PANG
m
t€RUQ
in öe moöö€R.
Ve wtsna/iet/fig. demsfe tang.
I Firma J. C. Vink J
EEÜC3
I
_jk
HQ
I
Na deze rede was het mevr. Van Oeveren
die een prachtig tinnen wandbord met het
Wapen van Axel aanbood aan Commandeur
Valkenburg. Op dit wapen ziet U verschil
lende sleutels. Zeker stellen dit de sleutels
onzer stad voor, maar het mogen ook sleu
tels zijn, die onze harten hebben ontsloten,
opdat er in de toekomst contact moge zijn
tuss ende stad Axel en de bemanning van de
mijnenveger, die wij met het schip >i
goede vaart toewensen en tevens, dat er
maar weinig mijnen te vegen zullen zijn
Nu het zo geschikt was, dat ik deze plech
tigheid heb moeten vervullen, heb ik dit maar
gedaan en vond ik het dopen met de tewater
lating van dit schip toch een ontroerend mo
ment zeide mevrouw Van Oeveren.
Comandeur Valkenburg maakte zich nu
reeds gaarne ten tolk van de toekomstige
bemanning van dit schip, door mevrouw
Van Oeveren te danken jyjQpr,$ljt huldeblijk,
dat te gelegener tijd,e^i erepla^ts,^al krijgen
aan boord van de mijnenveger.
Burgermeester Nieuwènhuijzen "van Rid
derkerk wist na deze historische, theologi
sche en philosophische redevoeringen maar
heel weinig meer te zeggen. Hij schetste de
positie van zijn 20.000 inwoners tellende aan
Rotterdam grenzende gemeente en hoopte
dat hier in Ridderkerk nog vele schepen ge
bouwd zullen worden en dit aanleiding moge
zijn voor de aantrekking van nog meer men
sen, maar ook tot de toewijzing van meer
'woningvolume.
Daarop werden verversingen rondgediend
en bleef men nog geruime tijd in gezelligheid
bijeen, waarna de terugreis door het meren
deel der Axelaars aanvaard werd.
UIT ONZE OMGEVING
AXEL
FEUILLETON.
door HENK VAN HEESWIJK
naar een motief van L. K. v. d. Linden
tmme. m .immmmmmm
•e 3.2V
DIE hebt U voor jarenl
Markt 12 Tel. 646 Axel
De inslag van de Axelse bevolking bleef Vlaams,
een goed slag volk, dat zich verheugt in een wereld
van klan ken kleur. Maar ook de strenge kant ont
breekt niet. De stroeve en steile „Nordische" geest
kan menigmaal ontaarden in „prinzipen-reiterei", zo
dat men kan zeggen dat men in Axel he midden
houdt tussen de geest van „Pastoor Poncke" en
„Bemardus Smijtegelt" (vreugde).
Maar de humor is er en blijft er hetgeen nog maar
kort geleden weer bleek, toen in Axel een nieuwe
vlasspinnerij werd gesticht en wij namens het ge
meentebestuur iets aan wilden bieden. Er was er één
die zeide „Geef een portret van Bouwe Vlas (al
gemene vreugde).
Maar hoe dit alles zij, Axel heeft altijd voor Hol
land gekozen en ik durf zeggen, geen plaats in Z.
Vlaanderen is meer Oranjegezind. Toen het nauwe
lijks bevrijd was gaven zich spontaan 110 vrijwilli
gers op om het land te helpen bevrijden. En nog on
langs diepte een Axelaar uit een oud boek het feit op
dat in de Tiendaagse veldtocht tussen de Brabantse
en Groningse vrijkorpsen ook een aparte Axelse com
pagnie werd genoemd.
Nu alzo de Koninklijke Nederlandse Marine naar
deze vermaarde paats een schip heeft genoemd is het
niet te verwonderen dat dit de band heeft versterkt
en men nog meer van ons zal horen, (donderend
applaus).
FEESTELIJKE JAARVERGADERING VAN DE
qQ
CHR. BEDRIJFSGROEPEN CENTRALE.
Onder leiding van de heer A. C. van Houte hield
bovengenoemde organisatie in „Het Centrum" haar
jaarlijkse feestvergadering, waarin de voorzitter mede
verwelkomde de diverse vertegenwoordigers der zus
terorganisatie^ uit aangrenzende plaatsen. Gemeen
schappelijk werd gezongen Psalm 118 7. De grote
benedenzaal was bijbna geheel bezet.
In zijn jaarverslag wees de secretaris, de heer C.
Verschelling op het veelvuldige werk van 1954, waar
in niet minder dan veertien bestuursvergaderingen
plaats hadden. Spr. wees op het niet zo beste ver-
gaderingbezoek wat heel wat beter moet worden.
De organisatie is het terdege waard dat elk lid een
propagandist in zijn eigen kring is, gezten de actie s
die men onderneemt en het succes waarmede deze
gevoerd worden. Spr. noemde de loonsverhogingen,
de doorbetaling der feestdagen en de actie s die zijn
ingezet voor het vier-ploegenstelsel en de 42-uri^e
werkweek. Het ledental was van 162 op 170 ge
stegen. één lid was overleden en een ander lid was
de dupe van een droevig ongeluk.
De penningmeester, de heer S. Jansen gaf een finan
cieel beeld van het afgelopen jaar waaruit men te
horen kreeg dat de afdelingskas sloot met een klein
batig saldo.
Beide jjaarverslagen werden met algémene instem
ming goedgekeurd en de voorzitter maakte zich tot
aller tolk door beide functionarissen dank te brengen
waarna Psalm 118 4 werd gezongen.
Vervolgens werden door de afdelingen Zaamslag en
Sluiskil woorden van kameraadschap en samenwer
king gesproken en werd daarop door de heer Com-
piet van de R.K. zustervereniging uit Sluiskil gewezen
op het feit, dat het N.V.V. thans de samenwerking
met de confessionele vak-organisaties heeft verbroken,
hetwelk deze spr. geen ramp vond. „Wij zullen onze
eigen boontjes wel doppen zei spr., die tevens vast
stelde dat het N.V.V. aan de actie voor de 42-urige
werkweek en het vier-ploegenstelsel niet was te pas
gekomen. „Samen zijn wij zeker krachtig genoeg om
het N.V.V. te weerstaan", besloot spr. onder applaus.
Daarop werd gezongen Psalm 105 24, waarna
voorzitter van Houte aan de leden S. Jansen, M. Wie-
land, J. van Drongelen, M. van'Drongelen, A. Hame
link, J. Hamelink, P. Faas en G. van Cadsand na
mens het hoofdbestuur met een hartelijk kameraad
schappelijk woord het gouden insigne van verdienste
uitreikte, waaraan tevens een fraaie oorkonde was
verbonden.
Als oudste dezer leden die thans 25 jaar lid van
hun organisatie zijn dankte de heer A. Hamelink voor
dit bewijs van erkentenis van het hoofdbestuur.
Door de heer J. Braspenning, hoofdbestuurslid der
C.B.C. werd een kort maar kernachtig propaganda-
woord gesproken waarbij deze de loonsverhogingen
van de laatste tijd onder de loupe nam, waarmede
men naar zijn mening in de vicieuze cirkel bleef rond
draaien daar de gevolgen telkens waren levensduurte
en prijsverhoging. Veel meer wordt bereikt door het
gezamenlijk werk der confessionele bonden, zeide spr.,
die nu de oude-dagsvoorziening met pensioen aan de
orde stellen, zomede ook ijveren voor een 42-urige
arbeidsweek. Spr. meent dat men onze God moet
Lel op de naam RANG op hel beschermende omhulsel
Hij dacht aan de twee lichtpunten van zijn huwe
lijksleven de twee kinderen. Tot hun negende of
tiende jaar hadden ze veel van hem gehouden. Daarna
verminderde dit geleidelijk. Van hun moeder hoorden
ze zo dikwijls, dat hij eigenlijk maar een grote nul
was. Hoe konden zij voor zo'n vader achting of be
wondering hebben Op- of aanmerkingen van hem
werden ten slotte eenvoudig genegeerd als hun veel
verstandiger moeder ze niet ondersteunde en dit ge
beurde niet dikwijls.
ToenHoffman. Voor de boekhouding was
hij ook ongeschikt. Daarom zou er een boekhouder
komen. Hoffman deed zijn intrede. In zijn werk be
kwaam, vlug en accuraat en daarbij, voor Nora, uiter
mate hoffelijk. „Juist eigenschappen, die jij allemaal
mist," had Nora hem eens verteld.
Ja, hij was goed getrouwd, dacht hij. Een groot,
rijk gemeubileerd huis, een juffrouw voor het huis
houden tegenwoordig en een voor de kinderen. Het
eten en drinken was uitstekend, alles op z'n tijd. Net
een rijkelui's hand, was hij.
En nu lag hij hier, tussen versleten lakens, in een
kaal, armoedig kamertje. En hij voelde zich als in
een paradijs 1 De vrouw in de keuken zong met een
zachte stem een oud wijsje, de kanarie floot met lange
rollers het hoogste lied en de koffiepot pruttelde. Het
was alsof de tijd een kleine dertig jaar voor hem was
teruggezet. Hij voelde zich als een jongen van vijf
tien, zestien jaar, ziek liggende in het grote bed van
zijn moeder. Vermoeid van het denken sukkelde hij
in slaap.
Hoofdstuk 12.
KRACHTMETING.
Toen Nol weer wakker werd, brandde de lamp.
Er was een krant aan zijn kant van de kap gespeld,
zodat eigenlijk alleen de tafel behoorlijk verlicht werd.
Het leek hem, dat er op de tafel iets veranderd was.
Ja, de koffiepot was weg en nu stond er naast het
blaadje een diep bord met een lepel er in.
Waar was hij toch wakker geworden Had hij
gedroomd, dat een zachte hand door zijn haar streek
Zeker van moeder gedroomd. Geen wonder, in deze
omgeving.
Nee, hij had het niet gedroomd. De vrouw had
aan het hoofdeinde van het bed gestaan en trad nu
in zijn gezichtskring.
„Zo, jongen .eindelijk wakker vroeg zij zacht.
„Hoe is het er nu mee Nog hoofdpijn
Hij gaf niet direct antwoord, keek aandachtig naar
de niet onknappe, maar schamel geklede vrouw. Zij
had iets weg van zijn moeder, vond hij. Dezelfde ogen
en mond. Alleen was moeder groter en magerder dan
deze vrouw. Hij begreep opeens, dat zij het raar
moest vinden, dat hij zo lang bleef zwijgen.
„Nee, ik heb geen hoofdpijn van betekenis, juf
frouw. Maar wat is er eigenlijk met mij gebeurd en
waar ben ik hier
Zij vertelde, hoe hij in de late avond gevonden
was en hier terecht wa sgekomen. „Maar heb je trek
in een bordje soep of pap Ik heb de hele dag tel
kens al wat voor je klaar gehouden." Ze lachte eens.
„Vier keer heb ik het zelf op moeten eten.™
„Vier keer herhaalde hij verbaasd. „Bedoelt U,
dat ik al vie rdagen bewusteloos heb gelegen 7"
danken voor zijn gunsten en dat het ook volgens de
schrift is die in Deutorononium 12 leert dat voor hen
die hun heer 6 jaar gediend hebben door de werk
gever „rijkelijk moet worden opgelegd." Dit is niet
mis te verstaan en de wekroep luidde dan ook van
zijn kant om samen met de R.K. broeders op te
trekken tegen ongeloof en afval teneinde de vrijheid
en zelfstandigheid te bewaren. Werkt daaraan allen
mee Hoog onze C.B.C., besloot hij.
Na de pauze volgde de opvoering van een blijspel
in drie bedrijven, onde rde titel „De verkochte bruid"
van de auteur A. van der Lugt. Dit aardige blijspel
beelt een familiegebeuren uit, waarin een nogal „hoog
vliegende" moeder haar enige dochter op een voor
delige manier aan de man tracht te brengen.
De vader met de huishoudster en de huisknecht (of
„duvelstoejager") denken er heel anders over en ten
slotte krijgt dit hele stel tegen de intriges van
moeder en tante in nog schoon gelijk en blijkt uit
eindelijk dat de „rijke" a.s. schoonzoon, die door
moeder zo werd opgehemeld, een schuin-marcheerder
van de ergste soort was, die de „bajes" meermalen
tot zijn verblijf had gehad. Het happy end was dat de
twee geleven, die elkaar gaarne hadden, elkaar ook
kregen en daarmede kwam een bevredigend slot aan
deze komische geschiedenis, welke door de executanten
onder leiding van de heer Ko Bakker verdienstelijk
op de planken werd gebracht.
Nadat de heer Braspenning in dankgebed was voor
gegaan werd na middernacht deze mooie avond be
sloten met het gemeenschappelijk zingen van het
Avondlied.
R.A.O. - VARIÉTÉ-AVOND VOOR DE
NATIONALE RESERVE.
Vrijdagavond gaf een ensemble gevormd uit dienst
plichtigen in „Het Centrum een variété-avond voor
de bij de Nationale Reserve in dienstverband zijnde
manschappen en hunne dames.
Dit ensemble stond onder leiding van de kapitein
J. G. F. van Ewijk, van de Dienst Welzijnszorg Leger
te 's-Gravenhage en het was de districts-commandant
der Nationale Reserve in Zeeland, majoor H. A. P.
Speek, die de talrijke aanwezigen, die grotendeels de
benedenzaal van „Het Centrum" vulden en het op
tredende gezelschap verwelkomde en allen een pret
tige avond wenste. In het bijzonder richtte hij zich
tot de burgemeesters van Axel en Zuiddorpe en het
lid van Ged. Staten, de heer C. Hamelink, de majoor
Hulsman, van het Res. Korps der Marechaussée, de
kapitein de Haas .districtscommandant te Terneuzen
en verdere militaire en burgerlijke autoriteiten. Het
hier deze avond optredende cabaret- en variété-gezel
schap is tot ver over de grenzen bekend en onder df>
prominente leiding van kapitein van Ewijk trad hfct
reeds op te Brussel en Parijs, zodat hij verdere aan
beveling overbodi gachtte.
Spr. deed daarna een klemmend beroep op de aan
wezigen de propaganda- en wervings-actie's te steu
nen door toetreding in de gelederen van de Nationale
Reserve of om anderen uit elks kring daartoe aan
te sporen.
Hierna spleet zich het doek vaneen en stond de
band in het volle licht en opende deze de avond met
een kort maar op hoog peil staand muzikaal pro
gramma, dat er aanstonds tempo in bracht.
Na deze introductie was het de van de Bonte Dins
dagavond bekend^ conferfcnciér Frans van Dus-
scoten, waarmede wij kennis maakten en die op hoogst
beschaafde wijze de hele avond door de afwisselende
onderdelen van het repertoire zou verbinden op een
vlotte en allerprettigste manier, zodat er aldra een
vrolijke stemming vaardig werd. Het orkest onder lei
ding van René Koopman, de bas-bariton Johnny Ol
son en de manipulator Jack Colété waren het, die
het volgende gedeelte verzorgden, waarna bandleider
René Koopman zijn artistieke gaven als xylophonist
ontplooide en de kunstfluiter Jack Reijnders de zaal
in vervoering bracht door zijn kwetterende vogel-
„Twee, bijna drie. Het is nu Zondagavond."
Hij glimlachte zwakjes. „Dan heb ik het vanmorgen
toch goed gehad, dat het Zondag was. Komt het uit,
dat ik toen wakker was. De zon scheen net op een
hoek van het kooitje en U was in de keuken bezig."
„Ja, dat komt uit. Maar hoe kon je de dag raden 7"
Hij vertelde haar, dat hij tot zijn militaire dienst
tijd met zijn moeder in net zo'n kamer gewoond had.
in een buurt als deze. „Maar U vroeg, of ik iets
wilde eten. Als U het hebt, dan graag een bord soep."
Zij hielp hem zorgzaam bij het eten, steunde zijn
hoofd. De dokter had verboden hem voorlopig in
zittende houding te brengen.
De soep smaakte hem heerlijk en hij verbeeldde
zich, dat hij eigenlijk niets mankeerde. Maar toen
de vrouw de dekens goed over hem schikte, na hem
handig en voorzichtig als een volleerd verpleegster
met allerlei dingen te hebben geholpen, voelde hij
zich doodmoe. Het had hem eerst een gevoel van
schaamte gegeven, zich zo als een klein kind door
de vreemde vrouw te laten behandelen. Hij begreep
echter al heel gauw, dat hij er;zelf geen kracht voor
gehad zou hebben. Drommels, wat voelde hij zich
slap.
Na een poosje merkte ze op „Je vraagt niets over
je vrouw en kinderen."
Nee, hij had er niet meer aan gedacht, had alleen
belangstelling voor zijn onmiddellijke omgeving ge
had. Nu vroeg hij, of er bericht naar zijn vrouw ge
zonden was.
„O ja, daar heeft de politie voor gezorgd en gister
middag was ze al hier, met je zoon en dochter." Zij
keek glimlachend naar zijn bezorgd gezich en legde
haar hand, die koel was, op zijn voorhoofd. „Ben
je er niet blij om 7"
Hij glimlachte verlegen. „U hebt haar dus ontmoet.
Hoe vond U haar 7"
Het gezicht van de vrouw betrok, toen ze begon
PARKER
Nieuwe
inklvulllng
(pu na 393.000 e
woorden e
schrijven!) f
4 gedistingeerde
kleuren: rood,
groen, grijs en
i wart.lnktpatroon
in blauw-zwart,
blauw, groen en
rood.
NIEUW Eén inkt-
patroon schrijn 6
maal zo lang als
gewone ballpen-
vullingen.
NIEUW Nylon hou
der; blank-meta
len dop wordt niet
dof.
NIEUW Keuze uit
vier penpunten,
EXTRA FUN
FUN
MIDDEL
BREED
geluiden die het muzikaal voelende auditorium weer
in ander opzicht bevrediging schonk.
Hierna was het de conferencier die een aantal crea
tie s bracht van zeer bekende radio-sprekers en ar-
tisten als Willy Vervoort (en zijn onafscheidelijke
„tanfi"JKfen11 vervolgens ook van Jan Lemaire en Lou
Bandy.
Het kunstzinnige peil steeg door het optreden van
de violist Hunnego (van het Rotterdams Philharmo-
nisch orkest), die énige briljant nummers vertolkte,
waarmede de fijnproevers het volle pond kregen toe
gemeten. De telepaath Travari gaf verrassende staal
tjes van helderziendheid en hersenconcentratie door
met grote nauwkeurigheid (geblinddoekt) alle bij
zonderheden omtrent identiteit en wat dies meer zij
te openbaren.
Een ensemble onder leiding van P. Noordijk (van
het orkest van Eddy Christiani) beslc-1 met een mu
zikale topprestatie het eerste deel van het programma.
Na de pauze was het de pianist Wout Gerritse,
die een potpourri van verzoeknummers uit de vleu
gel toverde, die tevoren door de zaal waren opge
geven en tot een selectie van bijzondere virtuositeit
werden verwerkt.
Mario Rigetti bracht een tweetal superieure Napo-
litaanse nummers, n.l. „O sole mio" en „Mama" en
daarna kwam Jack Coleti nog eens terug met bra-
vour staaltjes van zijn goochelkunst.
In een sketch gaf Frans van Dusschoten een aan-
te vertellen. Nora had geëist, dat de patiënt naar een
ziekenhuis zou worden gebracht. Toen had de vrouw
een boodschap gezonden naar dokter Kool en deze
was terstond gekomen. Vervoer had hij uitdrukkelijk
verboden. „Dan moest dat mens dat was ik, zei
Annie hier vandaan een een fatsoenlijke verpleeg
ster er voor in de plaats komen. De dokter zei, dat
dit niet zo eenvoudig was en naar zijn mening ook
De vrouw vervolgde grimmig „De politie is toen
h'.cr geweest, maar daar is ze niet veel wijzer van
geworden. Wie ik niet in m'n kamer wil hebben,
blijft er uit. En dat zal je vrouw ook wel begrepen
hebben."
Nol greep haar hand. „Ik heb U wel een hoop last
bezorgd, juffrouw, maar ik hoop het U later te ver
goeden."
„Noem me maar Annie, zei ze, „en wat dat ver
goeden betreft, daar zou ik me voorlopig maar geen
zorgen over maken. Een dure kostganger ben je niet."
Hij drukte haar hand vaster en vroeg U zei net,
dat ik Annie moet zeggen, maar ik zou U liever moe
der noemen. Mag dat? En wil jij me dan Nol
noemen 7"
„Ik vind het best, hoor."
„Je zorgt net voor mij ,als mijn moeder het vroe
ger deed en alles hier doet mij aan haar denken."
Zij maakte zacht haar hand uit de zijne los en
streek laken en deken nog eens glad. „Je moet nu
maar weer gaan slapen, Nol. Zoveel praten zal nog
niet goed voor je zijn. Ik ga ook naar bed, het is
al laat."
Hij zag met verbazing, dat zij zich voor de nacht
gereed ging maken. „Ik ga daar op die matras liggen.
Als je wat nodig hebt, dan roep je maar. Ik slaap
erg licht. Welterusten, Nol."
(Wordt vervolgd)
niet nodig. Maar daar wilde hij zich verder niet mee
bemoeien. Misschien, dat de politie er raad op wist."