AXELSCHE 3S COURANT
ing
ff.
1Z6Q
I
uur
♦♦4
egers,
DRIJF.
►♦♦4
Frankeering bij abornemer.f, Axel.
ZATERDAG 11 OCTOBER 1947.
NIEUWS- en ADVERTENTIEBLAD
Verschijnt iedere
61e JAARGANG No. 104
VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN
Woensdag en Zaterdag
Drukker-Uitgeefster:
Firma J. C. VINK
Adres Redactie en Administratie:
AXEL Markt 12 Postbus 16 Tel. 56§
Hoofdredactie:
T. C. VINK-van VESSEM
i
b'iov/j si
!'d 9i899niiO|
WELLI
pgejaag
aan ee
jgestiei
enscher
haal Ti
1 word
D WES
De Doopplechtigheid
van Prinses Maria Christina.
In
irn, eei
legin to
Op wel zeer uiteenliggende plaatsen zijn
de vier dochtertjes van H.K.H. Prinses
Juliana en Z.K H. Prins Bernhard ten doop
gehouden,
Prinses Beatrix werd door Prinses Juliana
ten doop gehouden in de St. Jacobskerk
te Den Haag, Prins Bernhard hield Prinses
Irene ten doop in de kapel van Buckingham
Palace te Londen, terwijl Prinses Margriet
weer werd ten doop gehouden dnor Prinses
14 JAAP Juliana In de St. Andrew-Kerk te Ottawa
in Canada.
Donderdagvoormiddag is in de Dom te
Utrecht de vierde telg van het Prinselijk
Paar, ons prinsesje Marijke, door Haar
vader, Prins Bernard, ten doop gehouden.
Ruim elf uur reden de zeven hofauto's
met de leden der Koninklijke familie en
haar gasten de stad binnen. Een escorte
van twaalf militaire motorrijders ging den
stoet vooraf., In de eerste auto hadden
plaats genomen de Koningin en de groot
hertogin van Luxemburgin de tweede
Prins Felix van Luxemburg en Prinses
Armgardin de derde de Zweedsche ge
zant, de heer Lagerberg, en Maty Churchill
in de vierde mevrouw Roëll—Feith en
Prins Aschwinin de vijfde mevrouw Post
—Salomons en de heer A. J. Andree Wil-
tens in de zesde de Prinsesjes Beatrix en
Irene met mevrouw Pennink en in de
zevende Piinses Juliana en Prins Bernhard
met Prinses Marijke. De stoet, welke ge
sloten werd door een militair escorte van
twaalf motorrijders, was van het paleis
Soestdijk vertrokken. Alle Peten waren in
deze stoet opgenomen.
De Zweedsche Kroonprins, van wie Prin
ses Juliana de Peet is van twee zijner
kleinkinderen, was verhinderd door het
bezoek dat de Koning van Denemarken aan
zijn land brengt en vertegenwoordigd door
de Zweedsche gezant bij ons hof, de heer
Lagerberg.
Winston Churchill, die door drukke
bezigheden was verhinderd, werd vertegen
woordigd door zijn dochter Mary. De
Groothertogin van Luxemburg, die een
nicht is van H.M. de Koningin, was ver
gezeld van Haar Gemaal, Prins Felix.
Om half elf waren alle plaatsen in den
Dom tot in de uiterste hoeken bezet, toen
de organist Stoffel van Vliegen zijn concert
opende met Psalm 140.
Voor de preekstoel was een bescheiden
versiering van palmen aangebracht, terwijl
DELIJKE ook de rand voor het doophek een lichte
toets droeg van Ijl-groen. Het was het ver
grote p langen van het Prinselijk paar geweest, in
C C R de kerk geen bloemen te plaatsen,
r t n Voor het doophek stond het doopvont,
bestaande uit een zilveren bekken met
inscriptie. De eikenhouten pilaster had een
stijlrijke paarse bekleeding in dezelfde
kleur, die ook in de trijp van het spreek
gestoelte wordt gevonden.
Binnen het doophek hadden plaats ge
nomen de Ulrechtsche kerkeraad met de
leden der diverse bestuurslichamen. De
Predikanten van Baarn en Soestdijk en de
president-kerkvoogden van die gemeenten
waren eveneens aanwezig. Namens de
andere ketken woonde het bestuur van
de_oecu,Penische raad de plechtigheid bij.
De beide dienstdoende ouderlingen, de
heeren J. Weener en D. L. van der
Roest, oud-zendeling, hadden hun plaatsen
- AX(
D
HERMUS
der uil
oor per
3der toe
e mogei
naast het doophek. Ter weerszijden van de
ruimte tegenover de preekstoel, waar de
Koninklijke familie en haar gaslen hadden
plaats genomen, waren de banken ingeno
men door de leden van het kabinet, dat
nagenoeg geheel voltallig aanwezig was,
door de leden van het diplomatieke corps,
van hst internationale gerechtshof, de voor
zitter en de procureur-generaal van den
Hoogen Raad der Nederlanden, de Com
missarissen der Koningin, de voorzitter van
de Rekenkamer, de kanselier der Neder-
iandsche orden, de burgemeesters der
hoofdsteden, vrienden en bekenden van het
Prinselijk paar en bevriende relaties uit de
illegaliteit. Verder waren er banken gereser
veerd voor het personeel van paleis Soest
dijk, voor autoriteiten van leger, vloot en
luchtmacht, voor vereenigingen, waarbij
Prinses en Prins betrokken zijn en voorts
voor de gemeenteleden.
Geheel rechts ter zijde was de Konink
lijke Christelijke Oratoriumvereeniging
„Kerkgezang* opgesteld om tijdens den
dienst den zang d^r gemeente te onder
steunen. Zoo woonden In totaal omstreeks
1200 personen deze plechtigheid bij.
Alle genodigden er werd geen gala
gedragen en de militairen waren in klein
tenue hadden hun plaatsen ingenomen,
toen de stoet aan de kerkingang arriveerde.
Aan de ingang van de kerk werd de Kon.
familie ontvangen door twee leden van de
kerkvoogdij en door de voorzitter en de
scriba van de kerkeraad. Deze commissie
geleidde de vorstelijke personen naar de
sacristie, waar de stoet werd opgesteld.
Kort daarop schreed deze de kerk binnen.
Voor de doopvor.t namen de Koninklijke
familie en haar gasten plaats. Op de eerste
rij van links naar rechts mevr. R^ël!—Feith,
Prinses Irene, Prins Aschwin, mevr Chur
chill, de Zweedse gezant, de^roothertogin
van Luxemburg, Prinses Julianaj Prins Bern-
hard, de Koningin, Prins Felix van Luxem
burg, Prinses Armgard, Prinses Beatrix, A.J.
Andree Wiltens en mevr. Post—Salomons.
Op de tweede rijadmiraal Helfrich, de
sultan van Pontianak, de minister-president
dr. Beel, de voorzitter der Eerste Kamer
prof mr. Kranenburg, de deken van het corps
diplomat'que Sir Nevile Bland, ambassadeur
van het Verenigde Koninkrijk, kardinaal De
Jong, aartsbisschop van Utrecht, de vice-
president van het internationale gerechtshof
mr. J. Basdevant, de voorzitter der Tweede
Kamer mr. van Schaik, de sultans van
Pontianak, de vice-president van de Raad
van State jhr. mr. F. Beelaerts van Blokland
en luitenant-generaal mr. Kruis.
Behalve de reeds genoemde autoriteiten
behoorden tot de gerodigden het gevolg
van de groothertogin van Luxemburg, leden
van de hofhouding van Koningin, Prinses
en Prins en de particuliere secretarissen van
de leden der Koninklijke familie enige hoge
Indische gasten, de Luxemburgse gezant,
de heer Collart, de leden van de Raad van
State, de burgemeesters van Apeldoorn,
Amsterdam. Den Haag, Rotterdam en Utrecht,
zomede Utrechtse autoriteiten en personeel
van het paleis Het Loo.
Na de gebruikelijke liturgie hield de hof
prediker, ds. J. F. Berkel, een predikatie
naar aanleiding van de woorden in Jesaja
43 lb: „Ik heb u bij uw naam geroepen.
Gij zijt de mijne".
De predikant zinspeelde vooral op de
betekenis der beide namen van de dopelinge.
Het Prinsesje draagt twee namenMaria,
zo heette de Moeder van Jezus, die luisterde,
anderen tot gehoorzaamheid aan Christus
drong en voor wie J°zus nog zorgde toen
Hij aan het Kruis hing. Maria heette de
vrouw, die, zittende aan Jezus' voeten, Zijn
woorden hoorde. Maria heette de Magda-
leensp, die anderen de boodschap bracht dat
Jezus leefde. En hel Prinsjesje heet Christina.
In deze naam horen wij Christin, bij
Christus zijnde.
De twee namen zijn symbolisch. Moge
zij zijn een Christin, die luistert: Gij zijt
van Mij, spreekt God. Maar zoals God
deze dopelinge roept, roept Hij ons allen.
Pas dan als wij gehoorzamen, kunnen wij
antwoorden„De Heer is mijn Herder",
kunnen wij er bijvoegen: „Al ging ik ook
in een dal der schaduw des doods, dan
nog is God mijn beschermer."
Na Gemeentezang las de predikant het
Formulier van de heilige doop. Na de
beantwoording van de vragen en gemeente
zang ging daarop de voorganger over tot de
bediening van de doop, waarna de dienst
met gemeentezang, gebed en het uitspreken
van de zegen beëindigd werd.
Na afloop van de kerkdienst begaf de
Koninklijke familie zich naar de sacristie,
waar haar gasten gelegenheid hadden te
feliciteren. Ds. Berkel overhandigde hier
aan het Prijselijk Paar een oorkonde,
welke getekend is door de Utrechtse
calligraaf Haalboom.
De president-kerkvoogd, mr. Veen, bood
namens de kerkvoogdij een verkleind model
van het doopbekken in zilver aan. Op de
bodem is een afbeelding van de Domkerk
aangebracht en op de achterzijde het kerke
lijk wapen met de woorden „aangeboden
door de kerkvoogden 9 October 1947".
Namens de kerkeraad bood de voorzitter,
ds. Brinkman, een bijbeltje met opdracht aan.
Kort daarop verliet de Koninklijke familie
met haar gasten het kerkgebovw om de
terugtocht naar Soestdijk te aanvaarden.
De heer Jan Wagenaar begon aanstonds
na afloop van de plechtigheid met de uit
voering van een beiaardprogram.
Controle óp kamerhuren.
De controle op de kamerhuren al of niet
met pension heeft de controledienst ai veel
hoofdbrekens gekost. Tegen de toestanden,
welke te dezer zake in ons land en meer
in het bijzonder in enkele groote steden
heerschen moest worden opgetreden.
Hoe toch is de situatie
Elke Nederlander, die zoo gelukkig is
de beschikking te hebben over een vrij
huurhuis, betaalt daarvoor dezelfde huur
waarde als die Voor den oorlog gold. Door
de vernietiging van vele woningen, hetzij
door bombardementen of beschietingen is
een zeer groot woningtekort ontstaan en is
een gedeelte van de Nederlandsche bevol
king genoodzaakt bij anderen in te wonen
en de ervaring heeft geleerd, dat voor
veelal zeer beperkte bekrompen woon
ruimte huren moeten worden betaald welke
ver uitgaan boven de huren, welke voor
den oorlog voor een behoorlijke woning
werden betaald.
Daar komt nog bij dat degenen, die ge
noodzaakt zijn op kamers te wonen, veelal
tot de financieel minst draagkrachtigen
moeten worden gerekend. De groep kamer
huurders bestaat toch in hoofdzaak uit
gerepatrieerden, oorlogsgetroffenen en jong
gehuwden.
De groote moeilijkheid, waarvoor de
Controledienst hierhij echter komt te staan
is gelegen in het feit, dat van dit optreden
zoo heel gemakkelijk juist de kamerhuur
ders de dupe worden.
Herhaaldelijk is gebleken, dat indien
door de Controledienst tegen de verhuur
ders van kamers prcces-verbaal wordt opge
maakt, zij zich niet ontzien om alle mid
delen toe te passen welke er toe kunnen
leiden dat de kamerhuurders toch de te
hooge huren betalen of genoodzaakt worden
een ander onderdak te gaan zoeken, waar
door zij indien dit gelukt, veelal van den
regen in den drop komen.
De Controledienst heeft dan ook gezocht
naar een methode, waarbij het doel, n.l.
het tot een verantwoord peil terugbrengen
van de kamerhuren, zou kunnen worden
bereikt, zonder dat de huurders daarvan de
dupe worden. Daarom is contact opgeno-
nomen met vereenigingen en instanties, die
de belangen van groote groepen kamer
huurders behartigen, zooals de N.E.I.E.G.,
D.B.V.O. enz., welke vereenigingen en
instanties dezerzijds met de bestaande
voorschriften inzake kamerhuren en prnsions
in kennis werden gesteld en werden ver
zocht om gevallen, waarin te hooge prijzen
werden gevraagd, aan het Directoraat-
Generaal van de P/ijzen door te geven.
Deze gevallen werden in eerste instantie
behandeld door de Prijz'nbureaux voor
Onroerende Zaken, welke bureaux de wet
telijk toelaatbare huren vaststelden en langs
den weg van bemiddellijk overleg trachtten
de prijzen op het toelaatbare niveau te
brenger.
Alleen de gevallen, waarbij dit overleg tct
geen gunstig resultaat kon leiden, werden
aan de Controledienst doorgegeven, welke
dan met proces verbaal moest optreden.
Informatorische onderzoeken, gedurende
enige maanden ingesteld en waarbij ook
onze vrouwelijke opsporingsbrigade is irge-
schakeld, hebben toestanden aan het licht
gebracht, welke zonder meër alle perken te
buiten gingen.
Er kwamen ge/allen aan het licht, waarbij
300 of 400 pet. boven de toelaatbare prijzen
moest worden betaald. Gebleken is, dat in
vele gevallen hele gezinnen hierdoor in
ernstige financieele moeilijkheden zijn geraakt
met alle kwade gevolgen van dien, zoals
ondervoeding, het zich in schulden steken,
gaan meedoen aan zwarte handelspractijken
enz. Ook de hygiënische toestanden waren
in bepaalde gevallen ten hemel schreiend.
Ik mag niet nalaten hier naar voren te
brengen dat ook in dit geval de medaille
twee kanten heeft.
Hoewel de houding van vele kamerver
huurders, die toch in feite parasiteren op
de ellende waarin vele landgenoten volkomen
buiten eigen schuld door de oorlogsomstan
digheden zijn geraakt, nimmer is goed te
praten, voel ik mij verplicht op deze plaats
ook te wijzen op de onjuiste houding welke
sommige kamerhuurders tegenover de ver
huurders aannemen.
De huurders dienen toch te beseffen, dat
ook de verhuurders in vele gevallen slechts
door de huidige omstandigheden en dikwijls
op last van de overheid zijn genoodzaakt
een deel van hun huis en eventueel van hun
meubelen aan anderen af te staan. Dat dit
in het algemeen een zware opoffering be-
teekent, zal een ieder beseffen.
Helaas hebben wij bij ons werk moeten
constateren dat niet altijd de huurders aan
redelijke eisen van de verhuurders voldoen.
In bepaalde gevallen is geconstateerd dat
de woonkamer als keuken werd gebruikt
en wel op zodanige wijze dat alle meubelen,
de stoffering, behang enz. in betrekkelijk
korte tijd zo ernstig waren vervuild en be
schadigd, dat na vertrek van deze huurders
de vertrekken practisch geheel opnieuw
moesten worden gewit, behangen en gestof
feerd en de meubelen wel naar de vuinisbelt
konden worden gebracht en dit alles terwijl
de keuken mede ter beschikking van de
huurder stond.
Dit laatste kon natuurlijk nimmer een
reden zijn om de vele kamerhuurders, die
wel aan de redelijke eischen van de ver
huurders voldeden, toch niettemin het vel
over de ooren werd gehaald, aan hun lot
over te laten en daarom is eenigen tijd
geleden in nauwe samenwerking rmt de
betrokken prijjvormende Afdeeling van het
Directoraat-Generaal van de Prijzen en met
de Prijzenbureaux voor Onroerende Zaken
besloten een actie in te stellen ten aanzien
van deze kamerhuren, welke actie is begon
nen in Amsterdam en Den Haag. Ook
thans is nog van het standpunt uitgegaan,
dat zooveel mogelijk moest worden ver
meden dat de kamerhuurders van dit optre
den de dupe zouden worden en daarom is
aan de ambtenaren de opdracht verstrekt
minder ernstige gevallen in handen te stel
len van de prqzencommissies of van de
prijzenbureaux voor Onroerende Zaken op
dat deze zouden kunnen trachten door
minnelijke schikking tot een bevredigende
oplossing te komen, terwijl alleen in ernstige
gevallen met een proces-verbaal is opge
treden.
Pantser contra 7-December.
Het gebeurde ergens in een stedeke op
Java's Noordkust, waar de oorlogsvrijwilligers
van de Huzaren van Boreel met een vaart
waren binnengereden, als eerstelingen voor
de infanterie uit.
Toen ze daar een paar dagen zaten, kwam
de 7-December Divisie de zaak overnemen
met infanterie en bewakingstroepen.
Abonnements
prijs:
Losse nummers 5 ct.
Kwartaal
abonnement
Axel binnen de kom
fl 1,25
Alle andere plaatsen
in Nederland en
Ned. Indië fl. 1,55.
Buitenland fl. 2,
Advertentie prijs
7 cent per m.m.
Ingezonden
Mededeelingen
20 cent per m.m.
Kleine Advertentiën
(maximum 8 regels)
1 - 5 regels 60 cent.
iedere regel meer
12 cent extra.