AXELSCHE COURANT NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAAND EREN. NO. 31. Verschijnt elke woensdag en Zaterdag. WOENSDAQ 9 JANUARI 1946. 60e JAAROANO. Drukker-Uitgeefster: Firma J. C. VINK AXEL Adres Redactie en Administratie: Markt 12 AXEL Hoofdredactie: T. C. VINK - van VESSEM n Behouden Schoonheid". Dat ons nationaal kunstpatrimonium ondanks vijf jaren oorlog en bezetting, ongeschonden bewaard mocht blijven, is een voorrecht dat wij niet genoeg kunnen waardeeren. Meer en meer dringt het besef tot ons door dat wij de geestelijke cultuurwaarden moeten hoog houden indien wij onze Christe lijke beschaving voor den ondergang willen redden. Daarom verdient de poging, die thans gedaan wordt, om de kuast in het bereik te brengen van bree- dere kringen der bevolking, onze volle aandacht en sympathie. De tentoonstel ling die onder de auspiciën van het Departement van O.K. en W. sedert enkele' weken te Middelburg is ge opend en slechts nog voor korten tijd in de Zeeuwsche hoofdstad zal blijven, bevat meer dan 80 schilderijen van de grootste waarde, behoorende tot de verzamelingen van het Rijksmuseum en het Mauritshuis. Iedereen kan daar, zonder een dure of al te lange reis te moeten ondernemen, de heerlijke schep pingen van onze groote 17e eeuwsche meesters, gaan bewonderen en ten volle genieten, elk volgens zijn persoonlijk gevoel, van de schoonheid, op eigen bodem, gedurende de eeuwen, voort gebracht. Dat deze expositie een succes is geworden lijdt geen twijfel. Duizenden Zeeuwen hebben reeds de uitnoodiging van de Z.V.U. beantwoord. Laten wij hopen dat nog zeer velen, in de enke le dagen die ons nog gegund zijn, van deze unieke gelegenheid, een dankbaar gebruik zullen maken. Nu een korte beschouwing over de meesterwerken zelf. Tijd en ruimte ontbreken ons om ze alle te vermelden, we moeten ons tot het essentiëele beperken. Vanzelfspre kend gaan onze gedachten en bewon dering op de eerste plaats naar de 2 Rembrandts.de Oosterling" en „Titus in monniksdracht", twee geniale schep pingen die elk een verschillende rich ting in de kunst van den meester openbaren. Ondanks de schitterende kwaliteiten van den .Oosterling", het prachtige modelé, de heerlijke kleur of liever het geheimzinnige licht als van gebrand goud, dat den witten tulband en al de sieraden van de rijke kleedij doet glanzen, gaat onze voorkeur toch zon der aarzeling naar den jeugdigen Titus. In dit werk, da' behoort tot Rembrandts laatste levensjaren is alle uiterlijke praal verdwenen maar hoeveel rijker is het aan diep menschelijk gevoel en inner lijke bezonkenheid. Hierin heeft de kunstenaar het innigste van zijn ziel uitgestort. Het tengere gelaat van den knaap, bijna geheel gehuld in de scha duw van de wijde monnikskap, de melancholische blik, de zachte glimlach zijn zoo aangrijpend dat het beeld ons nog lang voor den geest blijft, wanneer wij de zaal op de eeiste verdieping reeds hebben verlaten. Frans Hals, naast Rembrandt, de belangrijkste figuur in deze zaal, is hier vertegenwoordigd door een aantal portretten die ntet alle van gelijke waar de zijn. Vooral het kleine manspor tret (Kalal Nr. 29) schijnt ons merk waardig. In enkele forsche penseeltrek- ken gemodeleerd, geeft het een indruk van overvloedige levenskracht. Ook de gelaatskleur is schitterend. De han den, zoo als dit bij Hals meer voor komt, zijn echter wat verwaarloosd. Dicht bij den Haarlemschen meester staat de prachtige, schertsende .Nar" van Judith Leyster, een imponeerend Stuk dat onmiddelijk de aandacht van den bezoeker trekt. In .Isaac zegent Jacob" van Qovert Flinck is de invloed van Rembrandt duidelijk merkbaar. Dezelfde invloed spreekt ook uit de werken van A. van Ostade die nochtans een geheel ander genre beoefende. Evenals Jan Steen en Brouwer, specialiseerde deze zich in het schilderen van meer volksche realistische tafereelen, zooals drinkpar tijen tn boerenbruiloften waarin wij misschien een aspect v?n het uitbun dige leven onzer voorvaderen weer spiegeld zien. Veel voornamer is G. Terborch of schoon zijn .Moederlijke zorgen" even eens aan een realistische opvatting beantwoordt. Het meisjeskopje is een verrukkelijk stukje natuur. Hoe con- ventionneel daarentegen schijnen zijn portretten waarin fnen tevergeefs de bezieling van het leven zoekt. Van Pieter de Hooch, een typisch interieur met openstaande deuren waarlangs het heerlijke zonnelicht naar binnenstroomt. Ook onze grote landsschapsschilders zijn op de tentoonstelling aanwezig Ruisdael, Hobbema en van Goyen. Van deze laatste het onvergetelijke .Vergezicht", zoo grootsch in zijn een voud, zoo ver van alle romantische fantasie, zoo echt hollandsch. Wat de buitenlandsche schilderkunst betreft, deze is slechts door weinige werken vertegenwoordigd, zoodat wij ons hier geen duidelijk beeld kunnen vormen over de kunst en de school waartoe de verschillende meesters be- hooren. Niet ieder zal het gegeven zijn, de schoonheid en de heteekenis van al deze schilderijen, ontsproten uit een vreemden volksaard, onmiddellijk aan te voelen en te begrijpen. Van den dichter bij ons staanden grooten Antwerpenaar, Rubens, krijgen wij twee prachtige paneelen, te bewonderen. Een .Kruisgang", wellicht een voorbe reidende studie voor het groote schil derij uit het museum te Brussel. Ty pisch rubeniaansch is de Compositie in obüeke lijn evenals het grootsche lyrisme dat deze lijdensweg van Chris tus naar Golgotha omtoovert in eeri waren triomftocht. De fijne, harmo- nieuse kleurschakeeringen, het warme licht dat alles omstraalt, maken van deze schets een kunstwerk op zich zelf, dat in menig opzicht sommige voltooide schilderijen van den meester ver overtreft. Van Helena Fourment's beeltenis, o.i. een van de mooiste por tretten die Rubens schilderde, gaat een onuitsprekelijke charme en bekoring uit. Hoe koel daartegenover staat het groote, officieële portret van het En- gelsche prinsenpaar, door Van Dijk Gelukkig kennen wij van dezen meester vele andere werken waar een warmer gevoel voor leven en kleur tot uiting komt. Ook het sobere portret, van een Spaansch edelman, zoo geraffineerd van teekening en expressie, dat toegeschre ven wordt aan A. Moro, moet worden vermeld. In de zaal, waar de Italiaansche en Spaansche schilders vereenlgd zijn, wacht ons bij den ingang een Madonna van Fra Angelico, vol teere poezie en zachte ingetogenheid die ons terstond doet opklimmen tot de hoogere sfeeren der mystiek. Minder verheven en ook minder naïef is de Madonna van Mu- rillo. Gezeten op een troon van wolken, in een glorie van heerlijke warme kleu ren, bekoort deze ons door een meer aardsche schoonheid welke ongetwij feld vele bezoekers in verrukking zal hebben gebracht. Welk een contact tusschen deze werken en het paneel van El Greco, .Christus aan het kruis", waaruit de geest spreekt van een vi- sionnair. Het drama van Calvarie, heeft de Grieksche meester in al zijn sublieme intensiteit weten weer te geven. Men blijft instinctmatig stil staan, getroffen door de grootschheid van dit schouwspel. Van den Venetiaan Tintoretto, een prachtig poitret dat uitmunt door so berheid en harmonie. Tenslotte nog het meesterlijke doek van Goya. De bijna levensgroote fi guur van Don Satue, met schitterend brio en doordringend realisme gebor steld, maakt een geweldigen indruk v^aaraan men niet gemakkelijk ontkomt. M. J. O. Radiotoespraak van H.M. de Koningin H.M, de Koningin heeft Zondag avond tot gerepatrieerden uit Nederl.- Indië .en tot de uit de gevangenkam pen teruggekeerden de volgende radio toespraak gehouden Landgenooten, die zijt teruggekeerd uit de hel van concentratiekamp, ge vangenis, werk- of gevangenkamp, of een of meer van deze beproevingen hier te lande hebt ondergaan, en gij, die thans uit Indië zijt aangekomen, tot u allen wil ik heden een persoonlijk woord richten Nu de eerste schepen uit het eens zoo vredige en welvarende Insuiinde met uitgeputte kinderen, vrouwen en mannen zijn binnengeloopen en deze thuiskomst in zoo groot getale, na zoo verre reis over oceaan en zeeën, wellicht nog duidelijker tot de ver beeldingskracht spreekt van iederen Nederlander en deze nog meer doet beseffen, welk nameloos leed hij ge roepen is te lenigen, dan bij den stroom huiswaarts gekeerden uit Duitschland en de door dat land bezette gebieden, heb ik dit oogen- blik aangegrepen om tot u allen het woord te richten. Hartelijk welkom heet ik u, land genooten, die de verre reis naar hier nebt volbracht, gij zijt voor ons in Nederland de verpersoonlijking van hetgeen geleden is onder de hiel van den meedoogenloozen Aziatischen overweldiger en van de daarop ge volgde geestelijke en 1 chamelijke martelingen na den val van Japan. Met open armen ontvangt u het veilige, gastvrije Nederland, dat u zeker alles zal geven, wat het te geven heeft. Wij ailen hier wenschen u toe rust en spoedig herstel van krachten. Diepe onrsteitents heeft zich van elkeen meester gemaakt bij het vernemen van de berichten over het gruwelijke, dat zoovelen, die zich trouw verbon den voelen aan ons rijk, is overkomen, waarbij ik niet zou willen vergeten zij, die neergeveld werden om der wille van hun geloof. Vol eerbied en bewondering zijn wij voor uw onoverwinlijke geestkracht, taaiheid en volharding in de tijden van vernedering en smaad. Zij deden u de moeilijke omstandigheden, waar onder de thuisreis moest worden vol bracht, moedig aanvaarden. Dat ver vult ons met vertrouwen, dat gij de toekomst met dezelfde geestkracht tegemoet zult gaan. En gij, die eerder en langs anderen weg het vaderland hebt bereikt, soms na lange omzwerving en moeizame reis. Gij, vrouwen en mannen, die daar ginds de verschrikkingen van concen tratiekamp en gevangenis hebt door staan of wel gij, die in het vaderland door deze hel zijt heengegaan, ik weet hoe zwaar gij geleden hebt naar ziel en lichaam en hoe langzaam uw ge knakte gezondheid, uw uitgeteerd gestel zich weder oprichten en noe gij meestentijds nog steeds het beeld van al die verschrikkingen in u omdraagt. Maar ik weet ook, hoe gij bovenal door de diepten van uw geestelijk lijden heen, kunt opklimmen tot een punt, waarop gij u keert naar de toe komst om met nieuwen moed een nieuw leven aan te durven. Ik begrijp uw teleurstelling en ont goocheling omdat thans alles niet zoo geloopen is, als gij u de toe komst hadt voorgesteld. Deze teleur stelling en ontgoocheling liggen zoo zeer in de natuur der dingen. Toch zie ik ook in het lijden van ons gehetle volk, zij het op andere wijze dan gij, de verklaring voor de traag heid in het u zielkundig begrijpen en tegemoetkomen, zooals gij dit ver wacht en gehoopt hadt. Op het tijdstip, dat gij onze grens overschreedt, waren de geesten geheel in beslag genomen door de zorg om het dagelijks bestaan tn de eigen ont beringen en met het overwinnen van de eigen moeilijkheden. Toch lijdt het geen twijfel, dat Nederland weet wat gij over gehad hebt voor de zaak der vrijheid en de bevrijding des vader lands tn dat het trots op u is. Wij mogen en zullen dit niet vergeten. In een tijd, als waarin wij thans le ven, kunnen wij uw bezielend voorbeeld en de kracht die van u uitgaat als strijder en strijdster niet missen, willen wij een nieuw en beter vaderland bou wen, wij hebben ieder van u noodig, onverschillig of gij weer tot werken in staat zijn of nog gekluisterd zijt aan een smartelijk ziekbed. Wilt ook nu voor gaan met de inspiratie, die u bezie'd heeft en de geestkracht, die gij aan den dag gelegd hebt tijdens de ver schrikkelijke jaren die achter ons lig gen. Geef u opnieuw op deze wijze voor ons allen voor het vaderland, mei hart en hoofd geheel vervuld met dit levensdoel, zal opnieuw geluk uw le ven binnenstroomen en God geve u daarbij innerlijke rust en vrede. Gij kunt vertrouwen, dat ieder die op dit punt verantwoordelijkheid draagt zich van die verantwoordelijkheid be wust is en dat de resultaten van hun handelen, naarmate het herstel toeneemt steeds duidelijker zullen worden. Nu ik tot u spreek, gaan als vanzelf mijn gedachten ook met trotsche vol doening uit naar onze dappere strij ders te land, in de lucht, ter zee en bij de koopvaardij, van wie veel geest kracht en moed gevraagd wordt om de gevolgen die de oorlog voor hen met zich heeft gesleept voor het ver dere leven te dragen, die hetzij gewond werden in den strijd of wel als gevan genen de daarmede gepaard gaande ellende hebben moeten verduren. Hier behoef ik slechts Thailand te noemen. Hun allen roep ik toe: wij hebben ook u noodig. Vervult uwe roeping bouwt allen mede, geestelijk en ook s'offelijk aan het nieuwe vaderland en aan het nieuwe rijk. Ten besluit spreek ik tot alle Ne derlanders. Wij zijn aan onze driekleur, die ons in deze jaren zoo dierbaar is geworden, verplicht te toonen dat het ons diepe ernst is, met onze dankbaar heid tegenover al deze vrouwen en mannen, die het beste gaven voor Ne derland, voor ons rijk en voor ons. Het is onze eereplicht hen niet teleur te stellen. BERUCHT ZWENDELAAR GEARRESTEERD. Een berucht zwendelaar, Siegfried W„ is op 18 December in handen van de Brusselsche recherche gevallen. Siegfried W., is 1893 in Polen ge boren, was vijl jaar voor den oorlog naar Nederland uitgeweken. Zich voor doend als groot zakenman, wist hij bij velen vertrouwen te wekken. Van zijn eerste opzienbarende oplichters-affaire hier te lande werd in 1937 een bank instelling te Amsterdam het slachtoffer. Zich uitgevend als manager van een filmonderneming te Hollywood, maakte hij voorts tal van argelooze meisjes met filmsteraspiraties geld afhandig. Doch tenslotte rekende de politie hem in en kreeg hij twee jaar gevangenis straf. Na zijn vrijlating was Nederland be zet gebied geworden. De jodenver volgingen namen in kracht toe en tegen betaiing van f 30C0 a f5000 verleende W. zijn bemiddeling" voor de vrijla ting van de siachtoffers der Duitsche terreur. Later slaagde hij erin, familie leden van gearresteerde illegale werkers voor een bedrag van f50.000 per ge vangene op te lichten. Na de bevrijding onderhield W. nog even relaties met zwarte handelaars, doch hij vestigde zich toen al spoedig te Brussel. Daar klaagde een gérant hem wegens oplichting bij de politie aan. Vermoedelijk zal hij nu mettër- tijd zich ook wel in ons land voor zijn zwendelarijen te verantwoorden hebben o— Met ingang van 4 Januari j.l. is „Polygoon's wereldnieuws", waarvan de vertooning in Juni 1940 werd stop gezet, weer gaan verschijnen, Dit inter nationale filmnieuws wordt in Haarlem samengesteld en van toelichting voor zien. Korte Berichten De heer Martin, on derdirecteur van de K.L.M., heeft verklaard dat hij hoopte, dat een ééndaagsche luchtver- binding met Indië in Februari van dit jaar tot stand zou komen. o Blijkens mededee- ling van It.-generaal C. G. Simonds, bevel hebber van het Cana- deesche leger in Ne derland, zijn drie offi cieren onder streng arrest gesteld wegens tegen hen ingebrachte beschuldigingen aan gaande beweerde on rechtmatige versche ping van drie auto mobielen van Rotter dam naar New-York. Aodere hoogere offi cieren zijn gedurende het onderzoek in hun functie geschorst. o— Tegen J. D. de With uit Lopik, die in 1941 te Maarsseveen vrij willig in dienst trad bij de Waffen SS en en die bij Arnhem heeft meegevochten, is voor het bijzondere gerechtshof de dood straf geëischt. De ad vocaat-fiscaal, mr. Gee ling, grondde zijn eisch op de principieele overweging, dat ieder SS-man, die den eed op den Führer heeft afgelegd, des doods schuldig is. o— Zaterdagmorgen heeft op het vliegveld Val kenburg een ernstig vliegongeval plaats ge had, dat. aan twee Nederlandschc vlie gers het leven Leeft gekost. Toen een Neder- landsch Austertocstel kwam landen werd het tijdens de landing door een eveneens landende Spitfire geraakt. De vleugel van dit toestel raakte de Auster ter hoogte van de cockpit, met het noodlottige gevolg, dat de twee inzittenden, de Serg.- vliegers Ottesen Zwaai op slag gedood wer den. o— TERUGKEER VAN NEDERLANDERS UIT POLEN. Dezer dagen vertrekt uit Polen een aantal Nederlanders naar het Vaderland. Daar de reis over land in dit seizoen met veel moeilijkheden ge paard gaat, vindt het transport plaats over Zweden. In Zweden worden onze landgenooten door deNederlandsche missie verzorgd en zoó noodig in de kleeren gestoken. Daarna gaan zij per vliegtuig naar Nederland. Zoodra Nederlanders in het Oosten opge spoord zijn, worden hun namen onmiddel lijk aan hun familie leden opgegeven. Abonnements prijs i Losse nummers 5 ct. Kwartaal abonnement AXEL binnen de kom il. 1.25 Alle andore plaatsen il. 1.55 Advertentieprijs 7 ct per m.m. Ingezonden Mededeellngen 15 ct per m.m. Kleine Advertentiên (maximum 8 regels) 1 - 5 régels 62 ct. iedere regel meer 12 ct. extra dienstaanbiedingen 52 ct.

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1946 | | pagina 1