AXELSE IMPULSIES R&döseL in mjmeqen. IV. ONTSLUITING. Nog eerst een stukje historie. als briljanten UIT ONZE OMGEVING AXEL FEUILLETON door G. PLANTEMA. U) Éénmaal heeft onze stad in de geschiedenis van het voormalige Staats-Vlaanderen een belangrijke rol ge speeld. Zelfs gedurende vele eeuwen Dit dankte zij vooral aan haar gunstige ligging, n.I. om een vooruitgeschoven pion te kunnen zijn in de strijd tegen de Spanjolen. Wel was Axel door hertog Philips van Bourgondië in 1452 een geduchte slag toegebracht, die het eigen lijk nimmer meer te boven is gekomen. Deze macht hebber liet op vermoeden dat vanuit de „vier am bachten hulp en bijstand aan het in oppstand zijnde Gent werd verleend -onze streken grondig te vuur en te zwaard plunderen en verwoestenAan de handel werd een onherstelbare slag toegebracht en Axel heette van toen af het „stille Axel". Weinigen voelden nadien nog de lust zich in deze verwoeste stad te vestigen. Wat was er over van de luister van de middel eeuwen Als met Jeruzalem ten tijde van de ver deling van het eens zo machtige rijk van Alexander de Grote, toen het door Antioches Epifanes beroofd was en uitgemoord, kon van Axel gezegd worden „dat het een woonplaats geworden was van vreemde lingen en het een vreemde stad geworden was voor degenen die er in geboren waren." „Haar kinderen verlieten haar „Haar heiligdom was verwoest als een woestijn „Haar feestdagen werden verkeerd tot rouw, hare sabbat tot versmaadheid en haar eer tot verachting." Zo verliepen een tachtigtal sombere jaren. Langzaam vorderde het herstel der van lieverlede weer herbouwde stad. Op 26 januari 1532 was het een blijde dag voor de zozeer vervallen stad, die weer oplevingstekenen toonde. Keizer Karei V „ten zeerste bewogen over het lot zijner welbeminde Axelaren", liet op deze dag van de pui van het stadhuis een resolutie afkondigen, door hemzelve getekend, waarin hij de rechten der stad opnieuw bevestigde en deze zelfs met een aantal nieuwe keuren uitbreidde. Nu zou onze stad die in vervlogen tijden als bewijs van zijn belangrijke handel een eigen munt had er spoedig weer bovenop komen, zo meende men. Philips II ging nog verder en verenigde stad en ambacht met elkaar, waarbij hij nog enige andere nieuwe gunsten voegde. Door deze keizerlijke en koninklijke gunsten duurde het langer dan in tal van andere steden in Vlaan deren eer de kerkhervorming hier vaste voet kreeg. Men stond er aanvankelijk zeer wantrouwend tegen over. Men bleef liever trouw aan Karei V, die zo ontzaggelijk veel voor onze stad gedaan had. De vroedschap besloot dan ook goed op te letten dat er geen „Lutherije" binnen hare poorten kwam. In het voorjaar van 1574 waren hier enige Zeeuwse kooplieden binnen gekomen teneinde zaken te doen. Zonder dat zulks bewezen werd, heette het al spoe dig dat deze kooplui Lutherse geschriften hadden binnengesmokkeld, welke in het geheim druk ge lezen werden. Als afschrikwekkend voorbeeld nam de vroedschap te onzaliger ure het besluit deze koop lieden op te hangen, hetgeen dan ook prompt ge schiedde Dit kwam Axel duur te staan Geheel Zeeland geraakte door deze gruweldaad in opstand. De gevolgen bleven dan ook niet uitIn de nacht van 26 juli (St. Annadag) landden in Terneuzen een nietige "vlek in die tijd een aantal met krijgslieden bemande schepen, die de weg naar Axel insloegen. De Spaanse bezetting te dezer stede was reeds tevoren gewaarschuwd en met poorters ver sterkt besloot men tot een uitval. Maar ook de Zeeuwen waren gewaarschuwd. Zij lokten de hun vijandige „Spaans - Axelse strijdmacht" in een hinder laag en sloegen deze geducht.. De weg naar Axel lag nu open. De stad werd door de Zeeuwen uit wraak geheel geplunderd en- stond bij het verlaten ten vierde male geheel in brand. Het was een even roerige tijd als de middeleeuwen voor Axel waren geweest. Al bracht de bekende Pacificatie van Gent (8 november 1576) en de Reli- gionsvrede (22 juli 1578) hier meer rust dan elders, de stad was door een oproer van Spaanse soldaten in handen van de Prins van Oranje gekomen, in wiens handen zij bleef, totdat de ganse streek (door het snode verraad van Van Steeland in 1583) weer terug in Spaanse handen kwam. De hoofdbaljuw van Axeler-Ambacht had n.I, trouw geveinsd aan de Prins, maar verzoende zich in het geheim met de Spanjaarden en opende door andere verraders ge holpen de belangrijkste vestingen waaronder met Axel ook Sas van Gent en Hulst. Dit zat de Oranje-gezinden erg dwars Want Axel was een hecht punt in Vlaanderenland, waarop vele krijgsverrichtingen steunden. Ja, die Prins Maurits moet wel een als strateeg in de wieg gelegde krijgsoverste zijn geweestMet ridder Sidney deze laatste heeft nog steeds geen straat in onze snel uitbreidende stad naar zich ge noemd gekregen betrok hij Axel in zijn veldtocht plannen. Toen het vlek Terneuzen in de macht der staten was gevallen, liet de slimme Maurits aller- wege de dijken doorsteken, teneinde de vijand te keren en in deze omstandigheden werd in de nacht van 17 juli 1586 de stad onverhoeds aangevallen. Hetgeen wij reeds vorige week memoreerden. Het was kolonel Piron, die bij verrassing dit krijgs- feit verrichtte. De vier vendelen Duitsers die oflze stad moesten verdedigen werden op de vlucht ge slagen. Grote vreugde heerste er in het Oranjekamp over Axels valPrins Maurits liet stad en omstreken zodanig versterken, dat het nimmer meer in de ge dachten der Spanjolen opkwam, de door water, schor ren en slikken omgeven „veste" te benaderen. Dat Hulst pas eerst een kleine 60 jaar later van de Spaanse tirannie kon worden verlost, zegt ons reeds genoegzaam, dat het water ii de krijgsoperatie s van toen niet alleen een machtig helper en bondgenoot, maar ook een niet te onderschatten vijand kon zijn De bijzondere strategische ligging hield Axel door natuurlijke (of kunstmatige) scheidingen afgezonderd van sommige plaatsen, die thans aangrenzende ge meenten zijn. Daardoor is ook het zo steik uiteen lopende dialect te verklaren dat nergens feller con trasteert dan b.v. tussen Axel, Koewacht en- Zuid- dorpe. Vergelijk ook ons idioom met dat van Bosch- kapelle en Rapenburg Dit alles is voornamelijk toe te schrijven aan en een gevolg van de eeuwenlange feitelijke eilandpositie, waarin onze stad met de tegen woordig nog als „land van Axel" bekende streek ver keerde. Onze veelbewogen historie beklemtoont ook in dit opzicht het begrip isolement, dat „geografisch" naar tegenwoordige maatstaven vergeleken, onduldbaar is geworden. Maar levendig herinneren wij ons de inundatie van 1944 en hoeveel last deze aan de opmarcherende en modern toegeruste Poolse legerafdelingen onder bevel van Kolonel Szydlowski veroorzaakte. De driedaagse beschieting kostte grote offers aan goed en bloed, zowel onder de dappere Polen en de verdedigende Duitsers als onder de burgerij. En wel zeer eigen aardig kwam het ontzet van Axel ,dank zij een om trekkende beweging en een operatie tussen Axel en Kijkuit, ook ditmaal uit noordelijke richting. Sindsdien heeft het woord „ontsluiting" hier een wel zeer bijzonder karakter en betekenis verkregen. Plaatselijk en ook in streekverband. In het licht van de Delt^ - plannen zelfs ook provinciaal (gewestelijk). Maar laten wij voorlopig de ontsluiting als een plaatselijke aangelegenheid beschouwen. Het ligt er maar aan, hoe men de dingen ziet en stelt Ook plaatselijk kan men dit op verschillende wijze doen. Enghartig, bekrompen, voorzichtig en klein, danwel ruimhartig, breed, vooruitstrevend en groot 1 Te Axel heeft men sinds de bevrijding de laatste weg gekozen. Hierdoor kon een heleboel tot stand worden gebracht. Er is zeker geen tweede voorbeeld in onze streek aanwijsbaar, waar met overigens de laatste jaren steeds drastischer van hogerhand opge legde beperkingen wegens de toestand der geld markt zoveel kon worden verwerkelijkt. Het is alleen jammer, dat blijkbaar een oorlog nodig is geweest om de geesten in deze te vernieuwen en te begeesteren tot daadkracht. Voor de oorlog bekeken wij de zaken wel heel eigenaardig. Voor het merendeel volkomen verkeerd Alles werd afgewogen in de eerste plaats naar de kosten van het onderhavige project. En dikwijls stuitte het daarop af. De gevolgen waren zeer begrijpelijk en voor de hand liggend. Er kwam maar weinig of niets tot stand. En er werd veel te weinig ontsloten Er werd sinds de bevrijding op verheugende wijze een nieuwe koers gevaren. Als men het Axel van 1957 met het zozeer ge- schondene stadje anno 1944 vergelijkt dan levert dit een verschil als van dag en nacht op. Men behoeft niet eens dertig of veertig jaar terug te gaan in de geest. Wie hier vóór de oorlog het laatst geweest is, herkent Axel nog nauwelijks. In een enorm snel tempo kreeg de plaats onzer in woning er een paar volkrijke stadsdelen bij. Plan- Oost en Plan-West verrezen na de bèvrijding en hierdoor kon de steeds meer verontrustende woning nood ten minste voor een deel worden opgevangen. Maarslechts voor een deel 1 Maar de circa 500 gebouwde gemeentewoningen zouden zeekr nog met de helft dienen te Worden ver meerderd om de thans nog ingeschreven woning zoekenden te kunnen huisvesten. Zo roerden wij reeds het altijd nog nijpende ver keersprobleem aan. De radicaal aangepakte ontslui ting van het Szydlowski-plein was weer een belang rijke stap vooruit. En zo is er nog zoveel waarop wij wijzen kunnen. Waarlijk imponerend en beloftevol is de ontsluiting van Plan-Zuid. Grotesk en hypermodern wijzigt het totaalbeeld hier van jaar tot jaar sprongsgewijze. Hier moet men zich het z.g. „Plaatje" van het be- begin dezer eeuw voor de geest roepen. Toen stond daar alleen nog de kleine hoeve van wijlen de heer Daan Buijze. Die er grotendeels nog staat temidden van een zich in riante zin ontwikkelende moderne nieuwe woonwijk. Een wankele houten brug gaf toegang tót het kleine „hofje van de heer Buijze wiens erf toegankelijk was langs een „dam die voor het gerij bestemd was en een draaiende vier-armige toegang, die men nog hier en daar aantreft voor het voetgangers-publiek. Maar niet één woning bevond zich te dien tijde op het z.g. „Plaatje". Het bedrijf van wijlen de heer Buijze is thans over gegaan op een kleinzoon, die nu ook weer de middel bare leeftijd bereikte. Maar het wijzigen der aspecten is hier Wel bijzonder sprekend en bijna totalitair. En zo gaat dit voort en vordert de ontsluiting van het rondom onze stad ge legen gebied gedurig en in steeds sneller tempo. Kijk maar eens hoe dicht de nieuwgebouwde Marijke- straat het Buthstraatje reeds is genaderd. Maar wij zullen nog nader hierop doorgaan en eerst Plan-Zuid doorkruisen en observeren. Dus, tot volgende week alweer 'tG. EXCURSIE DOOR DE BOND VAN PLATTELANDSVROUWEN. Een 45-tal dames, alle leden van de Bond Plattelandsvrouwen, afdeling Axel, maakten deze w een trip per autobus naar Oudenaarde in België ter einde een bezoek te brengen aan de Textielfabi „Gevaco" aldaar. Na een vlotte reis gearriveerd, kon alles op ruste wijze en onder deskundige leiding bekeken word# Wanneer men deze fabricatie, vanaf twijnen garens, weven, verven en afwerking der goederen zit dan rijst de gedachte wat er al aan werk en aan vooraf moet gaan, eer wij het eindproduct kunm kopen en tot kleding verwerken. Meestal wordt da: te weinig over nagedacht. Wij vinden het alles doodgewoon, dat er zoveel verscheidenheid van deren en kleding bestaat, dat we soms nog moeilii vinden daaruit onze keuze te doen. Och, dat is om iets vanzelfsprekends immers. Daarom was het zo got eens een fabriek te bezoeken, om te zien, dat dit nit alles zo maar vanzelf bij ons komt, maar dat overal» aan alles een massa werk vooraf gaat, zij het niet enkel handenarbeid, maar door de vernuftigst machines, die automatisch, onder controle van een par mensen het vele werk doen. Vandaar ging het naar hotel „De Zalm", wa door de directie der fabriek op koffie, thee en getracteerd werd. Nou, dat lieten de dames zich goe smaken. Daarna werd een bezoek gebracht aan, het oude vanaf 1500 daterende stadhuis. Het is een waar 0™, dit mooie oude gebouw, onder de sympathieke leidin; van de concierge te bezichtigen. Deze man bezit dt gave, al deze oude spullen, door zijn humoristislt wijze van toelichting te doen leven en daardoor wore een bezoek aan dit gebouw tot iets buitengewoon! Na een tocht door de prachtige omgeving en e z.g. Vlaamse Ardennen, waai allen genoten van dt mooie natuur, werd ten slotte nog gestopt te Gent waar de dames gelegenheid kregen te winkelen ol iets te "gaan gebruiken. Hier werd een dankbaar ge bruik van gemaakt. Te 7 uur moesten allen weer aan de bus zijn e werd op Axel aangekoerst. Nog een kleine tractate volgde en allen keerden na aankomst in hun woon plaats voldaan huiswaarts. Een woord van hulde aan de presidente, mevrom Maris, die altijd alles even keurig en tot hl de puntjes verzorgt. De deelneemsters hebben weer een zeei mooie en leerzame dag gehad. TffT GEVONDEN VOORWERPEN. Een ballpoint, Nieuwendijk 36een broche, Ds Jan Scharpstraat 7zes aardappelkistjes, Sassing P 55 een speelgoedpaardje (zeemleer wit met rood) Koestraat 5 een zakdoek (waarin muntbiljet ge bonden), Nieuwstraat 33 een doosje (inh. een broche en een snoer imitatieparels), Wilhelminastraat 1 eet blauwe jongenspet, Prins Hendrikstraat 56 een licht bruine kindercapuchon, Pieter Paulusstraat 17eei bruine portemonnaie, Noordpolder O 83 een zilver bon, Wilhelminastraat 70 een kettinkje met hanger, Prins Hendrikstraat 75 een witte oorbel, Juliana straat 25 een bruin lederen dameshandschoen, Nieu wendijk 76 een paar zwarte damesglace's, Sassing P 6 een bruine herenhandschoen, Joost de Moor straat 44 een wieldop van auto, Wilhelminastraat 80 een blauw jongensjasje, Gentsevaartstraat 12; een portefeuille (no. 5 „Leeskring Zeeland"), Wilhelmina straat 81 een plastic regenkapje in rood etui, De Ruijterstraat 26 een zak alpengras, Rijkspolitie Koe wachteen zilverbon, Emmastraat 36 een kinder- schop, een blauw-grijze sjaal, een bruine herenhand schoen, een grijs etui met rozenkrans en medaillon! een gele dameswant en een rode portemonnaie met inhoud, Rijkspolitie. „Zon genoegen vond ik het anders niet," ant woordde Else. „Maar geliefde zuster," zei de inspekteur lachend, „jij hebt er met zuiver persoonlijke gevoelens naar gekeken en bij mij was het ambtelijke belangstelling." „Voordat we naar bed gaan kon jij je ambtelijke belangstelling nog wel eens wijden aan een klein soupertje, gaf Verhagen te kennen, zijn zwager een stoot in de ribben gevend. „Kijk eens aan, ik zie dat mijn onvolprezen echtgenote er op heeft gerekend, dat we uitgehongerd zouden thuiskomen." „Onvolprezen is het juiste woord," stemde Ohlquist volmondig toe. Else Verhagen schonk haar man een tweede kopje thee in bij z'jn ontbijt. Samen zaten zij aan tafel, toen plotseling de telefoon rinkelde. „Ik zal wel even horen," zei Else. „Sven 1" hoorde haar echtgenoot haar uitroepen. „Waar zit jij We dachten, dat je nog rustig lag te slapen." „Goeden morgen, Else," hoorde zij. „Ik ben al lang op, hoor. Ik deel je alleen even mee, dat ik ver moedelijk nog niet kom ontbijten." „Wat is er aan de hand informeerde zij. „Ik zit in villa „Estella Vertel je later wel meer." Inspekteur Ohlquist brak het gesprek af. Else wend de zich tot haar man, hem verbaasd aankijkend. „Sven is in het huis van Van der Zuyden 1 Heb jij hem horen weggaan vanmorgen? Weet jij, of er Iets gebeurd is vanmorgen „Welnee, kind. Ik ben net zo verbaasd als jij Weer rinkelde de telefoon. „Ja, hier ben ik nog eens," hoorde Else. „Zeg, laat Ernst dadelijk na het ontbijt naar villa „Estella" komen." „Toen mr. Ernst Verhagen nog geen t'en minuten later het hek van villa „Estella" binnenstapte, ge laden met nieuwsgierigheid, werd hij opgeschrikt door een officiële stem. „Meneer Waar wilt U naar toe Een politieagent trad te voorschijn. Hij stond ver dekt opgesteld achter een van de grote bomen in de tuin, zodat men hem van "de weg af moeilijk kon ontdekken. Zijn aanwezigheid verrastte'de advokaat volkomen. Maar hij gaf de nodige inlichtingen. „Gaat U maar door," zei de agent ten slotte. Verhagen stapte door de grote tuin over het kner pende grintpad. Hij beklom de marmeren treden van de stoep voor het huis en meteen ging de deur open. Een agent verscheen en dezelfde ceremonie speelde zich af. De Nijmeegse politie bleek niet over één nacht ijs te gaan Maar Ernst slaagde er in, ook deze Cerberus te passeren en bereikte de ruime vesti bule. Een deur. die toegang gaf tot een kamer, stond wijd open. Meteen zag de advokaat zijn zwager, die met de handen in zijn broekzakken midden in het vertrek stond, pratend met een inspekteur in uniform. „Kom binnen riep Ohlquist. „Laat me je voor stellen aan inspekteur Broekman van de Nijmeegse recherche." Zij gaven elkaar de hand. „Ik wil U enige vragen stellen," zei de inspekteur onmiddellijk. „Vraagt U gerust. Maar wat is hier eigenlijk aan de hand „Er is iemand vermoord gevonden," verklaarde in spekteur Broekman grimmig. „De heer Ohlquist heeft ons gewaarschuwd." „Vermoord?" Verhagen was er even van geschrok ken. „En wat heb ik daarmee te maken „We verdenken jou er niet van," zei Ohlquist ge ruststellend. „Maar jij kunt deze heer toch een paar dingen vertellen." „Ik hoor, dat U gisteravond met Uw vrouw en inspekteur Ohlquist in de Vereniging bent geweest," begon inspekteur Broekman. ,,U hebt daar aan het eind van de avond een kleine scène meegemaakt. Is het niet „Een scène Ja, als U het zo noemen wilt. U be doelt zeker het gedrag van de heer Van der Zuyden De jongeman, tegen wie hij het had, is mij onbekend." „Ons ook nog," vertelde Broekman, „maar dat zal wel niet lang een raadsel blijven. Inderdaad, over die scène wilde ik U iets vragen, omdat U verstaan hebt, wat er gezegd werd. Kunt U zich herinneren, welke woorden precies gebruikt werden „Ja, dat geloof ik wel. De heer Van der Zuyden was nogal grof. Hij zei Smeer 'm. Je hangt me de keel uit, kwajongen. En laat ik je nooit meer zien." „Dank U. Kreeg U de indruk, dat die twee elkaar al kenden „EigenlijK gezegd, neen. Ik meen trouwens gezien te hebben, dat de jongeman aan de héér Van der Zuyden werd voorgesteld. Maar ja, zo nauwkeurig heb ik daar ook niet o(p gelet." „U bevestigd daarmee in elk geval de mening van inspekteur Ohlquist," gaf Broekman te kennen. „En de andere mensen, die in dat gezelschap waren, kende U die soms?" „Ook niet. Ik zag ze gisteravond voor het eerst. Maar de dame, die er bij was, zagen wij eerder in de avond uit het huis van de familie Nabarescu komen. Ze schijnt daar te logeren." „Mefnt U, dat het Roemenen kunnen zijn „Waarom niet Ja, ze zagen er wel zo ongeveer uit. Twee van de drie ten minste. De derde kwam hen in de auto van de heer Van der Zuyden afhalen.' „Hebt U zich een gedacht gevormd over de ver standhouding tussen de heer Van der Zuyden en de drie vreemdelingen informeerde Broekman verder, „Nu ja, een gedachte wel. De kleine donkere heer. die ik voor een Roemeen hield, kon in ieder geval goed met hem overweg. De andere scheen een beetje gereserveerd te zijn. De dame had, voor zo ver op tc maken viel, geen hoge indruk van de heer Vat der Zuyden. Maar het eigenaardige was, dat mijn buurman toch een zeker overwicht op alle drie moet hebben. Zijn houding was ten minste enigszins be velend." „Dank U,' 'zei Broekman weer. „En meent U, dat de drre buitenlanders de onbekende jongeman goed kenden „Dat durf ik niet te zeggen. Het gesprek vlotte uit stekend, zoals ik zag. Hij danste in ieder geval vooral later op de avond met de dame. Maar te oordeler naar de manier, waarop her afscheid plaats vond zou ik weer menen, dat zij hem toch slechts opper vlakkig kenden." „Hebt U bijgeval opgemerkt, welke kellner aan dat tafeltje bediende informeerde Broekman. •■Toevallig weet ik dat," gaf Verhagen toe. „Het was dezelfde kellner, die ons bediende. Op zijn jas had hij nummer 4 staan." „Juist, dat zei inspekteur Ohlquist ook, maar hij wilde graag Uw bevestiging hebben, omdat U met de kellner gesproken hebt." „Wellicht kan die kellner ons iets vertellen," opper de Ohlquist. (Wordt vervolgd)

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1957 | | pagina 2