AXELSCHE m COURANT Parlementair overzicht Carnegie's millioenen Frankering bij abonnement Axel ZATERDAG 12 AUGUSTUS 1950. 64e JAARGANG N;o- NIEUWS- en ADVERTENTIEBLAD Verschijnt iedere Drukker-Uitgeefster: Firma J. C. VINK VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN Woensdag en Zaterdag Hoofdredactie Adres Redactie en Administratie: C. VINK-van VESSEM AXEL Markt 12 Postbus 16 Tel 5ó§ De Eerste Kamer vergadert deze we- l ken in een tempo van éen middag in de week. Dat is nog wel vol te houden).; Of schoon de vergadering van Dinsdag j.l. plaats had in de warmte van een goede zomerse Augustusdag. Het aantrekkelijke van deze zomervergaderingen is onge twijfeld, dat de honderden toeristen, die ot> hec ogenblik Den Haag, doorkruisen, een uitnemende gelegenheid hebben 0111 eens een kijkje te nemen in 's lands ver gaderzaal. En dat wordt maar al te graag gedaan. Hitte of geen hitte onze Senato ren vergaderen door, zonder met smach tende ogen een blik te werpen door de hoge vensters van deze statige vergader - zaal welke een uitzicht geven op, de be roemde hofvijver. Wellicht was 't aan deze zomerse stem ming te danken, dat de Senatoren de Ere- mieregeling 1950 zonder meer aanvaard den Dat had niemand verwacht. Vooral niet, nadat in de schriftelijke stukken bieek, dan Minister.in t Veld niet van plan was om krimp te geven. Zoals we reeds hebben geschreven, is de bedoeling van deze premieregeling, dat de bouwer een uitkering, ineens zal krijgen gelij aan het onrendabele deel, en niet meer na tien jaar, zoals in de i inancierings- regeling 1948 was neergelegd. In de Tweede Kamer was wel gebleken, dat men het eigenlijk een beetje onbillijk vond, dat er geen overgangsregeling was De Minister had maar zonder meer be paald, dat alle aanvragen voor Rijkssteun ingediend na 8 Juni j.l., onder de nieuwe regeling zouden vallen. Dat vond de Eer ste Kamer echter wel een beetje al te gor tig Verschillende mensen zouden dan n aanvrage ingediend hebben op berekening van de Financieringsregeling om pas la ter tot de ontdekking te komen, dat zij krachtens de Premieregeling geholpen zul len worden. In de meeste gevallen is_ie nieuwe regeling wel een verbetering, hc«. schijnt toch ook wel te kunnen voorko men, dat dit niet het geval is. De enige concessie, welke Minister in t Veld deed was dat de datum van 8 Juni verschoven zal worden naar 1 Juli. Verder gaf hij niet tce. De Kamer slikte het echter zon der meer. v Een ander punt, dat de gemoederen nog al even bezig hi«ld, was de wijziging van het Reglement van Orde der Eerste Ka mer. De grootste verandering, welke moest plaats hebben was de instelling van een aantal vaste commissies. En wel voor buitenlandse zaken, voor de interna tionale economische politiek en voor Unie zaken. De taak van deze commissies zal alleen zijn, inlichtingen in te winnen bij de Regering. Meer kan ook niet, want dan zou men heel gemakkelijk het terrein van de T weede Kamer gaan betreden. Deze heeft nl. ook verschillende vaste commissies, maar voor het plegen van overleg hebben deze commissies iets in in de melk te brokkelen en niet zelden be palen zij met de Regering de te volgen politiek. Dat mag de Eerste Kamer nooit doen. Zij is er voor de revisie en voor de controle. Dat be.ekent, dat onze Senato ren geheel vrij moeten zijn. Nu vonden zij het echter een moeilijkheid, dat zij dooi gebrek aan inzicht geen vrije beslissing konden nemen. De Regering behoefde haar immers niets vertrouwelijks mede te delen. Daarom gaat men nu inlichtingen inwinnen. De communisten hadden het j best in de gaten, dat zij geen zitting zou den krijgen in dergelijke commissies. En dus waren zij tegen- Plet is natuurlijk n beetje kleingeestig om alleen daarom af wijzend tegen deze wijziging te staan en zii kwamen dan ook met staatsrechtelijke bezwaren voor de dag. Bezwaren, waar over zij anders maar gemakkelijk genoeg heenstappen. Maar goed, het hoofd bezwaar, dal de beslissing over belang rijke zaken binnenskamers zou vallen, door al dat geheime geconfereer, moest toch besproken worden. Dat deden dan ook verschillende afgevaardigden. Zowel de heer Kropman (k.v.p.) als W ouden- berg (arb wezen er met grote nadruk op dat er alleen maar inlichtingen worden ingewonnen. Als.deze de Kamer niet be vallen, komt er een openbaar debat. Geen gekonkel dus in onze Senaat. Niets weer geld echter de communisten om toch maar tegen deze wijziging te stemmen. Zij werd overigens met 313 stemmen aanvaard. Een poging van de heer Wen- delaar (v.v.d.) om ook een commissie voor defensie - aangelegenheden in te stellen faalde: Dat kwam, omdat het merendeel van de Kamer zich op het istandpunt stelde, dat men een traditie moet gaan kweken met deze commissies. En dat men dus niet al te overhaast aan 't werk moet gaan. Sterk zijn die argumenten gebezigd door de h h. Kropman (k.v-jr./ en Woudenberg (arb.) echter niet. Of er nu drie of vier commissies zullen ko men, zal niet veel uitmaken. Daarom was er nog al wat verdeeldheid in de Kamer. Het defensieprobleem vond de heer v. d. Heu\en-Goedhart (arb.) bijv. belangrijk genoeg om daarvoor een commissie in te stellen. Een ander argumerit van de heer Kropman wgs echter sterker. Ook de commissie van Buitenlandse Zaken kan deze zaken bespreken,, zo zeide hij- Per slot van rekening is de defensie geen, aan gelegenheid waarin Minister Schokking ages te zeggen heeft. Dat gaf welde door slag en de heer Wendelaar zag zijn voor stel dan ook verworpen met 9—25 stem men- (Nadruk verboden. In Januari 1901 toonde Wall Street gro te belangstelling, niet zozeer voor het feit dat Andrew Carnegie, de staalkoning, zijn bezit verkocht aan J. P. Morgan, als wel voor feen klein deel van de transactie. Het bedrag, waarover de Schot en Morgan het tenslotte eens V werden, bedroeg 487.556.160 dollar. Carnegie vond die 160 dollar even belangrijk als die 487 millioen. Als Carnegie er niet zo naar 'ver langd had zich voortaan geheel aan phi- lantrophie te wijden, zou hij nog wel een 100 millioen meer hebben kunnen krijgen maar hij vond het genoemde bedrag vol doende en daarvoor kocht hij zich een nieuwe reputatie in een wereld, die hem tot dan toe alleen gekend had als de zwij gende non-interventionist bij de bloedi ge Homestead-staking. Bevrijd van de zorgen voor het grootste imperium bin nen de natie, kon Carnegie, die nu 64 jaar is, zich terugtrekken in zijn nieuwe wo ning aan de East gist Street in New Vork. Toen hij in 1919. stierf had hij van zijn 487 millioen er 350 weggegeven. Velen verbaasden zich over de plaats waar Carnegie zijn nieuwe huis liet bou wen; een armetierige uithoek vart de stad. Maar zou hij niet voorzien hebben, dat eens elke voet gronds in Manhattan schatten waard zou worden? In eik ge val Carnegie liet een royaal huis bou wen met 50 kamers en een grote tuin, waarin zells een miniatuur-golfbaan werd aangelegd) zodat de oude Schot zich elke dag kon oefenen. Boven de haard in de grote bibliotheek prijkte Carnegie s mot to: De haard is ons altaar, de vlammen zijn ons heilig vuur. Tijdens de bouw merkte de architect op, dat het motto te lang was voor de haard;. Carnegie keek hem strak aan: „U bedoelt, dat de haard te klein is voor het motto. Dan moet U hem maar langer maken. En als de kamer dan te klein wordt voor de haard, maakt U de kamer maar groter. Wordt het huis dan te klein voor de kamer, dan bouwt U maar een groter huis. Maar haal het niet in Uw hoofd, éen letter van dat motto weg te iaten". Toen huis en, tuin geheel gereed waren, had het huis Carnegie een millioen doilar gekost en de tuin nog eens 850.000. In 1945 werd het huis getaxeerd op 2.256.0010 dollar; en de grond'op 2.175.000 dollar. Nu eindelijk kon de multi-millionnair het zich veroorloven contact op te nemen met de gewone man, met wie hij'zich won derlijk verwant gevoelde. Heel vaak zag men, hoe hij naar de haag liep en dan een praatje begon met een willekeurige voor bijganger. Hij verleide van zijn eigen ge zin en informeerde naar het hunne. Eens holde hij enthousiast terug naar huis. ,,Zo even heeft een voorbijganger mij verteld, dat wij de mooiste tuin van New York hebben kiep hij z-n vrouw toe - Heus de mensen hoéfden van ons huis' Van die dag af, kreeg de tuinman tel kens te horen, dat „hij de bloemen goed moest verzorgen, zodat de mensen buiten ervan kunnen genieten". Ook na zijn dood plantte zijn vrouw geregeld-rode ge rank ums, Andrews lievelingsbloemen, in de bedden „Hij wilde altijd' iets vrolijks heb ben, omdat de mensen bovenop de bus sen, kunnen genieten. Carnegie had vele vrienden en zij allen vonden de weg naar East 91st Street: mi nisters, hoogleraren, journalisten, ge leerden, dichters. Kort na het betrekkeu van zijn nieuwe huis maakte hij een oegin met zijn beroemde „literaire dineis waaraan de beroemdste literatoren elkaar troffen. Elke ontvangst door Carnegie werd ge kenmerkt door grote gastvrijheid; wel is waar was hij zelf uiterst matig, maar als Schot waardeerde hij goede dranken erj die schonk hij royaal. Plijd had ook de ge woonte enkele uitverkorenen geregeld wijn te zenden uit zijn eigen kelder. Dit bracht de ontvanger wei eens in verle genheid. Zo ontmoette hij b.v. op 'n keer bij het uitgaan van de kerk John- D. Roc kefeller. Zij maakten een praatje, trokken natuurlijk de aandacht, en namen afscheid Ineens draaide Carnegie zich om en ten aanhore van een brede schare riep hij: „O Rockefeller, ik heb ju&fc een nieuwe zending whisky uit Schotland ontvangen. Ik zal je er wat van sturen." Luid gejuich van de menigte. 1 Maar Carnegie deed meer dan literaire gesprekken voeren en whisky weggeven; was ook de lieve lange dag bezig met het wegschenken van geld- Natuurlijk kwam een huis, welks eigenaar weinig anders deed dan millioenen weggeven, in het middelpunt der belangstelling te Staan. Ettelijke bezoekers meldden zich, dagelijks kwamen er duizenden brieven binnen. Meestal ging het om kleine be dragen. De beslissing daarover liet Car negie geheel aan zijn secretarissen oyer. Zijn privé-secretaris James Bertram had hiervoor bepaalde richtlijnen; belangrijker aanvragen liet hij onderzoeken en besprak ze dan met Carnegie. Maar zelfs in derge lijke gevallen bemoeide de Schot zich niet met details. 1 Het kon gebeuren, dat Bertram de ka mer binnenkwam met een artnvoi dossier^ zeggend: „Hier heb ik nog 40 bibliothe ken Wilt U het even bekijken?" Car negie keek dan enkele dossiers vluchtig in gaf het pak terug, en zei: Best ga je? gang maar-'. En dan kregen weer 40 Ame rikaanse steden haar openbare leeszaal In het geheel maakte Carnegie de oprich ting mogelijk van 2811 bibliotheken in alle delen der wereld; dit kostte hem 60 mil lioen dollar. Verder was hij de oprichter van twee der grootste sociale organisaties ter we reld: het Washingtonse Carnegie-instituul ter bevordering van wetenschappelijk on derzoek en het Carnegie-fonds (150 mil lioen dollar) dat het mogelijk moest ma ken gelden te blijven uitkeren. Het instituut-Carnegies antwoordt op de vraag naar een nationale universiteit in Washington - beoogde steun te geven aan geleerden, die de wetenschap alleen om haars zelfs wille beoefenden. Het in stituut werd in 1901 opgericht; tot zijn dood toe bleef Carnegie er grote belang stelling voor koesteren. Ondanks dit alles had Carnegie nog zorgen Het verstandig verdelen van zijn grote bezit bleek nog moeilijker te zijn dan het verzamelen. In 1910 merkt hij, dat hij ondanks al z'n pogingen nog altijd US-steelaandelen bezat ter waarde van 150 millioen Hij vond het een onplezie rige gedachte, dat zijn vrouw na zijn dood zou moeten tobben) over de uitvoering van zijn philantropische programma en daarom vroeg hij zijn vriend Elihu Root om raad. Root adviseerde een stichting in het leven te roepen, waaraan hij het grootste gedeelte van zijn fortuin zou overdragen en die dan te belasten met de verdeling. Het gevolg was dat er weer eens een historische vergadering werd gehouden in de al beroemde bibliotheek en op 11 November 1911 hield de Catne- gie Corporation haar eersite zitting- Nu deze zorgen van zijn schouders wa ren afgenomen, kon Carnegie al zijn aan dacht geven aan zijn speciale hobby her :uitkeren van lijfrenten en pensioenen. Hij had vele pensioentrekkers van allerlei slag Bij zijn dood keerde hij jaarlijks 250.00Q dollar uit aan ongeveer 5000 personen; en nog altijd zijn er enkelen in leven, die een Carnegie pensioen genieten. Voor het overgrote deel waren het ge- voels-redenen, die Carnegie er toe hadden gebracht de mensen op deze lijst te- plaatsen. Ter ere van zijn Schotse af komst kwam b.v. op deze lijst voor een achterkleindochter van Robert Burns. De man, die Carnegie leerde telegraferen, be hoefde op zijn oude dag geen armoede te lijden dank zij een Camegie-pensioen. Carnegie maakte als jonge man reeds een begin met deze lijst. De oudste uit kering dateert uit 1881 Aanvankelijk ging het om kleine bedragen van 50 tot 100 dollar per maand, maar naarmate zijn rijk dom groter werd, stegen ook ue pensioe nen. Bij zijn dood waren uitkeringen van io.c'oo dollar per jaar geenszins ongebmi- lijk. Per dag kreeg Carnegie zeker enkele honderden brieven over dit onderwerp zij kwamen uit alle landen. Uren bracht hij door met het lezen ervan; vooral degenen waarin gezinspeeld werd op, zijn eigen jeugd, hadden zijn belangstelling- „Zorg ervoor, dat het juffrouw... aan niets ontbreekt" krabbelde hij op neQ Op een andere stond: (,,Ja 5° d°Har Per maand". Ook las zijn secretaris op, een keer: ,,'k Weet het niet, deze man drinkt erg veel en het is verkeerd een dronkaard geld te geven"- Maar de dronkaard be loofde plechtig niet meer te drinken ep toen kreeg hij zijn uitkering. Zijn secretarissen constateerden vaak, dat men toch niet veel had behoeven te doen om pensioen gerechtigd te worden. Er was b.v. een oude Schot, die een uit- ring kreeg, alleen, omdat hij Carnegie ge- - wiegd had; er was een oude dame, die als reden voor haar aanvrage had opge geven: „Ik heb Uw boeken vastgehou den, toen U wilde meedoen aan een hard loopwedstrijd. Twee zusters ontvingen n uitkering „want ik placht met haar te dan sen"- Vroegere bedienden behoefden al maar een aanvrage fin te dienen; in der gelijke gevallen onderzocht Carnegie he lemaal niet Eens probeerde hij anoniem een vroegere stakingsleider te helpen- maar de man had weer werk gevonden en wees alle hulp af- Toen hij later hoor de, dat Carnegie hem had willen helpen, kon hij het niet geloven:: „Nou dat noem ik verduveld geschikt van Andy". Carnegie was zeer gevleid, toen hij dit hoorde: „Dat zou ik als grafsteen wil len hebben-" Hoewel Carnegie nooit schriel werd, leefde hij toch heel eenvoudig; hij hield er geen eigen spoorwagon op na, zelfs geen eigen loge en hij richtte geen cham pagne-soupers aan. Hij vond het prachtig, als zijn fortuin slonk, want Carnegie gaf graag het geld, dat hij aan hun erts ver diend had, terug aan het volk. Het erger de hem, als anderen rijken dit niet deden. Op een keer kapittelde hij hierover inAvol- le ernst John Wanamaker: „Ik vind toch, dat het hoog tijd wordt, dat je eens begint weg te geven en daj je eens ophoudt je grote gaven alleen maar te gebruiken om nog meer dollars, bij elkaar te graaien. Zie zo, dit zij je een betere preek dan je ooit in de kerk hoort; zelfs op je eigen Zondagsschool heh je noodit zo-n nuttige raad gekregen"- Beter kon Carnegie opschieten rnef mensen als John D. Rockefeller, wiens rijkdommen ook aan zijn geweten begon- te knagen. ©v Abonnements prijs: Losse nummers 5 ct. Kwartaal abonnement Axel binnen de kom fl 1,25 Alle andere plaatsen in Nederland en Ned. Indlö fl. 1,55. Buitenland il. 2,—. Advertentieprijs 7 cent per m.m. Ingezonden Mededeelingen 20 cent per m.m. Kleine Advertentiên ^xïK-ximum 8 regels) 1 - 5 regels 60 cent. iedere regel meer 12 cent extra.

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1950 | | pagina 1