AXELSE COURANT
Xaat ons dan lumengaan
i
y
f
y
i
I
t
Kerstnacht bij de Ulederlandse
emigranten in Argentinië.
mmmsmmiammssmimmm
Anno Domini I
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN
VERSCHIJNT IEDERE WOENSDAG EN ZATERDAG
„Laat ons dan henengaanen zien dat groot
gezichtzo spraken de herders in Efratha's vel
den, nadat hun de Engelenboodschap was verkon
digd het wonder van de geboorte van de lang
verwachte Verlosser.
Dat zeiden ze tegen elkaar. En er viel geen woord
over de kudde.
Ze gingen niet in parJiek, in wilde opwinding. Ze
pleegden overleg.
Want die herders vertoefden daar niet voor hun
plezier gedurende de koude nachten in de velden van
Bethlehem. Hn aanwezigheid daar was wel zeer
noodzakelijk. De hun toevertrouwde kudden werden
bedreigd door wilde dieren, wolven konden de scha
pen uiteen jagen, dieven hun slag slaan. Die herders
gingen ook liever naar bed, maar ze moesten wel
waken.
Onder zulke omstandigheden zonder meer de kudde
in de steek laten, was geen kleinigheid. Maar de
herders lieten wat het zwaarst Was, ook het zwaarst
wegen. En daarom lieten ze de kudde in de steek
en gingen naar Bethlehem om te zien en te aanbidden.
De herders moesten kiezen of delen.
En wij, bijna twintig eeuwen later, moeten dat ook.
Onze eerste opwelling is, te zoeken naar een
compromis. Te trachten van twee walletjes te eten,
de kool en de geit te sparen. Het valt niet mee de
kudde waarop wij te passen hebben, in de steek te
latenalle beslommeringen van het dagelijks le
ven, onze kansen, onze zorgen, onze plannen. Dat
nu maar allemaal te vergeten, radicaal weg te ban
nen uit onze gedachten, opdat hoofd en hart ver
vuld kunnen raken van het wonder van Kerstfeest,
dat is voor ons, moderne mensen, niet makkelijk.
Maar wanneer ons dat niet lukt, krijgen we een
Kerstfeest met hoofdpijn. Hoofdpijn van het scheel
zien één oog op de kudde, één oog op de kribbe.
De herders zijn gegaan.
En ze kwamen terug als andere mensen. God loven
de en ieder vertellende wat ze hadden gezien.
Maar ze bleven schaapherderswie weet hoe
veel nachten achtereen ze nog in cfie velden hebben
vertoefd, de wacht houdende over de kudde.
En ook wij zullen terug moeten keren. Straks, na
het Kerstfeest, wachten ons gezin, onze zaken, dan
confereren en vergaderen we weer, houden we de
boeken bij, staan we achter de toonbank of de boor
machine, is er het werk in de schuur en op het veld.
Maar wanneer wij hebben gedaan als de herders
wanneer wij naar Bethlehem zijn getogen, compleet
geheel en al, zonder bijgedachten, zonder nog eens
om te zien naar de kudde, met van verwachting klop
pende harten, dan zullen wij die taak weer op ons
kunnen nemen als veranderde, verloste, blijde mensen.
Dan zijn de Kerstdagen maar niet dagen geweest
met wat kaarslicht en wat smullen, dagen van dui
men draaien en schuifelen op onze stoelen, de ge
dachten bij de dingen van het dagelijjks leven, het
hart vervu'd van verlangen, om maar gauw weer
aan de slag te kunnen gaan na die dagen van ge
dwóngen lediggang.
Dan hebben die dagen ons de kans geschonken,
dat tot ons doordringt wat daar in Bethlehem is ge
schied, waarbij al het tijdelijke zo klein en onbe
langrijk wordt.
Dan zijn we even getreden uit de tijd en hebben
gestaard in de eeuwigheid.
Dan is al het tijdelijke tot zijn ware proporties
teruggebracht.
Dan zitten we ook niet ónder werk, maar staan
we er boven. Dan weten we ook dat alle dreiging,
alle zorg, alle vrees in beginsel is teniet gedaan toen
t Kind, dat de wereld verlossing brengen zou, daar
in de kribbe lag, starend met nietsziende ógen, om
ringd door knielende veehoeders.
Dan kunnen we ook instemmen met de engelen
zang, die getuigt vïin Vrede op Aarde, dan klinkt
die ons niet als een hoon in de oren, dan liggen de
kranten met haar dreigende koppen vergeten in een
hoek en komt die wonderbare vrede in onze eigen
haften.
Laat ons dan henengaan met de herders, onze
zorgen en onze zaken, onze plichten en onze ver
maken achterlatend, om alleen maar blij en verwon
derd te staren naar Hem, die deze vrede, die alle
vestand te boven gaat, in de harten brengt.
(Nadruk verboden)
L.
Vijfhonderd kilometer van Argentinië s hoofdstad
Buenos Aires ligt het plaatsje ires Arroyos (Drie
Beken), biet is een vriendelijk stadje met recht-toc-
recht-aan straten met lage huisjes zo groot ais
MeppeJ misschien waar zestig jaar geleden de
eerste Nederlandse emigranten neerstreken om op
deze geweldige Argentijnse vlakte hun geluk te be
proeven.
Nu zijn er ongeveer 350 mannen, vrouwen en
kinderen, van wie de helft nooit Nederland heeft
gezien, maar die allen nog de Nederlandse taal
spreken en liefde voor het oude land koesteren, als
een bloem die telkens opbloeit, wanneer tijdschrif
ten, radio-PCJ en Nederlandse toeristen komen ver
tellen van het stamland.
Alleen de oudste Nederlanders in Tres Arroyos
kunnen zich herinneren, hoe het Kerstfeest in Neder
land wordt gevierd. De meesten zijn al te lang daar
om te beseffen, dat December in Nederland koud
maar behaaglijk kan zijn en dat het soms op Kerst
mis sneeuwt.
In Argentinië is het namelijk zomer. Na een druk
seizoen van ploegen en eggen en zaaien staat het
graan op de onmetelijke velden botergeel en juist
omstreeks Kerstmis zal de oogst beginnen. Geduren
de een periode van twee, drie weken hebben de
boeren nauwelijks tijd om te eten te slapen. Het
graan moet er af, moet worden gedorst en vervoerd
naar de grote silo's aan de kust. Dat is in Argentinië
een drukte van belang het land leeft er van.
Het is omstreeks Kerstmis benauwend warm in
Argentinië, bij het tropische af. Uit de wolkenloze
hemel straalt de zon met ongekende kracht op het
veld. De mannen zitten op de oogstmachines en
tractors met bloot bovenlijf en grijpen herhaaldelijk
naar de drinkbeker. Zij drinken „Maté", een thee
achtige vloeistof van de yerba-plant, die naar het
heet wonderlijke krachten herbergt.
Er is geen tijd om aan het vaderland te denken.
Dat is aan de ene kant gelukkig, want zij, die er
maar pas zijn, voelen sterk het gemis aan winterse
gezelligheid. De jongeren, de zoons van de emi
granten, in Argentinië geboren, weten uiteraard niet
beter, al hebben ze van hun ouders gehoord en in
de tijdschriften gelëzen, hoe Kerstmis !n Nederland
was en nog is.
Toch draagt de Nederlandse gemeenschap de
oude traditie voort. Zo wordt b.v. ook de 26e De
cember gevierd als Tweede Kerstdag, iets dat ner
gens in Zuid-Amerika wordt gedaan. Daar viert men
maar één Paas-. één Pinkster- en één Kerstdag.
Aan de andere kant viert men talrijke heiligen-dagen
die zelfs de Nederlandse Katholieken onbekend zijn.
In het kleine witte Gereformeerde kerkje van
Tres Arroyos aan een liefelijk pleintje vol geu
rende bloesem komen allen tezamen om er te
luisteren naar de prediking van de Nederlandse
voorganger. Deze dominee preekt des morgens in
het Spaans waarbij de gemeente ook in het
Spaans zingt - en des middags in het Hollands.
Het is dan net of de Kerstliturgie in het Spaans
zinvoller is, warmer en rijker. Spaans is een mooie
taal met bloemrijke uitdrukkingen. Dat hoort men
ook aan de psalmen en gezangen. Er is meer melo
die, meer expressie.
Na de kerk groepen de Nederlanders bijeen. Zoals
men dat op honderden Nederlandse dorpen kan zien.
Enkele boeren, die ver buiten Tres Arroyos wonen,
b.v. 50 tot 100 km buiten het stadje en van die
afstanden hebben wij geen begrip -drinken koffie
bij familie of kennissen. Maar geen enkele Neder
lander zal bij zijn Argentijnse vrienden te gast gaan
niet op Kerstdag, omdat hun Kerstviering zoveel
van de onze verschilt.
Als men bijeen zit, gaat het gesprek, hoe kan het
ook anders, over de oogst. Sommigen hebben droog
te gehad, bij anderen heeft het zaaigraan niet ge
heel voldaan, of een felle hagelbui in de Argentijnse
lente heeft en gedeelte van de graan verwoest. Er
zijn zoveel problemen. Een week slecht weer in
het onmetelijke land kan de hele oogst teniet doen
en de boeren ruineren al die dagen en nachten
werken tevergeefs maken.
Merkwaardig contrast tussen Kerstmis in Neder
land en Argentinië. Het Kerstfeest in het vaderland
in de winter, een rustpunt in de natuur er is nog
niet geploegd en nog niet gezaaid. Het land ligt
braak en misschien onder de witte deken van de
winter. Men rijdt wellicht met de ar over het ijs
naar de kerk. De koeien staan op stal en zelfs in dje
stallen geurt de waime behaaglijkheid /tussen de
warme koeienlijven. Buiten zijn er de donkere dagen
vóór Kerst.
In Argentinë is dat heel anders. Er is geen rust.
Alles is op gang, alles is net bezig, alles is in wor-;
ding. Het graan staat rijp en zelfs op Kerstdag gaat.
oogsten en dorsen door. Men mag geen regenbui
riskeren. Het schapenscheren is begonnen en door
de provincies zwerven honderden wolkopers. Het
vee is gemest en zal worden verkocht aan de grote,
exportslagerijen. Het seizoen is op zijn warmst
hët is lang dag en kort nacht.
Het is wonderlijk en wat zeggen afstanden in
de hedendaagse wereld dat op anderhalve dag
vliegen van het vaderland alles heel anders is ge
worden. Daarom zullen vele emigranten van Tres
Arroyos met Kerstmis heimwee hebben naar het
Kerstfeest „thuis", vanvroeger in het verre vader
land.
„ASADO".
Als het werk is gedaan, zullen ze misschien toch
nog het Kerstfeest op zijn Argentijns vieren, dooi
het aanrichten van een „asado". Dat is typisch Ar
gentijns. Elke boerderij heeft op het erf een plaats
waar van quebrachehout een vuur kan worden ge
maakt. Boven de smeulende as hangt men een schaaf
aan het spit. Door het spit te draaien of als he
spit in de grond is gepoot door de as te verlegger
roostert men het vlees gaar. Inmiddels hebben de
gasten zich in een kring om de bout gezet en zodre
deze gaar is, pakt ieder een groot mes en jaapt ziel
een lap vlees af, om dat tussen vinger en duim of
te eten. In het midden staan flessen wijn en biei
en grote schalen sla. Daaruit bedient men zich rijke
lijk, terwijl men ook uit de broodschaal brood kaï
nemen. Zo zitten arm en rijk, de boer en zijn werk
volk op hoogtijdagen bijeen en eten vlees per strek
kende meter. Kerstmis in Argentinië is ,,asado"-tijd
Dan geurt elke „estansia" in Argentinië naar ge
roosterd vlees.
(Nadruk verboden) K.
Onze jaartelling begint bij Christus' geboorte in
Bethlehem.
Voor de Romeinen was het het 750ste jaar van
de stichting van de stad Rome door Romulus en
Remus, de door een wolf gevoede tweelingen.
Augustus zat op de keizerstroon, Herodes regeer
de in Jeruzalem, Rome was een wereldrijk, toen, door
een keizerlijke order opgejaagd, een vrouw uit Na
zareth in het Palestijnse dorpje Bethlehem het leven
schonk aan een kind. Augustus en Herodes zijn ver
geten, Rome als wereldrijk is tot stof vergaan, maar
ter ere van dat Kind vieren wij, twintig eeuwen
later, nog het Kerstfeest.
In het jaar onzes Heren Eén begint de botsing
tussen twee rijken.
De evangelist Lukas confronteert ons reeds ter
stond met het ene.
„En het geschiedde in diezelve dage dat er een
gebod uitging van de Keizer Augustus, dat de ge
hele wereld beschreven zoude worden. Deze eerste
beschrijving geschiedde toen Cyrenius over Syrië
stadhouder was."
Er heerste vrede in het Romeinse wereldrijk.
Julius Caesar had het gegrondvest.
Oorlog na oorlog was gevoerd, met de Carthagers
en de Parten, de Grieken en de Egyptenaren. En
wanneer er geen buitenlandse conflicten waren, stre
den de maarschalken met elkaar om de macht.
In Rome geraakte de democratie steeds meer in
staat van ontbinding en begon men verlangend uit
te zien naar de man die als leider .van de staat zou
optreden en de teugels vast in handen zou nemen.
Die man vond men in Octavianus.
Niet, dat hij zich op de voorgrond drong. Integen
deel. Terughoudend en voorzichtig fpeld hij zich
verre van ieder openlijk streven naar macht. Maar
des te sterker werd aandrang op hem uitgeoefend
om de macht in handen te nemen.
En nadat hij al zijn concurrenten had verslagen,
de verlokkingen van de beeldschone Cleopatra had
weerstaan, orde op zaken had gesteld in Rome en
daarbuiten, toen kon hij eindelijk de deur van de
tempel van Janus de god met twee aangezichten,
de god van de oorlog -worden gesloten, ten teken
dat het vrede was in het Romeinse wereldrijk.
Toen kon Octavianus, die de eretitel Augustus
(Vermeerderaar) ontving, ook tijd vinden voor een
administratieve maatregel, die sinds lang noodzake
lijk was gebleken een volkstelling, waardoor ook
orde kon worden gebracht in de belastingpolitiek.
En ten gevolge van die in Rome gepubliceerde
maatregel werden een timmerman uit Nazareth en
zijn vrouw opgejaagd naar hun stamdorp, naar
Bethlehem, op een voor hen heel ongelegen tijd
stip. Daar werd één van die honderdduizenden kin
dertjes geboren, die op die dag over heel de wereld
het levenslicht aanschouwden. Niemand schonk er
aandacht aan, niemand in Rome wist dat de stich
ter was geboren van een nieuw wereldrijk, dat
(merkwaardige dialectiek'!) „niet van deze wereld"
was.
In datzelfde jaar regeerde als onderkoning over
Judea de Edomiet Herodes. Hij was de afstammeling
van een volk, waarmee Israël altijd in strijd was ge
weest, hoewel Jacob (Israël) en Ezau (Edom) zonen
waren van één ouderpaar, zelfs tweelingen.
Herodes wist zich in te dringen in het Judese
vorsten gezin der Hasmoneeërs. afstammelingen van
de roemruchte vrijheidshelden, de Makkabeeën. Hij
huwde Mariamne, een vrouw van wie hij op zijn
manier hield, maar op wie hij zo ziekelijk jaloers
was, dat hij haar liet vermoorden. Zijn wantrouwen
was bijna pathologisch, in ieder die hem na stond
zag hij een bedreiging van zijn eerzuchtige, op macht
beluste plannen. Daarom bracht hij vrijwel zijn ge
hele familie om en het is niet alleen de geschiedenis
van de Kindermoord te Bethlehem, die hem zijn
bloedige reputatie heeft gegeven.
In Rome was het de onkreukbare caesarenfiguur
van Octavianus, in Jeruzalem de machtswellustige,
misdadige persoon van Herodes, die de lakens uit
deelden en zij waren zich er niet van bewust, dat
hun in principe reeds een halt was toegeroepen. He
rodes, op de hoogte van de Joodse Messiasverwach-
ting, onderkende het gevaar en greep in te
Octavianus leefde voor de Rijksgedachtedaar
voor Zette hij desnoods goddelijke en menselijke
wetten opzij. Zijn werk werd bekroond met succes,
het volk zegende zijn nagedachtenis, toen hij hoog
bejaard glimlachend stierf in dp armen van l ivia, de
vrouw, die meer nog dan hij, bezeten was door de
dorst naar macht. En zijn stiefzoon, Tiberius, zat
als op duizend spelden ongeduldig te wachten tot
hem het bericht bereikte, dat hij Keizer van het Ro
meinse Rijk was geworden
Herodes werd getroffen door een vreselijke ziekte
waarvan maagperforatie en open wonden, waarin
de maden rondkropen enkele verschijnselen waren.
Vanwege de stank, die hij verspreidde, kon niemand
het bij hem u'ithouden, en hij stierf als een zieke
straathond. De vervloekingen van het volk volg
den hem.
En dat kind, dat tijdens de regering van deze
beide machtige mannen geboren werd, vond zijn
einde op de executieheuvel buiten Jeruzalem, aan
de schandpaal, aan het Kruis. Het gaf in Jeruzalem
een relletje, in Rome was men zich er niet eens van
bewfust.
Ergens bij Ankara in Turkije, vindt men nog een
gebeitelde inscriptie, die de grote daden van Cae
sar Augustus verhaalt. Een museumstuk.
Herodes leeft in de geschiedenis voort als een
exempel van bloeddorstige wreedheid en machts
wellust.
Maar het schandhout op de doodskopheuvcl bij
Jeruzalem werd tot een symbool, dat hoog rees bo
ven de stad Rome, het symbool van een macht, ie
niet van dc wereld is, maar nochtans de were cl
heerst.
Octavianus en Herodes hadden er beiden, onwe
tend, de hand in, dat het Kruis zijn triomftocht over
de wereld begon. Een willekeurig bevel... een opge
jaagd gezin... een nerveuze moeder, die geen plaa s
kon vinden om er rustig haar kind ter wereld te ren
gen...één van de kleine tragediën, zoals er in ie
nacht ongetwijfeld meer geweest zijn.
En aan dat simpel onaanzienlijk gebeuren a .ee
hebben de grote Augustus en de machtige ero
het te danken, dat ieder jaar bij het Kerst ees
namen nog worden genoemd.
0
Frankering bij abonnement, Axel WOENSDAG 23 DECEMBER 1953
68e Jaargang No. 24
ABONNEMENTSPRIJS: Losse nummers 6 cent
Kwartaal-abonnement
Axel binnen de kom i 1,55 Andere plaatsen f 1,75
Buitenland f 2,00
Drukker UitgeefsterFIRMA J. C. VINK
Red. en Adm.: Axel, Markt 12, Tel. 0 1155-646
HoofdredactieJ. C. VINK
ADVERTENTIEPRIJS: 8 cent per m.m.
Bij contracten belangrijke reductie.
Ingezonden Mededelingen 20 cent per m.m.
Kleine advertentidn (maximum 6 regels) 1-5 regels
70 cent iedere regel meer 12 cent extra.
De nacht werd over Bethlehem
zo zacht gespreid
slechts uit de karavan-serail
kwam nog lawijt
een klagelijke koeienroep
loeide van ver
en boven 't slapend-stille dorp
r/raalde de Ster.
Maria lag reeds, uitgeput,
zo bleek en moe
te slapen. Jozef dekte haar
eerbiedig toe. t
Zijn voeten brandden van1 het gaan
die lange dag,
toch week niet van zijn moe gelaat
de stille lach.
Hij zag nog even naar het Kind
zo teer, zo klein
en peinsde wat zijn doel, zijn taak,
zijn lot zou zijn.
Toen trad hij in de duisternis
vanuit de stal
onder de majestueuze dom
van het heelal.
Hij staarde naar de smalle straat
leeg op dit uur,
stutte zijn moede rug om steun
tegen de muur.
Dan zag hij op, en schokte recht,
want hoog en ver,
maar recht boven het stille dorp
straalde de Ster.
Toen klosten schoenen op de straat,
klonk zacht een roep
daar kwam, als schimmen uit de nacht,
de herdersgroep
Zij schuifelden zo schuw dichtbij,
vol ongeduld,
en zagen eeuwen profetie
in 't Kind vervuld.
Boven het slapend Christuskind
stond hoog en ver,
fonkelend als een diadeem,
de Ster T. I..
laat.