AXELSCHE m COURANT
gelijk
„En het tweede is
daaraan
Egoermont's nieuwe openluchtspel:
y
Frankeering bij abonnement Axel.
ZATERDAG 12 JULI 1947.
61e JAARGANG No. 78.
Frankeering bij abonnement Axel.
WOENSDAG 9 JULI 1947.
61e JAARGANG No. 77'
NIEUWS- en ADVERTENTIEBLAD
Verschijnt iedere
VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN
Woensdag en Zaterdag
Drukker-Uitgeefster:
Firma J. C. VINK
Adres Redactie en Administratie:
AXEL Markt 12 Postbus 16 Tel. 56§
Hoofdredactie:
T. C. VINK-van VESSEM
DRAMATISCH SPEL VAN LIEFDE
EN BOERENTROTS.
Een pleidooi voor naastenliefde.
Van den bekenden Zeeuwsch-Vlaamschen
auteur J. L. Eggermont te Kloosterzande
ging Zondagavond de première van diens
nieuwe openluchtspel, opgevoerd door de
tooneel- en muziekvereeniging „St. Cecilia"
aldaar.
Op de weide van dhr. Vereecken viel op
het stemmige décor, voorstellende een 17e
eeuwsche boerenwoning in trapgevel-stijl,
benevens een poortje, keuken en zomer
huisje. Dit alles, zooveel bijdrager.de tot de
juiste sfeer, was evenals de grime
verzorgd door de meesterlijke hand van
dhr. Fr. de Potter te St. Jansteen.
Na een kort openingswoord en een toe
lichting van den auteur-reglsseur-tooneel-
spelet J. L. Eggermont, nam de première
van het drama in vier bedrijven, waarvoor
groote belangstelling bestond, een aanvang.
Korte inhoud.
Boer Binders, een bruut en een koppig
mensch, en diens vrouw Tiele trachten hun
dochter Greta te bewegen tot een huwelijk
met een naburigen rijken boerenzoon Miel
Brummers. De dochter laat zich evenwel
niet overreden en zegt zichzelf wel een
partij te zullen kiezen.
De oudste zoon van Binders, Leon, is
verliefd op de meid Irma Heizen, dochter
van een ouden arbeider, die door Binders
wegens zijn leefiijd ontslagen is. De boerin
verbiedt de meid den omgang met hun
zoon, haar daarbij duidelijk wijzende op
het standsverschil.
Ais Greta's ouders de moeder door
zachte overreding, daarbij wijzende op de
beslissende rol van het geld in het leven,
de vader in krachtige termen, en tevens
gebruik makend van zijn dictatoriale positie
op de hoeve hun wil weer aan hun
dochter willen opdringen, laat zij zich haar
moderne opvattingen niet uit het hoofd
praten. Als Miel Brummers op bezoek komt
en aarzelend om haar hand vraagt, zegt zij
alleen te zullen trouwen met den man dien
zij liefheeft. Ook haar broer Leon heeft
deze opvattingen „Wij jonge boeren zijn
niet meer dezelfde stijve koppigaards van
vroeger. Wij zien in, dat we allen menschen
zijn." Er komt een zonderlinge figuur, een
idealist, op de hoeve van Binders. Hij wordt
in verband met de aanstaande oogstdrukte
als arbeider aangenomen.
Enkele dagen later vertelt da zonderling
zijn levensloop. Hij voelde in zijn priester
studie geen bevrediging entrok de wereld
door om naastenliefde te prediken. Zijn
idealen vonden wel instemming, doch de
practische daad bleef veelal achterwege.
Leon Binders verklaart de dienstmeid
irma Heizen zijn liefde. Boer Binders is
getuige van een omhelzing en wil irma
wegjagen. De zoon stelt zichzelf verant
woordelijk en Irma mag blijven. De zon
derling wijst den boer op het gebod tot
naastenliefde, „daar door trots en haat het
heele menschdom ten gronde gaat."
Greta blijft zich tegen de huwelijks
makelarij verzetten. Zij is verliefd gewordan
op den zonderling; ook het omgekeerde is
het geval. Irma's moeder is ernstig ziek en
het echtpaar Binders gebruikt dit om hun
zoon nog meer van zijn geliefde te ver
wijderen. De zoon volhardt in zijn liefde en
zijn moeder Tieie betrapt hem bij een
nieuwe liefdes-scène. De zonderling ver
klaart Greta zijn liefde, waarvan hij, in
verband met zijn roeping, afsiand doet.
Ook boer Binders betrapt Zonderling met
zijn dochter en jaagt hem weg. Hierdoor
ontstaat een nieuwe scène tusschen vader
en moeder Binders. De man verwijt zijn
vrouw, dat haar vaders aard in hun kinde
ren leeft. De boerin begrijpt daaruit, dat de
kinderen gelijk hebben en liefde de voor
waarde moet zijn voor een huwelijk.
Binders' jongste zoontje Fonske wordt
door een trap van een paard gedood en
door den zonderlirg aan de ouderlijke
woning gebracht. Binders, die zich tot nu
toe alleenheerscher voelde, geeft toe, dat
er een God boven hem staat. De zonder
ling besluit na een moeilijken strijd zijn
liefde op ie offeren voor het heil der
menschheid. In de slot-scène weet de zon
derling Binders ervan te overtuigen, dat hij
ter nagedachtenis van zijn kind het hoofd
moet buigen. Aan het einde klinkt nog
maals de stem van den zonderling met het
gebod: in de eerste plaats God lief te
hebben en het tweede gebod dat daaraan
gelijk is den naaste als zichzelve.
Spel en spelers.
Resumeerend kan gevoegelijk gezegd wor
den, dat onder Eggermont's regie de ver
tolking van dit nieuwe dramatische stuk
prachtig dilettantenwerk is geworden, wat
in elk der vier bedrijven het publiek wist
te imponeeren.
Van de voortreffelijk spelende dames viel
o.i. vooral Greta op, bij de heeren Serfien
Maloot, boer Binders en diens zoon Leon,
terwijl ook de auteur zelf een prachtige
creatie gaf als de zwervende idealist.
Overduidelijk bleek weer bij dere première,
hoezeer het dialect hoe onberispelijk
werd het hier gesprokeneen onmisbare
factor vormt bij de opvoering van derge
lijke stukken.
Het kenmerkende in al Eggermont's
geestesproductende waarheidsliefde, het
volks-eigene en de eenvoud geven ook dit
stuk door zijn boeiende uitbeelding van
het boerenleven weer een ongemeene
bekoring.
Ik heb kennissen.
Ik heb kennissen gekregen, goede ken
nissen en ik ben er als kind in huis.
's Avor.ds zit ik mee aan tafel, drink hun
«kcffie en eet mee wat zij zelf eten. De
kinderen roemen mij oom. (Dan voel ik
mij natuurlijk.)
„Hij" is bij het K.N.I.L. al zoo'n jaartje
of twintig zit hij bij „Jan*. Hij heeft al
heel wat meegemaakt
ook. Als hij vertelt
verhaal alsof het een
zicht en zijn handen
ziet de „dubbele", die
de „ouwe", die hem
ziet en hoort den Jap, die hem afranselde.
Op zijn gezicht spiegelt zich weer de af
matting, toen hij met spoorbielzen liep te
sjouwen aan de Birma-spoorweg. Van zijn
gezicht spreekt de dapperheid van zijn
vader, die in Atjeh gevechten heeft en die
zoo'n goudwinkeltje op zijn borst hangen
had, en even wordt zijn stem zacht, als hij
vertelt van zijn kameraad, die door de
Jappen doodgeslagen werd.
Zijn vrouw schenkt nog een kom koffie
in en dan vertelt hij weer verder over
generaal die en dip, die soms op inspectie
dat en dat tegen hem zei.
Zijn verhaal is doorspekt met allerlei
uitdrukkingen, waar ik eerst wel eens wat
vreemd tegenover stond. En hg vertelt
maar
„Betoel Kerel, toen ik met mijn sectie op
een tjot lag, ik dacht, morgen is mii* vrouw
weduwe, want die kerels zijn rare oTnatangs
en ja, daar kwamen ze aangestormd en ik
Het ze maar komen, hé, liet ze alsmaar
komen en op een vijf en twintig meter,
daar ging het erop. Teroes... pang, pang,
pang, takketakketak, takketakketak
En je zag hem loeren, zijn vinger de haan
overhalen en zijn lichaam met het takke
takketak meetrillen.
„Nou Kerel, in een oogenbilk soedah
mati, maarredrink eens leeg, dan kan
moeder ze weer vullen, enne, heb ik je wel
eens verteld, toen ik voor straf op meer-
daagsche oefening moest Nou, Jat zat
zoo, hé, ze wouen me toen lijmen voor
een vuil bakkie.
De Ouwe zei tegen mij maar dan
komt moeder er tusschen.... „Het is al
half elf toch".„O ja Kerel, een andere
keer dan, drink je koffie en dan naar je
tangsi. Wanneer kom je weer Je bent
altijd welkom hoor, beschouw dit maar als
je eigen huis."
En 's avonds onderweg naar de tangsi,
bedenk je, wat een toffe menschen dit toch
zijn. Ze hebben Holland nog nooit gezien,
maar hebben er meer voor gedaan dan de
meesten van ons. Soms spreekt hij wel
eens over de toekomst en vraagt zich dan
angstig af, wat zal er van ons worden.
Stuk voor stuk hebben ze daadwerkelijk
gevochten voor de Nederlandsche zaak.
Moeten zij zich nu afvragen„En wat
wordt er van ons
Eerbied en hulde voor de mannen van
het K.N.I.L., aan de ex-krijgsgevangenen,
Gadjah Merah, Andjing Nica en al de
andere Jannen.
Dank voor de gastvrijheid en huiselijke
sfeer, die een Hollandsche jongen het
meest in lndië mist.
„Ik heb kennissen en hun kinderen noe
men mij Oom, ik drink hun koffie en ben
er als kind in huis. Soedah I"
Korp. J. v. d. Boog,
4e Comp. A.A.T. (O.V.W.)
en hij kan vertellen
dan vertelt hij het
tooneel is. Zijn ge
vertellen mee en je
naar voren stormt en
een douw gaf. Je
Uit onze omgeving.
ZEELAND OFFERDE f 2930 VOOR
BLEEKNEUSJES.
De collecte voor het Bio-Vacantieoord
op het Russenduin te Bergen, die in de
Paaschweek in de Nederlandsche filmtheaters
werd gehouden heeft in onze provincie in
totaal f 2931,14 opgebracht.
De navolgende resultaten werden bereikt:
„Grand", Goes, f 520,36; „Alhambra",
Vlissingen, f421,54; „Electro", Middelburg,
f 286,43 „Concertgebouw", Hulst, f 273,85
„Het Centrum", Axel, f 218,45; „Luxor",
Vlissingen, f214,94; „Schelde", Yerseke,
f204,42; „Luxor", Terneuzen, f 186,03
„Concertzaal", Zierikzee, f 156,86„Con
certgebouw", Ternruzen, f 113,75; „Ledel",
Oostburg, f90,13; „Hofzicht", Ijzerdijke,
f78,01 „Olympia", Sas van Gent f76,18;
„Grahamme", Sluis, f 67,95; „Luxor",
Philippine f 22,24.
o
en anderen kant is het
loraal bij een actie voor
:lt U de moeilijkheden,
met zichzelf heeft uit te
I er waarschijnlijk riiets
hrijven, maar dit en al
en laten den militair het
n moeilijkheden.
:er, nu militair bij de 7-
ertelde van z'n makker:
we nog gepraat over
mnacht werd hij dood-
in ik het me niet voor-
t'n bed. Ik lig er, ondanks
!i op te wachten, dat hij
den komenden nacht zal
kon ik zijn laatste brie
postbus halenMoge
ontfermen, zoo bad ik.
ti'n oudets, dat zij steun
als mijzelf eens zooiets
„Us heitelan is yn'e
Ierland is in den hemel).
>en mijn kameraad sneu-
oelde ik op dat oogen-
n uur elk moment kon
betrekkelijkheid van dit
waarvoor God mij naar
sst het leven leeren ken
en met die dood
:e jongensIndonesiërs,
itervend langs de wegen,
kwijls met een kluit kar-
jls geneesmiddel en soms
.s als verband. Mannen,
weden ophielden of zelfs
rokken om er een schep
in te ontvangen,
r enkele voorbeelden van
hebben beleefd. Er is
:er. Ik heb militairen op
jagen, cocosnoten uit de
ieten, zich zien scheren
zien beklimmen, gewa-
en doorzoeken, gevange
zien zweeten, gewonden
genieten van de Indische
i, rijst met heete kruiden
iderd zien kijken naar de
rnwen en mannen was-
scher, zwemmen en hun
En ik heb de soldaten
zien genieten, zich hui
zien afkeeren, zich zien
nadenken over d a t
(Wordt vervolgd).
ijd nog „ruiger".
gegeven. In September 1927 kon öe nieuwe
autospuit worden afgeleverd. De zware
Minerva met een flinke capaciteit en met
;ich voerende ladder, 500 M. slang en
iverige benoodigdheden.
De motorspuit bleef nu meer als reserve,
maar de gemeente leefde nu in het ver
trouwen dat bij een capaciteit van 1500 L.
per minuut een uitgebroken brand in korten
tijd bedwongen kon worden. Het verrijzen
van een groot-industrie op de rand der ge-
tage, INaiUUrnjK nier wen fftfï mies-nraani
van een N.S.B.-er in baand vloog, maar toen
19 Maart*'42 de groote landbouwschuur
van Hamelink achter de Weststraat tot den
grond toe afbrandde en een defect aan de
dorschmachine de oorzaak was, kwam er
wat los. Een vurige, brandige reputatie
heeft het „Plaatje." Hoeveel meter slang we
uit moeten loopen naar de vlasfabriek van
de Waele, weten we vooruit, maarGeensen
was in 1943 voor ons een nieuw geval.
zij zoo toch op de hoogte van den toe
stand. Tegelijkertijd maken ze patrouilles
mee door de blubber van de sawahs en
door de stekelige bosschen. Er wordt ge
vochten en hun gedachten blijven stil staan
het mysterie van de geweldadige dood
een kameraad oi tegenstander.
Een korporaal zei eens het volgende:
Eenerzijds mag ik niet roekeloos of onvoor-
zichtig zijn, omdat ik dat m'n meisje be-
bij
van
ruiger, zei kleine Eddy
op de boot, toen zijn
r weer opnieuw met de
n ren geworgde makke
ng waggelde, om zijn pas
mnekoeken liefdevol aan
verhouwen „'t Kan nog
nkele maanden later toen
tij Masing rond en bijna
letterden.
agzin geworden, 't Kan
gerOok al zit de bull-
sg tegen een helling, ook
dag bij de bruggenbouw
in de kail en zelfs ais er
ge infanterist komt infor-
jng onderhaand klaor is"
je geduld.
van ruigheid werd toch
door een artikel, dat ik
ich journalist over onze
ilë las. Zinnen zooals
ettegenslaar.de dat, zongen
lied" waren schering en
ekte een geweldige be-
ders zoo rustige tent. En
amens ons ruige ploegje,
n, namens alle voorposter,
r de stemming is opper
wals hij het schrijft. Als
dat, desalniettemin" voor
de rug is, worden er
a's meer gezongen. Er
tegen de djongos gebruld
„„mo., een langgerekt „banjak"
er achter aan 1 Beslijkte schoenen en sokken
worden uitgetrokken en brengen de djongos
op topsnelheid.
Sip en nog eens sip. Man, dat is ons
halve leven hier. Zoudt u dit als 't u be
lieft van mij willen gelooven meneer de
journalist, of bent u reeds broedende op
nieuwe dingen uit ons „mooie" leven. Zet
het uit uw hoofd en schrijf niet meer over
wuivende palmen of alang-alang zich zachtjes
Abonnements
prijs
Losse nummers 5 ct.
Kwartaal
abonnement
Axel binnen de kom
11 1,25
Alle andere plaatsen
in Nederland en
Ned. Indiê il. 1.55.
Buitenland il. 2.
Advertentie prijs
7 cent per m.m.
Ingezonden
Meaedeelingen
20 cent per m.m.
Kleine Advertentlén
(maximum 8 regels)
1 5 regels 60 cent.
iedere regel meer
12 cent extra.
t.
ir
vc nviuvil
VIlUb WlftLli wiiMVMiiig'