RAAöseL in mjmeqen. f GEMEETERAAD VAN AXEL. UIT ONZE OMGEVING AXEL FEUILLETON door G. PLANTEMA. Talloze Rheumatieklijders vonden baat bij 'n bloedzuiverende kunr met Kruschen Salts. Rondvraag. Bij de rondvraag dringt de heer Hamelink nogmaals aan om het wandelpad dat langs de Kleine Kreek loopt door te trekken langs de Kanaalkade naar het zwembad of dit een aansluiting te geven aan de ventweg bij de Kanaalkade. De heer Oggel bepleit de plaatsing van banken ten behoeve van de ouden van dagen aan de Zuidsingel nu deze omgeving steeds meer verfraaid en aan trekkelijker wordt. Ook op de Algemene Begraaf plaats bestaat z.i. behoefte voor de plaatsing van een bank. Overigens stelde spreker nog de vraag of aan het stratenplan nog steeds de hand wordt gehouden. De heer Pijpelink zag gaarne de nodige zorg be steedt aan de slijtlaag op de Graafjansdijk, zulks met het oog op het zwaar vervoer tijdens de oogst- werkzaamheden in de komende maanden. De heer Gerrits verzoekt nogmaals om de meeste aandrang uit te oefenen bij de Rijkswaterstaat met het oog op de verbetering van het gedeelte verkeers weg Axel - Sassing - Sluiskil. Eveneens vraagt hij hoe het komt dat het ont sluiten van de Zuidsingel geen voortgang vindt. Dit wordt z.i. toch ook de hoogste tijd en spr. begrijpt niet waarom dit werk thans niet wordt voltooid. De heer Kesbeke vestigt de aandacht van B. en W. op de slijtage van het wegdek van de Singelweg. Voorts wijst deze spr. nogmaals op de ontijdige toe zending der stukken, die zoals nu weer pas vrijdags voor de raadszitting werden ontvangen. Verder wees deze spreker nog op de grote ver betering van de straatverlichting in de kom, maar vond dat sommige toegangswegen toch nog niet vol doende verlicht zijn. Hierna werd de vergadering gesloten. CONTACT - BIJEENKOMST VAN HET RODE KRUIS. Uitreiking medaille's van 10-jarige trouwe dienst. De dag van 27 juni 1957 zal in de annalen van de afdeling Axel van het Ned. Roode Kruis als een gedenkwaardige worden opgetekend. Met het bestuur waren een 60-tal genodigden, be staande uit colonne-leden, collectanten, e.a. ter ver gadering in „De Stadsherberg" aanwezig, toen de heer A. P. Ie Feber deze opende en zeer in het bij zonder naast de heer Constandse, secretaris van het Kringbestuur Zeeland ook een drietal plaatselijke artsen en zusters met verplegend personeel dat de boottocht voor chronische invaliden had medegemaakt verwelkomde. De voorzitter vond het een grote voldoening bij vernieuwing weer de belangstelling te mogen onder vinden van de Zeeuwse autoriteiten van het Rode Kruis, vooral nu deze avond werd belegd op verzoek van het Kringbestuur. Dat er de laatste weken iets in de lucht hing was ook al merkbaar aan het Roode Kruis-blad. Het verband tussen het bericht in dit or gaan en hetgeen de heer Constandse ons te vertellen heeft zal een en ander nade rverduidelijken. Spr. noemde daarop nog eens het reeds gepubli ceerde resultaat der Axelse Rode Kruis-collecte, dat ten bedrage van ƒ2121,50 nog nimmer werd over troffen. Dit stemde bestuur en colonne-leden tot een beetje trots en heeft het voornemen versterkt van bestuur en colonne-leden er niet op te gaan rusten nu we het zo heerlijk ver hebben gebracht. Het zal integendeel een prikkel zijn in de toekomst met nog groter ijver aan de collecte deel te nemen. Een woord van dank aan de collectanten die met de lijsten op pad gingen en zoveler beurzen1 wisten te openen, waardoor dit resultaat werd bereikt, is dan ook op zijn plaats. Deze avond leent zich wel bijzonder iets te zeggen over het ontstaan der afdeling en enige der meest 19) De orketsleider verdween, een buiging naar alle kanten makend en een nieuwe golf parfum versprei dend. De anderen keken elkaar aan. „Wat moeten we daarvan denken vroeg de Nij meegse inspekteur aan niemand in het bijzonder. „Een niet grote, kaalhoofdige man," merkte Ohl- quist op. „Zo lopen er duizenden rond." „André heeft me heel wat van zijn kennissen be schreven," zei Madeleine Uittenterpe, „maar zo iemand was er nooit bij." „Dat zegt niet, dat hij niet zo iemand kent," vond de Nijmeegse inspekteur. „Waarheen is hij met die auto gegaan „Jij bent hier gekomen in verband met een onder zoek," merkte mr. Ernst Verhagen die avond op, toen hij met zijn zwager in de tuin zat. „En je vroeg me naar buitenlandse mensen. Ondertussen zijn we ver zeild geraakt in een moordgeval. Daarbij, is één vreemdeling betrokken en we z(jn met diverse vreem delingen in aanraking gekomen." „Maar of mijn zaak wat met\ deze moorden te maken heeft, is een grote vraag," antwoordde Sven Ohlquist. „Voor het ogenblik is. 'deze geschiedenis van de moorden op Van der Zuyden en dr. Maroniu nog een raadsel. Ook de verdwijning van André Boor- neman is geheimzinnig." „We weten nu, dat hij per auto is weggereden. Veronderstel je, dat Boorneman iets met de moorden te maken heeft 7" vermeldenswaardige feiten uit de voorbije jaren te memoreren. In de jaren vóór 1940 werden in ons land allerwege luchtbeschermingsdiensten in het leven geroepen waar bij ook een groep E.H.B.O.-ers was ingedeeld. Hier voor werden aanvankelijk uitsluitend dames gezocht. Later kreeg men in de gaten dat het E.H.B.O.-werk in oorlogstijd wel zeer zwaar zou zijn en dat daar voor mannen nodig waren. Dit alles kwam tot stand. In de oorlogsjaren voelde die groep zich erg eenzaam en werd aansluiting gedocht en verkregen bij de Ned. Ver. voor E.H.B.O. Na de bevrijding kwam allerwege meer bekendheid met het Rode Kruis. In Terneuzen bestond een af deling van het Rode Kruis waarvoor dr. Boor werd aangezocht om als bestuurslid toe te treden. Al heel gauw kwam dr. Boor tot de overtuiging dat het zeer wenselijk was om ook in Axel een afdeling van het Rode Kruis op te richten. Oo kde afdeling Terneuzen animeerde dat. Op 27 februari 1946 werd de oprichtingsvergadering gehouden en al spoedig werd men het er over eens om een afdeling van het Rode Kruis op te richten. Hoe verdienstelijk het werk van de Ned. Ver. voor E.H.B.O. ook was, in ons geval meenden wij beter te doen deze vereniging vaarwel te zeggen. In de winter van 1946 werd begonnen met E.H.B.O.-cursussen cn voor helpster bij het Rode Kruis. Op 10 maart werd de eerste flim vertoond die voor het Rode Kruis be schikbaar was, n.l. „De witte Engel", het leven van Florence Nightingale. De oprichting van een colonne vorderde niet erg. In 1949 kwam het inderdaad zover en sindsdien bleef er voldoende belangstelling voor. Wij waren trots dat de vertegenwoordigers dezer colonne enkele weken geleden bij de Kringwedstrijden het hoogste aantal punten uit de provincie behaalden. Nu de tanden op elkaar en werkt op 6 juli a.s. in Middelburg om pro vinciaal kampioen te worden. Het werk der afdeling ging steeds door en op 4 november organiseerden wij de eerste bloedplasma- avond. Precies 150 donors meldden zich aan voor bloedafname. Op 28 maart 1952 werd besloten het Welfare-werk op te nemen. De daarvoor nodige dames werden op geleid en met voortvarendheid werd het werk ter hand genomen. De resultaten waren niet schitterend, want spoedig bleek het niet eenvoudig de gemaakte artikelen, van de hand te doen. Langzamerhand is dit nuttige werk te gronde gegaan en op dit ogenblik is nog een tamelijke hoeveelheid goederen ter be- beschikking. Mej. Van Luijk die vanaf de oprichting secreta resse der afdeling was moest wegens vertrek die functie neerleggen. Wij verloren daardoor een ijverig bestuurslid. In haar plaats vonden wij mevr. Heijns- dijk bereid die functie op zich te nemen en tot nu toe is zij onze ijverige secretaresse. In augustus 1954 werd onze groepscommandant de heer P. Mechielsen bevorderd tot sergeant. Niemand zal durven beweren dat hem dit niet zou toekomen. Gerust kan gezegd worden dat hij de ziel van de colonne is en gaarne zeggen wij hem dank voor het vele werk dat hij belangeloos verricht. In 1956 konden wij voor het eerst chronische pa tiënten meegeven met de Rode Kruis-boottocht. Die tocht is bijzonder goed geslaagd en men was direct bereid in volgende jaren weer een boottocht te orga niseren. Op 27 november 1956 werd weer een bloedplasma- avond georganiseerd waarvoor zich 149 donors aan meldden. Vorige week was er weer een boottocht voor lang durige chronische zieken. Twee patiënten uit Axel konden de tocht meemaken en kwamen zaterdag op getogen terug van de reis. Bovendien maakten vier dames de reis mee als helpster. Ook zij vonden het een buitengewoon prettige tocht. Dames en heren, ik ben aan het eind van het over zicht. Het was slechts een vluchtig beeld dat ik gaf, maar ik meen dat de afdeling en de colonne steeds in Ohlquist wist het niet. Hij maakte een vragend ge baar met beide handen. „Laten we over iets anders praten," zei Else Ver hagen vermanend. „Het helpt je toch geen zier, of je er over piekert. Maar toen Sven tegen half twaalf, toen zijn zuster en zijn zwager in huis waren gegaan, nog even in de tuin stond te kijken, genietend van de koelte na een hete dag, staarde hij onwillekeurig naar de plaats, waar in de duisternis villa „Estella" stond. Er was geen spoor van licht te zien in die richting. Mevrouw Van der Zuyden had besloten de volgende dag, dade lijk na de begrafenis van haar man, op reis te gaan. De Zweedse juwelier Jörgensen zou dan naar zijn land terugkeren, nadat hij de dode de laatste eer had bewezen. Ook het stoffelijk overschot van dr. Maroniu zou de volgende dag worden begraven. Zich dit herinnerend, keek Ohlquist in de richting van het huis der familie Nabarescu. Daar was het lijk van de Roemeen heengebracht en in overleg met de familie had de heer Nabarescu besloten, het gelijk tijdig met de andere dode ter aarde te doen bestellen. Naast elkaar zouden de beide slachtoffers van de geheimzinnige moord op een der Nijmeegse kerk hoven aan de aarde worden toevertrouwd. Het huis van de familie Nabarescu was ook donker. De gordijnen waren dichtgetrokken en geen straaltje lamplicht viel naar buiten. Maar plotseling hoorde Ohlquist uit de richting van dat huis geluiden. Het was, of iemand sluipend door de tuin ging in de hoop, dat zijn vertrek uit de woning onopgemerkt zou blijven. De onzichtbare was het hek genaderd, dat Ohlquist uit de tuin van de Verhagens kon onder scheiden, toen plotseling in villa Eikenheuvel een buitendeur werd geopend. De inspekteur ontdekte, dat de sluipende persoon, die dit geluid ook had ge hoord, haastig over het hek begon te klauteren. Dat betekenis zijn toegenomen. Ik meen dit te mogen af leiden uit hetgeen wij van het Kringbestuur mogen ondervinden. Ik zou niet volledig zijn als ik niet in het bijzonder de heren artsen dank zeg voor het véle werk, dat zij belangeloos verrichten in het geven van cursussen. Nimmer deden wij tevergeefs een beroep op uw steun. Zeer hartelijk dank daarvoor. Het woord werd daarop verleend aan de kring secretaris de heer Constandse die namens zijn bestuur een opdracht zeide te vervullen te hebben. Spr. maakte van de warme belangstelling in het kring bestuur gewag en vertolkte mede de gevoelens van de penningmeester de heer Heyse. Verschillende af delingen in Zeeland dit is een onmiskenbaar feit potten voor een eigen gebouw of streven andere activiteiten na. Wat de afdeling Axel telkenjare presteert heeft het Kringbestuur thans nog meer dan voorgaande jaren getroffen nu het resultaat der collecte een record-op brengst leverde door het fantastische bedrag van ruim ƒ2100. Spr. vertelt met rechtmatige trots datZeeland dit jaar voor de derde achtereenvolgende maal het cam pagne-bord heeft veroverd. Terwijl het streefbedrag bij voorgaande campagnes voor 78% bereikt werd, zal dit nu wel tot plm. 80% zijn gestegen. Overijsel bereikte na Zeeland de 67%. Dit stemt tot buitengewone gevoelens van waar dering voor deze afdeling, die ten opzichte van de diverse taken van het Rode Kruis zulk een uitmuntend figuur slaat. Het colonne-werk in deze afdeling be reikte voorbeeldige resultaten. De teamgeest in deze colonne is vorotreffelijk dank zij de persoonlijke in zet van sergeant P. Mechielsen, die in alle opzichten anderen tot voortdurende inspiratie weet op te wekken hetgeen ook bij de jongste boottocht voor chronische patiënten weer bleek. Spr. deelde verschillende indrukken mede van deze tweede tocht die een groot succes is geworden. Men moet dit hebben meegemaakt. De ontroering van velen der deelnemers was ook het personeel vaak te sterk, zodat deze zich in een tranenvloed uitte. De ont vangst die de patiënten te Haarlem ten deel viel was werkelijk overstelpend. Niet minder dan 1800 anjers sierden de zaal en de ontroering was hier de meesten te machtig. Zo had hij ook veel lof voor de vier dames-helpsters uit Axel en prees hij in het algemeen het colonnewerk. Ook ten opzichte van de bloedtransfusie maakt Axel steeds een voortreffelijk figuur. Hij hoopt dat dit ook in de toekomst zich zal bestendigen vooral :iu er door de recente gebeurtenissen in Hongarije zulk een nijpend tekort aan plasma is ontstaan. Hierop ging spr. over tot de opdracht van het Kringbestuur om als Kringcommandant de onder scheidingen voor 10-jarige trouwe dienst uit te reiken. Allereerst wendde hij zich daartoe tot de voor zitter de heer A. P. Ie Feber in wie hij als praeses dezer afdeling „the right man on the right place" ziet, niet alleen door zijn tactvolle eigenschappen van leider der vergaderingen die zonder explosief te zijn de kunst verstaat de juiste toon en het accent te vinden om de zaken organisatorisch tot een goed einde te brengen. Spr. wenste hem nog zeer vele jaren in dezelfde conditie te zien, waarna hij hem de onder scheiding uitreikte. Daarop volgden dr. Boor, als cursusleider, de heer A. P. Esselbrugge als afdelings-penningmeester, dr. En het betekent als het ware een herwonnen leven, als ge, bevrijd van Uw Rheumatische Pijnen, weer monter en vief uit de voeten kunt, bevrijd van stijf heid en stramme .pijn. Begin mosgen zonder verwijl met Kruschen Salts U zult al gauw zelf ervaren, hoe goed ge er U bij voelt. Ing. Med. viel niet mee, want de afrastering was weliswaar niet hoog, maar bovenaan zat prikkeldraad. Het over- klimmen gelukte toch en tot zijn verrassing bemerkte de inspekteur, dat een in donkere kleding gehulde gedaante in het gras langs de weg rennend, in zijn richting kwam. Toen Ohlquist enkele ogenblikken later bij het hekje aan de weg was gekomen, zag hij de donkere gedaante op een tiental meters afstand gaan. De weg was niet goed verlicht, want de enige in de nabijheid «taande lantaarn was ongeveer voor het hek van Eikenheuvel, maar hij ontdekte toch, dat de vluch tende een kleine gestalte had, die in een zwart of donkerblauw pak was gekleed. Terwijl hij zich dit realiseerde, hoorde hij, dat bij het huis van de Nabarescu's enkele mensen op gedempte toon in een vreemde taal tegen elkaar spraken. Even later knerpte het grint van een der voetpaden, wat er op wees, dat de mensen, die het huis net hadden verlaten, in de tuin liepen. Ohlquist nam een vlug besluit. Hij had tennis schoenen .aan, omdat hij vroeger in de avond met zijn zwager een paar sets had gespeeld op een nabij gelegen baan. Hij juichte inwendig, want de rubber zolen veroorloofden hem een bijna geluidloze tred. Dit kwam hem van pas, nu hij, aan de overkant van de weg, achter de nog steeds rennende gestalte aan ging. De vluchteling had nu het bosgedeelte bereikt, dat villa Estella voorafging. Een ogenblik meende de inspekteur, dat de donkere figuur van plan was, naar het huis van Van der Zuyden te gaan, maar hij zag, dat hij zich vergiste. Even voordat de vluchte ling het hek van villa Estella bereikte, stak hij snel de daar heel duistere weg over, zodat hij aan de zelfde kant liep als de Deense politieman. Het pad slingerde zich eerst tientallen meters door het bos, daar steeds dieper in voerend, maar op de C. A. Schiltman, als bestuurslid, de heer P. t chielsen als colonne-leider (en manusje van alles, c steeds de stuwende kracht is) en ten slotte i A. S. L. Fermont, een der vrouwelijke bestuursla De voorzitter maakte zich ten tolk van al de „si ridderden' de Kringsecretaris te danken voor vt der goede woorden, ofschoon naar hem voorkomt wat te veel eer is toegezwaaid aan ons allen, da, wij van mening zijn slechts uit plichtsgevoel te hebk gehandeld en niemand zich verbeeldt nu iets bijzo; ders te hebben gepresteerd. De heer K. J. van Drongelen nam hierop het wow om namens de leden der Roode Kruis-colonne eva eens een woord van bijzondere lof en hulde te late horen waarbij hij het genoegen had de gedecoreerd] met een zilveren briefopener (en of) dito lepeltje va de gevoelens te doen blijken die allen in de colora beheersen. Zeer in het bijzonder wilde spr. dit nader do« blijken ten opzicht van de heer P. Mechielsen, wia hij om zijn vele onwedersprekelijke diensten een env; loppe overhandigde met een waardebon-totaal va 125. Namens de beide plaatselijke voetbalveren; gingen, die door de heer Mechielsen ten allen ïijdi met zijn zeer gewaardeerde diensten worden bijge- staan, werden hem namens A.Z.V.V. een fraai heren, costuum en namens de V.V. Axel aen paar heren schoenen aangeboden. De heer M. Bakker had als lid der colonne een rijmde toespraak die hij volgens zijn gewoonte ooi bij deze gelegenheid toepasselijk achtte. Hierin werde nogmaals de onvolprezen hoedanigheden van het Rod Kruis vertolkt en dit gedicht bleek aller instemminj te verwerven. Ten slotte werd door de heer Constandse nog humoristische anecdote verhaald over dc belevenissa aan boord van het passagierschip „Kasteel Staverdei die de vrolijke sfeer der vergadering verhoogden. Voor de toekomst had spr. ten slotte nog bt moedigende mededelingen te doen. Er is n.l. korce vast te staan dat dank zij de opbrengst van renta en andere baten een nog meer ruimte en accomodate biedend schip op stapel zal worden gezet dat in 195) in de vaart zal komen en waardoor meerdere tochten met patiënten mogelijk worden gemaakt, zodat k aantal teleurstellingen daardoor ook grotendeels al worden voorkomen. Alleen is hierbij het voorbehoui in acht te nemen dat bij het voorkomen van calami teiten dit schip volledig als hospitaalschip zal worde ingezet. Zo bleven de aanwezigen nog een uurtje in gros gezelligheid bijeen, terwijl als goede zorg (buiten k zwaar der afdelings- of kringfinanciën een aardig» attentie aan de talrijke gegadigden was bereid. In een bestestemming en bezield met goede voor nemens voor de toekomst besloot de heer le Feb; daarop deze zeer vlot en in de juiste sfeer verlopes vergadering. GESLAAGDr Te Bergen op Zoom slaagde dezer dagen omt stadgenote, mej. I. de Moor voor Fröbelonderwijzerei TUSSEN GOUD EN DIAMANT. Woensdag herdacht het echtpaar C. G. Heijnsdijk- Jonkman aan de Nieuwendijk alhier het heugelijke feit van de 55-jarige echtvereniging onder talrijke blijken van belangstelling en medeleven. De beide oudjes zijn nog zeer kras en vooral moeder Heijnsdijk is nog bijzonder vitaal. j Behalve de stoffelijke bewijzen van belangstelling, waaronder velen in de taal van Flora, werd o.a. door het bestuur der afdeling Axel van de Alg. Bond vai Ouden van Dagen, waar de heer Heijnsdijk mede bestuurder van is, het jubilerende echtpaar geluk gewenst. Tot waardig besluit van deze voor de beide oudjes zo onvergetelijke dag volgde des avonds nog een serenade door de harmonie „Concordia". duur toch min of meer evenwijdig aan de weg, die zij even tevoren hadden verlaten. Plotseling hoorde de inspekteur, dat de voetstappen meer van rechts kwamen. Het pad moest daar een scherpe bocht maken of er moest een zijpad zijn. Dit laatste bleek het geval. Ohlquist stond op de samenkomst van beide bospaden even roerloos te luisteren. Ja, de voetstappen waren er nog, maar de vluchteling liep minder snel. Hij betreurde dit volstrekt niet, want de achtervolging vergde veel van zijn adem, omdat de donkere gestalte eerst een verrassende snelheid had ontwikkeld. Nu begon de vluchtende blijkbaar buiten adem te geraken en een tikje vermoeid te woeden, Lanbzaam, met bijna slepende stap, ging de donkere gestalte, in dit nachtelijke uur nauwelijks te onder scheiden, vlak langs een boom. Even steunde hij er met de harjd tegen. Toen zag de inspekteur tot zijn verrassing, dat de vlucteling ging zitten. Hij moest wel erg moe zijn Daar zat hij, zo zwaar ademend, dat het o,p zuchten leek. En hij keek niet achter zich terwijl Ohlquist naderde, als een schaduw over de verende bodem. Met het hoofd in de handen steunend, zat de vluchteling ineengedoken. Ohlquist stond achter hem, zonder dat zijn komst was opgemerkt. Zwijgend keek hij op de donkere gestalte neer. Even aarzelde hij. toen zat hij, voordat de ander had kunnen op schrikken, naast de vluchteling op de grond. „Wel mademoiselle Ilescu zei hij zachtjes, op vragende toon. Er ging een schok door de gestalte. Ineens zat hij rechtop, van schrik een geluid uitstotend, dat meer op een snik dan op iets anders geleek. Zelfs in de duis ternis zag de inspekteur, dat twee donkere ogen beo verschrikt aanstaarden. Daarna bleef het stil, enkele seconden lang. (Wordt vervolgd)

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1957 | | pagina 2