A ALGEMEENS VERGADERING AXELSCHE COURANT SprekerDe WelEd.Cestr. Heer CH. v. d. HEUVE STICI AXEL TEPN Voor biljet •J 1 van de C.B.T.B, op 15 JANUtRI, des namiddags 4 uur te TERNEUZEN in het Bötel „Des Pays Bas met het onderwerp 61e JAARQ. No. 37 Tweede Zaterdag 8 Febr. 1947. Blad Het internationale landverkeer. NEDERLAND OP DEN DREMPEL VAN EEN WERELDDEEL. In den bloeitijd van ons volksbestaan kregen de Nederlanders den eerenaam van „vrachtvaarders van Europa". Of, om het in de taal van onzen tijd te zeggenin de gouden eeuw verdienden wij deviezen op zee. In de twintigste eeuw doen wij dat op de rivieren en over land. Dit is een gevolg van de ligging van Nederland op de wereldkaart. Ons land ligt op den drempel van een werelddeel en onze stranden worden be- spoeld door een wereldzee. Het vlakke land bezit natuurlijke invalspoorten in een paar groote, goed bevaarbare rivieren, die diep doordringen in het achterland, dat sterk geïndustrialiseerd is. Dit bepaalt onze positie als doorvoeriand. Vooral sinds het Ruhrgebied een van de belangrijkste industriegebieden is geworden, sinds de Duitsche hoogovens ertsen vragen uit Zweden, Spanje en Noord-Afrika, sinds in het Rijngebied kolen worden gedolven voor de ovens en kachels ver over zee, sinds in de Rijnprovincie zooveel menschen wonen dat zij zouden verhongeren, wanneer Argentië, de Vereenigde Staten en Canada geen scheepsladingen graan leverden, sinds het Ruhrgebied de wereld overstroomt met de producten van zijn metaalnijverheid, van fabrieksinstallaties tot scheermesjes, en sinds er langs den Rijn een der belangrijkste chemische industrieën is ontstaan, die kunstmest en aspirine maakt. Sindsdien zijn er pientere schippers van het slag, dat Herman de Man in zijn „Aart Luteyn de Andere" heeft geteekend, zijn er Nederlandsche machinisten, die met hun locomotieven treinen iaten snellen van de Duitsche grens naar de Nederlandsche havens en terug, zijn er sinds de laatste jaren ook Nederlandsche chauffeurs, die tusschen onze havensteden Rotterdam en Amsterdam en het achterland af en aan rijden. Doorvoer met overlading. Of zij nu hun roer, hun stoomschuif of hun stuurrad bedienen, zij allen leggen het contact tusschen de wereld -over-ze^ en het Europeesche achterland. Zij allen geven hun krachten aan den doorvoer met cover lading, zooals dit officieel heet. Zij allen bewijzen diensten aan het buitenland en verdienen daardoor deviezen, die ons dicht bevolkte land voor het evenwicht in zijn nationale huishoudrekening zoo broodnoodig heeft. Ook verschaffen zij werk aan het leger van bootwerkers, aan hen, die de kranen en lichters bedienen, aan de talloozen op de kantoren, die dit vervoer organiseeren, aan de werven, die de schepen bouwen en aan de fabrieken, die onze haveninstallaties verzorgen. Deze doorvo r is voor ons dus van groote beteekenis. Wanneer Rotterdam geen door voer bezat, zou het in 1938 niet veertig, maar slechts tien millioen ton goederen hebben verwerkt en zou het een derderangs haven zijn van bescheiden nationaal formaat. Nu was Rotterdam de eerste haven op het Europeesch vasteland en ging er meer om dan in alle Duitsche Noordzeehavens samen. Nu had het anderhalf maal zooveel te doen als Antwerpen. Daarnaast kwam de doorvoer, die wel door ons land ging, maar niet onze havens aandeedde schepen, die via Lobith over den Waal naar Antwerpen en Qent voeren en terug. Weliswaar verdienden onze havens daar niet aan, maar wel onze Rijnvaart en onze werven. Alles bijeengenomen, hebben wij de helft van het binnenlandsche vervoer aan den doorvoer te danken. Driekwart van dien doorvoer kwam van onze havens af of ging er heen. Onze binnenvloot mat voor den oorlog 4,4 millioen ton, onze Rijnvloot 2,8 millioen. Van ongeveer de helft van alle schepen op de Rijn woei de Nederlandsche vlag. Voor onze Spoorwegen beteekende dit transietverkeer een belangrijke aanwinst in hun buitenlandsch transport. Alleen al aan Duitschland verdient ons land per jaar ongeveer 60 millioen gulden, d.i. een zesde van alle diensten, die wij aan het buiten land leverden. Gevaren. Niettemin stond onze positie aan vele gevaren bloot, dikwijls door factoren buiten onze macht. Als het ergens in de wereld slecht ging, of als Duitschland den voorkeur gaf aan slecht erts uit eigen bodem boven goed erts uit Zweden, dan verminderde daardoor het vertier in onze havens, dan lagen de kranen stil en rijden de ieege schepen zich aaneen. Weliswaar lagen wij tusschen de zee en een hoogst belangrijk industrie-complex, bezaten we rivieren, die zich bij uitstek leenden voor een rustige vaart tot ver het binnenland in en konden wij wijzen op den meest natuurlijken verbindingsweg en op een groote mate van veiligheid van het vervoer, maar dit nam niet weg, dat wij geen enkelen dwang op het buitenland konden uitoefenen, om nu juist van onze verkeerswegen gebruik te maken en den kortsten en goedkoopsten weg te kiezen. Er waren ook andere havens, die het ver voer van en naar het hart van Europa tot zich wisten te trekken. Nederland heeft in het verleden terdege den invloed van de havens van Emden, Hamburg, Bremen en Antwerpen gevoeld. Vooral de Duitsche vervoerspolitiek heeft zich in dit opzicht niet onbetuigd gelaten. Hamburg in de eerste en Emden in de tweede plaats zouden tot groote Duitsche havens moeten uitgroeien. Ging het niet van nature, dan maar met allerlei kunst middelen. De Duitsche spoorwegen tapten vervoer af met lage uitzonderingstarieven naar en van de eigen zeehavens. Langzaam aan eerst, met een klein aantal goederen, totdat voor den tweeden wereldoorlog onge veer zeventig uitzonderingstarieven nage noeg alle belangrijke goederensoorten van onze havens naar de Duitsche zeehavens poogden weg te zuigen. Het verdrag van Versailles had welis waar eenige verlichting gebracht, maar reeds spoedig keerde Duitschland tot zijn oude practijken terug. Het had nog een pijl op den boog. Er waren goederen, waarvan het vervoer te water over Rotterdam zoo goedkoop was, dat spoorwegvervoer daar mee heel moeilijk kon concurreeren. Om dit vervoer naar zich toe te trekken en bovendien de protesten van de Duitsche binnenvaart te doen verstommen werd het Dortmund—Eemskanaal gegraven en later Mittellandkanaal geopend. Over het resultaat konden de Duitschers tevreden zijn. Emden werd van kleine visschershaven een belangrijke ertsinvoer- en kolenuitvoerhaven. Ook het vervoer over Hamburg steeg belangrijk. Het verlies, dat Nederland door deze politiek leed, is niet gemakkelijk te becijferen. Maar men schat dat daardoor 47 millioen ton goederen per jaar aan ons zijn voorbijgegaan, waar van 4 millioen ton aan onze Rijnvaart en 700 000 ton aan onze spoorwegen. Geen wonder, dat Rotterdam en de Neder landsche Spoorwegen zich legen deze poli tiek hebben verzet. Daarom heeft onze regeering er herhaaldelijk bij de geal lieerde mogendheden op aangedrongen, in het vredesverdrag met Duitschland voor zieningen te treffen, die een dergelijke concurrentie in de toekomst onmogelijk maken. Ook tegenover België was waakzaamheid geboden. Wel lag Antwerpen verder van den Rijn af, maar de Belgische regeering vergoedde de sleepkosten van Dordrecht rnTrmv i i£. Vraagt gratis prijscourant, welke blanco wordt toegezonden. wm naar Antwerpen. Ook had deze haven hijzondere voorrechten voor het vervoer naar Straatsburg Intusschen kon deze con currentie in 1939 bij verdrag in goede banen worden geleid. We zullen alles moeten doen om onze doorvoerfunctie te beschermen en uit te breiden. Evenals bij den uitvoer van goe deren moeten bij dezen export van diensten, prijs en kwaliteit den doorslag geven. Het internationale vervoer kiest den weg, die het goedkoopst en het snelst is. In het buitenland moeten wij den naam krijgen, dat onze haveninrichtingen voor een snel len overslag zorgen, dat wij de snelste vrachtvaarders op den Rijn zijn, dat onze spoorwegverbindingen niets te wenschen overlaten en dat een betrouwbaar auto transport ten allen tijde beschikbaar is. Voor ons vervoerwezen ligt hier een belangrijke taak. De spoorwegen hebben op dit gebied al iets weten te bereiken. Een enkel voorbeeldvier h zes maal per week vertrekken op het oogenblik goederen treinen van Rotterdam naar Tsjecho-Slowa- kije. Voor het eerst in de geschiedenis loopt een Scandinavië express van Hoek van Holland naar Kopenhagen en sinds kort loopt er weer een trein van den Hoek over Keulen naar Bazel. Ook de vrachtauto beijvert zich in dienst betoon aan het buitenland. De oprichting van de N.I.W.O., de Nederlandsche Inter nationale Wegvervoer Organisatie en het vervoer naar het verre achterland van Tsjecho-Slowakije, Oostenrijk en Hongarije vormen hier de eerste belangrijke stappen. Wat de toekomst ons brengen zal, ligt in vele opzichten nog in het duister. Veel hangt af van de ontwikkeling van het Duitsche achterland, veel ook van de hou ding der bezettingsautoriteiten van Duitsch land tegenover onze havens. Wij zijn ten aanzien van dit alles niet zonder zorg (en de afloop van de recente onderhandelingen terzake hebben deze zorg stellig niet weg genomen). Maar laten de Nederland sche vervoerders, alles in het werk stellen, om iedere reden tot omlegging van het vervoer weg te nemen. Laten wij de voor- deelen van onze ligging aangrijpen, zoodat wij den faam van een voorgeslacht kunnen overnemen door te zijn de vrachtvaarders en vrachtrijders van Europa. Nieuwe bonnen. voor het tijdvak van 9—22 Februari. Bonkaarten KA, KB, KC 701 (Strook no. 4.) 59—6 Alg. 750 gr. suiker, boterham strooisel enz. of 1500 gram jam, stroop enz. of 750 gr. chocolade of suikerwerk, 59—7 alg. 1 ei, 59—8 alg. 500 gr. sinaasappelen Bonkaarten KD, KE 701 (Strook no. 4.) 60—3, 60—4 alg, 250 gr. suiker, boter hamstrooisel, enz. of 500 gr. jam, stroop enz., of 250 gram chocolade of suikerwerk, 60—5 alg. 1 ei, 60—6 alg. 1000 gr. sinaas appelen. Bonkaarten MA, MD 701 (strook no. 4) 59—4 suiker 250 gr. suiker, boterham strooisel. enz. of 500 gr. jam, stroop, enz. of 250 gr. chocolade of suikerwerk. Tabakskaarten, enz. T 69, T 70 2 rantsoenen tabaksartikelen. V 70 200 gr. chocolade er/of suikerw. of 200 gr. suiker, boterhamstrooisel, enz. of 400 er. jam, stroop, enz. X 69 2 rantsoenen tabaksartikelen. X 70 100 gram chocolade er /of suiker werk, of 100 gr suiker, botprhamstrooisel. enz. of 200 gr. jam, stroop, enz. Op de suikerbonnen is voortaan naar keuze ook chocolade of suikerwerk ver krijgbaar. Op de bonnen voor versnape ringen kan men desgewenscht ook suiker of jam koopen. De volgende bonaanwijzing voor suiker en versnaperingen zal op Donderdag 20 Februari plaats vinden. De bonnen voor sinaasappelen moeten uiterlijk op Woens dag 12 Eebruari a.s. ingeleverd worden bij een handelaar in groenten er/of fruit. Frankeerlnj De mater De h volgende Het is definitieve rieele oor vorderd st Spoedige worden ve Tot he< herstel en bij diverse liuiten hel De definit besluit o| F 255 vi meest om tot nog to Allereer voering v Dm Haag selijke org welhaast tot een o\ verloop e taten van Miseerde de gemei gedupeerd Het alle vroegere tieele reg beschadig en bedrij basis gold die meest; de tegenw kosten. 1940 blij! verschillet het gevol zeer onge is gestred een redeli nieuw vo< Aan hel installatie kost van tegemoet ciering v Hoewel voorgestel bare oplo concessie' De finr t'nteloozf worden v gebruikt c vast te reulegpvei even omre M'i 1940, perdu. A gebruikt de grnott hyoothetis rische ob drijfsgrool kan de v belangrijk dien her gerlupeerc voor dez werken i eedupeerc lot te vpe tot een herstel- Markt 12 AXEL, kjWOI TQ -Jw I-ft Abonnem pril» lont numm I wartaal- cbonnem.n! AXEL blnn«i H. 1.25 Alle ander* i 11. 1.55

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1947 | | pagina 6