AXELSCHE COURANT v. Otdejaars-OYerpeinzing. r NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAAND EREN. Nieuwsberichten. Wat kunnen wij vasthouden uit de jaren, die voorbijgingen? i No. 29 VRIJDAG 29 DECEMBER 1944 58e JAARGANG Drukker-Uitgeefster: Firma J. C. VINK AXEL Adres Redactie en Administratie: Markt 12 AXEL Hoofdredactie: C. VINK - van VESSEM •ï1 Ons doen en los gevoel, onsdroev' [en blijde dagen, Die worden van den tijd in haasten [weggedragen En of het droomen zijn, dan of het [is geschiedt Als 't jaar ten einde komt, dan is [het enkel niet. Vader Cats. Het waren niet de twaalf zware of helle slagen, die in den Syl- vesternacht verklonken. Ook deze goede traditie werd verbroken. Geen sonoor, welluidend ver kondigen dat weer een oude jaarkring afgesloten werd en een nieuwe staat te beginnen, 't Is ditmaal slechts een zeer schuch ter en monotoon geluid, twaalf bescheiden kloppen op 'n niet meer dienstbare zuurstof-cylinder, ter vervanging van onze eerwaarde, nu verdwenen, vijf eeuwen oude stadhuisklok in den verminkten toren opgehangen. Wantals overal elders in den lande werden ook hier onze klokken geroofd. Gestolen om tot oorlogstuig te worden omge- goten. En onze oude, eerbied waardige klok van het eertijds door de woelige Scheldewateren verzwonden Vremdijcke waaraan meer dan een legende verbonden was, deelde dit lot. Immers, het is historisch, dat het deze klok was, die na een loos alarm door de Hoekenaars gemaakt nu anderhalve eeuw geleden op last van een Fransch officier van Hoek naar Axel moest worden gevoerd. Op dezen gedenkwaar- digen tocht is de klok van het voertuig gevallen. Maar sindsdien geldt nog altijd de geijkte uitdrukking „Hoek is van de kar gevallen", telkens als een Hoekenaar al naar het uitvalt zich belachelijk maakt of vergaloppeert, dan wel smade lijk wordt terechtgewezen. Hoe het echter zij, de oude klok was ons dierbaar geworden. Haar bronzen stem had ander halve eeuw goede en slechte jaren over ons uitgeluid. Lief en leed. Maar hou en trouw. „Maria hiet ick en zal bevrieën d' Arme sondaar 't allen tieën". Zoo luidde haar naam. Dat was haar kondschap aan den volke 1 Door Monumentenzorg was deze bijzondere klok tot een historische bestempeld. En met recht. Zij mocht volgens inter nationaal recht niet worden geroofd, ook niet in oorlogstijd. Maar voor den bezetter golden geen rechten of wetten, zoomin als eerbied voor historie of garan- tie's. En met zoovele duizenden verdween ook onze goede oude klok in den muil van den oor- logs-Moloch. En dies werd het jaar onzes Heeren 1945 door middel van een surrogaat-klok ingeluid. Alsof dit juist het zinnebeeld moest zijn om te accentueeren, dat wij nog volop leven in een niets ontzienden oorlog. 1944 is uitgeluid als een ramp zalig jaar in een serie van thans vijf, zes opeenvolgende voor ons Vaderland en een groot deel der wereld. Heeft onze historie, heeft het Vaderland ooit donkerder en on- heilsvoller periode te doorworste len gehad Het onheilsjaar 1672, toen onze oude Republiek van vier zijden belaagd werd en „het land red deloos, het volk redeloos en de regeering radeloos was", zoowel als de Fransche tijd, zij zinken in het niet bij de beproevingen, die ons volk in dit tijdsgewricht heeft moeten doorstaan. Ons volk geestelijk en ten deele lichamelijk in boeien gesla gen. Onmondig en ontrecht, ge lijkgeschakeld tn geknecht, zoo kunnen wij met weinige woorden de toestand teekenen. Maar een zee yan leed, een vloed van tranen en bloed, is den aankleve van dien tot op heden. En toch is 1944 voor ons, Z. Vlamingen en Axelaren in het bijzonder, het jaar der bevrijding geworden. Wat hebben wij niet meege maakt in het semester, dat ach ter ons ligt! Hjevele weken waren wij niet gedwongen om te werken voor den vijand, onder toezicht van een groep individen, die zelf grootendeels altijd schuw van handenarbeid waren. Hoevelen werden niet ontrukt aan den kring van ouders, vrouw, gezin en verwanten, om in den vreemde gedwongen werk te gaan verrichten, strijdig met de belangen van het Vaderland en indruischend tegen de inter nationale rechten. Wij denken verder aan de geestelijke terreur op alle terrein. De vergeefsche, duurzaam tot mislukken gedoemde poging om ons te nazificeeren, onder een schijn van éénheid, die slaafsch- heid was en niets meer. Op listige, duivelsche wijze ging de overweldiger te werk. Maar alle toeleg was mislukt, daar zij wars was van barmhartigheid en waar heid. Wreed, satanisch en leugen achtig, kreeg vijand noch land verrader vat op ons. Wij denken terug aan de inun datie, die een groot deel van onze gemeente trof en vele inwo ners dwong tot evacuatie en geweldige schade veroorzaakte. Vele weken lang werden wij 's avonds om 9 uur door slam pampers met geweren op den rug in huis gejaagd, omdat één van die ellendelingen een lang verdiend pak rammel was tot- bedeeld. Met welk een innerlijke gelatenheid, ja met welk een voldoening hebben wij dat ver dragen. Totdat met eiken dag het uur der verlossing nadar kwam, nadat de invasie in Frankrijk geslaagd en geconsolideerd was en ein delijk België in een minimum van tijd gezuiverd werd van het mof- fengespuis. toen naderde de maand Sep tember en toen was wij ge voelden het de ure der bevrij ding aanstaande. Wij beleefden dolle Dinsdag en volop onder de Duitsche bezetting de overname van het civiel gezag, daar de N.S B.-fur.ctionarissen van hoog tot laag reeds een paar dagen te voren de beenen hadden ge nomen. Maar dramatische dagen volg den 1 Vier dagen lang lag onze stad onder het vuur van Poolsch en Duitsch geschut. Vier dagen lang! Ach, voor hoevelen zullen deze dagen immer als rouwdagen herdacht worden. Bijna dertig burgerlijke slacht offers, mannen, vrouwen en kin deren, brachten hun leven ten offer op het altaar van onze be vrijding, die na schier ondrage lijke spanning op 19 September piaats had. Wij herdenken hun ner nagedachtenis hier nog met weemoed. Met smart in het hart en door medegevoel bewogen want in zulke uren wordt eerst de ware gemeenschapszin gebo ren volgde niet de anders gewis tot uitbarsting gekomen spontane feestvreugde. Maar toch welden de gevoelens van dank baarheid en ontroering bij velen onder onze burgerij naar de keel. Tranen van blijdschap werden den vrijen loop gelaten en veler knieën hebben zich in die uren gebogen tot dankbaarheid aan God, die ons de dappere Polen gezonden had, die voor onze gemeente onsterfelijke verdienste verwierven. Wat duurde het lang eer wij tot het klaar besef kwamen wat wij aan onze bevrijders te danken hadden, nu dan het zoo vurig verbeide uur der verlossing ge slagen had. Het was of de toesfand van doffe apathie waarin wij jaren lang geleefd hadden chronisch geworden was. Vrij te zijn, verlost van terreur en bedeiging in allerlei vorm, weer vrij te mogen spreken, denken en schrijven Het was niet te gelooven. Maar nochtans het was een feit. Met groote vreugde werd de verschijning van onze oude plaatselijke „Axeische Courant" door de burgerij in al haar gele dingen begroet. Ook dat hadden wij weer terug. Onze vrije, eigen Vaderlandsche pers, zij het dan dat de oplaag en de kwantiteit van hetgeen geboden kun wor den, vootioopig door de oorlogs omstandigheden aan beperkingen gebonden wordt. Wij zijn in 1944 weer vrije Axelaars en Nederlanders gewor den. Vrij onder het bewind onzer vurige strijders van het militair gezag en niet te vergeten die van van het „ondegrondsche fiont", van wie meer dan één vaak het leven in de waagschaal heeft gesteld. Het Vaderland zal deze moedige mannen niet vergeten. Maar bovenal, vrij zijn wij weer onder Oranje I En dat is voor ons Volk het hoogste, want zon der Oranje geen Nederland, geen vrijheid 1 Deze wetenschap is het, die ons sterkt. Daarom zeggen wij het in diepe ontroering den prins onzer dichters, den begenadigden Von del na O, hoe zalig is 't te duiken Onder den Oranjeboom. Onder dezen boom is 't stil, 't Weer mag ruischen hoe [het wil. Oranje zal en moet ook voor de toekomende tijden de ver persoonlijking blijven van onze éénheid eri ons gemeenschaps gevoel. Het schitterend karakter onzer edele Landsvrouwe is een waarborg daarvoor. En moge de storm der historie met eruptieve kracht de wereld in hare grond slagen aantasten, de 3terke stam van het gemeenschapsgevoel zal in zijn groei steeds nieuwe vruch ten voortbrengen. Zooals wij in den ons door God geschonken Ora< jestam dien zien als een ideaal voor de Nederlandsche menschengemeenschap. Een schat voor onze cultuur, voor taal, recht, religie, zedelijkheid en kunst. Want het is toch wel een vingerwijzing, dat wij aan den Oranjestam telkens weer nieuwe loien zien ontspruiten, die ons in de donkerste tijden het optimisme niet ontnemen kunnen, maar sterken. Zoo betreden wij den nieuwen jaarkring met moed en vastbe radenheid. 1944 was een jaar van wissel valligheid bij de nog permanent heerschende oorlogstoestand. Een jaar van onderdrukking, maar ook van bevrijding; een jaar van smart, doch ook van diepge voelde vreugde. Laten wij gesterkt door een rotsvast vertrouwen blijmoedig voorwaarts treden, den nieuwen jaarkring tegemoet. En moge ons volk bewaard blij ven voor alles wat verscheurt en verdeelt en zoo de vrede een feit mocht worden ook de Gods vrede op het publiek terrein tot heil van ons volk voor de komende jaren van opbouw gehandhaafd blijven. Dan zal 1945 wellicht als her nieuwend en oplevend jaartal voor onze natie in het boek der historie worden vermeld. God geve het 1 BRAM. De jaren van verdrukking zijn voor dit deel van Nederland voorbijgekromd hebben wij ons onder den last der Duitsche be zetting. De jaren zagen een eens zoo weelderig volk verschrom pelen, oud wordendiepe voren zijn geploegd in het aangezicht van ons land. Aan het einde van dit jaar zijn wij in gepeins verzonken. Wat zuilen wij ophalen van de bonte massa gebeuren, die aan ons voorbijtrekt? Duitsche gruwel daden angstige dagen en nachten doorgebracht in kelders verwoest en verdronken landdrommen vluchtelingenintocht der Geal lieerden de bevrijding. Na de bevrijding het oppakken van ver dachte individuenvele banden om de armenvele personen zich uitgevend voor ondergrondsche strijders, trachtend elkaar een baantje af te snoepen. Wanneer wij echter aan het einde van dit jaar in onze herinneringen ver diept zijn, zal die bonte massa van gebeuren voor ons vervagen. Anderen zullen naar voren tredenzij, die gevallen zijn bij de bestrijding van het beest. Zij allen stonden pal voor hun ide alen die idealen waren verschil lend. Ieder van hen streed echter voor hel Destaan uer overtuiging van den ander, daarom konden hun idealen verschillend zijn allen bezaten zij de eerbied voor een menschenleven. Zij waren geen „eenheidsmenschen*allen streden zij voor en naar hun eigen ideeënmaar zij allen vonden eikaar uiteindelijk in hun liefde en eerbied tot een menschenleven. De aanrander van dat menschen leven was de Duitscherdus werd hij gezamenlijk door allen bestreden. Gij, die gevallen zijt bij de bestrijding van het beest, boven uw graven rumoert en ratelt de wereldzij gebruiken het offer, dat gij bracht voor hun propa gandadoeleinden dié wereld neeft het wezen van Uw strijd niet begrepen. De kracht, welke U allen in staat stelde Uw strijd te strijden, werd U verleend door de idealen, die U allen bezielde. De één werd gedragen door de liefde tot zijn Godde ander ontleende zijn kracht aan de hu manitaire wereldbeschouwing, welke hij in zich droeg. Allen J hadden zij echter hun idealen niet alleen in den mond, maar ook in het hart. Het opdoemend beeld van den dood joeg hun geen angst aanzij hadden hun idea'en, de liefde tot hun God in het hart. De wereld, die nu rumoert en ratelt boven hun graven, heefl den mond vol van idealen stort ze uit op papier dieper gaan zij echter niet. Gij, die nu aan het einde van dit jaar in gepeins verzonken zijt, gij behoeft niet tot een „eenheius- mensch" omgetooverd te worden gij behoeft Uw geest niet te forceeren tot het opnemen van aan U vreemde opvattingen. Slechts de schoone waarden, die gij moogt bezitten, laten zij vast verankerd zijn in Uw ziel. Voor een eenheid, aan U opgedrongen, kunt gij nimmer pal staan. Eer biedig kijken wij op naar de strijders in het Holland van boven de rivieren, die zelfs heden nog onder den loodzwaren last van de Duitscne bezetting niet ter aarde gedrukt worden het hoofd vrij opheffen en slechts handelen naar de doeleinden, zooals de idealen van hun hart ze ingeven. Hij, die viel in den strijd tegen het beest, stelt zich voor ons hij wordt grooter en breederhtj plaatst zich voor de geheele wereld. Eéns zal de aandacht van de wereld niet meer langs hem kunnen gaan. Over zijn wezen ligt een vraaghij klaagt aan. Hij zal U aan blijven kijken tot zijn vraag beantwoord ishij zal blijven staan, tot zijn aan klacht gehoord wordt in de ziel der menschen. Gij allen, die nu in gepeins verzonken zijt, gij moet die aanklacht hooren. Gij allen moet dien blik zien, waarin hij U vraagtelk menschenleven te eerbiedigen, ook het zijne.dat als prooi voor het beest ten offer viel. Zij, die uit angst voor het beest, van nun idealen afwijken, zij zijn al ten onder gegaan. Zij, die nu nog strijden in het Holland boven de rivieren, geen vast dak zal zich boven hun hoofd bevin den geen gezin zal zich naast hun aan tafel scharen de plaats, waarop zij staan, zal niet veilig zijn, maar in hen allen leeft iets, dat de vlam van het verzet bran dende houdt. Opgejaagdzwer vend bij dag en bij nacht; zich schuil houdendsteun en opbeu ring gevend aan hun verdrukte medemenschen, zoo leven zij, zoo vallen zij. 't Stoffelijk lichaam, hetwelk de idealen als omhulsel gediend heeft, kan vallen. De idealen echter zullen uit het ge vallen lichaam opstijgenniet te grijpen, niet te verdelgen voor het beest. Wij moeten die rond zwevende idealen zienze vast houden ze diep verankeren in ons hart. A. M. Rubens. Westfront. In België is de toestand thans ten goede gekeerd. De Duitschers die tot op 4 km v. de Maas waren doorgedrongen zijn thans teruggeslagen en staan nu reeds 17 km van de rivier verwijderd. Ook het garnizoen van Bastogne is ontzet. Men is van meening oat von Rundsted thans wel het grootste deel van zijn reserves heeft gebruikt. In totaal heeft hij in België 20 di visies in den strijd staan. Ten O. van Dinant is een Duitscne leger groep omsingeld en deze wordt thans vernietigd. In N. Luxemburg t 1 ABONNEMENTSPRIJS: Losse nummers 5 ct. Kwartaalabonnement: AXEL, binnen de kom: fl t .25 Alle andere plaatsen: U. 1.55 f ADVERTENTIEPRIJS: 7 ct per m.m. Ingezonden Mededeelingen: 15 ct per m.m. Kleine Advertentièn: (maximum 8 regels) 1 - 5 regels 62 ct. iedere regel meer 12 ct. extra dienstaanbiedingen 52 ct. ii! i' i "i I

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1944 | | pagina 1