AXELSCHE IE COURANT Frankeffflj? bij abonnement, Axel. Zaterdag 25 juni 1949. 63e JAARGANG No. 74 NIEUWS- en ADVERTENTIEBLAD Verschijnt iedere VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN Woensdag en Zaterdag Drukker-Uitgeefster: Firma J. C. VINK Adres Redactie en Administratie: AXEL Markt 12 Postbus 16 Tel. 56§ Hoofdredactie: T. C. VINK-van VESSEM New-YorkParijs per auto. Op 12 Februari 1908, 's ochtend» om elf uur loste de burgemeester van New-York op Times Square het startschot voor de meest fantastische auto-race uit de geschie denis. Op dat ogenblik vertrokken zes auto's naar Parijs ten aanschouwe van 250.000 mensen. Drie Franse wagens (een De Dion, een Moto-Bloc en een Sizaire-Naudin), één Italiaanse (een Zu«t), één Duitse (een Protos) en één Amerikaanse (een Thomas Flyer) schoten vooruit met een vuur, alsof Parijs niet verder weg lag dan een paar uur rijdens. Wie dat dacit, vergiste zich slechts een half jaartje. De race was door de New York Time»* en de Parijse Matin" gezamenlijk georga niseerd als een uiting van internationale verbroedering. De voorgeschreven route leidde dwars door de Verenigde Staten naar San Francisco, vandaar per boot naar Valdez in Alaska en dan weer over land naar Nome. Vandaar zouden de rijders zich per schip naar de Oostkaap in Siberië begeven, waar de hachelijke tocht naar het westen begon, naar Moskou, St. Petersburg, Berlijn en Parijs. Hemelsbreed bedroeg de afstand 19 200 mijl; in werkelijkheid legde de Thomas Flyer 13.000 mijl over land af en 8000 mijl over zee. Enkele weken voor het begin van de race was er nog geen enkele Amerikaanse deel nemer. De „Times* vond dat vanzelf sprekend nogal vervelend en een van de redacteuren probeerde een bekende jonge racer, Montaque Roberts, over te halen een Amerikaan op te zoeken, die een wagen verschafte en de zaak financierde. Roberts ging naar Harry S. Haupt, de New-Yorkse agent van de Thomas en zette hem de reclame-mogelijkheden van de race uiteen Haupt, die heel wat Thomas-auto's in voorraad had, was er niet ongevoelig voor. Hij was bereid een wagen uit zij i voo - raad af te staan (het was het enige normale model wagen dat meereed), maar de Thomas- fabrieken weigerden hun medewerking en Roberts moest persoonlijk vijfduizend dollar betalen voor speciale voorzieningen. De Thomas wa* pas enkele uren voordat de burgemeester het startschot loste, reis vaardig. De race was nog geen halve dag aan de gang, of de verslaggevers meldden al de eerste stagnatie. In Peekskill (New York) sneeuwde het zo hard, dat de één-cyllnder Sizaire-Naudin het niet meer aankon en de tocht opgaf. „In Albany woedde er een ware sneeuw jacht" vertelde Roberts later „en daar nam ik hen er allemaal tussen. Ik draalde van de weg af het Erie-kanaal op en over het ijs reed ik verder, tot bijna aan Syracuse toe. Toen werd de sneeuw al» dat tenminste kon nog erger. Op één dag legde ik niet meer dan 9 mijl af in Indiana kostte het mij 14 aur om de 7 mijl tussen Corona en Kendallville te door worstelen. Maar ik was het eerst in Chicago. De kranten maakten prachtige reclame voor ons en de Thomas-fabrieken stuurden ijlings een mannetje naar Chicago met het aanbod alle kosten te dragen, ik aanvaardde dat onmiddellijk. De hele race heeft hun niet meer dan 15.000 dollar gekostachteraf een reuze koopje. Toen wij de sneeuw eenmaal kwijt waren, zwoegden wij door de modder van Iówa en Nebraska, Wij kwamen nauwelijks vooruit, soms zelfs helemaal niet. De boeren vroegen schandelijke prijzen voor het lenen van een ezel en een stuk touw, maar wij moesten ze wel betalen. De Moto-Bloc kon niet verder en gaf het ook op. Zo bleven wij met zijn vieren over, voor elk land één wagen. Toen ik met de Thomas als eerste Chtynne binnenreed, zagen wij er uit, alsof wij waren opgevist uit een moddersloot, maar de stad bereidde ons een meer dan enthousiaste ontvangst. Toen gaf ik het stuur over aan mijn mecanicien Linn Mathewson en ging per trein naar huis. Ik had mijn portie gehad.* De Thomas bereikte San Francisco via een grote bocht, 42 dagen ra het vertrek uit New York en 12 dagen eerder dan nummer 2. Zij hadden 4332 mijl afgelegd. Kort tevoren hadden de Du tsers de enige boete uit de. race opgelopen 15 dagen op te tellen bij de rijtijd omdat zij hun Protos bij Pocatello (Idaho) op een schuit hadden gezet en naar Seattle waren gevaren. De De Dion en de Zust, die een ontmoe ting met wolven overleefd had, bereikten de kust op eigen kracht. Alle vier de wagens kwamen weer bijeen in Seattlede „bemanning* van de Thomas wisselde nog eens: George Schuster, chauf feur George Miller, mecanicien; Hans Hansen, waarnemerGeorge McAdam, verslaggever van de „Times*. Zü reden de tocht uit. Volgens de voorschriften ging de Thomas scheep naar VaJdez, waar ze begroet werd door de hele bevolking. Het was waar schijnlijk voor het eerst, dat de inheemsen een auto zagen. De Thomas pufte van de haven naar een nabijgelegen veem, bleef daar twee dagen en pufte terug. Dat was haar enige rit in Alaska. Schuster had één blik geworpen op de 4 m. diepe stroom, die rondom heel Valdez stroomde en scheepte zijn wagen weer in naar Seattle- Toen hij daar aankwam, waren de andere deelnemers al onderweg naar Wladiwostok. Voor zijn poging zich aan de voorschriften te houder, kreeg de Thomas een beloning van 15 dagen. De Amerikanen beklommen hun wagen weer in Kobe (Japan) en legden 350 afschuwelijke mijlen at naar Tauruga aan de noordwest kust. Japan had in feite geen wegende paden, die er waren zaten vol kuilen of werden versperd door rotsblokken. De bergpassen waren zo nauw, dat men het achtereinde van de wagen soms moest optiUen om een bocht te kunnen nemen. Op geen tien mijl afstand van Tauruga werd de weg zo slecht, dat de Amerikanen een omweg moesten maken van 200 mijl om de stad te bereiken. De volgende oentend gingen de uitgeputte reizigers scaeep naar Wladiwostok. De andere deelnemers hadden bevel gekregen op de Thomas te wachten. Maar d: bemanning van de De Dion had haar tijd niet in ledigheid doorgebraentzij had vrijwel alle benzi e in de stad opgekocht. Schuster k ampte het Amerikaanse consulaat aan en kreeg daar een beetje benzine de Zust en de Protos moesten hier en daar een paar liter te pakken zien te krijgen. Van de internationale verbroedering was niet veel meer overMaar een uur voor het vertrek naar Mandsjoerije trok de De Dion zich ineens terug. De Fransen moeten een voorgevoel gehad hebben van wat hnn te wachten stond. Het verhaal van de Amerikaanse tocht van Wladiwostok naar Parijs overtreft de stoutste fantasieën. De beproeving duurde 69 dagenmeer dan 50 hiervan werden door gebracht in het wegenloze Siberië, waarde mannen slechts vijf nachten in een bed sliepen. Het grote wonder is, dat zij er doorheen kwamen^ levend en wel en nog al ijd geketend aan de Tnomas. Maar hoe stond net met de Duitsers en Italianen, die dezelfde gevaren onder ogen hadden te zien Enkele uren buiten Wladiwostok'haalde de Thomas de Protos in, hopeloos in de modder. Het pleit voor Schusteas sportivi teit, dat hij zijn concurrent uit de modder haalde. Toen begonnen zijn eigen moeilijk heden. De moddtr van Nebraska was aspha't, vergeleken bij het Mandsjoerijse slik. Er waren tijden, waarop drie mannen voor de au'o uitliepen om althans enigs zins droge punten op te sporen, terwijl Schuster de wagen van het ene moddergat naar het andere dirigeerde. Zodra zij weer enige vaste grond onder de voeten hadden, klauterden ook de anderen in de auto en drukte Schuster het gaspedaal in, zolang het terrein dat mogelijk maakte. Eens moesten zij zich voor twaalf uur 's middags vier keer uit de modder opgra ven. Zij zagen bij vergissing een 10 m. brede rivierbedding aan voor de weg en zonken tot over de assen in de modder. Toen zij met behulp van planken en touwen weer op de oever stonden, maakte een vriendelijke inheemse hun duidelijk, dat de ,weg" nog erger was dan de rivierbedding, Zij bedankten hem en reden teiug naar de transsiberische spoorweg. Maar ook die was nu niet ideaal voor een race. Over een afstand van 420 mijl hotsten zij over dwarsliggers. Dit moest met grote vaart gebeuren, want zij moesten van de ene dwarsligger op de andere springen en die lagen bijna even ver uit elkaar ais de assen van de wagen. De man nen waren volslagen uitgeput toen zij in Harbin kwamen en aan de Thomas zat geen moer meer vast. Maar wonder boven won der hadden de banden het uitgehouden. In Harbin kochten zij twee vaten benzine en olie en voegden die bij hun 350 kg. bagage. De tocht naar Harbin bleek evenwel nog slechts een hors d'oeuvre. Nu wachtte hun de moerassige eenzaamheid van Siberië. Dagen en nachten zwierven zij rond, hun kleren raakten doorweekt, maar eindelijk kwamen zij toch bij de voorpost Verkhae Udinsk. Hadden zij de leiding Neen, de Duitsers, die het voordeel hadden, dat zij Russisch spraken, waren vier dagen eerder gepasseerd. Het spoor naar het westen zag er zo weinig aanlokkelijk uit, dat Schuster besloot maar weer over de spoorbaan te gaan rijden. Het was gevaarlijkeens waren zij juilt een tunnel binnengereden, toen zij hoorden, hoe er van de andere kant een trein kwam. IJli 'gs reed Schuster achteruit en pas hadden zij de tunnel verlaten, of de transsiberische sneltrein denderde voorbij. Wanneer zij maar konden, verkozen de Amerikanen da be trekkelijke veiligheid van de weg boven de spoorbaan, maar telkens werden zij weer daarheen terug geworpen. Om de zaak nog erger te maken, volgde de ene stortbui op de andere en versperde telkens hun weg. Verrotte bruggen kraakten, als zij pas seerden vlak voor hun wagen rolden de de rotsstenen omlaag. Zij doorworstelden de ene mijl na de andere, maar waar zaten toch die Duitsers en Italianen Stelt u zich hun verbazing voor, toen zij na aankomst in Kainsk merk ten, dat de Duitsers daar ook waren. Voor dat de Duitsers het in de gaten hadden, had Schuster het gaspedaal al ingetrapt en was hij naar het westen onderweg. Maar van de Zust wisten zij nog altijd niets. Aan de andere zijde van de Irtisj-rivier kwam de Thomas terecht in een eindeloos moeras en toen brak de aandrijving-as. Met behulp van gebarentaal smeedde een hoefsmid een nieuwe as en Schuster suk kelde verder naar het feestelijke Jekateri- nenburg aan de Aziatisch-Europese grens. Voor zover bekend had hij nog de leiding. Voor het eerst kon hij voldoende benzine en olie krijgen, en wat#nog belangrijker was, zij konden slapen in een bed. Maar de Amerikanen gunden zich slechts enkele uren rust, voor zij verder reden langs de weg naar Perm, die wemelde van de trekkende groepen. Plotseling gaf de aandrijvings-as van de Thomas het weer op. Ditmaal was er geen plaatselijke hulp en de wanhopige Schuster moest een paar paarden charteren om de 250 mijl heen en terug naar Karzan af te leggen. Zijn ongeduldige makkers bleven achter bij de auto en elk ogenblik verwachtten zij de Duitse Protos te zien opdagen. Dat duurde inderdaad niet lang. Vijf uur na de panne werd de Protos in het oosten zichtbaar. Even daarna passeerde hij de Thomas zonder zelfs maar goedendag te wuiven. De panne kostte de Amerikanen vijf dagen en verschafte de Duitsers een behoorlijke voorsprong. Maar Schuster zette ijlings de achtervolging in via Moskou, St. Petersburg en Berlijn. Overal werden de mannen met groot enthousiasme ontvangen, maar zij sliepen nooit langer dan drie uur, want zij moesten verder. Eindelijk was de voor sprong van de Profos nog maar één dag en zij wonnen nog steeds Toen zij Hannover binnenreden, hadden zij de Duitsers bijna ingehaald. En toen weg alle hoop: de as brak voor de derde keer. Op 30 Juli 's avonds om 8 uur reed de Thomas Parijs binnen, omstuwd door een enthousiaste menigtevier dagen na de Protos. Maar de Amerikanen hadden een beloning van 15 dagen tegoed en de tijd van de Duitsers moest met 15 dagen wor den vermeerderd en du3 behaalden de Verenigde Staten een gemakkelijke over winning; de eerste overwinning in een internationale auto race. In de opwinding was men de Zust hele maal vergeten. Men had niets meer van de auto gehoord sinds Wladiwostok. De Parijzenaren waren dan ook ietwat verbaasd, toen de Zust half September eensklaps hun stad binnenreed. De bemanning onder aanvoering van Emilio Sirtori had in Siberië dezelfde misère doorgemaakt als de Amerikanen, maar zij hadden ook nog enige malen panne gehad. Om de sportiveiteit, waarmee de Italianen de race hadden uit gereden, werden ook zij luide toegejuicht. BOTER, MARGARINE, VET EN SPIJSOLIE VAN DE BON De Minister zan Landbouw, Visserij en Voedselvoorziening beeft besloten met ingang van 23 Juni 1949 de rantsoenering van voedingsvetten volledig op te heffen, zodat zowel het publiek als de verwerkende Indus trie, waaronder o.m. te rekenen bakkers, banketbakkers, koekfabrieken, restaurants, enz. voortaan boter, margarine, spijsvetten en spijsolie zonder bon of toewijzing kun nen betrekken. Alleen voor technische doel. einden (zeepindustrie, verffabricage, enz.) blijft een toewijzing systeem van kracht. Weliswaar lag het aanvankelijk in het voornemen in de loop van het najaar de rantsoenering te beëindigen, maar enerzijds is reeds thans een zekere verzadiging merk baar in de consumptie, terwijl anderzijds de boterproductie ruim is en de grondstof- fenpositie van de andere spijsvetten gunstig De aanvoer van traan en de te vetwachlen grote koolzaadoogst zfln mede factoren, die de vetpositie in gunstige zin beïnvloed. Op grond van de eerste overweging wordt een grote toename van het verbruik van voe dingsvetten na de opheffing van de distri butie niet verwacht. De bestaande prijsregelingen blijven ge handhaafd. Spijsolie zal men niet direct overal bij de winkelier kunnen betrekken, aangezien de bevoorrading van de detaillist enige tijd vraagt. De rantsoenering van de voedingsvetten, die thans beëindigd is, heeft bijna neger jaar geduurd, want de distributie op bon werd ingesteld met ingang van 29 Juli 1940. LUCHT MANOEUVRES VAN DE WEST-EUROPESE UNIE. De Britse luchtmanoeuvres. die Zaterdag zullen beginnen en de in de week daarop te houden gecombineerde oefeningen van de Luchtmacht en vloot van de Westeuropese Unie, zullen tesamen het grootste militaire schouwspel in West-Europa tijdens vredes tijd leveren, bericht Reuter. De Britse oefeningen zullen een negen dagen durende „Slag om Engeland* zijn ter controle van de Britse verdediging De man oeuvres van de Westeuropese Unie zullen de eerste gezamenlijke lucht- en zee-oefe ningen van deze Unie vormen tot onderzoek van de gezamenlijke verdedigings macht. De landen der Unie zullen eveneens hun strijdkrachten vertegenwoordigd doen zijn in de „slag om Engeland". De in Engeland gestationneerde Ameri kaanse Superforten zullen in antwoord op nachtbombardementen van Britse vliegtuigen aanvallen overdag uitvoeren. In afzonderlijke perioden tussen 25 Juni en 3 Juli zullen „zware aanvallen* worden gedaan op o.a. Zuid-Engeland en de Midlands waarbij alle beschikbare jagers en luchtdoelgeshhut ter verdediging zullen trekken. Tijdens de week einden zullen hulptroepen in het geweer worden geroepen en 8000 waarnemers van het waarnemerscorps zullen meer dan 700 posten bemannen. NU OOK VLIEGENDE VISSEN. Wederom heeft de afdeling Binnenvisse rij van het Departement van Landbouw en Visserij te Batavia met succes een proef genomen met het vervoer van levende vis in blik door de lucht, Dezer dagen werd een zending vis, ver pakt in een op speciale wijze vervaardigd blik van Batavia per K.L.M.-vliegtuig naar Bangkok vervoerd. Het betrof hier een partij van 60 stuks Si.Njonjr van 2 gram en 4 stuks van 45 gram. Alle vissen kwamen in uitstekende staat op hun plaats van be stemming aan. De Si-Njonja is een in West-Java veel in bevolkingsvijvers gekweekt variëteit van de goudkarper; hij heeft een ronde lich aamsvorm en een citroengele kleureen sombere merkwaardigheid van deze karpers is, c"at bij het ouder worden de ogen vol komen dichtgroeien. Abonnements prijs: Losse nummers 5 ct. Kwartaal abonnement Axel binnen de kom fl 1,25 Alle andere plaatsen in Nederland en Ned. Indié fl. 1,55. Buitenland fl. 2,-. Advertentie prijs 7 cent per m.m. Ingezonden Meaedeelingen 20 cent per m.m. Kleine Advertentiên (maximum 8 regels) 1 5 regels 60 cent. iedere regel meer 12 cent extra.

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1949 | | pagina 1