L
Nieuws- eu Advertentieblad
voor Zeeuwsch-Vlaanderen.
HERBERT STANLEY
No. 25
DINSDAG 4 JULI 1939
55e Jaarg.
J. C. VINK - Axel.
Buitenland.
f
ril
Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden 75 Cent; franco per pest 1 Gulden.
Afzonderlijke Nos. 5 Cent.
DRUKKER-UITGEVER
Bureau Markt 12.
Telef. 56. - Postrek. 60263.
ADVERTENTlEN van 1 tot 5 regels 60 Ceqtvoor
eiken regel meer 12 Cent. Groote letters worden naar
plaatsruimte berekend.
Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk
tot Dinsdag- en Vrijdagvoormiddag 11 ure.
De politieke toestand in Europa.
Twee citaten typeeren den in
houd van de rede van Halifax.
Eenerzijds de opmerking, dat de
onmiddellijke taak van Engeland
weerstand bieden tegen aggressie
isanderzijds, dat wanneer En
geland eenmaal de overtuiging
zou kunnen krijgen, dat de be
doelingen der anderen dezelfde
zijn als de Engelsche, dan zouden
de Engelschen de problemen
kunnen bespreken, welke nu de
wereld ongerust maken. Dan zou
men in een nieuwe sfeer ver
schillende problemen kunnen be-
studeeren.
De beide citaten toonen duide
lijk aan, waarom de rede van
Halifax niet de minste ontspan
ning kan brengen voor de ko
mende weken. Wie zou willen
trachten de Duitschers terug te
houden van de plannen, welke
men aan hen toeschrijft, moet
niet komen met voorstellen voor
de toekomst, voorstellen in den
geest van: wij zouden kunnen
bestudeeren. Slechts concrete
voorstellen, welke men zou kun
nen afwegen tegen andere plan
nen, welke op het oogenblik
worden gekoesterd, kunnen hier
eenig effect sorteeren. De Duit
schers hebben net zoo min ver
trouwen in de Engelschen als
omgekeerd en daarom zullen zij
zich, zoo voelen zij het ten
minste, niet laten afschepen met
vage beloften voor de toekomst.
In hoeverre het afzien van een
daad, welke met aggressie gelijk
zou kunnen staan, met afschepen
moet worden betiteld, is een
kwestie, welke in verschillende
landen wel zeer uiteenloopend
kan worden beoordeeld. Maar
het helpt allerminst hoe wij er
over denken, want voor de vraag
of Duitschland tot daden zal
overgaan, c.q. zich van daden
zal laten terughouden, is uitslui
tend de Duitsche zienswijze be
slissend. Uiteraard zijn de vage
beloften van Halifax niet geschikt
om voldoenden indruk op Berlijn
te maken, waar men zal zeggen,
dat dergelijke beloften al sinds
jaar en dag worden voorgehouden.
Men begrijpe ons overigens goed
dit is geen critiek op Halifax,
het is niets anders dan de con
stateering, welke de reactie op
de rede van den Engelschen
minister van buitenlandsche zaken
is en welke effecten deze te weeg
zal brengen met betrekking, tot
de dringende omstandigheden van
het oogenblik. En dan consta
teert men dat de rede van Halifax
met betrekking tot de vraag oorlog
of vrede nu, geen nieuwe ge
zichtspunten heeft geopend.
Dat wil uiteraard weer niet
zeggen, dat deze rede niet zeer
belangwekkend was. Zij gaf nog
eens een duidelijk voorbeeld, hoe
knap de Engelschen hun stand
punt uiteen kunnen zetten. Hali
fax verborg ditmaal heelemaal
niet, dat het Engelsche belang
het ingrijpen van Engeland eischt
en hij poogde dan ook geenszins
dit uit ideëele motieven te ver
klaren. Deze oprechtheid kan
niet anders dan prettig aandoen.
De ernst van het oogenblik ver-
eischt, dat alle staatslieden zoo
concreet mogelijk zijn. Halifax
heeft geen twijfel gelaten, wat er
gebeuren zal, indien Duitschland
zou wagen langs den weg van
geweld grenzen in Europa te
veranderen. Hoe hard maar vol
komen waar waren de woorden,
waarmede Halifax tot uiting
bracht, dat Engeland in het ver
leden zich steeds heeft verzet
tegen pogingen van andere lan
den, welke afzonderlijk Europa
wilden overheerschen ten koste
van andere landen. Als wij ons
dus nu verzetten, aldus Halifax,
volgen wij slechts een historische
politiek.
Trachtte Churchill dezer dagen
het te doen voorkomen, alsof van
Hitier alleen de viaag oorlog of
vrede afhangt, Halifax heeft het
waarom hiervan duidelijk er aan
toegevoegd. Hij heeft het zonder
het met deze woorden te zeggen,
welke echter geïmpliceerd waren
in de omschrijving, duidelijk doen
uitkomen, dat de stille strijc
FEUILLETON
door H. Knibbs
,p.. -<■ -
39)
Als het niet om dien gewonden
schurk was. dan zou ik je nog eens te
grazen nemen, zei Stanley nijdig.
Ik heb nog nooit iemand onverhoeds
geslagen als hq omkeek, snap je?
Anders zeker wel, vroeg de Ca
■adees spottend.
't Is wel goed, hoor. Ik tal je
met pietzier nog eens aanpakken
als je dan tenminste geen hand van
het Roode Kruis draagt, om je te be
veiligen t Ik ben altfjd tot je beschik
king t
Jean bukte zich, tilde den halfbloed
op en legde hem in de kano.
Oul.... zei hij op zijn beurt.
jq komen moogt op iederen lijd. Ik
ben Jean du Bois. Ik niet altQd vecht,
maar ik zeg, dat ik daarvoor klaar sta.
O al
jq bent een bluffer, net als de
rest van je heele troep I zei de Cana
dees.
Groote Jean glimlachte.
Dat is zeer goed, mf|n vriend,
jq een lekker zwemtochije gehad, niet
Laat hem loopen, zet Stanley tot
Jean. Wq hebben genoeg te doen,
om onzen tijd niet aan hem te ver-
teuten I
De Canadees stapte In sQn kano en
begon ie rotlea en Sianley bieef hem
aakqken, terwijl h| vlug het meer over
stak,
Dat dacht ik wel, zei hq. Ik
hoorde hem «eggen, dat hq juist over
gestoken was. Hq heeft zichzelf bloot-
gegtven. Ze zqn dus op den anderen
oever gekampeerd. Dat wil zeggen
dat ze langs de rivier znllen aanhou
den. Laten we maar naar het kamp
teruggaan en het Maddox vertellen
Dat was ook, hoe ik jou vond
sei jean. Ik dacht, misschien die
kerels zgn kampeeren aan den wes
teiqken oever. Ik zeg, ik maak reis en
vindt het uit.
Nou, dat heb je dan goed uit.
gezocht, zei Stanley. En denk je
dat Jo Abak er aan gaat
Neen. Hq leeft. Maar het is een
goed ding, ik gekomen ben,
Dat zal waar zqn. Ik denk, dat
Abak er nu genoeg van heeft.
Het is leeiqk geval, zei Jean
hoofdschuddend.
HOOFDSTUK XVIII.
Maddox schudde bedenkeiqk het
hoofd, toen Stanley hem vertelde wat
er gebeurd was.
Dat is leeiqk, meende de voor
man. Kqk eens, Stanley, als het
Canadeesche gouvernement zich hierin
mengen gaal, dan ziet het er niet al
te best voor ons uit. Dan trekken ze
natuuriqk hun eigen burgers voor.
Wat voor bewqzen van recht je ook
aar biedt.,., se zouden ons oppakken.
En ik hoef je niet te zeggen, wat dat
voor ons beteekenen zou.
Ja, dat snap ik, Maar het was
heelemaal niet voorzien zuiver een
ongeluk.
Ik eik geval, naar wat je gehoord
hebt zal het, dunkt me, het beste zqn,
alt we «ni kamp zoo spoedig megelgk
tusschen Engeland en Duitsch-
and een machtsstrijd is en dat,
wat er ook gebeurt, de oorlog
onvermijdelijk is, indien Duitsch-
and tracht de machtspositie in
continentaal Europa te verkrijgen
of indien anderen het die positie,
al dan niel vrijwillig, zouden
willen verschaffen. Nu Engeland
van meening is, daf iedere verdere
verandering inderdaad het sta
dium van gevaar voor Engeland
oplevert, kan men zonder meer
aannemen, dat iedere gebeurtenis
aanleiding zal zijn voor een ge
wapend ingrijpen van de Engel
schen, waartoe zij door hun po-
itiek van samenwerking met
-rankrijk en Rusland reeds de
voorbereidende maatregelen ge
troffen hebben.
In de verdere deelen van de
rede van Halifax staat veel, dat
vooral theoretische beteekenis
heeft, omdat het een weerlegging
wil zijn van Duitsche argumenten.
Dat van die weerlegging een
groote propagandistische waarde
uitgaat, valt niet te ontkennen,
maar zij kan overigens ten hoog
ste aanleiding geven tot een
tegenbetoog van de zijde van
Hitier, waarbij men langs elkaar
heen zal praten zonder ooit tot
een eensgezindheid van inzicht
te komen. Voor de situatie van
het oogenblik heeft een dergelijke
discussie geen nut. (N. R. Crt.)
Het huwelijk van den hertog
van Spoleto.
Het huwelijk van prinses Irene
van Griekenland en den hertog
van Spoleto is Zaterdagmorgen
plechtig voltrokken in de kathe
draal van Santa Maria Delfiore,
in tegenwoordigheid van het lta-
liaansche koninklijke paar, den
koning van Griekenland, de ko
ningin van Bulgarije, den hertog
en de hertogin van Kent en de
prinsen van het Huis Savoye.
De vacantie van de Duitsche
jeugd.
De berichten, volgens welke de
Duitsche jeugd geen vacantie zou
krijgen, omdat zij bij het inhalen
van den oogst behulpzaam zou
moeten zijn, worden tegengespro
ken. De vacanties blijven on
aangetast, zoodat dus o.a. de kin
deren, die met hun ouders op
reis willen gaan, daarin niet ver
hinderd worden. Alleen de jaar-
lijksche kampen van de Hitler-
jeugd worden bij den oogstarbeid
betrokken, doch eveneens slechts
op grondslag van vrijwilligheid.
Vreemde werkkrachten In den
landbouw.
Naar de onder-staatssecretaris
van arbeid heeft meegedeeld,
werken er op het oogenblik in
den Duitschen landbouw 37,000
Italianen, 15,000 Zuid-Slaviërs,
12,000 Hongaren, 5000 Bulgaren,
4000 Nederlanders, 40,000 Slo-
waken en verscheidene Tsjechen.
In verband met het tekort aan
arbeidskrachten zal de kleinhan
del met een derde worden ver
minderd om aan nieuwe krachten
te komen. De onder-staatssecre
taris zei ten slotte, naar Reuter
meldt, dat er altijd nog drie en
een half millioen vrouwen en
kinderen zijn, w^lke men als
reserve kan beschouwen.
Geestelijken dienstplichtig voor
luchtafweer.
Het ministerie voor eeredienst
heeft in overeenstemming met
den opperbevelhebber van de
luchtmacht, maarschalk Göring,
bestoten, dat katholieke geeste
lijken zullen vallen onder den
dienstplicht, die voor alle Duit
schers is afgekondigd op het
gebied van de bescherming tegen
luchtaanvallen.
Het Spaansche goud.
Ondanks het feit, dat de kwestie
van het Spaansche goud nog
steeds officieel „sub judice'" is,
schijnt te Parijs algemeen te wor
den aangenomen, dat maarschalk
Pétain, de Fransche ambassadeur
te Burgos, er in geslaagd is de
Fransche regeering er van te over
tuigen, dat het goud onverwijld
aan generaal Franco moet worden
overgedragen. Naar verluidt, zal
de Fransche regeering evenwel
eischen, dat de uitgaven, welke
opbreken. Ds jongens zqn uitgerust
genoeg. Hoe denk je daar over
Net als jq. Is had het trouwens
zelf willen voorstellen.
In orde. Dan zal Ik de zaakjes
bq elkaar gaan zoeken.
Maar toen het er op aankwam, om
de „taakjes bq eikaar te zoeken", on
dervond Maddox een geweldige ver
rassing. De instrumenten, zelfs hun
meetkettiBgen en landmeterpaaitjes wa
ren verdwenen. Niemand scneen er
iets van af te weten. De landmeters
hadden als naar gewoonte hun mate
rialen tn hun tem neergelegd. En al
de mannen waren ieder op hun beurt
ia de vrqe dagen er op uitgegaan,
visschen. of onderzoeken of een bezoek
bq de Taggerts brengen.
Maddox riep Stanley er bq.
We zqn er tusschen genomen,
zei hq, op de leeee tent wqzesd.
Ze hebben ons leeiqk te pakken gehad.
Stanley liep naar de tent en keek
naar binnen.
Goeie genade, man, we zqn van
alles beroofd I
Juist, beste jongen! Wat nu
Dat is de vraag t
Stanley haalde zqn pqp uit zqn zak,
stopte die en stak hem aan, waarna
hq op zqn hurken ging zitten rooken.
Dat duurde wel vqf minuten lang en
eerst toen herhaalde Maddox zqn
vraag. De jonge man wendde het
hoofd naar hem om. Die instru
menten en meetwerktuigen zqn niet
ver hier vandaan. De lui uii het an
dere kamp hebben ze natuurlqk weg
gehaald of een van die Indianen er
op uitgestuurd om ze te stelen. Ze
hebben ze vast en zeker ergens in het
beach verborgen. Jsan reeft er wel
v«r«t»ad van, hoe ze gewaoa zfjn
zulke zaakjes op te knappen. Hq zal
er wel raad op weten.
Wat een Salomonsoordeel, lachte
Maddox Heb j: dat uii je pQp ge
haaid, dat je zoo lang hebt zitten
rooken
Een pöp werkt bedarend, zei
Stanley. Toen ik hoorde, dat die
dingen weg waren, had ik mqn geweer
wei kunnen giqpen en regelrecht naar
dat andere kamp stappen dat zou een
daad in den blinde weg geweest zqn
en ons niets gegeven hebben. Daarom
stak ik mqn pqp op.
Daarmee heb J» verstandig ge
daan, zei Middcx En waar is Jean
ergens
Bq Taggert. Toen ik ten minste
hietheen kwam, zat bq daar nog. Zul
len we naar hem toegaan
'n Mooi land, hier I bromde Mad
dox, Stanley volgend. En een siei
sluwe Cinadeezen, dat moet ik zeg
gen. Bert, we zullen onze ooren en
cogen wel goed den kost mogen ge
ven I
En ofi Ik zal den hond met-
nemen, als we verder trekken. Dan
kan bq voortaan in het kamp de wacht
houden.
Als we verder (rekken. Zeg
dat well Tegen dien tqd kan hq al
een stokond beestje zqn geworden I
Misschien, zei S anle.y. -- Maar
daar hebben we Jean. Hé, Jean
De Franschman verhaastte zqn tred,
toen hq Stanley zoo heftig wenken zag.
Zeg Jean, jouw landgenooten
hebben ons daar een smerige poeis
gebakben. Ze hebben ons, om zoo te
zeggen, aan handen en voeten gebon
den. Al onze instrumenten ei we.ktui*
Sen gestolen. We netten ze terug
«bbea, eer kuoneu we Het verier.
zij heeft gemaakt voor de Spaan
sche vluchtelingen, met een deel
van het goud zullen worden be
taald. Ongetwijfeld zal de Spaan
sche regeering dezen eisch be- -
strijden, maar er is goede reden
om aan te nemen, dat, als de
Spaansche regeering niet toegeeft,
het goud in het geheel niet zal
worden overgedragen, aldus meldt
de Parijsche Timescorrespondent.
De melkstrtyd in België
De staking van de boter- en
melkproducten, die deel uitmaken
van het Boerenfront, duurt nog
steeds voort. Tusschen den mi
nister van landbouw en den
leider van het Boerenfront werden
in de af^eloopen week bespre
kingen gevoerd, die tot geen
enkel practisch resultaat hebben
geleid
Uit vele steden en gemeenten
in de provincies Antwerpen,
Noord-Brabant en Limburg wor
den tal van incidenten gemeld.
Te Leuven trachtten Vrijdag en
Zaterdag 300 naar de stad ge
komen boeren den verkoop van
melk te beletten. Zij wisten zich
meester te maken van tal van
kannen melk, die zij over de
straat leeggooiden. Drie boeren
zijn gearresteerd. Ook in andere
plaatsen moesten stakers wegens
het plegen van gewelddaden in
hechtenis worden genomen.
Te Hasselt zag de gendarmerie
zich gedwongen herhaaldelijk
boeren, die met hun boter naar
de markt trokken, tegen de ge
welddaden van de stakers te be
schermen. Een paar honderd
mannen en vrouwen overrom
pelden de markt en molesteerden
de buitenlieden, die boter te
koop aanboden. Politie en gen
darmerie wisten de orde te her
stellen. 6 mannen en 2 vrouwen
werden gearresteerd.
Te Putten hebban de stakers
de telegraafdraden doorgesneden,
elders hooi- en stroobergen in
brand gestoken. Te Lier moesten
10 mtlkerijen worden gesloten.
Van uit andere Vlaamsche ge
westen, waar het Boerenfront
weinig of geen leden telt, zijn
Drommels I riep Jean uit, dat
is kwaad
Erger hogZz moesten ons elgen-
iqk doodschieten wegens misdadige
zorgeloosheid.
Oui, zei Jean zachtjes, zonder het
cigeniqk te begrqpen.
Nou, wie zou se hebben wegge
nomen Waai zqn ze ergens
Groote Jean gltmiacbte.
Ik vraag dat aan Rumpus. Hq
dat wei weef.
Zie j>-, daar heb je 'i nouriep
Stanley uit.
Madö x schudde het hoofd.
Enfin, probeer 't maar eensl was
alles wat hij er op zei.
Rumpus werd er bq geroepen en
door Jean meegenomen naar <ie tent.
De groote hond liep eerst om de tent
heen en ging dan naar binnen daarna
kwam hq er weer uit en bleef zwaai
end met zqn staart staan.
D xar heb je 't, zet Maddox, te
leurgesteld.
Wacht nog maar eens even, zei
S anley.
Jean zei eenige woorden tegen den
hond. Rumpus ging de tent weer
binnen, snuffelde rond en bleef met
zqn neus op den grond staan, a sof hq
wilde ontieden, welke de elementen
waren van de vreemde geur, die hq
daar rook. Esndeiflk ging hg. met zqn
neus vlak over den grond snuffelend,
naar buiten en kwispelde met zqn staart.
Z gzagsgewqze ging hq over de open
plek naar het bosch en verdween tus
schen de dichte, donkere sparren.
Ou niet te vlug, waarschuwde
Jean, Ik zal gaan,
(Werdt vervolgd.)