AXELSCHE IS COURANT r Frarkering bi} abonnement, Axel. ZATERDAG 26 MAART 1949 63- JAARGANG No. 50 NIEUWS- en ADVERTENTIEBLAD Verschijnt iedere VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN Woensdag en Zaterdag Drukker-Uitgeefster: Firma J. C. VINK Adres Redactie en Administratie: AXEL Markt 12 Postbus 16 Tel. 56§ Hoofdredactie: T. C. VINK-van VESSEM De 52ste Jaarbeurs. 29 Maart tot en met 7 April a.s. Nog enkele dagen en de 52ste Jaarbeurs zal haar poorten openen. De komende Voorjaarsbeurs zal enige zeer bijzondere kenmerken dragen. Zij wordt gehouden precies één jaar, nadat de gene reuze Marshall-hulp, die in het afgelopen jaar zo sterk onze aandacht heeft getrokken, naar Europa begon te vloeien om hier de zn gewenste stabiliteit in de economische verhoudingen te brengen. De a.s. Jaarbeurs jcan als de etalage worden beschouwd, waarin al hetgeen het afgelopen jaar tot stand werd gebracht, is uitgestald. Eu omdat wij, zonder onszelf te kort te doen, een belangrijk deel van dit resultaat te danken hebben aan de steun die ons door de Verenigde Staten binnen het kader van het Economisch Herstel Programma (Mars hall-plan) werd verleend, spreekt het van zelf, dat aan de „verjaardag" van het Mars hall-plan door de Koninklijke Nederlandse Jaarbeurs grote aandacht zal worden geschonken. Op 4 April zal een speciale Marshall-dag worden georganiseerd, welke niet alleen tot een grote manifestatie van het Nederlandse bedrijfsleven, maar eveneens tot één van de grootste demonstraties van plan Marshall in West-Europa zal worden. Als fweede kenmerk van de komende jaarbeurs, kan melding worden gemaakt van dc zeer omvangrijke groepen Textiel en Bouwmaterialer, die zullen deelnemen. Speciaal de Textielgroep zal een luister verspreiden zoals Utrecht tot nog toe nimmer heeft gekend. De gehele Beatrixhal waaraan nu een brede galerij is toegevoegd, waar eveneens textielproducten worden geëtaleerd als de gehele Irenehal zullen diimaal met stands uit de texliel-branche worden gevuld. Voor de eerste maal heeft ook België een collectieve groep textiel naar -Utrecht afge vaardigd, weike de helft van de Irenehal zal omvatten. De Berielux-gedachte heeft dus ook veld gewonnen op het gebied van de textiel en komt, mede op dit gebied, op de Utrechtse jaarbeurs tot uiting. Goed voorbeeld doet goed volgen. Zullen we misschien in de nabije toekomst het grote ogenblik beleven, dat in alle branches groepen firma's uit beide landen op de laarbeurs zullen zijn vertegenwoordigd Naast de Textiel moet worden gewezen op de Bouwmaterialen-machines, en machi nes voor de wegenbouw, die op de Croe selaan bij de Technische Afdeling zijn ondergebracht. Zij vormen een interessante groep, die in deze tijd van schaarste aan grondstoffen en materiaal speciaal op het gebied van de woning- en wegenbouw, de aandacht trekt van ontelbare aannemers, architecten en ingenieurs, die zich hier een duidelijk beeld kunnen vormen van de stand van zaken in deze bedrijfstak. De laatste jaren zij i talrijke experimenten met mate rialen ondernomen, die het vermoeden heb ben gewekt, dat door kleine verbeteringen, in de nabijs toekomst de structuur van de bouwnijverheid aanzienlijk kan worden ge wijzigd. Men dient dus steeds op de hoogte te blijven I Vervolgens moet worden gewezen op de zeer bijzondere en omvangrijke buitenlandse deelnemingen. Ditmaal zullen niet minder dan tien landen tegelijkertijd aan de Jaar beurs deelnemen, het hoogste aantal dat tot nu toe ooit kon worden behaald. Hiermede is het bewijs geleverd, dat de Nederlandse Jaarbeurs met recht de naam „internationaal" draagt. Ver over de grenzen is zij bekend en wekt zjj de belangstelling op om een bezoek aan Utrecht te brengen. De betekenis van de buitenlandse inzen dingen moet vooral worden gezocht in de stimulerende invloed, die hiervan op het Nederlandse bedrijfsleven kan uitgaan. Nieuwe producten van onbekende industrieën uit weinig bekende landen, vragen de aan dacht en wekken automatisch de neiging op tot vergelijking. Geen bezoeker moet dan ook nalaten rond te gaan in het speciaal ten behoeve van de buitenlandse secties gebouwde paviljoen, waaraan de naam „pavilion des nations" paviljoen der volkeren werd gegeven. Behalve in dit paviljoen, waar voorname lijk artikelen voor het dagelijks gebruik zullen worden gedemonstreerd, bevinden zich op de Croeselaan nog een drietal collectieve inzendingen van technische produ ten in de gebouwen Q, S en op het open terreinvak VII. Tenslotte moet, zeker niet in de min ste ptaats, aandacht worden gevraagd voor de omvang van de komende Voorjaarsbeurs. Kon reeds ter gelegenheid van de vorige Voorjaarsbeurs, de Jubileumbeurs, worden gesproken van een record, ditmaal zal dit hoogtepunt weder worden overtroffen. Dank zij de uitbreiding van de expositieruimte in de Beatrixhal, de bouw van het pavilion des nations en het optrekken van enige gebouwen op de Croeselaan, is de ruimte met niet minder dan 7000 ms uitgebreid, zodat de a.s. Voorjaarbeurs, de 52ste, die sedert de oprichting kon worden georgani seerd, een oppervlakte zsl hebben van ruim 43 000 m2. Indien men hierbij vergelijkt de expositieruimte van 5.900 ms, die ter beschikking stond bij de eerste internatio nale Jaarbeurs, welke in 1921 werd gehou den, dan kan zeker van een zeer voorspoe dige ontwikkeling worden gesproken. Alles ziet er naar uit, dat de komende Voorjaarsbeurs één van de grootste com merciële manifestaties zal worden, die ooit te Utrecht zijn gehouden. Bruggehoofd Glondong en de mariniers. INDRUKKEN VAN DE POLITIONELE ACTIE. (Wim Dussel, marine-correspondent). II. Enige tientallen meters verderop in Wes telijke richting vind ik het „hoofdkwartier- bruggehoofd", waar een veroindingsman druk bezig is met het aanleggen van een telefoonlijn. Er brandt al een petroleumlamp en in een hoek zitten een paar „gevangenen" op de grond te beven als een riet. De kapitein snort ergens buiten met zijn jeep rond, maar komt zichtbaar teleurgesteld nut „niks." Zijn mannen hebben intussen stelling genomen aan de katnpongra.id en htt enige informatie-materiaal zijn de drie of vier bewoners van de kampong, die een patrouille in een huis onder de vloer heeft ontdekt. Ze vertellen, dat een negental T.N.I,-mili tairen daags tevoren de bevolking heeft aangeraden de benen maar te nemen, waar toe zij zelf het voorbeeld gaven, door met de meeste spoed aan hun knirën te trekken. Veel meer nieuws doe ik daar verder ook al niet op, zodat ik maar weer eens op het strand ga kijken, waar het een en al bedrij vigheid is. Hier wordt gewerkt door de strandploeg en hoeEen tot hoofd kwartier ingericht voertuig staat aan de smalle bosrand, en van hieruit geeft de strandcommandant, eerst „mondeling", maar al heel spoedig door middel van een mach tige „beachmaster" zijn beveler. Het is bijna niet te beschrijven, in welk ter po er die eerste uren wordt gewerkt. In een minimum van tijd staat een „aanlooplicht" overeindtwee palen, elk met een iicht van verschillende kleur, één hoog, het andere laag. Op de L.T., die moet „landen" manoeuvreert men zodanig dat ae beide lichten precies boven elkaar zijn, m.aw. het schip bevindt zich juist in het ver lengde van beide palen en kan dus veilig „stranden". Ik geloof, dat het vertellen van dit alles langer heeft geduurd, dan het beloop zeif, want vóór je het weet, staat de eerste ponton op het strand en rollen de wagens met strand-matten en ander mate rieel van boord, in een ongelofelijk snel tempo wordt er nu gewerkt, en de nade rende L.T.'s moeten aldra met behulp van een paar flikkerende zaklantaarns op het strand lopen, omdat de „merklijnen-pioeg", zoals de groep heet, die voor deze merk palen zorgt er niet tegen kan werken 1 Er worden strandmatten aangedragen bij tientallen tegelijk. Op drie, vier verschil lende plaatsen worden deze „wegen" aan gelegd, die voeren naar twee doorvoer plaatsen door het geboste heen, naar de grote weg. Reeds roller, de eerste wagens aan boord en een kapitein van de M.P. met zijn mannen hebben dan het eerstvol gende anderhalf uur de handen vol met het regelen van dit nachtelijk verkeer. ja, slechts anderhalf uur is nodig om zes L.T.'s te lossen. Je moet er zelf bij zijn geweest om dit te kunnen begrijpen. Met de regelmaat van een klok komt het rijdend en het geniematerieel,uit de open "L.T.- bek." Infanterie, huzaren van Bo*eel, genie van de KL, alles loopt vlot als op een parade. Een paar bulldozers staan links van de ,LT.", gereed om, als er maar even iets hapert, een handje te helpen. Een enkele keer gebeurt het, dat een jeepje teveel water binnen krijgt of dat hel water te diep is. Dan rukken de beide bulldozers aan en werpen „even" een dijkje ervoor vooruit maar weer en de strandcomman dant geeft rustig maar zeker zijn aanwij zingen door de overal verstaanbare „beach- mastei". Zo nu en dan moet er even gewacht worden met lossen, omdat men het verkeer naar de grote weg wel eens even niet kan verwerken, maar dan gaat het weer verder, totdat om even voor twaalven die nacht al het materiaal van boord is. ik kom juist terug van een kijkje op de weg, waar de diverse colonnes staan opgesteld, als ik de M.T.C S. een woordje van dank hoor spreken aan alien, die aan deze vloite los sing hebben meegewerkt en een driewerf „hoera" gaat op voor een luitenant die vandaag zijn verjaardag" viert 1 Maar nog is het werk met klaar. De pontons moeten nu tot een kade geformeerd worden om siraks, tegen de morgen, de „L.S;T.'s" die niet zo maar op het strand kunnen lopen, gelegen heid te geven hun lading te lossen. De commando-wagen wordt met de beach- master-instaliatie daartoe een paar honderd meter verderop naar het westen yerpiaatst en nadat intussen de eerste colonne meer dan een half uur eerder dan verwacht werd, in zijn opmarsrichting is kunnen vertrekken, wordt door de A.T.D.-mannen de ponton- kade in gereedheid gebracht, een karwei, dat de hele nacht duurt. Maar aan, ais het duister begint te wijken, zo tegen half zes in de morgen, komt de eerste L S.T. aan- stomen. De kade is klaarook deze sche pen kunnen nu gelost worden 1 En dat gebeurt ook. Het duurt de hele verdere dag, voor alle L S T.'s gelost zijn en ook nu, de volgende dag, is het nog steeds een gaan en komen aan de plotseling tot haven- sad gebombardeerde strandkampong. Wan neer de bulldozer-drivers slapen, weet ik niet, ik geloof nooit. Ze zijn tenminste nu e weer bezig met het strandterretn uit te breiden, ze maken „even" een paar stukjes terrein vlak, waarop straks de tenten zuilen werden gezet. De drukte en het geroeze- - moes zijn bier niet van de lucht. Dag en nacht brommen en grommen motoren en het straatje, waar al het verkeer door moet, is doorlopend een stofwolk. Ik heb mjjn intrek genomen in een der armzalige kampong-huisjes. We slapen op baleh-baleh's en eten bij de genie van de landmacht, die kans zag de eerste avond voor ons allen een potje „warm" klaar te maken. Dan stapt de rest van mijn onderdeel aan wal. We kunnen verder het binnenland in. Da landingsactie is volbracht Natuurbescherming. In vele beschaafde landen bestaan sinds geruime tijd verenigingen tot natuur bescherming. Op initiatief van de Zwitserse vereniging is er in 1947 een internationale conferentie belegd om ook op dit punt tot samenwerking te komen. Er werd besloten een Internationaal Verbond voor natuur bescherming op te richtende statuten van dit verbond worden thans door middel van de Unesco voorgelegd aan de verschillende regeringen ter ratificatie. Ook de natuur bescherming is dus nu gekomen op het plan van de internationale politiek. De mens is pas laat op deze planeet gekomen; bij de mens rekent men met eën millioen jaren, hetgeen een korte periode is in het bestaan van onze aarde; de eerste tekenen van de meest primitieve beschavingen dateren van niet meer dan 100 000 jaar geleden. Maar die mens is al heel spoedig, eerst met stenen gereedschap, toen, nadat hij het vuur ontdekt had, op andere wijze, begonnen de natuur dienst baar te maken aan zijn behoeften en ver langens. En naarmate de beschavingen zich ontwikkelden, gebeurde dit in sterker mate. Met de mens is een nieuwe factor c p aarde verschenen, die in staat was het wankele evenwicht der natuurkracht te verstoren en daarna zelfs het gehele aangezicht der natuur te veranderen. Tegenwoordig beschik ken zelfs de achterlijkste volken over de over de macht de levende natuur te ver nietigen of te wijzigen. Wij behoeven slechts om ons heen te zien om te o ttwaren wat er in een zeer jong verieden is ge beurd. De reiziger, die de wereld van de antieke beschaving bezoekt, krijgt er duide lijke voorbeelden van onder de ogen. Rondom de Middellandse Zee vindt hij overal kale bergen, die vroeger bedekt moeten zijn geweest met grote wouden. Wat is er op de Libanon over van de cederbossen, die Salomo exploiteerde Ook de veeteelt heeft enorme oppervlakten fei telijk tot woestijn gemaakt. De komst van de geit op het eiland Sint Helena wos vol doende om van dit eiland binnen drie of vier eeuwen een kale onvruchtbare rots te maken. Zelfs tegenwoordig vernielen in heel tropisch Afrika en op Madagascar de inhtemre volkeren systematisch de bessen door hun extensieve landbouw. Als de grond uitgeput is, branden zij eèn nieuw stuk bos plat. De braakliggende grond wordt door de inwerking van de "zon spoe dt korrelig en droog en er is weer een stuk woestijn meer op aarde. En in de bergen verwekt het verdwijnen van de bossen grond-erosie door regen, zeifs al worden de hellingen bebouwd en ook hier duurt het niet lang, of de kale onvrucht bare rots neemt de plaats van het oude woud in. Een markant voorbeeld hiervan levert de Tennessee-vallei in Amerika. Tot nog toe heb ik alleen over de planten groei gesprokende vernietiging van het dierlijk leven door de mens is nog groter en die heeit nog sneller plaats. Zeker, de mens moest zich wel verdedigen tegen de grootste diersoorten en de jacht was voor hem een eerste levens-noodzakelijkheid. Maar dit stadium is voorbij, en toch is de mens erin geslaagd volkomen overbodig het grootste deel der hogere dieren van de aarde en uit de wateren te doen ver dwijnen. In grote getale zijn de die.en afgeslacht, vaak alleen maar uit zucht naar vermaak, vaak ter wille van min of meer kostbare zaken als het ivoor van de olifan ten, de traan van de walvissen, enz. Is het nodig te herinneren aan de enorme kudden bisons, die nog nauwelijks een eeuw geleden het hart van de Verenigde Staten bevolkten, of aan de Punische tijd, toen er in Noord-Afrika voldoende olifanten waren voor Hannibals reusachtige cavalerie Nog in 1870 maakten Franse officieren in het zuiden van Algerije jacht op struisvogels. De komst van de Maori's in Nieuw-Zee- land heett de enorme dinorni's en andere vogelsoorten en reptielen doen uitsterven. Het is de grote aepyorn.'s op Madagascar precies zo vergaan. Men kan veilig voor spellen, dat over één of twee eeuwen het grootste deel der wilde zoogdieren, die nog in tropisch Afrika voorkomen," volkomen verdwenen zal zijn. Hetzelfde zou geiden voor de walvissen, had men ten opzichte daarvan geen beschermende maatregelen genomen. Voor de natuurhistorici is dit alies niets nieuws. Zij beschouwen sedert lange tijd natuurbescherming als een absolute nood zakelijkheid, zowei van biologisch als van aesthetisch standpunt. Vele groepen en vereniging in veie landen hebben zich er mee bezig gehouden en hier en daar is ook de regering tussenbeide gekomen. In de Verenigde Staten is de meest bekende vorm van natuurbescherming de stichting van nationale parken. In het westen worden bepaalde terreinen van bijzondere betekenis in hun oorspronkelijke staat ge handhaafd voor zover die staat nog oorspronkelijk is alle exploitatie van de grond en van bodemschatten is verbo den, ook mag er niet worden gejaagd. Deze parken zijn slechts voor toeristen toegankelijk, maar slechts op bepaalde- tijden en voorwaarden, iedereen heeft wei eens gehoord van het Yellowstone-park in de Rocky Mountains met zijn magnifieke geysers en zijn uitgestrekte bossen. Men ziet er talrijke wilde dieren, zoais marmot ten en zelfs beren, die 's avonds in de buurt van de hotels een maaltje komen zoeken. In Europa en Afrika begint men het Amerikaanse voorbeeld te volgen en daar onderscheidt men twee soorten beschermde zones: nationale parken, die in principe open staan voor toeristen en natuurreser vaten, waar de natuur een absolute bescher ming geniet en waar elke menselijke tussen komst wordt geweerd. Reservaten vindt men alleen in Afrika. Misschien is men in Zwitserland wel het meest systematisch te werk gegaan. Een dertig jaa' geleden is er een groot nationaal rtoonnements- prijs: Losse nummers 5 ct. Kwartaal abonnement Axel binnen de kom fl 1,25 Alle andere plaatsen in Nederland en Ned. Indié fl. 1.55. Buitenland fl. 2, Advertentieprijs 7 cent per m.ra. Ingezonden Meaedeelingen 20 cent per m.m. Kleine Advertentiën (maximum 8 regels) 1 - 5 regels 60 cent. iedere regel meer 12 cent extra.

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1949 | | pagina 1