AXELSE IMPULSÏES Handen met Uamea-Gelei R&döseL in mjmeqen. HOOFDPIJN! II. RECREATIE - OORD Een stukje historie vooraf verzorgd,worden luxe handen FEUILLETON door G. PLANTEMA. ONGEKENDE BELANGSTELLING BIJ DE UITVAART DER VIER SLACHTOFFERS VAN HET AUTO - ONGELUK. Machtig en groots ontrolt zich ver beneden ons het uitgestrekte gebied, ééns deel uitmakende van het aloude en roemruchte graafschap Vlaanderen, dat sedert 1814 in zijn geheel, voor het beneden de Wester - schelde gelegen deel bij Zeeland werd gevoegd. Wij overzagen dit boeiende panorama voor de zo veelste maal, toen we de ruim 60 meter hoge water toren bestegen hadden en in alle richtingen het oog bekorende landschap konden opnemen. Waarlijk het woordje .metamorfose" gedaante verwisseling is geen ijdel begrip als wij dit toe passen op de evolutie van de achter ons liggende eeuwen, die tot ons spreken door de talrijke soms bijna opgedroogde kreken, die éénmaal gedeelten wa ren van de zeeboezems om de Scheldemondingen. Waarover de schepen af en aan voeren naar dit zo rijke en gezegende land dat een deel van de bakermat is geweest van wetenschap en kunst, van vrijheids- dorst en onafhankelijkheidszin, van kracht en energie. Die hier (in Vlaanderen) het eerst opbloeiden. Gedaanteverwisseling is een levend bewijs. Zelfs voor de generatie van heden en degenen daaronder, die op veertig en vijftig jaar verleden tijd mogen terugzien is zij onweersprekelijk. Waarop wij nader terugkomen straks. En omdat wij alles in het verband en niet zo oppervlakkig wensen te beschouwen. Voor dit zo vlakke deel der lage landen om de Schelde en de zee klemt dit bijzonderlijk. Ach, wij ontveinzen ons niet dat wij vergeefs op onze huidige pleinen, noch in de bochtige straten, speuren naar de voorbeelden en scheppingen van gaaf gebleven middeleeuwse structuur of cultuur. Geen welgebouwde gildehuizen, gotische kerken of zelfs maar een stadhuis met het onvolprezen belfort zo karakteristiek aan vele der Vlaamse steden treft men hier aan. Ten minste niet in ons aloude stedeke. Vergeefs zult ge zoeken naar de patricische zwier van Renaissance of Rococo zelfs in enige der ter nauwernood nog overgebleven oude gebouwen. Noch naar het uiterlijk, noch in enig interieur (kamer, gang of monumentale trap). En toch was Axel in het grijze verleden eenmaal een echte Vlaamse stede 1— En toch zullen er vermoede lijk ook monumentale voorbeelden aanwezig zijn ge weest van bouwkunst of de ondernemingszin der voor geslachten. Doch zelfs de bewijzen hiervan zijn er niet meer of hetzij nog ergens aan te wijzen uit feiten in de historiebladen. Zo grondig en zo te vuur en te zwaard schijnen éénmaal de verwoestingen te zijn geweest door plun derende Gentenaren of andere vijanden, hier drie-, viermaal aangericht ,dat er nauwelijks één steen op de andere is gebleven. Zodat er practisch niets vanuit de middeleeuwen meer aanwijsbaar is, of is overgebleven. NietsDan die zilveren kreken in die vette polders daar beneden ons. Toen ik met mijn vriend daarboven stond en we de einders aftuurden, herinnerde ik hem aan de tijd dat de Schelde nog de grensrivier was voor de wereld rijken en de eerste kerkelijke indelingen. Toen Zeeuwsch-Vlaanderen deel was van het z.g. keizerlijk Vlaanderen D.w.z. de Vlaamse giaaf had het hui dige Oost Zeeuwsch-Vlaanderen in leen van de Duitse keizer, terwijl het grote deel w.o. West Zeeuwsch- Vlaanderen, als leenman van de Frankische koning onder zijn bewind stond. En oudtijds ressorteerde Axel kerkelijk onder de Gentse hiërarchie. De gedaanteverwisseling bewijst ons, dat Zeeuwsch- Vlaanderen op dezelfde wijze is onststaan als Zee land en een groot deel der huidige Belgische Vlaan- 8) „Et une petite cigarette vroeg hij dan, hem een koker met een matgouden glans toestekend. „Merci bien zei André Boorneman, er een uit nemend. „Dat is dan ons concertgebouw", zei mr. Ernst Verhaegen tegen zijn zwager, nadat zij op het Keizer Karelplein uit lijn 1 waren gestapt. „Komaan, en dat is dus het middelpunt van ver maak", merkte inspekteur Sven Ohlquist op. „Ik ben benieuwd Toen zij de foyer binnenkwamen, begon het orkest juist een tango te spelen en Ohlquist neuriede on middellijk met de melodie mee. Maar hij keek mteeen in het rond. Ook Ernst keek uit naar een plekje, waar zij zouden kunnen zitten. De zaal was lang zamerhand vol geworden en de advokaat schoot daar om een kellner aan. „Ik zal een tafeltje voor u er bij zettengaf deze te kennen. Om de dansvloer waren enkele rijen van tafels en stoelen. Dan kwam er een pad, dat geheel in het rond liep en bij de muren stonden weer stoelen en tafeltjes. Het pad was hier en daar al aanmerkelijk smaller ge worden, omdat daar zitjes waren ingericht voor gasten die waren gekomen toen de zaal vol was. Ook nu werd ergens een tafeltje geplaatst, terwijl de kellner even later met drie stoelen aan kwam dragen. Toen konden zij gaan zitten. „Kijk eens aan zei Ohlquist meteen. „Daar zitten waarlijke de beide gasten van de familie Nabarescu met de gast van de familie Van der Zuyden. En ik I3B llsr' itI derens. Stuksgewijze werd het door indijking van polders op de zee veroverd. Eerst door de krachtige energie der monniken, doch later door de steun der machtigen van Gent en Brugge die toen de rijke bronnen van de handel en de werkersgeest tot de eerste kapitaalsvorming bij de burgerij (de poorters) hadden geleid, werden pol ders na polders ingedijkt. En zo is schier geheel Zeeuwsch-Vlaanderen op een kleine diluviale grensstrook na één aan de zee ontwoekerd polder land. Dit voorgaande dient slechts tot ontzenuwing van wat mij ten opzichte van het woord „gedaanteverwis seling" als „nogal overdreven" werd tegemoet gevoerd. En zeker ook niet om in enigerlei opzicht af te doen aan onze sedert eeuwen ontstane gehechtheid aan het Oranjehuis. Dit terloops, om niet misverstaan te worden Onderscheiden zijn we nu eenmaal nogal sterk van de Zeeuwse eilandbewoners en meer hebben wij voor het merendeel een nog sterke Vlaamse inslag. In de loop der eeuwen is dit Vlaamse element echter sterk vermengd. Vooral na de 80-jarige oorlog. Fransen, Walen, Piëmontse Waldenzen en Salz- burgers in het land van Axel ook vele Zeeuwen, o.a. uit Walcheren vermengden zich onderling. En hieruit ontstond ons huidige Zeeuwsch-Vlaamse volk dat verweven werd met overig Zee- en Neder land Durf en doorzicht. Maar weinig minder dan de tientallen jaren spreekt een nog kortere tijds-spanne ons van voortgaande verandering. En daarop kon ik mijn vriend wijzen door het aan de voet van de watertoren gelegen als het ware aan grenzende recreatiegebied. Hij had nog het beeld voor ogen uit de tijd toen hij, met de bataljonsmuziek van wijlen Hugo van Dalen voorop door Axels straten en ook wel eens over de Kinderdijk was gemarcheerd. Ter vergelijking met dit panorama dat hem nogal bleek te imponderen, liet ik hem een foto zien vanuit de watertoren genomen in juli 1944 toen een groot deel van de polder Beoostenblij-Bewesten via een buizensysteem vanuit het kanaal op de Axelse Sas sing was geïnundeerd Opzettelijk had ik die meege nomen. Een troosteloos beeld met de vele honderden in het water staande bomen leverden toen de z.g. „Grote Plaat", het ondergelopen en geëvacueerde „Plaatje", mitsgaders het thans beboste en voor een belangrijk deel bebouwde recreatiegebied met zijn sportterreinen, jeugdherberg en het sindsdien ver over de grenzen vermaarde en gerenommeerde „Zomerlust". Ik kon hem aan de hand van deze foto ook wijzen op de bijna verdubbelde uitbreiding van de Axelse gemeentekom, waarbij sindsdien Plan-Oost en West is verrezen en nu Plan-Zuid ontsloten staat te worden. Ik wees hem op de ligging temidden van een bos rijk gebied van de voetbal-, tennis- en paardensport terreinen met hun steeds verbeterende accomodatie. Die alom geprezen en als voorbeeldig wordt be stempeld. En waarop elk rechtgeaarde Axelaar niet zonder fierheid wijst. Mijnhardt's Hoofdpijnpoeders. Doos 30 cent De jeugdherberg „Bleije Hagheeen steeds meer gezochte en met voorkeur begeerde pleisterplek waar het goed toeven is voor de trekkers van heinde en verre ,voor de toeristen uit binnen- en vooral ook buitenland. En natuurlijk niet te vergeten de imposante, pas voltooide bad- en zweminrichting, een op voorbeel dige wijze, hypermodern ingerichte gelegenheid, waar Axels jeugd zich in het komende seizoen weer naar hartelust zal kunnen vermaken en zich overgeven aan de geneugten van de geAnde zwemsport. zie, dat het gezelschap inmiddels is uitgebreid. Ken je die jongeman misschien 7" Maar Ernst en zijn vrouw hadden André Boorneman nog nooit gezien en dat was helemaal geen wonder, want deze Rotterdammer had zich niet eerder in Nij megen vertoond. Er was tussen de beide groepen een kleine ruimte en daar zaten twee jongemannen, die geen dans had den overgeslagen, zodat zij, even nadat de drie waren gaan zitten, opstonden om een aantal nieuwe rondjes op de gladde vloer te maken. Terwijl Verhagen en zijn vrouw met de kellner ernstig overlegden wat zij zouden drinken, sloeg Sven de mensen in de zaal gade, waarbij zijn ogen het eerst gericht waren op de in het oog vallende groep met de beide Roemenen, om na een afdwaling door de foyer daar weer terug te keren. Van de Zweed kon hij alleen maar de rug en het achterhoofd zien, van de anderen echter meer. Het dichtst bij zat André Boorneman, die bezig was een sigaret aan te steken. Hij trok blauwe wolken uit de tabak en blies de rook naar boven. Een sliert rook dreef af naar Ohlquist en zijn ge zelschap. Hij snoof even en Verhagen, die het hem zag doen, volgde dit voorbeeld onwillekeurig op. „Eigenaardige aroma heeft die sigaret," vond hij. „Zoetig en tegelijk nogal zwaar, zou ik zeggen." „Zeker," stemde Sven toe. „Bulgaarse tabak, geloof ik. En bovendien geparfumeerd." „Geef mij maar een sigaret van jou," zei Else tegen haar man. „Dje zjjn niet zo zwaar en ik lust ze wel." „Voor de?e-;k^r dan," gaf de advokaat toe. Hij presenteerde zijn zwager ook, maar voordat die de sigaret opstak, snoof hij nog even in de richting van André Boorneman. „Nou, nou," merkte hij toen op. Ik vertélde mijn vriend van het stadium waarin dit alles zich nu aanpassend aan een nieuwe en ver anderde tijd verder ontwikkelen zal. Van nieuwe sportterreinen in aanleg. Een ijsbaan die in de winter in een grote behoefte zal voorzien. En zelfs een openluchttheater, dat binnenkort officieel in gebruik zal worden genomen door de opvoering van één van Shakespeare's grootste scheppingen. Natuurlijk liet dit alles ook nu weer niet na indruk op hem te maken. Vooral het tempo waarin zoveel kon verwerkelijkt worden vond hij een prestatie, voor een plaats als Axel, dat toch zwaar door de oorlog getroffen was geweest. Maar hij wees er op hoe nuttig en noodzakelijk het zijn kan dat het „oude soms voor het nieuwe moet wijken. Een logische ontwikkelingsgang vordert zulks zelfs. En het is wel een voorrecht dat een overheid van een plaats of gewest oog heeft voor gezonde ont wikkeling en begrip toont te bezitten voor wat nuttig en nodig is. Wij overzagen nog eens het klare beeld dat zich in wijde kring in alle richtingen van onze mooie en vlakke streek uitstrekte. De dijken beperkten ternau wernood de gezichtseinders. De tinnen en torens van omliggende dorpen en grotere plaatsen schenen vlak bij. Zelfs Vlissingen en Antwerpen rezen uit het verre verschiet op deze welgekozen stralende dag. De machtige zeekastelen voeren af en aan naar de trotse Sinjorenstad of weer terug naar zee, naar aller Heren landen. En in het zuidwesten ontwaarden wij de machtige toren van St. Baafs en de gulden in de voorjaarszon blikkerende versierselen van het Belfort van Gent. Onze horizon kent geen grenzen en zegt ons ander maal dat dit land een goed en heerlijk land is. Nog altijd en nog lang zij dit het land waar de zaaier, de ploeger en de maaier de hoofdbron van het bestaan zullen vormen, al domineren in zuidelijke en westelijke richting een steeds groter aantal fabrieks schoorstenen. Keurig en kleurig strekken zich weder de bezaaide akkers en velden naast de groene weiden. In een soort van oneindigheid zien wij de mierige huizen, de bomenrijen en klein en miniem de dorpen en de molen gehuchten. Nog kleiner tonen zich ons de mensen in dit landschap gestippeld, die hun werk volbrengend zich toch richten naar de hoge wil. Naar de roeping tot de arbeid, die het alles doet kiemen en groeien. Onder Godes onmisbaren zegen. Naar het dichterlijke woord van Prosper van Langendonck Schone droom Mijn land van Vlaanderen Zacht hier het hoofd ter rust te leggen en verzinken in een diepe, blauwe en groene oneindigheid Maar wij voegen daaraan toe Hier is het waarlijk goed te leven, voort te strijden, voort te streven, Goddelijk land, dat ons bekoort heerlijk recreatie-oord 't G. Nimmer tevoren bleek te dezer plaatse bij een uit vaartplechtigheid een belangstelling te bestaan als j.l. woensdagnamiddag bij de begrafenis der vier bij het droevige auto-ongeluk nabij de Sassing om het leven gekomen slachtoffers is betoond. Duizenden hebben daarbij blijken van medeleven gegeven door het bijwonen van de rouwdienst in de Geref. Kerk in de Pironstraat, dan wel door hun aan wezigheid op de Algemene Begraafplaats of door zich aan te sluiten bij de honderden die de droeve stoet op de gang daarheen hadden gevolgd. Lang voor de aangekondigde aanvang van de rouw dienst was het kerkgebouw overvol en bleek dit de belangstellende en medeleven betonenden niet te kun nen bevatten, zodat de toevloed daarvan moest worden gestuit. Te half drie werd deze aangrijpende door ds. D J. Couvée geleide dienst geopend met het votum nadat de zacht-droevige orgeltonen, die de rouwplechtigheid inleidden, waren beëindigd. De lijkkisten met de stoffelijke overschotten van de vier slachtoffers, mevr. M. Naeije-van Hoeve en haar drie dochtertjes Karien, Anneriet en Nelleke, waren opgebaard voor het preekgestoelte in de „tuin" der kerk. Een zeer groot aantal kransen en bloemstukken was daarbij neergelegd. Bij de opening van deze plechtige maar korte dienst verzocht ds. Couvée gemeenschappelijk te zingen c.e verzen 3 en 5 van Psalm 43. Vervolgens las hij een gedeelte voor uit het Lucas- evangelie, n.l. hoofdstuk 22, vers 39 tot 46. De herder en leraar sprak naar aanleiding van dit schriftgedeelte gevoelvolle woorden van diepe ernst en troost voor de nabestaanden, waarbij hij wees op het naar de mens gesprokene onbegrijpelijke van Gods wegen en daden. Bovenal echter van de ontwijfelbaar vaststaande genade die Hij in Jezus Christus ons heeft geopenbaard. Het is deze liefde en genade die ons ten troost is bij de wetenschap ciat deze geliefde moeder met haar lieve kinderen thans bij de Heiland zijn. Deze ontroerende plechtigheid wercTbesloten met het Gezang „Jezus Uw verzoenend sterven, blijft het rustpunt van ons hart." Een aangrijpend moment was het toen de kisten met de stoffelijke resten naar de gereedstaande auto's ge dragen werden en de zeer lange door tientallen auto's geformeerde rouwstoet zich in beweging zette. „En nu moet jij maar eens met je echtgenote gaan dansen," vond de inspekteur. „Ik heb jullie ten slotte niet voor niets mee naar dit oord gebracht." „We zullen gehoorzamen," zei Verhagen. „Kijk jij ondertussen maar niet teveel naar die mooie zigeunerin," voegde zijn vrouw haar broer toe. „Dat is helemaal niet goed voor je gemoedstoestand. En ze ziet er nogal afwerend uit." „Dat ligt misschien aan het gezelschap," grinnikte de inspekteur. Maar de kleine Roemeen, die het hoogste woord voerde, deed kennelijk zijn best om de anderen aan het lachen te brengen. Sven vond het bepaald jammer dat hij bijna geen woord van het eigenaardige Frans kon verstaan, dat de man sprak. In ieder geval, hij had geen reden om te lachen, zoals het knappe meisje en de beide mannen, de eerste een tikje ingetogen, maar de anderen uit volle borst. Het moest een goede grap zijn, die de vreemdeling te berde bracht. Terwijl Ernst en zijn vrouw zich wijdden aan de zorgvuldige uitvoering van een langzame foxtrot, nam Ohlquist kleine slokjes uit zijn glas. Hij merkte op, dat aan het tafeltje van de vreemdelingen een nieuwe fles wijn werd gebracht, die pronkte in een grote koeler. De kleine Roemeen schonk in, nadat hij de kellner die dit wilde doen, de fles uit handen had genomen. „Proost zei Ohlquist, toen de vier hun glazen ophieven. Even was de muziek zacht. „A vous, ma belle," zei op dat ogenblik de kleine Roemeen tegen het knappe meisje, meteen een kleine buiging makend. De twee mensen uit het zuiden keken elkaar even aan. Ce man glimlachte buitengewoon vriendelijk. Het meisje daarentegen keek min of meer uit de hoogte, maar toen de beide andere mensen met haar Voor de woning van de heer Naeije in de Noord straat werd in eerbiedige stilte enige ogenblikken halt gehouden. Een paar klassen van de Chr. Lagere School stonden hier opgesteld en zongen bij het passeren van hun overleden vriendinnetjes het lied „Daar boven juicht een grote schare van kinderen voor Gods troon", hetgeen diepe aandoening verwekte bij de velen daar opgesteld, die dit afscheidslied aanhoorden. Toen de droevige stoet op de begraafplaats arri veerde, na zich door hagen van belangstellenden in alle straten langzaam daarheen te hebben voortbe wogen, bleek dat zich hier reeds duizenden bevonden, die hun medeleven ook hier wensten te betonen. Ook het dagelijks bestuur der gemeente Axel bevond zich op de begraafplaats. Eén voor één werden de kisten in het gemeen schappelijke graf neergelaten. Bijna niemand bleef de ontroering meester. De eerste spreker was de heer Schaap, een vriend der familie ,die tijdens de bezetting als Joods onder- gedokene hier bij de familie Naeije onderdak vond. Bij dit verscheiden trok hij een zeldzame Vergelijking, n.l. omtrent het in bruikleen geven van edelstenen, die te eniger tijd wederom worden opgevraagd. Namens de Chr. Nat. School werd het woord ge voerd door het hoofd dezer school, de heer J. J. Ie Ridder, die sprekende namens zijn school en de kleuter school woorden van innige deelneming uitsprak met de bede dat uit de kracht des geloofs sterkte zal worden geput door de nabestaanden. Hier was ds. Couvée nogmaals de laatste spreker, die bij dit ernstige feit het woord voerde. „Eén man had zaterdagavond toen deze ramp gebeurde de klap gehoordDoch deze ging daarop eerst Axel door n heeft door middel van de pers geheel ons land be roerd. Spr. drukte de hoop uit, dat niet enkel de nieuwsgierigheid de duizenden naar deze wijdgapende groeve heeft gedreven, maar dat allen hier bijeen de wenk ter harte zullen nemen. Van de dood die ieder uur wenkt Hij hoopte dat men dit zou overdenken. Een broer van de heet Naeije dankte daarop allen voor het betoonde medeleven en vroeg de aanwezigen de vader en de kinderen in aller gebeden te herdenken, waarop de menigte diep onder de indruk de doden akker verliet en zich verspreidde. klonken, speelde er toch even een zweem van een glimlach om haar mond. Even later accepteerde zij de uitnodiging van André Boorneman om weer een dans te doen. De jongeman zag et een beetje blozender uit dan gewoonlijk. Of het kwam door de wijn dan wel door de donkere ogen van mile. Ilescu, wist hij zelf niet. In ieder geval vlotte het gesprek naar Ohl quist ontdekte, buitengewoon. De Roemeense leek een beetje te ontdooien. De inspekteur kreeg even de in druk, dat het feitelijk de aanwezigheid van haar land genoot was, die haar gereserveerd maakte. Natuurlijk kon de inspekteur niet aan de Roemeen zien, of die zich daarvan bewust was. De kleine, donkerharige man boog zich over naar de forse, grijze Zweed en begon op ingehouden toon een gesprek. Af en toe gleden zijn ogen onderzoekend in het rond en eenmaal keken zij recht in de blauwgrijze ogen van de inspekteur, die hem aanzag met een kinderlijke nieuwsgierigheid. Die manier ontwapende de meeste mensen en de Roemeen toonde geen spoor van achter docht, toen hij die blik had opgevangen. Vooral niet, omdat Ohlquist even later met intense aandacht zijn sigaret begon te bekijken, waaraan blijkbaar iets niet in orde was. Tersluiks liet hij echter nog eens zijn blik glijden over de Zweed, die hij nu beter kon zien, omdat deze zich half omgewend had voor het gesprek met de kleine zuiderling. De grijsharige man was er zich niet van bewust, dat hij bekeken werd. Trouwens, hij wierp nauwelijks een blik op de mensen in de zaal. Als hij niet naar een van de leden van het bij hem zittende gezelschap keek, staarde hij naar zijn glas of bestudeerde de aspunt van zijn sigaar. Slechts eens keek hij naar de dansende menigte en dat was toen mile. Ilescu en André Boomeman in zich kwamen. (Wordt vervolgd)

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1957 | | pagina 2