AXELSCHE H COURANT 28 Janaari 1749 Axel bevrijd van de Fransen. F.ankering bij abonnemer*. Axel. ZATERDAG 29 JANUARI 1949 63e JAARGANG Np. 4 ✓T NIEUWS- en ADVERTENTIEBLAD Verschijnt iedere VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN Woensdag en Zaterdag Drukker-Uitgeefster: Firma J. C. VINK Adres Redactie en Administratie AXEL Markt 12 Postbus 16 Tel. 56§ Hoofdredactie: T. C. VINK-van VESSEM Wat is Benelux? Benelux en de industrie. 1,Zowel België en Luxemburg als Nederland bezitlen een Industrie van betekenis. Jn de beide eerstgenoemde landen is reeds meer dan 50 pet. der arbeidende bevolking in industriële ondernemirgen werkzaam, terwijl in Nederland juist de sterk toenemende bevolking een belangrijke verdere uitbreiding van het industriële apparaat noodzakelijk maakt. De structuur der industrie in de drie Tolunle-landen heeft voor een belangrijk deel een elkaar aanvullend karakter. Het is duidelijk, dat overal waar zich deze situatie voordoet de drie landen door samenwerking een vfrbelcring hunner po sitie en een verbreding der industriële basis zullen bereiken. De voordelen ener Eco nomische Unie, waarbij inderdaad de markten der deelnemende landen tot één geheel worden samengevoegd, springen aldus in het oog. Zo is b.v. op het terrein der in vesteringsmiddelen en grondstoffen de Bel gische industrie veelzijdiger ontwixkeld dan de Nederlandse en kan zij daarom een welkome steun bieden voor de Nederlandse wederopbouw. Op het gebied der vliegtuig bouw, om een ander terrein te noemen, ligt de situatie juist omgekeerd. Uiteraard zijn er ook tegengestelde be langen, zoa's die evrneens bestaan binnen de grenzen van ieder der deelnemende landen zelf. Dat zijn die gevallen, waarin in ieder der drie landen dezelfde industrie takken tot een ontwikkeling van betekenis zijn gekomen en men van het ophifferi der grenzen slechts een vergrote concurrentie vreest. Hier ligt in de eerste piaats een taak voor de betrokken industriëlen zelf, en hun organisaties, om te trachten in onder ling overleg tot een bevredigende oplossing te komen. Vooral in het vorig jaar heeft dit industriële contact zich aanmerkelijk uitgebreid en zijn in een aantal gevallen reeds zeer bevredigende resultaten bereikt. Mocht onverhoopt dit onderling overleg niet tot resultaten leiden, dan is er altijd nog de mogelijkheid tot interventie van overheids wege om ongewenste repercussies te vermijden. Het is algemeen bekend, dat ter bevor dering van een harmonische industriële ontwikkeling in de drie partnerlanden reeds gedurende geruime tijd overleg tussen de betrokken regeringen plaats vindt, waarbij vertegenwoordigers van het bedrijfsleven zijn ingeschakeld. Juist ten aanzien van die bedrijfstakken, waarin zich moeilijkheden kunnen voordoen en die inderdaad van belang zijn voor de economische structnur van het betrokken land, is bepaald dat de industriële ontwik keling via overheidsbcmiddeling zodanig zal worden geleid, dat geen bestaande vitale belangen worden guchaad, ten detrimente uiteindelijk van het Beneiux-gebied als geheel. Uiteraard d ent daarbij iedere verstarring, die in feite achteruitgang betekent, te worden vermeden. Een zich ontwikkelende krachtige industrie binnen het Beneiux- gebied is uiteindelijk, wanneer de Econo mische Unie eenmaal een feit is, een belang voor alle partners in die Unie, omdat daardoor de Uiie a's geheel economisch welvarender en sterker wo dt en b.v. op handelspolitiek terrein voordelen kan behalen door een grote verscheidenheid van aan te bieden goederen en vceihtid van exporteurs. Slaagt men er derhalve in, in de over gangsperiode onnodige schokken te vermijden en een gelijk uitgangspunt voor de industriën in de drie landen te schepper, dan biedt de Unie tussen België, Nederland en Luxemburg voor de industrie in. baar geheel goede perspectieven door de verbreding van de grondstcffenbasis, de v rgroting van het consumentengebied en de vermindering van de afhankelijkheid van derde landen. - Benelux en de landbouw. De Nederlandse land- Ier. iuinbouw volgt met grote belangstelling de ontwikkeling van de economische samenwerking tussen Nederland, België er» Luxemburg. De Stich ting voor de Landb. uw heeft dan ook reeds vorig jaar een rapport gepubliceerd, waarin het standpunt van de georganiseerde land bouw ten aanzien van Benelux is neergelegd. De Nederlandse landbouw juicht de eco nomische samenwerking van harte toe, ai ontveinst zij zich niet, dat Benelux voor de Nederlandse boer en tuinder vérgaande en veelal nog niet te voorziene consequenties met zich zal kunnen brengen. De algemene argumenten, die voor een Economische Unie pleiten, zoals het samen gaan van twee hoogontwikkelde volken en de daarmede gepaard gaande vermeerdering van invloed in de internationale wereld, de verruiming van hrt afzetgebied, het weg vallen van handelsbelemmeringen, een betere arbeidsverdeling etc., worden ook door de lanbouw aanvaard. In agrarische kringen is men zich evenwel zeer gecd bewust, dat de Economische Unie offers zal vragenhet algemeen belang zal moeten praevaLre»i boven het groepsbelang van een bepaalde bedrijfstak. Dit reemt niet weg, dat wij er daarom juist voor zullen moeten waken, dat de offers, die de landbouw moet brengen, niet orevenredig zwaar zullen zijn. Het wordt wel eens zo voorgesteld, dat de Nederlandse landbouw en de Belgische industrie in ieder geval voordeel zulle» hebben van een Economische Unit naar onze mening is dit een verkeerde en simplistische voorstelling van zaken. Hier mede wordt te kort gedaan aan de betekenis zowel van de Nederlandse industrie als van de Belgische landbouw. Een Economische Unie betekent voor de Nederlandse boer en tuinder zeker niet uitsluitend voordeel. De Nederlandse en BJgische landbouw vertonen weliswaar gelijke trekken: 20 is in beide landen het kleinbedrijf overheer send. Dit brengt met zich m"de, dat de landbouw zich aldaar in een defensieve positie bevindt. Wij willen hiermede zeggen dat er elders in de wereld (Verenigde Staten, Canada, Nieuw-Zeeland etc.) dank zij gun stiger productie-omstandigheden geprodu ceerd wordt t'gen een veel lagere kostprijs dan in West-Europa. Een verantwoorde landbouwpolitiek in Nederland en Belg'ë sluit dan ook onher roepelijk in een bescherming van eigen agrarische productie. Hiermede houdt de gelijkenis echter wel op. Van de vele verschilpunten, die er zijn, willen w(j er één aanstippen, dat naar onze overtuiging bij de verwezelijking van de Benelux-gedachte in de landbouw de grootste aandacht verdient. Het verschil in structuur tussen de landbouw in België en Neder land, dat in het verleden oorzaak was van een totaal andere landbouwpolitiek in Nederland dan in België. Nederland is een agrarisch exportland, België produceert hoofdzakelijk voor de binnenlandse markt. De Belgische tuin bouw vormt hierop weliswaar een uitzon dering. Doch wij denken in ons verband aan de zuivelproducten, die Nederland voor de oorlog in grote hoeveelheden exporteerde, hetgeen met België niet het geval was. Tijdens de crisis van de dertiger jaren kon België volstaan met een contingentering of invoerverbod van het goedkope overzeese graan ter bescherming van eigen productie. Voor NedeUand was dat r.iet mogelijk, daar de export van onze veehouderij- en zuivel producten vooral mogelijk werd gemaakt door de invoer van grote hoeveelheden veevoeder. Tegelijkertijd moest echter de binnen landse graanteelt beschermd worden. Deze bijzondere structuur van onze landbouw leidde tot het monopoliestelsel met alle gevolgen van dien, waarop in het kader van dit artikel niet nader kan worden inge- gaar. Aangezien er nog geen reden is om aan te nemen, dat dit structuurverschil zal verdwijnen, is het van het grootste belang, dat bij het overleg tussen de Benelux-landen vooral aandacht wordt besteed aan coördi natie van.de landbouwpolitiek. Tenslotte mag niet onvermeld blijven, dat er sedert geruime tijd een uitwisseling van tuinbouwproducten plaats vindt in het kader van Benelux. Hoewel deze uitwisse ling bij beide partijen nog wel eens teleur stelling heeft gewekt, kan toch gezegd worden, dat de regeling in het algemeen gunstig heeft gewerkt en dat de ervaring hierbij opgedaan van groot nut kan zijn voor een verdergaande samenwerking. Indien deze enkele opmerking er toe kan bijdragen, dat vooral bij de niet-agrarische lezer belangstelling is gewekt voor Benelux en de landbouw, beantwoordt dit korte artikel aan het gestelde doel. Voor nadere kennisname van het slandpunt van de Nederlandse landbouw wordt lezing van het rapport van de Stichting voor de Landbouw van harte aanbevolen. Prinses Beatrix. Voor de tweede maal in deze maand is er feest in „Het Witte Huis in 't Groen" te Soestdijk. De oudste van de vier zusjes, Beatrix, is jarig én voor de eerste maal als „Kroonprinses", welke titel door da troon bestijging van Haar Moeder aan Haar is opgedragen. Voorlopig zal Prinses Beatrix hiervan evenwel nog niet veel maken, want Haar Ouders willen niet, dat Zij reeds met onderscheid van Haar zusjes zal worden behandeld. Dus binnen enkele jaren zal toch de tijd aanbreken, dat met deze hoge roeping rekening moet worden gehouden, en dat Prinses Beatrix voor Haar hoge taak zai worden voorbereid. Maat dag zal ze in elk geval Haar elfde jaardag nog kunne»") vieren in de o»*»bezofKd- heid, die bij kinderen van Haar leeftijd past. Een prettige jaardag wensen we Prinses Beatrix en de Koninklijke familie van harte toe. EEN BEZETTING ZONDER TERREUR. Zoals helaas weinige oorlogen, die in de loop der eeuwen onze landen teis terden, ook aan het aloude Axel niet onge merkt voorbijgingen, was zulks ook met de zgn. Oostenrijkse Successie-oorlog (1740— 1748) het geval. Het zij ons vergund het wel en wee van het toenmalige Axel heel in het kort te memoreren, aan de hand van hetgeen de geschiedschrijver Jan Scharp, die te Axel van 1789—'87 predikant was, aan de ver getelheid heeft ontrukt. De aanleiding. De jonge keizerein Maria Theresia van Oostenrijk was in 1740 haar vader Karei VI bij diens dood opgevoigü, Deze troons wisseling zou aa.nleiding worden tot de verstoring van het staatkundig evenwicht in ons werelddeel. Frankrijk achtte door deze troonsopvolging de tijd gekomen om ten lang gekoesterde wens te verwezen lijken, ni. de toenmalige Oost mrijkse Neder landen (het tegenwoordige België) te bezet ten en te annexeren. Maria Theresia's vader had voorberei dende maatregelen getroffen en wilde door een militaire alliantie met verschillende staten de Donau-monar hie voor een ver splintering behoeden. De Republiek der Zeven Verenigde Neder landen was tot dit verbo d toegetreden omdat het militair reeds lang aan het afiakelen er niets voor voelde om het imperialistische en agressieve Frankrijk van die dagen als onmiddellijke naouur te krij gen. De Nederlandse troepen zouden daarom een Franse invasie in de Nederlanden moe ten helpen keren In 1747 waagde Lodewijk XV zijn kans. Zijn legers rukten het tegenwoordige België binnen en de Franse ambassadeur de la Ville gaf de Heren Stalen in Den Haag het voornemen van zijn koning te kennen de Nederlanden eveneens aan te vallen. Zeer spoedig volgde de inval in Staats-Vlaanderen, ouder het voorwendsel deze landen ais vriend te beschermen tegen een eventuele Engelse invasie. Met weinig moeite en in korte tijd hadden de Franse troepen zich van al onze plaatsen meester gemaakt. Geschiedschrijver Scharp vertelt. „Wij, die geen vaderlandse geschiedenis verhalen, dan alleen voor zover zij betrek king heeft op Axel, zullen ons bepalen bij het hoofdzakelijke der gebeurtenissen, die toen omtrent deze slad zijn voorgevallen," aldus de eerwaarde historischrijver. De hevige brand, welke in 1747 de houten stadskorenmolen in de as gelegd heeft en waarvoor in 1750 een nieuwe stenen molen werd, gebouwd, verdient nauwelijks vermelding bij de zwaardere rampen, die in dat jaar deze stad getroffen hebben. Axel was op verde diging voorbereid. Hoe spoedig ook de inval der Fransen in Vlaanderen geschiedde, welk een versla genheid dit onder het volk veroorzaakte, hoe men ook, in die verlegengeid, de vrou wen en dochters naar Zeeland had verzon den, was Axel van het nodige ter verdedi ging voorzover de tijd zulks had toege - laten redelijk wel voorzien De stad was genoegzaam versterkt, het nodige geschut was geplaatst, het ontbrak aan geen bezetting, een dubbele linie, welverzekerd, met de nodige forten beschanst, dekte het land, de vereiste manschappen waren gekampeerd, een rijke voorraad van alles was in de magazijnen voorhanden, en er was een ge noegzaam aantal van kundige bevelhebbers waaronder zulke, die in andere gevallen genoeg getoond hebben, dat het hun aan beleid noch moed ontbrak met één woord, niemand had kunnen denken, dat Axel gelijk zou zijn aan rijpe herfstvruchten, die in de mond vallen van degene, die ze eten wil, en zonder slag of stoot aan de vijand zou overgaan. En evenwel dit gebeurde. De Fransen nemen de stad. Nauw rees de lichtende morgen van de 15e Msi 1747, of er vertoonde zich voor de stad, aan de overzijde van het kanaal, op de schorren van St. Jacob, een gedeelte der Fransche troepen, die op het hoge en vaste gedeelte van dat schorre bezig waren een batterij op te werpen en versterkingen te maken om vandaar de stad te kunnen b schieten. Een onderneming, waarin inder daad weinig geest stak, want zo de onzekere vloed van het water op die tijd wat hoger ware gerezen, zou hun werk ver nield en hun leven in gevaar gekomen zijn. Dit was de reden, dat generaal Zoute, de commandant van Axel, weigerde het ont vangen bericht te geloven, en van verre de witte monteringen en linnen kielen der Fransen ziende, meende, dat het een kooi schaper v?as, die, naar gewoonte, op de schorren werd gedreven. Het duurde echter niet !ar»g, of de uitkomst leerde, dat dit werk alleen was ondernomen om kracht bij te zetten aan de opeising der stad in naam des konings van Frankrijk, hetgeen nog dezelfde dag gebeurde. Een Frans officier met een trommelslager en vier soldaten hadden het middel gevon den om uit Hulst gezonden van het veer van Luntershoek op dit eiland (Axel en omgeving) te komen aan de sluis van Beoostenblij, tussen het fort Nassau en het Zaamslagse Veer door, en achter de kampe menten onzer troepen om te gaan, zonder door iemand ontdekt te zijn, hoe vreemd dit ook klinken moge. Aldus voortgestapt tot aan het eind van de Nieuwendijk, nabij de Landpoort, liet de officier de trommel roeren en gaf, na het slaan van appèl, kennis, dat hij met een brief van markies de Contades, comman dant der Franse troepen naar de Axelse commandant, generaal Zoute was gezonden. Bij de generaal binnengebracht, eiste de Franse officier, onder minzame beloften en trotse bedreigingen de stad en het eiland. Na enige bedenkingen besloot men de vol gende dag nader over de capitulatie te zullen onderhandelen. Inderdaad kwam de 16e Mei brigadier de Broglio, benevens een Franse kolonel en hun secretaris in de stad, waarna met de hoofd-officieren van het garnizoen in het huis van burgemeester Paulus werd onderhandeld. De stad en het eiland werden bij capitulatie, zonder bloed vergieten of plundering aan de Fransen overgeleverd, waarna aanstonds door het stadsbestuur de eed van trouw aan de Franse koning werd gedaan, de- overgave werd gepubliceerd „en de vrije hais der burgera onder het Lelie juk gebogen werd", zoals Scharp het uitdrukt. Capitulatie-voorwaarde» De stad en het Land van Axel werden in handen gesteld van de commandant der Franse troepen, markies de Contades, die zijn hoofdkwartier bij de Clinge had, Alle Nederlandse troepen, zowel die van het garnizoen ais uit de kampementen bui ten de stad mochten naar Zeeland vertrek ken met medeneming hunner vaandels, standaarden, wapens, paarden, enz. en met alle krijgseer en begeleid worden door hiin commandant en officieren, terwijl men „als merkteken van deze gedane zaak" vier 4 ponds-kanonnen mocht meenemen. De Nederlandse troepen verlieten daarop de stad^Axel, de 19e en de 20e Mei, die uit de stad het eerst en alle wapenvoor- raden» mondbehoeften, enz. vielen in handen der Fransen. Verder was o.tn. nog bepaald, dat aan magistraat, burgers en ingezetenen dezelfde capitulatie zou worden veileend, „als aan die van Sluis en Hulst", welke plaatsen reeds in handen der Fransen ge vallen waren, Abonnements prijs: Losse nummers 5 ct. Kwartaal abonnement Axel binnen de kom fl 1,25 Alle andere plaatsen in Nederland en Ned. Indiê fl. 1,55. Buitenland fl. 2, Advertentieprijs 7 cent per m.m. Ingezonden Mededeelingen 20 cent per m.m. Kleine Advertentièn (maximum 8 regels) 1 - 5 regels 60 cent. iedere regel meer 12 cent extra.

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1949 | | pagina 1