheel en al missen is een regeringsregeling van de vakantiespreiding. Tot in den treure toe is van verschillende zijden op dit aambeeld gehamerd. Een mo gelijkheid zelfs niet zo'n geringe mogelijk heid, is voor de regering aanwezig geweest en blijft het nog om enkele bepalingen ten aanzien van een georganiseerde ver spreiding van de vakantie te doen invoeren. Wij beseffen dat het een £eer moeilijke materie is, waarbij onnoemelijk veel fac toren een rol van grote betekenis kunnen spelen. Gebleken is echter dat enige uitzonderin gen daargelaten van particulier initiatief in dit opzicht weinig sprake is. Wellicht had de regering de mogelijkheid tot een regeling hiervan nu kunnen aangrijpen. De volks vertegenwoordiging houdt immers toch een laatste vinger in de pap TOERISTISCH NIEUWS UIT BELGIË Het bezoek aan de Belgische jeugdherbergen heeft dit jaar dat der vorige jaren weer verre overtroffen. Vooral de grote jeugdherbergen met 200 of meer bedden, te Gent, Brugge en Antwerpen, hebben zich in het bezoek van duizenden trekkers mogen verheugen. In Antwerpen heeft het aantal overnachtingen thans reeds de 17.000 over schreden het vorig jaar kwam men tot slechts 16.000. In België zijn 37 jeugdherbergen, die als volgt over de provincie's zijn verdeeld West-Vlaanderen 4, Oost-Vlaanderen 3, Brabant 6, Antwerpen 3, Luik 6, Hene gouwen 4, Namen 5 en Luxemburg 6. Onderhandeld wordt over een jeugdher berg bij Bokrijk in de provincie Limburg. De Belgen hebben er zich op toegelegd om in hun interessante steden, op vele mooie en schilderachtige plekjes van hun land en in de vrije natuur van de kuststreek jeugd herbergen neer te zetten, die aan alle eisen van modern comfort voldoen. De jeugdherberggids 1957 van de Belgi sche Federatie van Jeugdherbergen geeft van al deze tehuizen en hun omgeving een gedetailleerde beschrijving. Hoe gemakke lijk is het voor de jongeren, om zich er van te gaan overtuigen, dat er in België bergen, rotsen, grotten, visrijke stroompjes, geheim zinnige valleitjes, kortom alles wat de fan tasie van de jeugd boeit, te zien zijn. Alles wat zij te doen hebben, is lid te worden van een jeugdherbergcentrale, hun rugzak te pakken en op hun fiets te stappen. De iets ouderen zullen worden aangetrok ken door steden als Gent, Brugge en Ant werpen. Aan hun geschiedenislessen wordt levende inhoud gegeven, als zij met eigen ogen de oude glorie van Gent en Brugge zien. En iedere Nederlandse jongen, elk meisje zal genieten van het romantisch na tuurschoon van de Ardennen in Belgisch Luxemburg en Luik. Oude huizen en kastelen bieden de jeugd onderdak, maar België bezit ook enige spe ciaal gebouwde moderne jeugdherbergen. In Gent, waar jaarlijks zo ongeveer 10.000 trekkers passeren, is de jeugdherberg in de voormalige Sint Pietersabdij ondergebracht, e enprachtig 17de-eeuws gebouw, van bin nen gemoderniseerd, met ruimte voor 400 bedden. In aardige tegenstelling hiermee staat de uiterst moderne architectuur van ,,'t Paddevenne", de jeugdherberg te Hof- stade in de provincie Brabant. Deze jeugd herberg leent zich ook zeer goed tot het houden van conferentie's en het organiseren van schoolbezoeken. Brussel heeft 2 jeugd herbergen en Antwerpen is trots op zijn modern gebouw, „Op Sinjoorke" geheten. Uit de gehele wereld komen de trekkers naar België. Het is geen uitzondering, als men op één avond aan het eten in een Bel gische jeugdherberg tien verschillende talen hoort spreken. En daarbij spreekt de Neder landse jeugd een woordje mee. Bij een botsing tussen een Belgische autobus en een vrachtauto op de Autobahn bij Leipheim, tussen Ulm en Augsburg, zijn zes mensen om het leven gekomen en 29 gewond. De bus, die gecharterd was voor het vervoer van een Belgisch reisgezelschap, botste met een snelheid van circa 100 km, pr uur op een langs de weg geparkeerde vrachtauto. Vijf van de 42 passagiers waren vrijwel op slag dood, de zesde stierf in het ziekenhuis te Gunzburg. Onder de gewonden bevindt zich de buschauffeur, tevens eige naar van het voertuig, de heer A. Vermeu len uit Arenthals bij Antwerpen. Het ge zelschap, allen employe's van de electrische centrale te Arenthals en hun gezinsleden, was van een vacantietrip op de thuisreis. Zes arbeiders, immigranten uit Neder land, zijn donderdag in Canada om het leven gekomen, toen de wanden van een 10 meter diepe bouwput, waarin zij werkten, instort ten en zij bedolven werden onder ongeveer 150 ton klei. Zij werkten aan de bouw van een pompstation nabij Dresden in de pro vincie Ontario. ABONNEMENTSPRIJSLo»e nummer» 6 een» Kwartaal-abonnement Axel binnen de kom f 1,55 Andere plaatien f 1,75 Buitenland f 2,00 ADVERTENTIEPRIJS: 8 cent per m.m. Bi) contracten belangrijke reductie. Ine tonden Mededelingen 20 cent per m.m. Klein^ ïdvertentiën (maximum 6 regels) 1-5 regel» 70 cent Iedere regel meer 12 cent extra. S r

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1957 | | pagina 1