t AXELSCHE IK COURANT AXELSCHE COURANT Vmm V. Franrceering bij Abonnement Axel. ZATERDAG 7 JUNI 1947 61e JAARG No. 68 NIEUWS- en ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN Frankeering bij Abonnement Axel. WOENSDAG 29 JANUARI 1947. 61e JAARG. No. 34 NIEUWS- en ADVERTENTIEBLAD Verschijnt iedere VOOR ZEEUWSCH -VLAANDEREN Woensdag en Zaterdag Drukker-Uitgeefster-, Firma J. C. VINK Adres Redactie en Administratie: AXEL Markt 12 Postbus 16 Tel. 56§ Hoofdredactie: T. C. VINK - van VESSEM Het leven aan boord van een walvischjager. De speciale verslaggever aan boord van de .Willem Barendsz" op „excursie" met een vangschip. De speciale verslaggever aan boord van de „Willem Barendsz" seint Wij bevinden ons in open water, maar er is veel ijs om ons heen. Je kunt het ook mer ken aan de temperatuur, want het wordt steeds kouder en het ruwe weer vraagt bij het binnen halen van de visch de uiterste inspanning van de bemanning. Het werk verloopt niet altijd zonder ongelukken in een vroe ger telegram heb ik daar ai op gewezen. Zondagavond was er een spannend oogenblik, toen de kabel, waarmede de walvisch aan boord getrokken wordt, in de slipway brak en naar de groote sloomlier midscheeps wordt ge trokken. Persoonlijke ongeluk ken kwamen gelukkig niet voor, maar ook de daaropvolgende dag zaten we weer een moment in spanning, toen vier menschen zich nog tijdig in veiligheid konden stellen op het oog nblik, waarop een kabel brak, waaraan 1000 kg. spek hing, dat naar de plaats van bewerking moest wor den vervoerd I Op den verjaardag van prinses Margriet werd een gelukwensch- telegram verzonder, waarop het volgende antwoord werd ont vangen „Prinses Margriet dankt U allen heel hartelijk voor Uw gelukwenschen." Op een der volgende dagen is eindelijk de gelegenheid geko men eens poolshoogte te nemen hoe het aan boord van de jagers toegaat. De jager immers is de eigenlijke „vanger" van de wal- visschen. Daar bevindt zich de harpoenier, die met zijn kanon het „doodelijke schot" moet los sen. Bij helder weer, maar met een stijve bries, zette ik mij in de mand, die bij de komst van een der jagers mij van de „Wil lem Barendz" af aan boord van het vangschip moest brengen. Daar zweefde ik enkele oogen- blikken fusschen lucht en water. Het is eeri eigenaardige gewaar wording en ik denk aan mijn bureau in het vaderland, waar het toch veiliger zitten is dan hier ie zweven, maar als mijn gedachten zóóver zijn, ben ik al aan boord van de AM 3 getrok ken, waar iemand mij vraagt of ik me gelukkig gevoel. Hij'"én de anderen, die om me heen slaan, kijken wat somberze hebben een ietwat meewarig gevoel voor me over, doch als ik hun vertel, dat ik de zee ken als mijn vader en een Vlaar- dingschen trawler in drie dagen heb helpen volvangen, klaren hun gezichten op. Ik ben hun dus niet heelemaal vreemd, denken ze. Als de jager k'aar is met bun keren, worden de trossen los- gesineten en de walvisch, die als kurk9nzak is gebruikt tusschen moederschip en AM 3 wordt naar het achterschip van de „Willem Barendsz" gesleept, op getrokken in de slipway en ter verwerking overgegeven. Nu stoomen we weg en ik zie voor den eersten keer in de Poolzee de trouwe „Barendsz" met de rookende schoorsteenen van den anderen kant. Aan dek heerscht groote bedrijvigheid. Hoe klein is „Oome Willem" nu en wat een gevaarte' leek het schip, toen het nog in de Amster. damsche haven lag Wij varen met volle kracht weg. Ik bevind mij thans in het hart van het jachtbedrijf. Wat begint een moederschip, als er geen kinderen zijn, die den buit aanvoerenHet valt me niet mee, zóó van de groote schuit overgestapt te zijn op het kleine 400-tonnertje. Er staat een ge weldige deining en het scheepje danst op de golven, dat het een lieve lust is. Maar het is geen lust voor mij. Zou ik dan toch nog te zeer landrot zijn In elk geval moet ik wéér eraan geloo- ven. De eenige troost is, dat nog nooit iemand aan zeeziekte is gestorven. Zoodra ik kan, geef ik mijn oogen goed den kost. Op het jagerdek is men druk bezig het schip vischklaar te maken. Het kanon wordt geladen met har poen en krui», de lijn, waarmede de harpoen straks in bliksem snelle vaart zal voortschieten, wordt bevestigd. Zoo'n harpoen vereenvoudigt de vangtechniek in hooge mate in vergelijking met de primitieve middelen, waarmede onze voorvaderen de walvisschen te lijf moesten gaan. Een moderne harpoen weegt 90 kg. en is aan een tros van onge veer 800 meter lengte verbonden. Zij heeft den vorm van een dikke ijzeren staaf met aan de punt een explosieve kop, voorzien van weerhaken. Als de kop in het het lichaam van den walvisch dringt, ontploft de in den kop aangebrachte granaat en de weer haken zetten zich vast in hei lichaam Zoo kan het dier naar het vangschip worden gesleept. De schok, die het vangschip zou krijger, zoodra een walvisch door een harpoen is gelroffer, wordt opgevangen door buffer- veeren, waarmee de tros aan boord verbonden :s. Wij stuiven nu als het ware door het water en passperen ijs bergen soms dichtbij. Sommige hebben een platten vorm, die je zou doen verleiden even over te stappen om een rondje te schaatsen. Het wordt nu ont zettend koud de wind snijdt me door alles heen, hel water go'ft over den boeg, het achterschip slaat voortdurend blank. Het schip danst over de zee en het wendt zich op iederen draai van het roer. Ik sta met den kapitein op de brug en zie hoe een matroos langs een touwladder naar het kraaiennest klimt. Nu is alleen nog maar zijn hoofd en iets van zijn hand te zien. Hij zit er hoog. maar zwiert met zijn „nest" alle kanten uit. Zijn taak is be langrijk. Zijn er walvisschen vooruit? De man geeft seinen met zijn handen. Een zwaaiende hand beteekent naar bak- of stuurboord, voor- of achteruit. Iedereen aan boord -is gespan nen. De kapitein loert als het ware om zich heen om alle voorwerpen, die in zijn gezichts kring komen, op te „slorpen". De jager valt onophoudelijk over stuur- en bakboord, en als we gaan eter, hebben we geen rustig oogenblik. Slingerlatten zijn er niet. We houden onze borden soep in de handen en gaan met de zeetjes mee. Dat duurt zoo den geheelen maaltijd. Het water heeft een blauw groene kleurde wolkenstoeten zijn betooverend van vorm. De Kaapsche duiven en walvisch- vogeltjf s zwermen rond het schip roofzuchtige orca's duiken in hef water op. Op de brug is de luidspreker ingeschakeld. Ik hoor hoe de andere jagers hun vang sten aan het moederschip op geven Het wordt een wedst'ijd wie de meeste binnenbrengt. Aan de gezichten van de be manning lees ik af, dat het werk een spel gelijktwie wint var- daag, van de week, wie vangt de meeste walvisschen We snuffelen de ijskoude zee af Dat gaat zoo dag en nacht door en hoogstens wordt des nachts enkele uren gestopt. Van werken in ploegen is geen sprake. Allen zijn vrijwel voortdurend in de weer ter voorbereiding en in afwachting tevens van de dingen, die komen zullen. Soendaland. De patrouille hield rust in een kampong. Een behoorlijke kam pong waar niet zoo heel erg veel huizen verlaten waren. De erfjes goed schoongehouden, de gabah nog versch om het rijstblok. Wij zaten op het erf van den vroegeren kapala-kampong. Een huis met gemetselde halve muur tjes, de rest bilik en een dak van pannen. Een vrouwtje met 4 kinderen de kapala zelf was in japanschen tijd om zeep gebracht, wie zal deze historie nog weten De bevolking was schuw, maar niet onwelwillend. Neutraal eigen lijk maar de helle kleuren van dit goede Soendaneesche land zijn versomberd en vergrauwd, de baadjes zijn lompen en de menschen hebben verwaarloosde zweren en schurft. Onze „Dok", klein en vriendelijk, zoon van dit land en enthousiast patrouille- looper, bekeek de wonden en behandelde ze. Dit bracht ver trouwelijkheid. In deze vertrou welijkheid werd het magere manneke gebracht door een soldaathij liep daar en daar. Groezelig wit» jasje met rafels aan kraag en mouwen, pendekje zwart geweest en ontelbare malen opgelapt. Laten we eens wat praten, ouweheer. Een gezellig kringetjede dok en de compies- commandant, het ouwe manneke en ikzelf en dan komt nog een Javaansch soldaat binnengeslen terd en er bij hurken om van de partij te zijn. Ja, hij is onderwijzer geweest van een normaalschool en al erg oud. Zoo-zoo,de Ja- vaansche soldaat met de vermetele kop onder de opgeslagen klep vraagt, of hij vroeger ook in zulke kleeren voor de klas stond. Neen, dat niet; voorbeeld voor de anak-anak, immers, dus steeds netjes gekleed. En wat zeggen zijn gewezen anak-anak, als ze hem nou zien? Een verlegen afwenden van het gezicht, dat wijze, gerimpelde en goede gezichtMaloe. Had je pensioen, ouwe-heer? Ja toean, eèn goed pensioentje, waar je rustig bij toeggoeh-mati kon plegen op een eigen grondje, met je istri in een eigen, net huisje en eens in de maand je tjoetjoeks (kleinkinderen) op zoeken, want je eigen kinderen waren al tot volwassen en goede steunpilaren van de maatschappij opgegroeid. En nu dan, ouweheer? Niet genoeg te eten, geen pensioen, te oud om te werken. De kinderen zijn goed en steunen met geld en voedsel, toean. Maar wij verarmen, en honger, toean,hongerdie je niet dempt met een schijf oebi en wat magere sajoeran van de kali-kant. Waarom ga je niet naar Betawi, ja, zelfs naar Bogor, ouweheer, en vraag je om je pensioen van de Belandahs Takoet, toean. Takoet, wie zal jou als oude man iets doen? Nu bent u hier, toean. Morgen is de pemoedah hier. De be volking weet niet waar ze zich aan te houden heeft en blijft verontrust. Zij is de dupe, toean van deze toestand. En jij dan, ouweheer, wat denk jij dan De kleine waterige oogjes in de diepe kassen zien onderzoe kend naar ons op. Hij spreekt langzaam en duidelijk en als een profetie klinkt dit. aren. Met het oprich- erkrijgen van subsidie Ook leerlingen en >odig. De geschikte P. Lefeber. Hij was iet ervaring en een ig. 4 Juni 1935 ging Sept. 1937 ging hij n rust, want hij wist, s, die overblijft voor et Bestuur der Land- rom de aanwezigheid hoogen prijs, t 2 klassen met 39 jaar geleder, op 4 r. Lefeber de schoo» Booij, die wel een meemaakte van de de Zeeuwsche klei, «froömingwi volkomen gelijkmatig voort beweegt op> 6 km. boven zeeniveau (iuim 1000 m. hd'oger dan de top van de Mont jc Kaaien. uoK--*-r^Tfcx^nten Hij leert hem." (Jesaja 28: 26.) Axel, Zaams'ag. TemewüFO. P. van 3»e- Boven het podium hing èen Axelsch gen het hunne bij. Da? P. O., beiden wapen, geflankeerd door de jaartallen oiok éontribuanten, i v.-J3p. Genietroepen re subsidie toegekend eerde jongens verlie- ïans bijna 70 leerlin- len op tot nog meer- :hool dan tot dusver, thans in het centrum D jaar was dhr. joh. ïrwijl spr. deze functie in de bezettingsjaren ran vreemde smetten, .andstand betrad de jaar landbouwonder- groiidslag. Daardoor 1 en beseffen dat alles er. Dan is en wordt ilaus.) zenuwen een loor het Hoofd der r. K, Booy. t bestuur met deze is alle begin moeilijk, en dhr. P. ie Feber, eens iets. Landbouw- bij wijze van proef. Ie officieele opening laarna een overzicht sur en exterieur der lieten de eerste ge- i de school. Zoo ging le school had steeds am in 1929 een kink zich geen leerlingen ;ing dat weer beter. 68 leerlingen, sen dag vuor 12 jaar temoreerde zijn eerste candidaten werd hij .varen toen vele auto- )ied van landbouw- >esturen enz. Dhr. le evensloop. De over- as voor hem een teer am dhr. le Feber nog )1. Op 5 September onvergetelijke vriend. Ier aan den steen op dankbaarheid door de ïn. spr. uitvoerig enkele ngaande belevenissen b veel met de jongens Booy. „Mooie, maar ngen". boer-zijn zien in bet Want wat baat het le heele wereld gewint ijn ziel met Jchoolbestuur en cht was steeds, goed. tal van provinciale en te mogen begroeten, gden van verschillende en de leerlingen, rs en inzonderheid vij dank verschuldigd heeft geleid en tot oge God ons werk en tot heil van onze ïus). i volgde de van de Commissaris v Koningin, die zijn geruxwenschen uitsprak met dit jubileum. Ook het provinciaal bestuur heeft het nut van landbouwonderwijs Ingezien en Abonnements prijs: Losse nummers 5 ct. Kwartaal abonnement Axel binnen de kom Advertentie prijs 7 cent per m.m. Ingezonden Mededeelingen 2U cent per m.m. Abonnements prijs Losse nummers 5 ct. Kwartaal abonnement AXEL binnen de kom fl. 1.25 Alle andere plaatsen il. 1.55 ^^Advertentieprt). 7 ct per m.m. Ingezonden Mededeelingen 15 ct per m.m. Kleine Advertentlön (maximum 8 regels) 1 5 regels 62 ct. iedere regel meer 12 ct. extra dienstaanbiedingen 52 ct.

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1947 | | pagina 1